Toevoeging artikel 6 bijlage verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs
 
 
De raad der gemeente Delft;
elezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 december 2014;
gelezen het verslag van het gevoerde op overeenstemming gerichte overleg met de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 102 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 100 van de Wet op de expertisecentra en artikel 76m van de Wet op het voortgezet onderwijs;
gezien het advies van de commissie Samenleving;
besluit:
vast te stellen de toevoeging van artikel 6 “Voorzieningen lokaal bewegingsonderwijs” in de bijlage van de Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs
Artikel 6
Voorzieningen lokaal bewegingsonderwijs.
I. Aanduiding van de voorziening
Onderscheid wordt gemaakt in de voorziening:
  • a.
    aanpassingen, bestaande uit:
    • 1.
      het maken van voldoende wasgelegenheid waar deze bij het lokaal bewegingsonderwijs ontbreekt en dit belemmerend werkt op het effectief gebruik, dan wel de mogelijkheden tot medegebruik, van het lokaal bewegingsonderwijs;
    • 2.
      wijzigingen bij ingebruikneming van een gebouw als het gebouw anders niet geschikt is voor het primair onderwijs en speciaal of voortgezet speciaal onderwijs, omdat:
  • A.
    de netto vloeroppervlakte van een lokaal bewegingsonderwijs niet minstens 252 vierkante meter netto is en de hoogte niet minstens 5 meter bedraagt, en
  • B.
    het lokaal bewegingsonderwijs niet voorzien is van minstens twee kleedruimten met een was- of douchegelegenheid;
    • 3.
      voorzieningen voor eisen voortkomend uit wet- en regelgeving;
    • 4.
      vervangen van oliegestookte verwarmingsinstallaties;
  • b.
    onderhoud, bestaande uit:
    • 1.
      vervangen dakbedekking, hemelwaterafvoer, dakrand, daklichten;
    • 2.
      vervangen buitenberging of dak buitenberging;
    • 3.
      vervangen rijwielstalling of rijwielstandaards;
    • 4.
      vervangen brandtrap;
    • 5.
      vervangen erfscheiding;
    • 6.
      vervangen of herstellen riolering of bestrating schoolplein;
    • 7.
      vervangen binnenkozijnen en –deuren, inclusief hang- en sluitwerk;
    • 8.
      vervangen buitenkozijnen en –deuren, inclusief hang- en sluitwerk;
    • 9.
      vervangen radiatoren, convectoren of leidingen voor centrale verwarming;
    • 10.
      vervangen dakpannen, inclusief houtwerk, dakrand en goten;
    • 11.
      vervangen boeiboorden.
  • II.
    Indieningsdatum
De aanvraag voor het bekostigen van de voorziening moet uiterlijk 1 februari voorafgaande het jaar van bekostiging bij het college worden ingediend. Bij de aanvraag moet worden overlegd:
  • a.
    een leerlingenprognose, en
  • b.
    een rapportage waaruit de noodzaak blijkt van de voorzieningen, of
  • c.
    een bouwkundige rapportage die voldoet aan NEN 2767 en aantoont dat het gevraagde onderhoud noodzakelijk is, en
  • d.
    een offerte van de kosten.
  • III.
    Tijdvak waarvoor voorziening wordt toegekend
De voorziening wordt toegekend voor het jaar volgend op het jaar waarop de aanvraag is ingediend. Is het niet mogelijk om de voorziening in het toegekende jaar te realiseren dan moet het bevoegd gezag voor 1 september van het toegekende jaar van uitvoering bij het college aan gemotiveerd verzoek indienen om uitstel van de uitvoering van de voorziening. Het college beslist voor 1 november daaropvolgend.
IV Criteria voor het toekennen van een voorziening
Criteria schoolbestuur dat in aanmerking komt voor een voorziening.
Het bevoegd gezag van een school of nevenvestiging voor:
  • a.
    basisonderwijs of speciaal basisonderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, en
  • b.
    speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra.
dat juridisch eigenaar is van een school voor basisonderwijs, school voor speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs die zich bevindt op het grondgebied van de gemeente en juridisch eigenaar is van lokaal bewegingsonderwijs dat zich bevindt op het grondgebied van de gemeente.
  • 1.
    De noodzaak van de voorziening:
    • a.
      maken van voldoende wasgelegenheid is aanwezig als bij het lokaal bewegingsonderwijs geen twee wasgelegenheden zijn;
    • b.
      maken van voldoende kleedgelegenheid is aanwezig als blijkt dat er geen twee kleedruimten zijn;
    • c.
      ingebruikneming blijkt uit het feit dat het desbetreffende gebouw niet voldoet aan de inrichtingseisen voor lokale bewegingsonderwijs voor het basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs en het geschikt maken van het gebouw met redelijke kosten, zulks ter beoordeling van het college, te verwezenlijken is;
    • d.
      eisen voortkomend uit wet- en regelgeving blijkt als wordt vastgesteld dat het gebouw niet voldoet aan de geldende wet- en regelgeving, terwijl onontkoombaar is dat dit verschil op korte termijn moet worden opgeheven;
    • e.
      blijkt uit het feit dat de oliegestookte verwarmingsinstallatie in een zo slechte conditie verkeert dat vervanging noodzakelijk is, en
    • f.
      onderhoud blijkt uit het feit dat het gevraagde gebouwelement of een gedeelte daarvan:
  • 1.
    tenminste in een matige conditie verkeert volgens de bouwkundige opname op grond van NEN 2767, en
  • 2.
    regulier onderhoud door het bevoegd gezag niet langer volstaat.
  • 2.
    Bovenstaande voorzieningen komen voor bekostiging in aanmerking als op basis van een prognose, die voldoet aan de in bijlage II van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Delft 2015 gestelde vereisten, het gebouw nog ten minste vier jaar voor het bewegingsonderwijs noodzakelijk is, tenzij er een andere, goedkopere, voorziening mogelijk is. Dit ter beoordeling van het college.
  • V.
    Wijze waarop de voorziening wordt toegekend
  • 1.
    De voorziening wordt voorlopig toegekend op basis van de door het bevoegd gezag bij de ingediende aanvraag overgelegde offerte.
  • 2.
    Het definitieve bedrag wordt vastgesteld op basis van de offertes die zijn aangevraagd nadat de voorziening is toegekend.
  • 3.
    Bij het opvragen van de definitieve offertes is het bevoegd gezag gehouden aan de gemeentelijke richtlijnen voor het opvragen van offertes.
VI Subsidieplafond
Voor deze voorziening wordt geen subsidieplafond gehanteerd.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 februari 2015.
,burgemeester.
mr. drs. G.A.A. Verkerk
,wnd.griffier.
A.P. Oostdijk
Naar boven