Verordening op de heffing en invordering van leges 2016

De raad der gemeente Bergeijk; 

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 november 2015;

 

gezien het advies van de commissie ABZ d.d. 3 december 2015.

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart;

 

besluit vast te stellen de:

 

Verordening op de heffing en invordering van leges 2016

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

 

'dag':

de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

 

'week':

een aaneengesloten periode van zeven dagen;

 

'maand':

het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalendermaand tot en met de 1e dag in de volgende kalendermaand;

 

'jaar':

het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot en met de 1e dag in het volgende kalenderjaar;

 

'kalenderjaar':

de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam leges worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verorde­ning en in de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingsplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    het in behandeling nemen van aanvragen voor kleinschalige activiteiten/evenementen die vallen onder meldingsplichtige activiteiten (categorie 1) van het evenementenbeleid gemeente Bergeijk;

  • c.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • d.

    Diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1., eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • e.

    Het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald in geval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarie­ventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarie­ventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 3 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 4 (onderdelen 4.5 en 4.6 verstrekkingen uit de basisregistratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk en verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 3.

      hoofdstuk 10 (reisdocumenten);

    • 4.

      hoofdstuk 11 (rijbewijzen);

    • 5.

      hoofdstuk 17 (verklaring omtrent het gedrag en verzoeken op grond van de naturalisatiewet);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van leges.

Artikel 12 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeerartikel

  • 1.

    De "Legesverordening 2015" vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2014, wordt ingetrokken met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich hebben voorgedaan vóór de in het vierde lid genoem­de datum van ingang van de heffing.

  • 2.

    De verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van heffing, de ingetrok­ken verordeningen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvinden­de belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening 2016"

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Bergeijk van 15 en 17 december 2015.

 

De gemeenteraad,

H.M.J. van de Ven

Plaatsvervangend griffier

H.G.M. van de Vondervoort

Voorzitter

Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2016
Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag tot het verstrek­ken van:

 

1.1.1

Gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zo­ver daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 6.30

1.1.2

Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wette­lijke rege­ling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 0,40

1.1.3

Een beschikking op een aanvraag, voor zover d­aarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opge­nomen

€ 6,30

1.1.4

Stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zo­ver daarvoor niet elders in deze ta­bel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opge­nomen, per pagina

€ 6,30

1.1.5

Kaarten en tekeningen van bestemmingsplannen bouw- en civieltechnische tekeningen milieutekeningen kadas­ter­kaarten of fotokopieën daarvan per kaart, teke­ning of fotokopie voor zover afge­drukt op:

AO-papier

A1-papier

A2-papier

A3-papier

A4-papier

 

€ 8,15

€ 6,80

€ 6,30

€ 4,40

€ 2,75

1.1.6

Indien stukken worden toegezonden, worden de in dit hoofdstuk genoemde tarieven verhoogd met

€ 2,95

1.1.7

WKPB-verklaring (Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen)

€ 6,30

1.1.8

Exemplaar gemeentegids

€ 2,75

1.1.9

Exemplaar gemeentegids

€ 2,75

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken

2.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­de­ling nemen van een aanvraag tot het verstrek­ken van:

 

2.1.1

een exemplaar van de programmabegroting en paragrafen

€ 53,00

2.1.2

een exemplaar van de productenraming

€ 16,50

2.1.3

een exemplaar van de programmarealisatie

€ 53,00

2.1.4

een exemplaar van de productenrealisatie

€ 16,50

2.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag:

 

2.2.1

tot het verstrekken van:

 

2.2.1.1

een exemplaar van het verslag van een raads­ver­gadering, per pagina

€ 0,40

2.2.1.2

een exemplaar van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina

€ 0,40

2.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

2.2.2.1

op verslagen van de raadsvergaderingen

€ 47,85

2.2.2.2

op de stukken, behorende bij de raadsverga­de­ringen

€ 59,75

2.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag:

 

2.3.1

tot het verstrekken van:

 

2.3.1.1

een exemplaar van het verslag van een verga­de­ring van een raadscommissie, per pagina

€ 0,40

2.3.1.2

een exemplaar van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€ 0,40

2.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

2.3.2.1

op de stukken behorende bij de vergaderingen van een raadscom­missie, inclusief de geagen­deerde verslagen van de vorige vergade­ring(en)

€ 50,20

2.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aan­vraag tot het verstrek­ken van:

