Uitvoeringsregels Parkeervergunningen en ontheffingen, algemeen
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Súdwest-Fryslân;
gelet op artikel 225 van de Gemeentewet, en artikel 3 en 9 van de Parkeerverordening Súdwest-Fryslân 2014;
besluit vast te stellen de:
Uitvoerings regels P arkeervergunningen en ontheffingen , algemeen
Hoofdstuk 1 Definities en begripsomschrijving
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
  • 1.
    De definities en begripsomschrijvingen die zijn opgenomen in artikel 1 van de Parkeerverordening Súdwest-Fryslân 2014 zijn van overeenkomstige toepassing.
  • 2.
    In aanvulling op het eerste lid wordt verstaan onder eigen parkeergelegenheid: een parkeerplaats op eigen terrein of in een garage in eigendom bij, uitgegeven in erfpacht of verhuurd aan de aanvrager van een vergunning of ontheffing in het gebied waar de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd.
Hoofdstuk 2 Nadere regels voor de aanvraag, wijziging of opzeggen van een vergunning of ontheffing
Artikel 2 Aanvraag vergunning of ontheffing, algemeen
Een vergunning of ontheffing wordt aangevraagd met:
  • a.
    het digitale formulier ‘parkeervergunning aanvragen’ op de website www.sudwestfryslan.nl, of
  • b.
    een analoog formulier verkrijgbaar bij één van de gemeenteloketten van de gemeente Súdwest-Fryslân.
Artikel 3 Aanvraag dagvergunningen
Dagvergunningen worden aangevraagd met:
  • a.
    het digitale formulier ‘kraskaarten aanvragen’ op de website www.sudwestfryslan.nl, of
  • b.
    een analoog formulier verkrijgbaar bij één van de gemeenteloketten van de gemeente Súdwest-Fryslân.
Artikel 4 Kentekenwijziging
Een wijziging van het kenteken wordt doorgeven met;
  • a.
    het digitale formulier ‘kentekenwijziging doorgeven’ op de website www.sudwestfryslan.nl, of
  • b.
    een analoog formulier verkrijgbaar bij één van de gemeenteloketten van de gemeente Súdwest-Fryslân.
Artikel 5 Opzeggen parkeervergunning of ontheffing
Indien de vergunning of ontheffinghouder de vergunning of ontheffing wil opzeggen wordt hiervoor gebruikt:
  • a.
    het formulier ‘opzegging parkeervergunning’ op de website www.sudwestfryslan.nl, of
  • b.
    een analoog formulier verkrijgbaar bij één van de gemeenteloketten van de gemeente Súdwest-Fryslân.
Artikel 6 Aanvraag van een bewonersvergunning of -ontheffing
  • 1.
    De aanvrager van een bewonersvergunning of -ontheffing:
    • a.
      dient ingeschreven te staan in de Basisregistratie personen (BRP) in het gebied waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd, of
    • b.
      dient een huur-of koopcontract te tonen waaruit blijkt dat men eigenaar of huurder is van een woning op een adres in het gebied waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd en er sprake is van (tijdelijke) leegstand.
  • 2.
    Indien een bewoner een vergunning op kenteken aanvraagt dient het kenteken te staan op naam van:
    • a.
      een persoon die in de gemeentelijke basisadministratie is ingeschreven op het adres waarvoor de vergunning wordt aangevraagd, of
    • b.
      een onderneming (bv een leasemaatschappij) die de auto in gebruik heeft gegeven bij de bewoner waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd.
Artikel 7 Aanvraag bedrijfsvergunning of -ontheffing
  • 1.
    Het bedrijf waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd dient ingeschreven te staan bij de Kamer van Koophandel.
  • 2.
    Het bedrijf waarvoor een bedrijfsvergunning wordt aangevraagd voor een gebied waar mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen aanwezig zijn dient:
    • a.
      in het gebied gevestigd te zijn, en
    • b.
      aan te tonen dat de auto in het gebied gemiddeld drie keer per dag wordt gebruikt, en
    • c.
      heeft de auto nodig voor het vervoer van goederen, en
    • d.
      toont aan dat de ritten moeilijk planbaar zijn.
Het gaat hierbij om bedrijven zoals cateringbedrijven, woonwinkels, witgoedbedrijven.
  • 3.
