Bijlage - Grondslag bekostiging voor materiële instandhouding lichamelijke oefening
Het college is op grond van de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra verantwoordelijk voor het vaststellen van het aantal klokuren waarop de school voor basisonderwijs, de speciale school voor basisonderwijs, de school voor speciaal onderwijs, de school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs en de school voor voortgezet speciaal onderwijs aanspraak maakt. De uitgangspunten voor het berekenen van het aantal klokuren zijn onderstaand nader uitgewerkt.
BasisschoolHet aantal gymgroepen, zoals bedoeld in artikel 1, wordt vastgesteld op het aantal formatieplaatsen dat wordt berekend met de volgende formule G = (A + B + C + D):
|
0,05 x het aantal leerlingen in de leeftijd van 4 tot en met 7 jaar op de datum, bedoeld in het derde lid;
|
|
0,0343 x het aantal leerlingen in de leeftijd van 8 jaar en ouder op de datum, bedoeld in het derde lid;
|
|
1,5642 - (het aantal leerlingen op de datum, bedoeld in het derde lid, x 0,0115), met dien verstande dat C niet kleiner is dan nul;
|
|
0,0179 x het schoolgewicht, bedoeld in artikel 27, waarbij als teldatum wordt aangemerkt de datum,
bedoeld in het derde lid.
|
|
Afronding: De factoren A, B, C en D worden onafgerond gebruikt in de berekening en de factor G wordt rekenkundig afgerond op een geheel getal.
|
- G.
Voor een basisschool is het aantal groepen bepalend voor het aantal klokuren gymnastiek. Per groep 6-12-jarigen wordt maximaal 1,5 klokuur gymnastiek vergoed. Het aantal groepen is afhankelijk van het aantal formatieplaatsen. Bij de bepaling van het aantal formatieplaatsen en daarop gebaseerde aantal groepen wordt uitgegaan van de formule en bepalingen zoals vastgelegd in artikel 14 van het Besluit Bekostiging WPO. Dit vloeit voort uit het derde lid van artikel 136 WPO.
- G.
Voor het bepalen van het aantal groepen 6-12-jarigen wordt aangesloten bij het normatieve overzicht 'splitsing aantal groepen leerlingen' zoals weergegeven in tabel 1.
- G.
Tabel 1 Splitsingstabel aantal groepen leerlingen Deze tabel geeft inzicht in de genormeerde splitsing van het aantal gymgroepen leerlingen in groepen 4- en 5-jarigen en groepen 6- tot en met 12-jarigen ten behoeve van het onderwijs in de lichamelijke oefening.
Tabel 1. Splitsingstabel aantal groepen leerlingen
Deze tabel geeft inzicht in de genormeerde splitsing van het aantal gymgroepen leerlingen in groepen 4- en 5-jarigen en groepen 6- tot en met 12-jarigen ten behoeve van het onderwijs in de lichamelijke oefening.
Aantal gymgroepen per school (G)
|
Aantal gymgroepen 4/5-jarigen
|
Aantal gymgroepen 6/12-jarigen
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Speciale school voor basisonderwijs
In bijlage III, deel B, onder 1.2, van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Capelle aan den IJssel 2015 is vermeld op hoeveel klokuren bewegingsonderwijs een speciale school voor basisonderwijs maximaal aanspraak kan maken. Het aantal groepen wordt bepaald door het aantal leerlingen te delen door de N-factor (bepalend voor de groepsgrootte) die voor een speciale school voor basisonderwijs is vastgesteld op 15. Het verkregen getal wordt alleen naar boven afgerond als het cijfer achter de komma groter is dan 5. In het andere geval wordt het getal naar beneden afgerond.
School voor speciaal of voortgezet speciaal onderwijs
In bijlage III, deel B, onder 2.2, van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Capelle aan den IJssel 2015 is vermeld op hoeveel klokuren bewegingsonderwijs een school voor speciaal onderwijs of voor voortgezet speciaal onderwijs maximaal aanspraak kan maken. Het aantal groepen wordt bepaald door het aantal leerlingen te delen door de N-factor, die afhankelijk is van de onderwijssoort, zie tabel 2. Het verkregen getal wordt alleen naar boven afgerond als het cijfer achter de komma groter is dan 5. In het andere geval wordt het getal naar beneden afgerond.
Tabel 2. N-factor per onderwijssoort
|
|
|
|
|
Visueel gehandicapte leerlingen (VISG)
|
|
|
|
Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) die ook visueel gehandicapt zijn
|
|
|
|
Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps
|
|
|
|
Slechthorende kinderen (SH)
|
|
|
|
Kinderen met ernstige spraakmoeilijkheden (ESM)
|
|
|
|
Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps
|
|
|
|
Lichamelijk gehandicapte kinderen (LG)
Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps
|
|
|
|
Langdurig zieke kinderen (LZ) met een lichamelijke handicap
|
|
|
|
Zeer Moeilijk Lerende Kinderen (ZMLK)
|
|
|
|
Meervoudig gehandicapte kinderen (MG) met een van deze handicaps
|
|
|
|
Zeer Moeilijk Opvoedbare Kinderen (ZMOK)
|
|
|
|
Langdurig zieke kinderen (LZ) anders dan met een lichamelijke handicap
|
|
|
|
Kinderen in scholen verbonden aan pedologische instituten (PI)
|
|
|
Bekostiging gebruik lokalen bewegingsonderwijs
De bekostigingsbedragen, bedoeld in de artikel 117, derde lid, en 136, eerste en tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs en de artikelen 115, derde lid, en 130, eerste en tweede lid, van de Wet op de expertisecentra worden vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in tabel 3. Een bekostigingsbedrag bestaat uit een vast bedrag en een variabel bedrag per vastgesteld klokuur. De bedragen bevatten een vergoeding voor onderhoud van het gebouw, de materiële instandhouding en een vergoeding voor het vervangen en aanpassen van onderwijsleerpakket en meubilair. De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van het stichtingsjaar van het lokaal bewegingsonderwijs en de oppervlakte van de oefenzaal.
Tabel 3. Bekostigingsbedragen gebruik lokalen bewegingsonderwijs
De bovenstaande normbedragen zijn bijgesteld ten behoeve van de vergoedingen voor 2014.
Voor de bepaling van een vergoeding per klokuur per week wordt het vast bedrag gedeeld door het maximaal aantal klokuren bewegingsonderwijs per week (26) en wordt gerekend met een gebruik van 40 weken op jaarbasis. Voor 2014 bedraagt de vergoeding per klokuur per week € 17,89 met als basis de vergoedingen “Vanaf 1987” en een oefenzaal -> 252 m².
.Medegebruik/huur van een niet-eigen voorziening
- G.
Naast gymnastiek in een eigen lokaal van de school is er tevens gymnastiek mogelijk in een bestaande gymnastiekaccommodatie door middel van medegebruik of huur (van een andere school/de gemeente/een commerciële exploitant). Afhankelijk van de eigenaar van de accommodatie bestaat recht op de volgende vergoeding:
- •
indien de gymnastiekzaal van een andere school voor primair onderwijs wordt gebruikt, wordt het variabele deel van het klokuurbedrag aan de eigenaar vergoed;
- •
indien de gymnastiekzaal van een school voor voortgezet onderwijs wordt gebruikt, wordt het vaste en het variabele deel van het klokuurbedrag vergoed.