 

2.4.1

een exem­plaar van een door de raad vast­ge­stelde verorde­ning, per pagina

€ 0,40

Hoofdstuk 3 Burgerlijke Stand

3.1

Voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap.

maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag

zaterdag

 

Meerkosten bij een huwelijk op locatie

 

€ 240,00

€ 450,00

 

€ 110,00

3.2

Het tarief bedraagt ter zake van het ver­strek­ken van een trouwboekje of dupli­caat-trouwboek­je, partnerschapsboekje of dupli­caatpartnerschapsboekje

 

Het tarief bedraagt ter zake de omzetting van een huwelijk in een partnerschapsregistratie of anderszins in de trouwzaal hetzelfde als genoemd onder 3.1.

€ 39,00

3.3

Voor een administratieve omzetting

€ 12,80

3.4

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van­ nasporingen in de registers van de Bur­gerlijke Stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,25

3.5

Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van een afschrift/uittreksel uit de Burgerlijke Stand

€ 12,80

3.6

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring van huwelijksbevoegdheid

 

Bij toezending van de stukken genoemd onder 3.4.2. en 3.4.3. worden de tarieven verhoogd met een bedrag als opgenomen in 1.1.6.

€ 22,80

3.7

Aanleveren van getuigen voor een huwelijk (per getuige)

€ 20,00

3.8

Administratiekosten voor het verzetten van een huwelijks/partnerschapdatum.

€ 18,50

3.9

Het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 12,80

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uit­zondering van de onderdelen 4.3 en 4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer geg­evens omtrent één persoon waar­voor de ba­sisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 

4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag:

 

4.2.1

tot het verstrekken van gegevens:

per verstrekking

Dit tarief geldt ook voor verstrekkingen aan afnemers en bijzondere derden op papier. ( administratiekosten onder 1.1.6)

 

€ 6,30

4.2.2

tot het verstrekken aan afnemers op papier bij aanwezigheid “no-hit”

€ 2,27

4.3

Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt on­der één verstrekking verstaan één of meer gege­vens omtrent één persoon die niet zijn opgeno­men in de basisregistratie personen:

4.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag:

 

4.4.1

tot het verstrekken van gegevens:

per verstrekking

 

€ 6,30

4.4.2

tot het verstrekken aan afnemers op papier bij aanwezigheid “no-hit”

€ 2,27

4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 22,69

4.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 2,27

4.7

Het tarief bedraagt ter zake van het op ver­zoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwa­rtier

€ 18,25

Hoofdstuk 5

 

Begripsomschrijving

 

5.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

5.1.1.1

Aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

5.1.1.2

Bouwkosten:

Onder bouw­kosten wordt in dit hoofdstuk ver­staan de bouwkosten vastgesteld door middel van een raming van de bouw­kosten (ex­clu­sief omzetbe­lasting) als be­doeld in het norm­blad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit norm­blad laat­stelijk is vervan­gen of gewijzigd. Deze raming kan alleen maar geschieden door middel van geïndexeerde eenheidsprijzen per m3 of per m2 op basis van een door het college van Burgemeester en Wethouders vast te stellen bouwkostenta;el.

 

5.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

5.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

5.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

Vooroverleg/beoordeling concept

 

5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

5.2.1

om beoordeling van een vooroverleg (schetsplan) om een omgevingsvergunning:

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld met een minimum van

25%

€ 100,00

5.2.2

om beoordeling van een principeverzoek ten aanzien van bouwen dan wel gebruiken in strijd met de regels van het bestemmingsplan

€ 500,00

 

Omgevingsvergunning

 

5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en het onderdeel 5.4.1 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

5.3.1.

Bouwactiviteiten

 

5.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

5.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 3.449 bedragen een minimum tarief van

€ 100,00

5.3.1.1.2

indien de bouwkosten meer dan € 3.449 en niet meer dan € 50.000 bedragen:

vermeerderd met 2,9% van het bedrag waarmee de bouwkosten de € 3.449 te boven gaan;

€ 100,00

5.3.1.1.3

indien de bouwkosten meer dan € 50.000,00 en niet meer dan € 300.000,00 bedragen

vermeerderd met 2,4% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000,00 te boven gaan;

€ 1.450,00

5.3.1.1.4

Indien de bouwkosten meer dan € 300.000 bedragen

vermeerderd met 1,9% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 300.000,00 te boven gaan

€ 7.450,00

5.3.1.1.5

Indien de aanvraag genoemd in onderdeel 5.3.1.1 aangemerkt kan worden als een gecertificeerde aanvraag, wordt 60% van het van toepassing zijn legestarief in rekening gebracht.