    Het bedrijf waarvoor een bedrijfsvergunning wordt aangevraagd voor een gebied met belanghebbendenplaatsen dient in het gebied gevestigd te zijn.
  • 4.
    Het bedrijf waarvoor een bedrijfsontheffing wordt aangevraagd dient in het gebied gevestigd te zijn.
Artikel 8 Aanvraag van een recreatiewoningvergunning of -ontheffing
Een recreatiewoningvergunning of –ontheffing kan worden aangevraagd, indien:
  • a.
    een huur-of koopcontract wordt getoond waaruit blijkt dat men eigenaar of huurder van de woning is in het gebied waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd,
  • b.
    er sprake is van een zelfstandige recreatiewoning.
Artikel 9 Aanvraag bezoekersvergunning of- ontheffing
De aanvrager van een bezoekersvergunning of -ontheffing:
  • a.
    dient te voldoen aan de criteria voor de aanvraag van een bewonersvergunning of –ontheffing, of
  • b.
    dient te voldoen aan de criteria voor de aanvraag van een bedrijfsvergunning of- ontheffing, of
  • c.
    dient te voldoen aan de criteria voor de aanvraag van een recreatiewoningvergunning of- ontheffing.
Artikel 10 Aanvraag van een autodate-vergunning of -ontheffing
De aanvrager van een vergunning of ontheffing voor een motorvoertuig die eigendom is van een autodateorganisatie toont in een schriftelijke verklaring aan dat de vaste standplaats van het autodate-voertuig in een gebied ligt waarvoor vergunningen of ontheffingen kunnen worden verstrekt.
Artikel 11 Aanvraag van een functionele vergunning of -ontheffing
  • 1.
    De aanvrager van een functionele vergunning of –ontheffing dient aan te tonen dat het in het belang van diens beroep- of bedrijfsoefening noodzakelijk is de auto in het gebied te parkeren, ten behoeve van:
    • a.
      het beheer en onderhoud van de openbare ruimte en openbare gebouwen, of
    • b.
      de tijdelijke uitoefening van het beroep of bedrijf in het gebied. Het gaat hierbij om bedrijven zoals bouw-, onderhouds-, installatie- en schoonmaakbedrijven, of
    • c.
      de (tijdelijke) uitoefening van medische beroepen voor wie het noodzakelijk is de auto in het gebied te parkeren. Het gaat hierbij om instellingen als artsen, dierenartsen en thuiszorginstellingen, of
    • d.
      overige (gemeentelijke) ambulante functies waarvoor het nodig is de auto in het gebied te parkeren.
  • 2.
    Indien de functionele –vergunning of -ontheffing door een bedrijf wordt aangevraagd dient het bedrijf waarvoor de vergunning of -ontheffing wordt aangevraagd ingeschreven te staan bij de Kamer van Koophandel.
Artikel 12 Aanvraag van een dagvergunning
  • 1.
    De aanvrager van een dagvergunning dient aan te tonen dat het in het belang van diens beroep- of bedrijfsoefening noodzakelijk is de auto in het gebied te parkeren, ten behoeve van:
    • a.
      het beheer en onderhoud van de openbare ruimte en openbare gebouwen, of
    • b.
      de tijdelijke uitoefening van het beroep of bedrijf in het gebied. Het gaat hierbij om bedrijven zoals bouw-, onderhouds-, installatie- en schoonmaakbedrijven, of
    • c.
      de (tijdelijke) uitoefening van medische beroepen voor wie het noodzakelijk is de auto in het gebied te parkeren. Het gaat hierbij om instellingen als artsen, dierenartsen en thuiszorginstellingen, of
    • d.
      overige (gemeentelijke) ambulante functies waarvoor het nodig is de auto in het gebied te parkeren.
  • 2.
    Indien een bedrijf de dagvergunning aanvraagt dient het bedrijf ingeschreven te staan bij de Kamer van Koophandel.
Hoofdstuk 3 Nadere regels voor het verlenen en intrekken van een vergunning
Artikel 13 Maximum aantal vergunningen of ontheffingen per gebied of per categorie
  • 1.
    In de nadere uitvoeringsregels per gebied wordt het maximum aantal te verlenen vergunningen en ontheffingen per categorie vastgelegd.
  • 2.
    Indien de aanvrager beschikt over eigen parkeergelegenheid in het gebied waarvoor een vergunning of ontheffing wordt aangevraagd wordt het maximaal aantal te verlenen vergunningen of ontheffingen verminderd met het aantal parkeerplaatsen waarover de aanvrager beschikt.
