UITVOERINGSBESLUITEN DIE VASTGESTELD ZIJN DOOR HET COLLEGE
a. Bijlage bij artikel 2.1.5.1 Voorwerpen of stofen op, aan of boven de weg.
- 1.
Het verbod zoals bedoeld in artikel 2.1.5.1, lid 1 geldt niet voor de navolgende situatie.
- a.
vlaggen, wimpels en vlaggenstokken, indien zij geen gevaar of hinder kunnen opleveren voor personen of goederen en niet voor commerciële doeleinden worden gebruikt;
- b.
zonneschermen, voor zover ze zijn aangebracht boven het voor voetgangers bestemde gedeelte van de weg en voor zover:
- –
elk onderdeel zich hoger dan 2.20 meter boven dat gedeelte bevindt, en
- –
elk onderdeel, in welke stand het scherm ook staat zich op meer dan 0,5 meter van het voor het rijverkeer bestemde gedeelte van de weg bevindt, en
- –
elk onderdeel, in welke stand het scherm ook staat, minder dan 1.5 meter buiten de opgaande gevel reikt;
- c.
de voorwerpen of stoffen, die noodzakelijkerwijze kortstondig op de weg gebracht worden in verband met laden of lossen ervan. Degene die de werkzaamheden verricht of doet verrichten draagt er zorg voor dat onmiddellijk na het beëindigen daarvan, in elk geval voor zonsondergang, de voorwerpen of stoffen van de weg verwijderd zijn en de weg hiervan gereinigd is;
- d.
- e.
voorwerpen of stoffen waarop gedachten of gevoelens worden geopenbaard;
- f.
evenementen als bedoeld in artikel 2.2.2;
- g.
terrassen als bedoeld in artikel 2.3.1.1;
- h.
standplaatsen als bedoeld in artikel 5.2.3 van deze verordening;
- j.
containers op de rijweg, indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- –
bij het invallen van de duisternis dient de container aan beide zijden van de straatkant te zijn verlicht door middel van knipperende obstakellampen;
- –
in de container mogen geen stoffen worden gedeponeerd die schadelijk kunnen zijn of overlast kunnen veroorzaken.
- –
de minimale doorgang op de rijweg van 3,50 meter breed dient gewaarborgd te blijven;
- –
de openbare weg dient na gebruik terug te worden gebracht in de staat waarin deze zich op het moment van plaatsing bevond;
- –
de container mag alleen voor het eigen perceel worden geplaatst en mag geen belemmering vormen voor de gebruikers van de naastgelegen percelen;
- –
het verkeer dient zo weinig mogelijk hinder te ondervinden;
- –
de container mag niet langer worden geplaatst dan strikt noodzakelijk.
- k.
steigers op het voor voetgangers bestemde deel van weg, indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- –
voetgangers dienen te worden beschermd tegen afvallende materialen en/of voorwerpen;
- –
indien een voetgangersdoorloop van 1.00 meter breed niet gewaarborgd kan worden, dient er een voetgangersonderdoorgang gerealiseerd te worden;
- –
in de kernwinkelgebieden moet de minimale vrije doorgang 3.50 meter breed zijn voor de toegankelijkheid van hulpverleningsdiensten;
- –
het verkeer dient zo min mogelijk hinder te ondervinden;
- –
de steiger mag niet op de rijbaan staan en ook niet over de rijbaan uitsteken;
- –
de steiger dient te voldoen aan de wettelijk voorgeschreven regels met betrekking tot de veiligheids-, milieu-, en bouwtechnische eisen;
- –
bij het invallen van de duisternis dient te steiger voor voetgangers duidelijk verlicht te zijn d.m.v. knipperlampen en/of andere verlichting;
- –
een rolsteiger dient fysiek beveiligd te zijn tegen onbevoegd verplaatsen door derden;
- –
er dienen zodanige maatregelen te worden getroffen dat het niet mogelijk is om aangrenzende percelen/gebouwen binnen te dringen via de steiger;
- –
bij het storten vanaf verdiepingen dient een stortkoker gebruikt te worden. De stortbak aan het eind van de stortkoker dient te worden afgedekt, zodat geen overlast of schade aan derden wordt toegebracht;
- –
de steiger mag nooit langer dan strikt noodzakelijk worden geplaatst.
- l.
