Algemene subsidieverordening Roerdalen 2015
 
INHOUDSOPGAVE PAGINA
 
ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING ROERDALEN 2015 3
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN 3
HOOFDSTUK 2. SUBSIDIEPLAFOND EN BEGROTINGSVOORBEHOUD 4
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE 4
HOOFDSTUK 4. WEIGERING VAN DE SUBSIDIE 5
HOOFDSTUK 5. VERLENEN VAN DE SUBSIDIE 5
HOOFDSTUK 6. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER 6
HOOFDSTUK 7. VERANTWOORDING EN VASTSTELLING VAN DE SUBSIDIE 6
HOOFDSTUK 8. OVERIGE BEPALINGEN 7
 
ALGEMENE TOELICHTING 9
HOOFDSTUK 1. GRONDSLAG VERORDENING 9
HOOFDSTUK 2. HET SUBSIDIEBEGRIP 11
HOOFDSTUK 3. VERMINDERING VAN ADMINISTRATIEVE EN BESTUURLIJKE LASTEN 15
 
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING 21
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN 21
HOOFDSTUK 2. SUBSIDIEPLAFOND EN BEGEROTINGSVOORBEHOUD 23
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE 24
HOOFDSTUK 4. WEIGEREN VAN DE SUBSIDIE 27
HOOFDSTUK 5. VERLENING VAN DE SUBSIDIE 27
HOOFDSTUK 6. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER 29
HOOFDSTUK 7. VERANTWOORDING EN VASTSTELLING VAN DE SUBSIDIE 30
HOOFDSTUK 8. OVERIGE BEPALINGEN 32
 
VOETNOTEN 33
 
 
De raad van de gemeente Roerdalen;  
 
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 augustus 2015, inzake de Algemene
subsidieverordening Roerdalen 2015;  
 
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht;
 
besluit vast te stellen de volgende verordening:
 
ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING ROERDALEN 2015  
 
 
 