60%

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

5.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 5.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 605,00

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

5.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 5.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

20%

5.3.2

Het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of van werkzaamheden

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op  het uitvoeren van een werk, geen gebouw zijnde, of werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 250,00

5.3.3

Planologisch strijdig gebruik

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 5.3.1:

 

5.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 250,00

5.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 500,00

5.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 10.000,00

5.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d. van de Wabo, bedraagt het tarief

 

vermeerderd met een toeslag als hieronder aangegeven:

voor een bouw­werk met een gebruiksoppervlakte:

cat.1 t/m 100 m2

cat.2 van meer dan 100 m2 t/m 500 m2

per m2

cat.3 van meer dan 500 m2 t/m 2.000 m2

per m2

cat.4 van meer dan 2.000 m2 t/m 5.000 m2

per m2

cat.5 van meer dan 5.000 m2 t/m 50.000 m2

per m2

cat.6 van meer dan 50.000 m2

per m2

€ 260,80

 

 

 

€ 184,10

 

€ 1,95

€ 616,00

€ 0,62

€ 1.527,00

€ 0,17

€ 2.056,00

€ 0,06

€ 3.357,00

€ 0,03

5.3.5.2

indien een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in onderdeel 5.3.5.1 betrekking heeft op het tijdelijk gebruik van een bouwwerk, ten behoeve van een evenement (gebruiksduur maximaal 4 we­ken);

10% van het legestarief vermeld in onderdeel 5.3.5.1;

 

5.3.5.3

indien een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in onderdeel 5.3.5.1 betrekking heeft op een vergunning tot wijziging dan wel uit­breiding van een vergunning als bedoeld in onderdeel 5.3.5.1 bedraagt het legestarief indien het betreft:

  • 1.

    Uitbreiding van de inrichting, met dien verstande dat de uitbreiding tenminste 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte bestaat; het legestarief vermeld in onderdeel 5.3.5.1, met dien verstande dat de toe­slag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding;

  • 2.

    Herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de gehele in­richting of een gedeelte van de in­richting met dien verstande dat deze herindeling interne verbouwing of gewijzigd gebruik tenminste 10% van de gebruiksoppervlakte beslaat: 50% van het legestarief vermeld in onderdeel 5.3.5.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt be­rekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte;

 

5.3.6

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

5.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

 

5.3.6.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

 

€ 100,00

 

Aanleggen of veranderen weg

 

5.3.7

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 250,00

 

Uitweg/inrit

 

5.3.8

Indien de aanvraag betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een melding is vereist, bedraagt het tarief:

€ 76,50

 

Kappen

 

5.3.9

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 76,50

5.31.10

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

5.3.10.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 72,70

5.3.10.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 72,70

5.3.10.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 72,70

5.3.10.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

5.3.11

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

5.3.11.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

5.3.11.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

5.3.11.3

Voor gefaseerde aanvragen bouwvergunning gelden de percentages zoals ze zijn vastgesteld bij het indienen van de aanvraag van de eerste fase bouwvergunning.

 

5.3.12

Beoordeling bodemonderzoek

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemonderzoek wordt beoordeeld:

 

5.3.12.1

vervallen

 

5.3.12.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 780,00

5.3.13

Advies

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

€ 250,00

5.3.14

Verklaring van geen bedenkingen

 

5.3.14.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

5.3.14.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 100,00

5.3.14.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

5.3.14.2

Indien een begroting als bedoeld in 5.3.13.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

Vermindering

 

5.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in 5.2.1, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in 5.3 en volgende.

 

 

Teruggaaf

 

5.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw- en aanlegactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 5.3.1en 5.3.2, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

5.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 26 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

50%

5.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- en, aanlegactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 5.3.1 en 5.3.2 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

50%

5.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

5.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 5.3.1, 5.3.2 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

50%

5.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 5.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

5.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

Een bedrag minder dan € 55,00 wordt niet teruggegeven.

 

5.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 5.3.13 en 5.3.14 wordt geen teruggaaf verleend.

