Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 (2015, nr. 344/1400)

 

Nummer 344/1400

Publicatiedatum 21 december 2015

Agendapunt 52

Datum besluit B&W 10 november 2015

Onderwerp

Wijzigen van de Verordening op het Lokaal Onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014

De gemeenteraad van Amsterdam

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 10 november 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1400);

Gelet op de Gemeentewet:

Artikel 6 en 140 van de Wet op het primair onderwijs;

Artikel 6 en 134 van de Wet op de expertisecentra;

Artikel 77 en 96g van de Wet op het voortgezet onderwijs;

Hoofdstuk 4 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gemeentewet art. 147 inzake vaststellen verordening,

Besluit:

vast te stellen de volgende

Verordening tot wijziging van de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014, vastgesteld bij raadsbesluit van 12 maart 2014 (Gemeenteblad 2014, afd. 3A, nr. 62/181), laatstelijk gewijzigd bij Raadsbesluit van 11 februari 2015 (Gemeenteblad 2015, afd. 1, nr. 49)

Artikel I.

Artikel 5, eerste lid, wordt gewijzigd en komt te luiden:

1.Een aanvraag voor een voorziening of aanvullende voorziening wordt vóór 1 maart voorafgaand aan het tijdvak waarvoor de voorziening of aanvullende voorziening wordt aangevraagd, ingediend bij het college, tenzij in de voorziening of aanvullende voorziening anders is bepaald.

Artikel II.

Bijlage 3 (voorziening vakleerkracht cultuur) wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 2 (doel voorziening) wordt gewijzigd en komt te luiden:

Het doel van deze voorziening is het versterken van cultuureducatie op scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs door middel van een vakleerkracht cultuur.

Aan artikel 3 wordt na lid 2 een lid toegevoegd, luidende:

3.De subsidie is uitsluitend bedoeld voor lestaken en wordt niet ingezet voor de coördinatietaken van de interne cultuurcoördinator of groepsleerkracht.

Artikel 5 (bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens) wordt gewijzigd en komt te luiden:

In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 geeft het schoolbestuur bij de subsidieaanvraag per school, waarvoor hij de aanvraag doet, aan op welke wijze de verbinding gemaakt wordt tussen de vakleerkrachtcultuur en de landelijke kerndoelen, zoals opgenomen in het basispakket cultuureducatie.

Artikel 7, lid 1 onder d. wordt gewijzigd en komt te luiden:

d.de wijze waarop de verbinding gemaakt is tussen de vakleerkracht cultuur en de landelijke kerndoelen, zoals opgenomen in het basispakket cultuureducatie.

Artikel III.

Bijlage 4 (voorziening vakleerkracht bewegingsonderwijs) wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 2 (doel voorziening) wordt gewijzigd en komt te luiden:

Het doel van deze voorziening is dat op de scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs aan de leerlingen van de groepen 1 tot en met 8 (4 t/m 12 jaar) minimaal 90 minuten per week bewegingsonderwijs wordt gegeven door een bevoegde vakleerkracht bewegingsonderwijs.

Artikel 6 (aanvraag om vaststelling) wordt gewijzigd en komt te luiden:

  • 1.

    In aanvulling op artikel 14 van de ASA 2013 verstrekt het schoolbestuur per school in het kader van de aanvraag om vaststelling van de subsidie over het gesubsidieerde tijdvak informatie waaruit blijkt:

    • a.

      hoeveel fte aan vakleerkracht bewegingsonderwijs is aangesteld met de daaraan verbonden kosten;

    • b.

      de inzet in uren van een vakleerkracht bewegingsonderwijs gedifferentieerd naar groepen, waaraan de vakleerkracht heeft lesgegeven;

    • c.

      de bijdrage van het schoolbestuur voor de vakleerkracht bewegingsonderwijs.

  • 2.

    De in het eerste lid aanhef en onder a bedoelde informatie kan worden verstrekt door het overleggen van een loonstaat betreffende het gesubsidieerde tijdvak of door het overleggen van een bewijs van aanstelling dan wel inhuur.

Artikel IV.

In bijlage 5 (voorziening onderwijsondersteunend personeel) wordt artikel 3, lid 3 gewijzigd en komt te luiden:

3.De subsidie voor een dislocatie van een basisschool wordt bepaald op grond van het aantal leerlingen dat op 1 oktober in het schooljaar voorafgaand aan het te subsidiëren tijdvak de dislocatie daadwerkelijk bezocht. De criteria genoemd onder a. en b. van het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel V.

