Wijziging CAR-UWO gemeente Waterland
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,
 
overwegende dat lokale vaststelling van de wijzigingen in de CAR-UWO met betrekking tot aanpassing van de verplaatsingskostenregeling verhuisplichtige ambtenaren en redactionele onvolkomenheden in de uitwerking cao 2013-2015 noodzakelijk is;
 
gelet op de artikelen 139 en 160 van de Gemeentewet,
 
BESLUIT:
vast te stellen de navolgende wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland conform ECWGO/U201402159 Lbr. 15/006 CvA/LOGA 15/02 en ECWGO/U201500231 Lbr. 15/013 CvA/LOGA 15/04.
ARTIKEL I  
  • A.
    Artikel 2:4, eerste, tweede en derde lid, komen te luiden:
    • 1.
      De aanstelling geschiedt voor bepaalde of onbepaalde tijd.
    • 2.
      Vanaf de dag dat een reeks van twee of drie aanstellingen voor bepaalde tijd, die elkaar opvolgen met tussenpozen van ten hoogste 6 maanden, een periode van 24 maanden overschrijdt (de tussenpozen inbegrepen), geldt de laatste aanstelling met ingang van die dag als een aanstelling voor onbepaalde tijd.
    • 3.
      Vanaf de dag dat meer dan drie aanstellingen voor bepaalde tijd elkaar hebben opgevolgd met tussenpozen van niet meer dan 6 maanden, geldt de laatste aanstelling als een aanstelling voor onbepaalde tijd.
 
  • B.
    Artikel 10d:33, derde lid, komt te luiden:
    • 3.
      Vanaf 15 juli 2014 eindigt de na-wettelijke uitkering op de dag waarop de ambtenaar de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt .
 
  • C.
    Artikel 18:1:5, eerste lid, komt te luiden:
    • 1.
      De tegemoetkoming in verhuiskosten kan slechts bestaan uit:
    • a.
      een bedrag voor de kosten van transport van de bagage en van de inboedel van de betrokkene en zijn gezinsleden naar de nieuwe woning, waaronder begrepen de kosten van het in- en uitpakken van breekbare zaken;
    • b.
      een bedrag voor dubbele woonkosten, gelijk aan de noodzakelijk te maken kosten, met een maximum van € 307,49 per maand met dien verstande dat de tegemoetkoming ten hoogste voor vier maanden wordt verleend;
    • c.
      een bedrag voor alle andere direct uit de verhuizing voortvloeiende kosten, met een maximum van € 6.149,43.
 
  • D.
    Artikel 18:1:7, tweede lid en derde lid, komen te luiden:
    • 2.
      De vergoeding die plaatsvindt op basis van het eerste lid is, voor dat deel dat gebruik wordt gemaakt van de trein, gemaximeerd op het bedrag van € 3.900 per jaar.
    • 3.
      De betrokkene die met de trein reist en van de woning of het pension met het ander (aansluitend) openbaar vervoer naar het eerst mogelijke station kan reizen, maar van dit openbaar vervoer geen gebruik maakt en in de plaats daarvan met eigen vervoer naar dat station reist, ontvangt een tegemoetkoming van € 102,77 op jaarbasis.
ARTIKEL II  
  • 1.
    Onderdeel A. treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.
  • 2.
    Onderdeel B. treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 maart 2015.
  • 3.
    De onderdelen C. en D. treden in werking op de dag na bekendmaking en werken terug tot en met 1 januari 2015.

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, gehouden op 24 maart 2015.

Het college voornoemd,

mr. N. van Ginkel mpm

algemeen directeur/gemeentesecretaris a.i.

L.M.B.C. Wagenaar-Kroon

burgemeester

Naar boven