Gemeenteblad van Veghel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veghel | Gemeenteblad 2015, 129612 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Veghel | Gemeenteblad 2015, 129612 | Verordeningen |
Verordening onroerendezaakbelastingen 2016
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2015;
gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet;
Bij de gebruikersbelasting wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik, aangemerkt als gebruik door degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.
Met betrekking tot de eigenarenbelasting wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Een onroerende zaak dient in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.
Artikel 3. Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18, en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
In afwijking in zoverre van artikel 3 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
Artikel 7. Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid moet(en), indien een machtiging voor automatische incasso is afgegeven en zolang de verschuldigde bedragen via automatische incasso kunnen worden afgeschreven, de aanslag(en) worden betaald in tien gelijke maandelijkse termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die van de dagtekening van het aanslagbiljet en de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 9. Nadere regels door het Dagelijks Bestuur
Het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking Oost-Brabant kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de onroerendezaakbelastingen.
Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening onroerende zaakbelastingen 2015”, vastgesteld bij raadsbesluit van 4 december 2014, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 17 december 2015.
Toelichting Verordening onroerendezaakbelastingen 2016
In het nieuw ingevoegde artikel 8 is bepaald dat geen kwijtschelding wordt verleend. Dit is in lijn met de bepaling die voordien was vastgelegd in de Regeling met betrekking tot het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen / waterschapsbelastingen.
In het coalitieakkoord “Werk maken van een sterker Veghel” is aangegeven dat de OZB jaarlijks met 2% wordt verhoogd voor zowel woningen als niet-woningen.
Vanaf 2013 is de ‘bestendige gedragslijn’ ten aanzien van waardeontwikkelingen versus OZB-tarieven: waardeontwikkelingen worden gecompenseerd door een tariefsaanpassing teneinde een gelijkblijvende opbrengst te genereren.
In de lijn van bovenstaande uitgangspunten zijn voor 2016 de tarieven t.o.v. 2015 gewijzigd met:
De geraamde waardedaling voor 2015 (is de waarde per 1 januari 2014) is minder dan waar bij de tariefstelling voor 2015 rekening mee is gehouden. Met name bij de niet-woningen is de waarde van de onroerende zaken hoger. Uitgaande van de ‘bestendige gedraglijn’ zoals hiervoor genoemd, kunnen de tarieven neerwaarts worden bijgesteld teneinde toch een gelijkblijvende opbrengst (inclusief de 2% verhoging zoals opgenomen in het coalitieakkoord) te genereren.
In onderstaande tabel zijn bovenstaande conclusies verwerkt. Deze tabel vervangt de (nog onvolledige) tabel die in de programmabegroting 2016 op pagina 73 is opgenomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-129612.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.