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. raad:
de raad van de gemeente Roerdalen.
b. college:
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente
Roerdalen;
c. eenmalige subsidie:
subsidie ten behoeve van bijzondere incidentele projecten of activiteiten die niet behoren tot de reguliere bezigheden van de aanvrager en waarvoor het college slechts voor een van tevoren bepaalde tijd van maximaal vier jaar subsidie wil verstrekken;
d. jaarlijkse subsidie:
subsidie die per (boek)jaar of voor een bepaald aantal (boek)jaren aan een instelling voor een periode van maximaal vier jaar wordt verstrekt;
e. subsidieplafond:
een bedrag zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Algemene wet bestuursrecht;
Artikel 2. Reikwijdte verordening
  • 1.
    Subsidies kunnen worden verstrekt ten behoeve van activiteiten op de beleidsterreinen die vallen onder de door de raad vastgestelde en in de begroting opgenomen programma’s.
  • 2.
    Het college kan nadere regels stellen waarin de te subsidiëren activiteiten, de criteria, de doelgroepen en de verdeling van de subsidie per beleidsterrein zoals bedoeld in het eerste lid worden omschreven.
Artikel 3. Bevoegdheid college
  • 1.
    Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies met inachtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en –indien de begroting nog niet is vastgesteld, dan wel goedgekeurd – onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.
  • 2.
    Het college is bevoegd om voorwaarden aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden.
HOOFDSTUK 2. SUBSIDIEPLAFOND EN BEGROTINGSVOORBEHOUD
Artikel 4. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
  • 1.
    De raad kan jaarlijks bij de vaststelling van de begroting besluiten tot het instellen van subsidieplafond(s).
  • 2.
    Bij de vaststelling van een subsidieplafond wordt aangegeven op welke wijze het beschikbare bedrag wordt verdeeld.
  • 3.
    Het college kan, met inachtneming van de ingevolge artikel 2, door de raad vastgestelde beleidsterreinen en regels, nadere regels stellen omtrent de verdeling van het beschikbare bedrag.
  • 4.
    Bij de bekendmaking van de subsidieplafonds wordt gewezen op de mogelijkheid van verlaging en de gevolgen daarvan voor reeds ingediende aanvragen.
  • 5.
    Een subsidie ten laste van een begroting, die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Artikel 5. Bij aanvraag in te dienen gegevens
  • 1.
    De aanvraag voor een subsidie wordt schriftelijk ingediend bij het college met behulp van een door of namens het college vastgesteld aanvraagformulier.
  • 2.
    Bij een aanvraag om subsidie overlegt de aanvrager de volgende gegevens:
    • a.
      een beschrijving van de activiteiten waar subsidie voor wordt aangevraagd;
    • b.
      de doelstellingen en resultaten, die daarmee worden nagestreefd, en de wijze waarop de activiteiten aan dat doel bijdragen. In het bijzonder ook in welke mate de activiteiten gericht zijn op de gemeente of haar ingezetenen en op door de raad of het college vastgestelde doelen of beleidsterreinen;
    • c.
      een begroting en dekkingsplan van de kosten van de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij andere bestuursorganen of private organisaties of personen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;
    • d.
      als van toepassing bij een jaarlijkse subsidie: de stand van de egalisatiereserve op het moment van de aanvraag;
  • 3.
    Als een aanvrager voor de eerste maal een jaarlijkse subsidie aanvraagt voegt hij een exemplaar van de oprichtingsakte, de statuten, het jaarverslag, de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar als bijlagen toe aan het aanvraagformulier.
  • 4.
    Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het tweede en derde lid genoemde gegevens te verlangen als die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag noodzakelijk, respectievelijk voldoende, zijn.
Artikel 6. Aanvraagtermijn
  • 1.
    Een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie moet worden gedaan voor 1 september in het jaar voorafgaand aan het jaar of de jaren waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.
  • 2.
    Het college kan andere termijnen stellen voor het indienen van een aanvraag voor daarbij aan te wijzen subsidies.
Artikel 7. Beslistermijn
  • 1.
    Het college beslist op een aanvraag om een eenmalige subsidie binnen 13 weken na ontvangst van de volledige aanvraag, of, als het college hiertoe regels heeft opgesteld, binnen 13 weken gerekend vanaf de uiterste indieningtermijn voor het aanvragen van de subsidie.
  • 2.
    Het college beslist op een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie uiterlijk vóór 31 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor subsidie is gevraagd.
HOOFDSTUK 4. WEIGERING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 8. Weigeringsgronden
Het college kan een aanvraag voor subsidie weigeren als de activiteiten van de aanvrager niet of niet in overwegende mate gericht zijn op de gemeente of haar ingezetenen of niet of nauwelijks ten goede komen aan de gemeente of haar ingezetenen.
Artikel 9. Wet BIBOB
Het college kan voor subsidies binnen door de raad vast te stellen beleidsterreinen of onderdelen daarvan bepalen dat de gevraagde subsidie kan worden geweigerd of de verleende subsidie kan worden ingetrokken in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur.
HOOFDSTUK 5. VERLENING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 10. Verlening subsidie
  • 1.
    Bij het besluit tot verlenen van de subsidie geeft het college aan op welke wijze de verantwoording van de te ontvangen subsidie plaatsvindt.
  • 2.
    Het college kan verplichtingen aan de beschikking tot subsidieverlening verbinden met betrekking tot het beheer en gebruik van de subsidie.
Artikel 11. Betaling en bevoorschotting
  • 1.
    Als het college een beschikking tot subsidievaststelling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel a, geeft, vindt de betaling van de gehele subsidie in één bedrag plaats.
  • 2.
