wijziging Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs 
De verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs wordt aangevuld met de voorziening: "voorzieningen lokaal bewegingsonderwijs". De voorziening "aanvulling personeelskosten onderwijsvoorziening kleine kern" wordt ingetrokken.
 
Bijlage ‘Voorzieningen lokaal bewegingsonderwijs’
 
I Criteria schoolbestuur dat in aanmerking komt voor een voorziening
Het bevoegd gezag van een school of nevenvestiging voor:
a. basisonderwijs of speciaal basisonderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, en
b. speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra,
dat juridisch eigenaar is van een school voor basisonderwijs, school voor speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs die zich bevindt op het grondgebied van de gemeente en juridisch eigenaar is van een lokaal bewegingsonderwijs dat zich bevindt op het grondgebied van de gemeente.
 
II Aanduiding van de voorziening
Onderscheid wordt gemaakt in de voorziening:
a. aanpassing, bestaande uit:
1°. het maken van voldoende wasgelegenheid waar deze bij het lokaal bewegingsonderwijs ontbreekt en dit belemmerend werkt op het effectief gebruik, dan wel de mogelijkheden tot medegebruik, van het lokaal bewegingsonderwijs;
2°. wijzigingen bij ingebruikneming van een gebouw als het gebouw anders niet geschikt is voor het primair onderwijs en speciaal of voortgezet speciaal onderwijs, omdat:
A. de netto vloeroppervlakte van een lokaal bewegingsonderwijs niet minstens 252 vierkante meter netto is en de hoogte niet minstens 5 meter bedraagt, en
B. het lokaal bewegingsonderwijs niet voorzien is van minstens twee kleedruimten met een was- of douchegelegenheid;
3°. voorzieningen voor eisen voortkomend uit wet- en regelgeving;
b. onderhoud, bestaande uit:
1°. vervangen dakbedekking, hemelwaterafvoer, dakrand, daklichten;
2°. vervangen buitenberging of dak buitenberging;
3°. vervangen rijwielstalling of rijwielstaanders;
4°. vervangen brandtrap;
5° vervangen erfscheiding;
6°. Vervangen of herstellen riolering of bestrating schoolplein;
7°. vervangen binnenkozijnen en -deuren, inclusief hang- en sluitwerk;
8°. vervangen buitenkozijnen en -deuren, inclusief hang- en sluitwerk;
9°. vervangen radiatoren, convectoren of leidingen voor centrale verwarming;
10°. vervangen dakpannen, inclusief houtwerk, dakrand en goten;
11°. vervangen boeiboorden.
 
III Criteria voor het toekennen van een voorziening
1. De noodzaak van de voorziening:
a. maken van voldoende wasgelegenheid is aanwezig als bij het lokaal bewegingsonderwijs geen twee wasgelegenheden zijn;
b. maken van voldoende kleedgelegenheid is aanwezig als blijkt dat er geen twee kleedruimten zijn;
c. ingebruikneming blijkt uit het feit dat het desbetreffende gebouw niet voldoet aan de inrichtingseisen voor lokalen bewegingsonderwijs voor het basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs en het geschikt maken van het gebouw met redelijke kosten, zulks ter beoordeling van het college, te verwezenlijken is;
d. eisen voortkomend uit wet- en regelgeving blijkt als wordt vastgesteld dat het gebouw niet voldoet aan de geldende wet- en regelgeving, terwijl onontkoombaar is dat dit verschil op korte termijn moet worden opgeheven en
f. onderhoud blijkt uit het feit dat het gevraagde gebouwelement of een gedeelte daarvan:
1°. ten minste in een matige conditie verkeert volgens de bouwkundige opname op grond van NEN 2767, en
2°. regulier onderhoud door het bevoegd gezag niet langer volstaat.
2. Bovenstaande voorzieningen komen voor bekostiging in aanmerking als op basis van een prognose, die voldoet aan de in bijlage II van de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Vlissingen 2014 gestelde vereisten, het gebouw nog ten minste vier jaar voor het bewegingsonderwijs noodzakelijk is, tenzij er een andere, goedkopere, voorziening mogelijk is. Dit ter beoordeling van het college. IV Datum indienen aanvraag
De aanvraag voor het bekostigen van de voorziening moet uiterlijk 1 februari voorafgaande het jaar van bekostiging bij het college worden ingediend. Bij de aanvraag moet worden overlegd:
a. een leerlingenprognose, en
b. een rapportage waaruit de noodzaak blijkt van de voorzieningen, of
c. een bouwkundige rapportage die voldoet aan NEN 2767 en aantoont dat het gevraagde onderhoud noodzakelijk is, en
d. een offerte van de kosten.
 
V Tijdvak waarvoor voorziening wordt toegekend
De voorziening wordt toegekend voor het jaar volgend op het jaar waarop de aanvraag is ingediend. Is het niet mogelijk om de voorziening in het toegekende jaar te realiseren dat moet het bevoegd gezag voor 1 september van het toegekende jaar van uitvoering bij het college een gemotiveerd verzoek indienen om uitstel van de uitvoering van de voorziening. Het college beslist voor 1 november daaropvolgend.
 
VI Wijze waarop de voorziening wordt toegekend
1. De voorziening wordt voorlopig toegekend op basis van de door het bevoegd gezag bij de ingediende aanvraag overgelegde offerte.
2. Het definitieve bedrag wordt vastgesteld op basis van de offertes die zijn aangevraagd nadat de voorziening is toegekend.
3. Bij het opvragen van de definitieve offertes is het bevoegd gezag gehouden aan de gemeentelijk richtlijnen voor het opvragen van offertes.
 
VII Subsidieplafond
Het subsidieplafond wordt jaarlijks bepaald.
 
Toelichting
Als gevolg van de wetswijziging per 1 januari 2015 vervalt de zorgplicht voor de gemeente voor het bekostigen van onderhoud en aanpassen lokalen bewegingsonderwijs. Desondanks blijft de gemeente verantwoordelijk voor het vaststellen van de vergoeding voor onderhoud en aanpassen van de lokalen bewegingsonderwijs, maar nu als onderdeel van de vergoeding materiele instandhouding (artikel 136 Wpo en artikel 130 Wec).
 
Voor het vaststellen van de hoogte van het bedrag van de bekostiging bestaan twee mogelijkheden:
  • 1.
    het verhogen van de bedragen per klokuur van de vaste en variabele kosten, of
  • 2.
    het handhaven van de huidige procedure, waardoor de bekostiging van onderhoud en aanpassen van de lokalen bewegingsonderwijs niet afhankelijk is van het aantal klokuren gebruik, maar op een gelijke wijze plaatsvindt als het onderhoud en aanpassen van de gemeentelijke lokalen bewegingsonderwijs plaatsvindt.
 
Mede omdat het, gelet op de verscheidenheid in bvo en soort lokalen bewegingsonderwijs praktisch ondoenlijk is om een bedrag per klokuur vast te stellen is gekozen voor de in deze bijlage beschreven procedure.
 
 
 

Naar boven