Toelichting bij Uitvoeringsvoorschriften naamgeving en nummering (adressen) 2014
Artikelsgewijze toelichting:
Elke gemeente is verplicht om voor haar grondgebied tenminste één woonplaats vast te stellen. Dit is om aan te sluiten bij het postcoderegime, waarbij de postcode is gekoppeld aan een straat en een woonplaats (niet een gemeentenaam). Op grond van artikel 6 Wet BAG beschikt de gemeente Vught over een woonplaatsenbesluit (BW/08-01667 (grifbw/08-00267)), vastgesteld door de gemeenteraad op 18 maart 2008.
Toelichting op artikel 3 en 4
Namen moeten de vindbaarheid bevorderen. Daarom moeten ze passen binnen een aantal richtlijnen, zoals in de artikelen 3, 4 en 5 vermeld staan. Voor de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG) geldt een maximum aantal karakters van 80 voor een naam voor de openbare ruimte of pand. De Wet BAG schrijft voor dat alle andere overheden de officiële schrijfwijze van de BAG moeten volgen. Daar waar mogelijk wordt vanwege de lengte van de naamdragers toch zoveel mogelijk geprobeerd een naam te beperken tot 24 posities.
De naam moet passen bij de aard van de straat; het misstaat om een smal straatje een laan te noemen of een steeg te vernoemen naar een groot staatsman.
Elke naam dient met een hoofdletter te beginnen, ook als de naam met een voorvoegsel begint. Daarnaast is uitspreekbaarheid belangrijk: niet iedereen spreekt een Franse naam juist uit, en ook kinderen moeten namen goed kunnen gebruiken. Voor alle te vernoemen personen moet een redelijk beeld bestaan van leven en levenswandel met een minimale kans dat de persoon na de vernoeming in opspraak raakt waardoor de naamgeving weer gewijzigd moet worden. Dit is te waarborgen door een onderzoek uit te laten voeren door justitie of bij het NIOD. Nu er levende personen een straatnaam kunnen krijgen moet aan de belanghebbenden het voornemen kenbaar gemaakt worden. Daarvoor moet zeker instemming gevraagd worden. Niet iedereen zit op een straatnaam te wachten. Naast de voorschriften van de wet BAG kunnen onderdelen uit het VNG-handboek ‘Benoemen, nummeren en begrenzen’ (2e druk januari 2005) worden gebruikt.
Het eerste lid biedt het college de mogelijkheid om in de daarin genoemde gevallen te besluiten tot vernaming, zulks ter hunner beoordeling en na advies hierover van de commissie.
Vernaming vindt alleen plaats als dit noodzakelijk is. In het tweede lid is een aantal zorgvuldigheidsnormen opgenomen die in acht moeten worden genomen bij een vernaming. Deze normen zijn uit de praktijk en uit jurisprudentie ontstaan. Als aan deze normen wordt voldaan is de gemeente in principe niet gehouden aan enige vorm van (financiële) compensatie. Voor de regeling van gevolgen van besluiten tot wijziging van naamgeving en nummering wordt verwezen naar artikel 12.
De secretaris van de commissie bereidt de besluiten tot het toekennen van namen voor en verwoordt het advies van de commissie in het voorstel aan het college. Nadat het college een naam heeft toegekend valt het besluit onder de Wet Openbaar van Bestuur en is het een openbaar besluit. Bij toekenning van een naam zijn er over het algemeen geen direct belanghebbenden aan wie het besluit bekend gemaakt kan worden. Bij wijziging van een bestaande naam is dit uiteraard wel het geval.
Namen voor de openbare ruimte en panden worden geregistreerd in het gemeentelijke BAG-register. Het BAG-register is de bron van authentieke adresgegevens. Andere binnengemeentelijke applicaties zijn afnemer van het BAG-register en zijn verplicht deze adresgegevens te hanteren. Authentieke adresgegevens die in het BAG-register worden opgenomen worden door de applicatie gemeld aan de Landelijke Voorziening. Buitengemeentelijke afnemers zijn verplicht de adresgegevens uit de Landelijke Voorziening te gebruiken.
In de BAG-regelgeving is bepaald dat bij het verlenen van een omgevingsvergunning het adres wordt vastgesteld. Ten opzichte van voor de inwerkingtreding van de Wet BAG op 1 juli 2009 is het moment van toekenning van een nummer dus naar voren geschoven in het proces.
In dit artikel wordt weergegeven wanneer een nummer kan worden toegekend.
Dit artikel spreekt verder voor zich.
Toelichting op artikel 10
Dit artikel spreekt voor zich en geeft uitgebreid weer op welke wijze genummerd wordt.
Toelichting op artikel 11 en 12
In een aantal gevallen, zoals in het eerste lid genoemd dient tot wijziging van een nummer te worden overgegaan (verplichting). Het tweede lid biedt het college naast verplichte vernummering de mogelijkheid om in de daarin genoemde gevallen te besluiten tot vernummering. In het algemeen wordt dit namens het college vastgesteld en uitgevoerd door een daartoe aangewezen ambtenaar.