    Als het college een beschikking tot subsidieverlening als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel b, geeft, wordt 100% bevoorschot.
  • 3.
    Als besloten wordt tot bevoorschotting van de subsidie voor bedragen vanaf € 5.000,-, bepaalt het college in het besluit tot subsidieverlening, de hoogte en de termijnen van de voorschotten.
HOOFDSTUK 6. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER
Artikel 12. Tussentijdse rapportage
Bij subsidies van € 50.000,- of meer voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan het college aan de subsidieontvanger de verplichting opleggen om tussentijds rekening en verantwoording af te leggen over de verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten. Een dergelijke tussentijdse verantwoording wordt niet vaker dan één keer per jaar gevraagd.
Artikel 13. Meldingsplicht
Zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan, doet de subsidieontvanger daarvan onverwijld mededeling aan het college.
Artikel 14. Overige verplichtingen van de subsidieontvanger
  • 1.
    De subsidieontvanger verricht de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend.
  • 2.
    De subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over:
    • a.
      besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten, waarvoor subsidie is verleend, dan wel ontbinding van de rechtspersoon;
    • b.
      relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhouding met derden;
    • c.
      ontwikkelingen die er toe kunnen leiden dat aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen;
    • d.
      wijziging van de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) of het doel van de rechtspersoon.
  • 3.
    Tenzij het college anders bepaalt heeft de subsidieontvanger de toestemming van het college nodig voor handelingen als vermeld in artikel 4:71 van de Algemene wet bestuursrecht.
HOOFDSTUK 7. VERANTWOORDING EN VASTSTELLING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 15. Verantwoording subsidies tot 5.000 euro
  • 1.
    Subsidies tot 5.000 euro worden door het college:
    • a.
      direct vastgesteld of;
    • b.
      ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken, nadat de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.
  • 2.
    Bij een ambtshalve vaststelling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, kan het college de aanvrager verplichten om op de door hem aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.
Artikel 16. Verantwoording subsidies vanaf 5.000 tot 50.000 euro
  • 1.
    Als de subsidie 5.000 euro of meer bedraagt maar minder dan 50.000 euro, dient de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten zijn verricht een aanvraag tot vaststelling in bij het college.
  • 2.
    De aanvraag tot vaststelling bevat een inhoudelijk verslag waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend zijn verricht.
  • 3.
    Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn worden overgelegd.
Artikel 17. Verantwoording subsidies vanaf 50.000 euro
  • 1.
    Indien de subsidieverlening 50.000 euro of meer bedraagt, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling in bij het college:
    • a.
      bij een eenmalige subsidie, uiterlijk 13 weken nadat de activiteiten zijn verricht;
    • b.
      bij een jaarlijkse subsidie, vóór 15 april in het jaar na afloop van het kalenderjaar, respectievelijk 4 maanden na het tijdvak waarvoor de subsidie is verleend.
  • 2.
    De aanvraag tot vaststelling bevat:
    • a.
      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend zijn verricht;
    • b.
      een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening);
    • c.
      een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop en
    • d.
      een accountantsverklaring.
  • 3.
    Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn, worden overgelegd.
Artikel 18. Vaststelling subsidie
  • 1.
    Het college stelt binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling de subsidie vast.
  • 2.
    Als uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het eerste lid genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.
  • 3.
    Het college kan categorieën van subsidies of subsidieontvangers aanwijzen, waarvoor de subsidie direct wordt vastgesteld zonder dat de subsidieontvanger een aanvraag voor subsidievaststelling hoeft in te dienen.
  • 4.
    Als de aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het in artikel 16 en 17, eerste lid genoemde tijdstip is ontvangen gaat het college zes weken na een eenmalig rappel over tot ambtshalve vaststelling.
HOOFDSTUK 8. OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 19. Standaardberekeningswijzen van uurtarieven en uniforme kostenbegrippen
  • 1.
    Als bij de bepaling van de subsidiabele kosten gebruik wordt gemaakt van uurtarieven, dienen deze tarieven door de subsidieaanvrager te worden berekend met gebruikmaking van een door het college voor te schrijven standaardberekeningswijze.
  • 2.
    Bij het hanteren van kostenbegrippen bij de berekening van uurtarieven wordt uitgegaan van door het college bepaalde definities.
Artikel 20. Hardheidsclausule
Het college kan, in bijzondere gevallen een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van artikel 1,2,3 en 8 voor zover toepassing, gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger, leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het toepassen van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.
Artikel 21. Intrekking
De Algemene subsidieverordening Roerdalen 2013, zoals vastgesteld op 14 november 2013, wordt ingetrokken.
Artikel 22. Overgangsbepalingen
Aanvragen betrekking hebbend op het jaar 2016 worden volgens de nieuwe Algemene Subsidieverordening 2015 afgedaan.
Artikel 23. Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op haar bekendmaking.
Artikel 24. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als Algemene subsidieverordening Roerdalen 2015.
 
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 24 september 2015,
 
De gemeenteraad van Roerdalen,
 
de griffier, de voorzitter,
R.J.J. Notermans mr. M.D. de Boer-Beerta
Naar boven