Hijskranen en hoogwerkers op de rijbaan of op het voor voetgangers bestemde deel van de weg, indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- –
er dienen afdoende maatregelen te worden genomen voor de veiligheid van voetgangers, fietsers en het overige verkeer;
- –
bij afzetting van het trottoir dienen de borden ‘voetgangers oversteken’ te worden geplaatst;
- –
indien de hoogwerker c.q. hijskraan op de openbare weg wordt geplaatst, dan dient een halve wegafzetting te worden gerealiseerd conform de richtlijnen van het CROW-publicatie 96B;
- –
alle verkeersmaatregelen dienen te voldoen aan de richtlijnen van het CROW-publicatie 96B;
- –
om beschadiging van het wegdek te voorkomen dienen passende maatregelen te worden getroffen;
- –
na uitvoering van de werkzaamheden dient de openbare weg te worden teruggebracht in de staat waarin hij zich bij ingebruikname bevond;
- –
eventuele beschadigingen dienen binnen een week te worden hersteld;
- –
het verkeer dient zo min mogelijk hinder te ondervinden; er mag geen gehele wegafsluiting plaatsvinden;
- –
de hijskraan of hoogwerker mag nooit langer dan strikt noodzakelijk worden geplaatst.
- m.
voorwerpen en/of reclameborden ten behoeve van commerciële doeleinden, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- –
er dient een vrije doorgang van minimaal 1,20 meter voor de (minder valide) voetgangers aanwezig te zijn;
- –
de veiligheid van het overige verkeer mag in niet in gevaar komen;
- –
de voorwerpen en reclameborden mogen alleen op het trottoir worden geplaatst voor of in de directe nabij de voorgevel van de zaak;
- –
bij afwezigheid van een trottoir en aanwezigheid van een rabatstrook mogen de voorwerpen en reclameborden op de rabatstrook worden geplaatst voor of in de directe nabij de voorgevel van de zaak;
- –
maximaal 1 reclamebord per zaak.
- 2.
Het is verboden op, aan, over of boven de weg voorwerpen of stoffen waarop gedachten of gevoelens worden geopenbaard te plaatsen, aan te brengen of te hebben, indien:
- a.
deze door hun omvang of vormgeving, constructie of plaats van bevestiging schade toebrengen aan de weg;
- b.
gevaar opleveren voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik van de weg of;
- c.
een belemmering vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg.
- 3.
Voor de toepassing van het tweede lid, onder c van dit artikel, wordt onder weg verstaan hetgeen artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994 daaronder verstaat.
- 4.
Een vergunning bedoeld in het eerste lid van dit artikel kan worden geweigerd:
- a.
indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;
- b.
indien het beoogde gebruik hetzij op zich zelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand;
- c.
in het belang van de voorkoming of beperking van overlast voor gebruikers van de in de nabijheid gelegen onroerende zaak.
- 5.
Het verbod in het eerste lid geldt niet:
- a.
voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken, of de Wegenverordening Limburg.
- b.
De weigeringsgrond van het vijfde lid, onder a, geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door artikel 5 van de Wegenverkeerswet.
- c.
De weigeringsgrond van het vijfde lid, onder b, geldt niet voor bouwwerken.
- d.
De weigeringsgrond van het vijfde lid, onder c, geldt niet voor zover in het geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer.
b. Besluit tot het aanwijzen van evenementen waarvoor geen vergunning is vereist op grond van art. 2.2.2, lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Meerssen, zoals laatstelijk gewijzigd;
gelezen de Notitie (de)regulering evenementenbeleid Meerssen 2010;
gelet op artikel 2.2.2, lid 3 van Algemene Plaatselijke Verordening Meerssen,
- A.
Vast te stellen dat voor evenementen als bedoeld in artikel 2.2.2. van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Meerssen geen vergunning is vereist op grond van artikel 2.2.2, lid 1, indien deze evenementen te rangschikken zijn onder de volgende vrijstellingscriteria:
- 1.
Er zijn niet meer dan 250 deelnemers aanwezig bij het evenement.
- 2.
Het is niet een evenement dat zich richt op zeer specifieke, risicovolle groepen, waarvan algemeen bekend is dat er verhoogd risico is op gebruik van riskante middelen (drugs).
- 3.
De geluidsproductie is niet hoger dan 105 dB(A) bronvermogen.
- 4.
De openbare weg wordt over niet meer dan 500 meter gebruikt. Deze limiet mag worden overschreden ten behoeve van fiets- en toertochten zonder wedstrijdelement, sponsorlopen en optochten.
- 5.
