Nadere regels voor de bepaling van de toepasselijke bijstandsnorm voor alleenstaande ouders
 
Overwegende dat het noodzakelijk is aanvullende beleidsregels vast te stellen over de toepasselijke bijstandsnorm bij het beoordelen het recht op minimaregelingen en het toepassen van de draagkracht bij individuele bijzondere bijstand.
Gelet op het artikel 21 en 35 lid 1 Participatiewet,
Mede Gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet,
Besluit vast te stellen de volgende nadere regels voor de bepaling van de toepasselijke bijstandsnorm ten behoeve van alleenstaande ouders:
Artikel 1. Te hanteren bijstandsnorm alleenstaande ouders
Bij het toekennen van minimaregelingen en het bepalen van de draagkracht bij individuele bijzondere bijstand voor alleenstaande ouders, als toepasselijke bijstandsnorm 90% van de echtparennorm hanteren.
Artikel 2. Citeertitel
Deze nadere regel kan worden aangehaald als: ”Nadere regel voor de bepaling van de toepasselijke bijstandsnorm ten behoeve van alleenstaande ouders”
Artikel 3. Inwerkingtreding
Deze nadere regel treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2015
Toelichting
Met ingang van 1 januari 2015 is zijn er binnen de Participatiewet nog 2 bijstandsnormen te weten de echtparennorm en de alleenstaande norm. De alleenstaande norm bedraagt 70% van de echtparennorm. Tot 1 januari 2015 was er ook een aparte bijstandsnorm voor alleenstaande ouders. Deze bedroeg 90% van de echtparennorm. Deze bijstandsnorm is afgeschaft. Alleenstaande ouders ontvangen nu de norm van een alleenstaande, dus 70% van de echtparennorm. Het verlies ten opzichte van de situatie van voor 1.1.2015 wordt voor het grootste gedeelte gecompenseerd met een aparte toeslag door de fiscus t.b.v. de kinderen. Bij de beoordeling van het recht op minimaregelingen en bij toepassing van de draagkracht bijzondere bijstand, wordt uitgegaan van een percentage van de toepasselijke bijstandsnorm. Zo wordt voor de Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering een inkomensgrens van 110% van en toepasselijke bijstandsnorm gehanteerd, terwijl dit voor het declaratiefonds voor sport en cultuur (“ik doe mee fonds”) 130% van de toepasselijke bijstandsnorm is. Bij de draagkracht voor individuele bijzondere bijstand wordt deze bijstand volledig vergoed tot en met een inkomen van 110% van de toepasselijke bijstandsnorm. Bij een inkomen boven dit laatste percentage moet de aanvrager 50% van dit inkomen zelf aanwenden.
De vraag is: wordt voor alleenstaande ouders als toepasselijke bijstandsnorm de nieuwe alleenstaande norm genomen of wordt zoals dit tot 1.1.2015 het geval was 90% van de echtparennorm genomen. Bij toepassing van de nieuwe lagere norm als toepasselijke bijstandsnorm worden minima benadeeld terwijl hun inkomenspositie zeker niet beter is dan die in 2014. Daarom wordt in deze nadere regel bij de beoordeling van aanvragen voor een minimaregelingen of bijzondere bijstand 90% van de echtparennorm als toepasselijke bijstandsnorm genomen.
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Wageningen,
de secretaris,
de burgemeester,
 
 
M.J.F. Verstappen
G.J.M. van Rumund
Naar boven