Omgevingbeleidsplan Uitvoeringsprogramma vergunningverlening
Dit uitvoeringsprogramma maakt voor vergunningverlening inzichtelijk op welke wijze de gemeente Eersel omgaat met de uitvoering van deze taken. Het omgevingbeleidsplan bevat de algemene beleidslijn hoe wij omgaan met vergunningverlening en is de basis voor dit uitvoeringsprogramma. De bestuurlijke prioriteit die aan de uitvoering van elke taak kan worden gekoppeld, heeft hier zijn plaats gekregen.
Het Omgevingbeleidsplan, uitvoeringsprogramma Vergunningen 2015 is een vervolg op het op 5 november 2013 vastgestelde beleid. De wijzigingen ten opzichte van dit beleid hebben betrekking op de verruiming van de termijn voor uitstel voor het intrekken van omgevingsvergunningen voor bouwactiviteiten en de mogelijkheid om voor sommige zaken meerjarige vergunningen te verlenen. Daarnaast hebben we enkele tekstuele wijzigingen en toevoegingen verwerkt over de toetsniveaus en werkwijzen voor archeologie, tijdelijke bouwwerken, asbesttaken en brandveilig gebruik van tenten.
Voor vergunningverlening is in het omgevingbeleidsplan beschreven hoe de systematiek van toetsing wordt uitgevoerd. In dit uitvoeringsprogramma zijn vanuit risicoanalyses uitvoeringsniveaus met de toevoeging van de bestuurlijke prioriteit de toetsniveaus voor diverse taakonderdelen uitgewerkt.
Voor de beoordeling van aanvragen om vergunning en de daarbij ingediende gegevens, zoals onderzoeksrapporten, heeft het college van burgemeester en wethouders het volgende uitgangspunt vastgesteld:
Gegevens van deskundigen worden niet getoetst, tenzij er aanleiding is die een andere aanpak rechtvaardigt. De aanleiding kan zijn dat de locatie of het onderwerp een uitgebreidere toets vereist of uit steekproeven blijkt dat gegevens voor een specifieke activiteit of van bepaalde adviseur vaker niet correct zijn uitgevoerd.
Hierbij heeft het college zich de vraag gesteld wanneer de burger bescherming van de overheid verwacht of mag verwachten. Dit is in ieder geval bij zaken met een groot maatschappelijk effect, zoals brandveiligheid van grote complexen, kinderopvang, scholen en zorg, grote stallen (grootschalige brandcompartimentering), verkeersveiligheid en externe veiligheid. Hierbij hebben wij overwogen dat de kans op grote maatschappelijke gevolgen klein is, het effect bij een gebeurtenis wel groot kan zijn. Ook de toetsing aan bijvoorbeeld de regels van het bestemmingsplan, vindt daarom integraal plaats. Daarom in deze gevallen wel een representatieve toets door de gemeente.
Op basis van de Algemene wet bestuursrecht (artikel 3:9) dient het bestuursorgaan, indien een besluit berust op een onderzoek naar feiten en gedragingen dat door een adviseur is verricht, zich ervan te vergewissen dat dit onderzoek op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden. Dit is de zogenaamde vergewisplicht. Op die expertise mag het college volgens vaste rechtspraak in beginsel afgaan, tenzij blijkt dat dit advies op onzorgvuldige wijze tot stand is gekomen, inhoudelijk niet concludent of consistent, of niet voldoende kenbaar is. Het besluit om gegevens van deskundigen niet altijd meer inhoudelijk te toetsen, betekent niet dat wij ons niet vergewissen over de zorgvuldigheid van de gegevens. De toets op de volledigheid van de ingediende gegevens blijven wij altijd wel uitvoeren. We kijken dus bijvoorbeeld wel verder dan alleen de kaft van een rapportage: zijn alle noodzakelijke onderdelen volledig uitgewerkt, berekend etc. Ook voeren we steekproeven uit naar de correctheid van de inhoud van de gegevens die we in beginsel niet inhoudelijk toetsen. Dit alles maakt dat wij voldoen aan onze vergewisplicht zoals bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht.
In de toetslijsten is de hierboven omschreven beleidskeuze verwerkt. Hierbij vullen wij aan dat onder deskundigen in ieder geval worden verstaan: alle adviseurs in het vakgebied die bij de KVK een onderneming hebben geregistreerd.
De gemeentelijke organisatie zal een objectieve systematiek ontwikkelen voor het uitvoeren van steekproeven, zodanig dat deze voor een ieder transparant zijn.
Onze werkwijze geldt ook voor de uitbesteding van taken. Concreet betekent dit dat wij niet in alle gevallen advies zullen vragen aan bijvoorbeeld de omgevingsdienst (ODZOB), veiligheidsregio (VRBZO) en andere externe adviseurs.
De beleidskeuze is vertaald naar in toetsniveaus voor de diverse onderwerpen. De hoogte van het niveau bepaalt de diepgang van de uitvoering van de taken, variërend van niet toetsen, een steekproef tot integraal toetsen. De vastgestelde toetsniveaus hebben gevolgen voor de uitvoering van de werkzaamheden, de wijze van advisering en de juridische kwaliteit van de producten. De verkregen toetsniveaus hebben ook gevolgen voor de diepgang van controles. De toezichtniveaus worden afgestemd op de toetsniveaus van vergunningen, ontheffingen en meldingen.
De gemeente is niet primair verantwoordelijk voor het voldoen aan wettelijke voorschriften. Dit zijn de initiatiefnemers van activiteiten. Dit geldt voor vergunningplichtige, meldingplichtige maar ook voor vergunningvrije zaken. Daarom worden alle initiatiefnemers gewezen op hun eigen verantwoordelijkheid. Indien nodig worden zij op hun verantwoordelijkheid aangesproken.
Het volledige beleidsplan kunt u op deze pagina downloaden.
Naar boven