Er wordt geen vechtsport in wedstrijdverband bedreven.
- 6.
Er wordt geen gebruik gemaakt van gemotoriseerde voertuigen of modelvoertuigen, gemotoriseerde vaartuigen of modelvaartuigen, gemotoriseerde vliegtuigen of modelvliegtuigen in de buitenlucht en de Wet milieubeheer is niet van toepassing daarop.
- 7.
Er is geen sprake van het gebruik van wapens (hieronder vallen alle soorten wapen: vuurwapens, boogschieten, steekwapens etc.), het werpen van ontvlambare of explosieve voorwerpen in de buitenlucht of van het schieten met wapens met luchtdruk of gasdruk op een openterrein en de Wet milieubeheer is niet van toepassing daarop.
- B.
Te bepalen dat, degene die een evenement organiseert waarvoor geen evenementenvergunning is vereist op grond van bovenstaande criteria, verplicht is dit evenement uiterlijk 20 weken tevoren te melden bij de gemeente, (meldpunt) met gebruikmaking van het daarvoor vastgestelde meldingsformulier en te laten plaatsen op de evenementenkalender.
c. Aanwijzingsbesluit speelterreinen en natuurgebieden conform artikel 2.4.17
Betreft: op basis van artikel 2.4.17 APV en de vastgestelde Nota hondenbeleid heeft het college van Burgemeester en Wethouders vastgesteld:
- –
de losloopterreinen voor honden;
- –
de speelterreinen waarop honden niet zijn toegestaan;
- –
de natuurgebieden waar een aanlijngebod voor honden geldt.
Bij de terreinen zullen informatieborden worden geplaatst.
Folder: de besluiten zijn opgenomen in de Folder Hondenbeleid van de gemeente Meerssen. Deze vindt u op www.meerssen.nl . Heeft u geen internet? Een papieren versie is verkrijgbaar bij de centrale receptiebalie in de hal van het bestuurscentrum.
Vastgesteld: 1 april 2014
d. Uitvoeringsbesluit bestrijding parkeerexcessen Geulle
Burgemeester en wethouders van Meerssen,
Dat het naar hun oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente en tevens buitensporig is met het oog op de beschikbare parkeerruimte, wanneer voertuigen met een lengte (met inbegrip van lading) van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter in of nabij woonwijken, langs verkeersaders of langs wegen buiten de bebouwde kom worden geparkeerd.
Gelet op artikel 5.1.7 van de Algemene Plaatselijke Verordening
- 1.
Het parkeren van voertuigen, die met inbegrip van de lading, een lengte hebben van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te verbieden op zaterdagen, zon- en feestdagen gedurende de gehele dag en op werkdagen tussen 18.00 en 08.00uur, op alle wegen binnen de dorpskern Geulle, met uitzondering van de volgende locatie:
- •
Parkeerterrein Andreas Sauerlaan
- 2.
Dit besluit met ingang van 1 april 2012 in werking te laten treden.
Vastgesteld d.d. 7 februari 2012.
e. Uitvoeringsbesluit Buitengebied en reclame 22 april 2010
Artikel 1. Definiëring Buitengebied gemeente Meerssen
Onder het buitengebied worden die gebieden van de gemeente Meerssen verstaan welke:
- 1.
onder het vigerende bestemmingsplan Buitengebied vallen:
- 2.
met de bestemmingen agrarisch gebied met landschappelijke en natuurlijke waarden’ en ‘natuurgebied’ of daarmee vergelijkbare bestemmingen zijn bestemd in alle overige vigerende bestemmingsplannen van de Gemeente Meerssen.
Artikel 2 Algemeen verbod reclame-uitingen in het buitengebied
- 1.
Voor de gebieden die in vigerende bestemmingsplannen bestemd zijn als ‘agrarisch gebied met landschappelijke en natuurlijke waarde’ en ‘natuurgebied’ of daarmee vergelijkbare bestemmingen, geldt een algemeen verbod op reclame-uitingen.
- 2.
Ter zake van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel worden geen ontheffingen verleend.
