Handhavingsverordening Partipatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Schagen 2015
 
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
de raad van de gmeente Schagen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2014;
gelezen het advies van de commissie Samenlevingszaken van 2 december 2014;
gelet op:
artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet;
artikel 8b van de Participatiewet (P-wet);
artikel 35, onderdeel b van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw);
artikel 35, onderdeel b van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz);
overwegende dat het verplicht is bij verordening regels te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand op grond van de P-wet en het ontvangen van een uitkering op grond van de Ioaw en Ioaz, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet
Besluit vast te stellen de Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Schagen 2015.
 
Artikel 1.1Begripsomschrijving
In deze verordening wordt verstaan onder:
het college: het college van de gemeente Schagen, dan wel een medewerker, die namens het college belast is met de uitvoering van de wet;
belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;
uitkering: de algemene en bijzondere bijstand bedoeld in artikel 5 onderdeel a van de P-wet en de inkomensvoorzieningen op grond van de Ioaw en de Ioaz;
re-integratie-voorzieningen: voorzieningen zoals genoemd in de Re-integratieverordening Participatiewet Schagen 2015.
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de P-wet, Ioaz, Ioaw en de Algemene wet bestuursrecht.
Hoofdstuk 2 Handhaving
Artikel 2.1 Preventieve en repressieve maatregelen
Het college is verantwoordelijk voor het nemen van preventieve maatregelen
gericht op het voorkomen van fraude. Hieronder wordt onder meer verstaan dat het college clienten en burgers vroegtijdig voorlicht over verplichtingen en rechten en instrumenten inzet om de dienstverlening te optimaliseren waardoor een spontane naleving van regels bevorderd wordt.
Het college neemt repressieve maatregelen gericht op het bestrijden van fraude. Hieronder wordt onder meer verstaan dat overtreding en fraude vroegtijdig geconstateerd en afgehandeld wordt.
Artikel 2.2Verificatie en validatie van gegevens
Het college voert bij de aanvraag, gedurende de uitkering en bij beëindiging van de uitkering onderzoeken uit om de rechtmatigheid te controleren.
Het college onderzoekt signalen en tips die relevant zijn voor het recht op een uitkering dan wel een re-integratie-voorziening.
Re-integratie-voorzieningen kunnen worden aangepast of beëindigd indien na controle blijkt dat belanghebbende noodzakelijk inlichtingen voor vaststellen of behoud van uitkering niet of onjuist (heeft) verstrekt.
Het college stelt in het Onderzoeksplan nadere regels met betrekking tot de controles genoemd in lid 1 en 2.
Artikel 2.3 Aangifte bij Openbaar Ministerie
Indien een gedraging van belanghebbende, als bedoeld in het vorige lid, leidt tot benadeling van de gemeente, doet het college - onverminderd de mogelijkheid de ten onrechte ontvangen kosten van bijstand terug te vorderen - aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met de door het Openbaar Ministerie op dit punt gehanteerde uitgangspunten.
Hoofdstuk 3 Terugvordering en verhaal
Artikel 3.1Opdracht aan het college
Het college maakt gebruik van haar bevoegdheid om op grond van de P-wet, de Ioaw en de Ioaz de uitkering te herzien en in te trekken en van haar bevoegdheid om de uitkering terug te vorderen op grond van die wetten.
Het college stelt nadere regels met betrekking tot de wijze waarop er gebruik gemaakt wordt van de bevoegdheid om terug te vorderen, het afzien dan wel de kwijtschelding hiervan.
Het college kan ten aanzien van de terugvordering van kosten van invordering en wettelijke rente, nadere regels stellen.
Het college kan kosten van een re-integratievoorziening terugvorderen van belanghebbenden die geen recht hebben op een uitkering levensonderhoud en in geval er sprake is van oneigenlijk gebruik van een re-integratievoorziening.
Artikel 3.2Verhaal
Het college maakt gebruik van de bevoegdheid om de kosten van bijstand - boven een nader door het college vast te stellen bedrag – te verhalen op grond van de artikelen 61 en 62 van de P-wet, voor zover zich daar geen andere wettelijke regeling tegen verzet.
Het college stelt nadere regels vast met betrekking tot de wijze waarop er gebruik gemaakt wordt van de bevoegdheid om te verhalen en het afzien hiervan.
Artikel 3.3Invordering
Het college streeft ernaar om de teruggevorderde en de op derden verhaalde kosten optimaal in te vorderen, voor zover zich daar geen andere wettelijke regeling tegen verzet.
Ter uitvoering van het in het vorig lid gestelde, kan het dagelijks bestuur nadere regels vaststellen met betrekking tot de criteria voor categorieën van vorderingen, personen en termijnen voor het verrichten van heronderzoeken op openstaande vorderingen.
Hoofdstuk 4 Slotbepalingen
Artikel 4.1Hardheidsclausule
In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Het college kan in individuele bijzondere situaties ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 4.2Inwerkingtreding
De verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.
Deze verordening komt in de plaats van de Handhavingsverordening WWB, Ioaw en Ioaz ISD Kop van Noord-Holland 2013, vastgesteld door het algemeen bestuur van de ISD Kop van Noord-Holland op 10 januari 2013 en ingetrokken door het algemeen bestuur van de ISD Kop van Noord-Holland op 16 december 2014 met ingang van 1 januari 2015.
Artikel 4.3Citeertitel|
Deze verordening kan worden aangehaald als de Handhavingsverordening P-wet, Ioaw en Ioaz gemeente Schagen 2015.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2014.
De voorzitter, De griffier,
Naar boven