In bijlage 6 (voorziening hoogbegaafdheid) wordt artikel 2 (doel voorziening) gewijzigd en komt te luiden:

Het doel van deze voorziening is een passend aanbod te realiseren voor hoogbegaafde leerlingen van de scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs, zodat mogelijke gevolgen als onderprestatie, vermindering van leermotivatie en ondermijning van het zelfvertrouwen worden voorkomen of verminderd.

Artikel 5 (de aanvrager) wordt gewijzigd en komt te luiden:

Subsidie voor een voorziening hoogbegaafden kan uitsluitend worden aangevraagd door een schoolbestuur ten behoeve van één of meerdere onder zijn gezag vallende scholen.

Artikel VI.

Bijlage 7 (voorziening bevorderen burgerschap, diversiteit en gedeelde geschiedenis) wordt artikel als volgt gewijzigd:

Artikel 2 (doel voorziening) wordt gewijzigd en komt te luiden:

Het doel van deze voorziening is het ondersteunen van activiteiten met een Amsterdams karakter die gericht zijn op het ontwikkelen en bevorderen van (kennis van) diversiteit, burgerschap, en gedeelde geschiedenis van leerlingen van de scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs passend binnen de doelstelling van de beleidsbrief Burgerschap in het onderwijs.

In artikel 3 wordt na het tweede lid een nieuw lid ingevoegd, luidende:

3.De subsidie is bedoeld voor het uitvoeren van activiteiten met een Amsterdams karakter in aanvulling op de activiteiten die een school in het kader van artikel 8, derde lid en artikel 9 van de Wet op het primair onderwijs, of artikel 11, vierde lid en artikel 13 van de Wet op de expertisecentra al in het reguliere onderwijsprogramma voor de leerlingen organiseert.

Artikel 4 (de aanvrager) wrdt gewijzigd en komt te luiden:

Subsidie voor één of meerdere activiteiten kan uitsluitend worden aangevraagd door een schoolbestuur ten behoeve van één of meerdere onder zijn gezag vallende (samenwerkende) scholen voor basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs. .

In afwijking van het eerste lid kan de subsidie tevens aangevraagd worden door samenwerkende schoolbesturen. In dat geval treedt één van de schoolbesturen op als penvoerder.

Artikel VII.

Bijlage 8 (voorziening vroegschoolse educatie) wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 2 (doel voorziening) wordt gewijzigd en komt te luiden:

Het doel van deze voorziening is het optimaal afstemmen van activiteiten in de vroegschool en de daaraan gekoppelde voorschoolgroepen in aanvulling op de uitvoering van vroegschoolse educatie. waardoor wordt gezorgd voor een doorlopende ontwikkeling ontwikkellijn in de peuter- en kleuterleeftijd en onderwijsachterstanden worden verminderd.

Artikel 7 (aanvullende verplichtingen) wordt gewijzigd en komt te luiden:

In aanvulling op de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013 zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • a.

    op vroegscholen wordt gewerkt met een erkend vve-programma of met de vroegschoolvariant;

  • b.

    de leerkrachten en onderwijsassistenten die worden ingezet voor de uitvoering van vroegschoolse educatie voldoen aan de Amsterdamse taalnorm en zijn aanvullend geschoold voor het werken met jonge kinderen;

  • c.

    vroegscholen werken met ten minste één gekoppelde voorschool waarmee aantoonbaar afspraken zijn gemaakt over visie, doelen en een doorlopende leerlijn;

  • d.

    op de vroegschool of vroegschoolvariant wordt gebruik gemaakt van een ontwikkel-volg-systeem voor de VVE in samenwerking met de peutervoorziening;

  • e.

    de VVE-coördinator, dan wel zijn vervanger, neemt deel aan een door de gemeente Amsterdam georganiseerd VVE-overleg.

Artikel VIII.

De huidige bijlage 13 Taalinterventies (Gemeenteblad 2015, afd. 1, nr. 49) wordt ingetrokken, met dien verstande dat deze van toepassing blijft voor de vaststelling van de subsidies die op grond van deze voorzieningen zijn verleend, en onder gelijke vervanging door bijlage 13 Taalinterventies

Artikel IX.

Aan de Verordening op het lokaal onderwijsbeleid in de gemeente Amsterdam 2014 (VLOA)worden de volgende nieuwe bijlagen toegevoegd:

Bijlage 13 Taalinterventies 2015;

Bijlage 18 Voorziening Nieuwkomersonderwijs;

Bijlage 19 Bevordering ouderbetrokkenheid

Artikel X.

Deze verordening treedt in werking een dag na publicatie in afdeling 3A van het gemeenteblad.

Aldus besloten door de gemeenteraad voornoemd

in zijn vergadering op 17 december 2015.

De plv. voorzitter

E.Ünver

De raadsgriffier

mr. M. Pe

Naar boven