In het derde en vierde lid is een aantal zorgvuldigheidsnormen opgenomen die in acht moeten worden genomen. Deze normen zijn uit de praktijk en uit jurisprudentie ontstaan. Als aan deze normen wordt voldaan is de gemeente in principe niet gehouden aan enige vorm van (financiële) compensatie. Wel dient te worden voorkomen, dat er 'kapitaalvernietiging' optreedt omdat grote voorraden drukwerk van bedrijven vernietigd moeten worden door de vernummering. Hiervoor wordt dan ook geadviseerd met het betrokken bedrijf tot een zo gewenst mogelijke ingangsdatum te komen. Een overgangstermijn van tenminste één jaar mag in deze gevallen als redelijk worden beschouwd.
In dit artikel wordt verwezen naar NEN-normen die gehanteerd moeten worden voor naamdragers. In het vierde lid is bepaald dat naamborden aan belangrijke verkeerswegen en / of op belangrijke kruisingen of splitsingen op een andere wijze mogen worden geplaatst dan in de NEN-norm is voorgeschreven. In die gevallen kunnen borden worden aangebracht op ongeveer 1 meter boven maaihoogte. Onderzoek heeft namelijk aangetoond dat deze manier van plaatsing op bijvoorbeeld ringwegen en grote kruisingen en splitsingen de leesbaarheid van het naambord verbetert.
De uitvoering van de naamborden in onze gemeente wijkt af van de Nederlandse norm NEN 1772 C1, uitgave maart 2014. Volgens de voorschriften in de NEN norm moeten naamborden worden uitgevoerd in blauw met een wit opschrift. Het naambord moet vervolgens zijn voorzien van een blauwe rand en een witte bies. De naamborden in onze gemeente wijken af van deze norm en zijn uitgevoerd in blauw met een wit opschrift.
Het tweede lid biedt het college de mogelijkheid een gebied aan te wijzen waar naamborden kunnen worden aangebracht die afwijken van de algemene borden in de gemeente. De afwijkingsmogelijkheid geldt bijvoorbeeld voor het centrumgebied. Dit gebied is omsloten door de Secretaris van Rooijstraat, Kapellaan, Helvoirtseweg, Taalstraat, Boxtelseweg en Dr. Hillenlaan. In dit gebied komen borden in de stijl van het straatmeubilair dat voor het centrumgebied van toepassing is. De naamborden worden uitgevoerd in donker groen met wit opschrift in een afwijkend lettertype. De borden worden voorzien van een witte sierrand. Op de borden komt een verklarende tekst met de geschiedenis of achtergrond van de naamkeuze van de openbare ruimte.
Toelichting op artikel 15
Geadviseerd wordt terughoudend en zorgvuldig met verklarende teksten om te gaan. Belangrijk is de uniformiteit in de naamgeving te waarborgen. Daarover kunnen afspraken worden gemaakt in de commissie Straatnaamgeving. Indien wordt besloten een verklarende tekst of aanduiding bij een naam aan te brengen, moet dit geïntegreerd worden aangebracht. De letterhoogte van de verklarende tekst moet ondergeschikt zijn aan de naam van de straat en mag niet hoger zijn dan 20mm. Uit oogpunt van kostenbeheersing behoeven verklarende teksten of aanduidingen alleen opgenomen te worden op naamborden aan het begin en het eind van een straat.
Toelichting op artikel 16 en 17
In dit artikel wordt verwezen naar NEN-normen die gehanteerd moeten worden voor nummerdragers. In het tweede lid is bepaald dat als een nummerdrager niet kan voldoen aan de daarvoor gestelde NEN-norm, die nummerdrager in ieder geval gelijkwaardig is met wat wordt beoogd met die NEN-norm. Hier kan men denken aan bijvoorbeeld de glaspui van een winkel, waarop een standaard huisnummerbord niet goed kan worden aangebracht. In die gevallen moet de aangebrachte nummerdrager in elk geval de NEN-normen zoveel mogelijk benaderen voor wat betreft de eisen ten aanzien van afmetingen, vormgeving en materiaal.
De thans voorgeschreven nummerdrager is wit met zwart opschrift. Aan woningen worden echter vaak kunstzinniger of sierlijker nummers aangebracht door de eigenaar of huurder. Deze alternatieve nummeraanduiding wordt gedoogd als die voldoet aan de voorwaarden van het tweede lid. Een alternatieve nummeraanduiding wordt tevens gedoogd als daarnaast de oorspronkelijk door de gemeente voorgeschreven nummerdrager gehandhaafd blijft. Die nummerdrager moet daarbij bovendien blijven voldoen aan de voorwaarden van leesbaarheid.
In het vierde lid is de mogelijkheid opgenomen om een tweede nummerdrager te gebruiken. Vooral in het buitengebied komt het regelmatig voor dat bijvoorbeeld een woning zo ver van de openbare weg is gelegen dat de oorspronkelijke – door de gemeente voorgeschreven – nummerdrager niet (goed) leesbaar is. In die gevallen kan ervoor worden gekozen om een extra nummer direct aan de openbare weg op een al dan niet reflecterende bermpaal te plaatsen, op de brievenbus of op een tuinhek.