Artikel 3. Toegestane reclame-uitingen in het buitengebied als bedoeld in artikel 1 van dit uitvoeringsbesluit
Reclame-uitingen in het buitengebied, als bedoeld in artikel 1 van dit uitvoeringsbesluit, zijn, met in achtneming van het gestelde in artikel 2 van dit uitvoeringsbesluit, vergunningsvrij toegestaan indien de reclame-uiting:
- 1.
is aangebracht op een wachtruimte bij een halteplaats voor het openbaar vervoer;
- 2.
aan of bij een onroerende zaak geplaatst wordt, waarbij deze te koop, te huur of in pacht wordt aangeboden, voor zolang zij feitelijke betekenis heeft;
- 3.
is geplaatst op een terrein waar een openbare wedstrijd, manifestatie, evenement of tentoonstelling wordt gehouden, welke niet behoort tot de gebruikelijke commerciële uitoefening van een beroep, bedrijf of dienst, voor zolang zij feitelijke betekenis heeft en voor zover zij niet eerder dan twee weken daaraan voorafgaand is geplaatst;
- 4.
van tijdelijke aard is, voor de verkoop van seizoensgebonden agrarische producten ter plaatse waar deze worden gekweekt;
- 5.
betrekking heeft op een werk in uitvoering, mits zij onmiddellijk bij het werk is geplaatst en niet langer aanwezig is dan de uitvoering van dit werk duurt;
- 6.
is aangebracht op borden, die voldoen aan de door de gemeente Meerssen gestelde regels ten aanzien van de bewegwijzering;
- 7.
plaatsvindt op borden die niet worden verlicht dan wel maximaal tot 23.00 uur worden verlicht;
- 8.
betrekking heeft op het openbaren van gedachten en gevoelens als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet;
- 9.
op borden staat ten behoeve van een bedrijf indien deze niet op het bedrijfsperceel worden geplaatst en indien voor zover aan de navolgende voorwaarden wordt voldaan:
- a.
het bedrijf kan geen gebruik maken van bebording in het kader van de provinciale circulaire ‘Richtlijnen Uitvoering Toeristische Bewegwijzering’;
- b.
per bedrijf mogen maximaal twee borden worden geplaatst;
- c.
borden mogen uitsluitend verwijzen naar het bedrijf dan wel producten van het bedrijf;
- d.
borden mogen uitsluitend worden geplaatst binnen een straal van 500 meter van de grens van het bedrijfsperceel zoals is vastgelegd in het bestemmingsplan;
- e.
borden mogen niet in de bestemming ‘agrarisch gebied met landschappelijke en natuurlijke waarden’, ‘natuurgebied’ of daarmee vergelijkbare bestemmingen in het bestemmingsplan worden geplaatst;
- f.
borden mogen niet groter zijn dan 1 vierkante meter;
- g.
borden mogen tussen 23.00 uur en 07.00 uur niet worden verlicht;
- h.
het bedrijfsperceel moet gelegen zijn in het in artikel 1 van dit uitvoeringsbesluit bedoelde buitengebied;
- 10.
op maximaal één bord van ten hoogste 1 vierkante meter bij de oprit van een bedrijf geplaatst wordt indien en voor zover de oprit geen deel uitmaakt van het bedrijfsperceel.
Artikel 4 Strafbepalingen
Overtreding van het bij deze uitvoeringsregeling bepaalde wordt, voor zover daartegen niet bij of krachtens een hogere regeling straf is bedreigd, bestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden bestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak, voor zover daartegen niet bij of krachtens een hogere regeling straf is bedreigd.
Artikel 5 Inwerkingtreding
Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.
Dit besluit kan worden aangehaald als ‘Uitvoeringsbesluit Buitengebied en reclame-uitingen gemeente Meerssen 2010’.
Aldus vastgesteld op 22 april 2010.
f. Aanwijzingsbesluit Toezichthouders o.g.v. artikel 6.2. APV
- a.
de eerdere aanwijzingsbesluiten in te trekken;
- b.
aan te wijzen als ambtenaar, belast met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens de Algemene Plaatselijke Verordening en de Wegenverkeerswet en voor wat betreft de buitengewoon opsporingsambtenaren belast met opsporingstaken voortvloeiend uit de Algemene Plaatselijke Verordening, de navolgende ambtenaren:
- –
buitengewoon opsporingsambtenaar J.H.R. Schmetz;
- –
buitengewoon opsporingsambtenaar M.J.M. Schopen;
- –
buitengewoon opsporingsambtenaar C.J.W. Borgignons;
- –
gemeentelijke toezichthouder M.J.M. Huijnen;
- –
opzichter M.J.D. Lemmens;
- –
- –
opzichter J.A.P.M. Trynes
- –
ambtenaar openbare veiligheid J.M.W.F. D'Elfant
- –
coördinator vergunningen C. Poolen