Artikel 14 Vergunningenen ontheffingen op kenteken of op naam
  • 1.
    Bewoners-, bedrijfs-, recreatie- en functionele vergunningen en –ontheffingen en parkeerabonnementen worden op kenteken verleend.
  • 2.
    Bezoekers- en dagvergunningen worden op naam (zonder kenteken) verleend, tot dat het mogelijk is om de vergunningen vignetvrij op kenteken te verlenen.
Artikel 15 Vignetvrij of met vignet
  • 1.
    Vergunningen op kenteken worden vignetvrij verleend.
  • 2.
    Voor vergunningen op naam (zonder kenteken) wordt een vignet of een kraskaart verleend.
Artikel 16 Aantal kentekens per vergunning of ontheffing
  • 1.
    De vergunningen en ontheffingen op kenteken worden verleend voor maximaal 1 kenteken.
  • 2.
    Het is mogelijk om een tweede kenteken aan de vergunning of ontheffing toe te voegen als:
    • a.
      er sprake is van het tijdelijk gebruik van een andere auto,
    • b.
      er sprake is van een bedrijfs- of functionele vergunning,
    • c.
      in de uitvoeringsregels per gebied is aangegeven dat aan bewonersvergunningen en – ontheffingen een tweede kenteken kan worden toegevoegd.
  • 3.
    Als aan een vergunning of ontheffing een tweede kenteken is toegevoegd, is het niet toegestaan om met beide auto’s tegelijkertijd in het gebied te parkeren.
Artikel 17 Geldigheidsduur van een vergunning of ontheffing
  • 1.
    Een vergunning en ontheffing op kenteken wordt voor onbepaalde tijd verleend, tenzij:
    • a.
      bij het verlenen van de vergunning bekend is dat de vergunning voor bepaalde tijd nodig is, of
    • b.
      de aanvrager van de vergunning- of ontheffing nadrukkelijk vraagt om een vergunning of ontheffing voor bepaalde tijd.
  • 2.
    Een vergunning en ontheffing op naam (zonder kenteken) wordt verleend voor een periode van maximaal 1 jaar, waarbij sprake is van een vaste vervaltermijn (tot 1 januari van het volgend jaar), tenzij:
    • c.
      bij het verlenen van de vergunning bekend is dat de vergunning voor bepaalde tijd nodig is, of
    • d.
      de aanvrager van de vergunning- of ontheffing nadrukkelijk vraagt om een vergunning of ontheffing voor bepaalde tijd.
  • 3.
    Functionele vergunningen voor de gebieden waar mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerplaatsapparatuur aanwezig is worden verleend voor een minimumperiode van 1 kalendermaand.
Artikel 18 Geldigheidsgebied van een vergunning of ontheffing
  • 1.
    In de aanwijzingsbesluiten en nadere uitvoeringsregels per gebied wordt aangegeven voor welke straten, terreinen of gebieden een vergunning of ontheffing kan worden verleend.
  • 2.
    Functionele -vergunningen en –ontheffingen kunnen worden verleend voor één straat of voor meerdere gebieden, afhankelijk van de noodzaak waarvoor de vergunning of ontheffing wordt aangevraagd.
Artikel 19 Intrekking/weigeringvergunning of ontheffing
  • 1.
    De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken wanneer de vergunning- of ontheffinghouder:
  • a.
    niet meer woonachtig is in het gebied waarvoor de vergunning is verleend, of
  • b.
    niet of niet tijdig aan zijn betalingsverplichtingen voor zijn vergunning of ontheffing heeft voldaan.
  • 2.
    Een vergunning of ontheffingaanvraag kan worden geweigerd, indien:
    • a.
      een vergunning- of ontheffinghouder in een jaar voorafgaand van de aanvraag reeds in het bezit was van een vergunning, en
    • b.
      waarbij deze vergunning is ingetrokken omdat niet of niet tijdig aan de betalingsverplichtingen van deze vergunning of ontheffing is voldaan.
Hoofdstuk 4 Inwerkingtreding en citeertitel
Artikel 20 Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.
Artikel 21 citeertitel
Dit besluit kan worden aangehaald als: Uitvoeringsregels Parkeervergunningen en ontheffingen, algemeen.
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Súdwest-Fryslân op 26 mei 2015.

drs. H.H. Apotheker

burgemeester

S. Joustra

loco-gemeentesecretaris

Naar boven