 

5.6

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

5.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 10.000,00

5.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen danwel uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, respectievelijk artikel 3.6 eerste lid onder b van de Wet ruimtelijke ordening

€ 10.000,00

5.7

In deze titel niet benoemde beschikking

 

5.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 72,70

5.8

Vergunning tijdelijke huur

 

5.8.1

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 15, lid 1 van de Leegstandswet i.v.m. het aangaan van een tijdelijke huurovereenkomst

 

€ 72,70

Hoofdstuk 6 vervallen

 

Hoofdstuk 7 Gemeentearchief

7.1

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de in het gemeentear­chief be­rustende stukken door een ambtenaar voor ieder daaraan besteed­ kwartier

€ 18,25

7.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling ne­men van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

7.2.1

Een afschrift of fotokopie van een in het ge­meentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,40

7.2.2

Een uittreksel uit een in het gemeentear­chief berustend stuk

€ 0,40

Hoofdstuk 8 Kiezersregister

8.1

Het tarief bedraagt van het in behan­deling ne­men van een aanvraag tot het verstrekken van een in­lichting betreffende de registra­tie van de a­anvrager als kiezer, bedoeld in artikel D4 van de Kieswet (stb 1989, 423)

€ 6,30

Hoofdstuk 9 Kadaster

9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het ver­richten van nasporingen in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier (met een minimum van één kwartier)

€ 18,25

Hoofdstuk 10 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

10.1

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

10.1.1

van een nationaal paspoort:

 

10.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,40

10.1.3

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

10.2.1

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 10.1.1 (zakenpaspoort):

 

10.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,40

10.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

10.2.3.

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

10.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 64,40

10.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

10.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,20

10.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

10.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 50,40

10.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 28,45

10.2.7

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 10.1.1 tot en met 10.2.8 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 47,30

10.2.8

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

10.2.8.1

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort aan niet-ingezetenen voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 99,05

10.2.8.2

Tot het verstrekken van een nationaal paspoort aan niet-ingezetenen voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 85,80

10.2.8.3

Tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan niet-ingezetenen bedraagt

t/m 17 jaar

vanaf 18 jaar

 

€ 66,05

€ 87,95

Hoofdstuk 11 Rijbewijzen

11

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­de­ling nemen van:

 

11.1

Een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbe­wijs

€ 38,20

11.2

Het tarief als genoemd in onderdeel 11.1. wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 33,85

Hoofdstuk 12 Wet op de Kansspelen

12.1

Het tarief bedraagt van het in behandeling ne­men van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 25,00

12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van en aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen voor een periode van 4 jaar voor twee kansspelautomaten een basisbedrag van:

€ 360,00

Hoofdstuk 13 Drank-en Horecawet

13.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling ne­men van een aan­vraag tot het verkrij­gen van een vergunning ingevolge ar­tikel 3 eer­ste lid, Drank- en Horeca­wet (Stb 1964,386)

€ 180,00

13.2

Ter zake van het in behandeling nemen van een aan­vraag tot het ver­krijgen van een ont­hef­fing of een verklaring als be­doeld in de arti­kelen 35 van de Drank- en Hore­ca­wet

€ 50,00

13.3

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­handeling nemen van een aanvraag om een ontheffing sluitingsuur als bedoeld in artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet

€ 50,00

13.4

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­handeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van alle wijzigingen van de vergunning als bedoeld in de Drank- en Horecawet

€ 50,00

Hoofdstuk 14 Kabels en leidingen

15.1

Tarieven

 

15.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, als bedoeld in artikel 2.2. en 3.2. van de Verordening Ondergrondse Infrastructuur Bergeijk 2014, waarbij een graaflengte < 100 m1 is of een montagegat c.q. lasgat met een oppervlakte van > 2 m2

€ 184,21

15.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, als bedoeld in artikel 2.2. en 3.2 van de Verordening Ondergrondse Infrastructuur Bergeijk 2014, waarbij de graaflengte ≥ 100 m1 is

€ 368,42

15.1.3

Het tarief genoemd onder 15.1.1 en 15.1.2 wordt vermeerderd met een bedrag per strekkende meter van genoemd onder punt 15.2.1 en 15.2.1.1

€ 1,77

Hoofdstuk 15 vervallen

 

Hoofdstuk 16 Verkeer en vervoer

16.1

Het tarief bedraagt ter zake van

 

16.1.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigre­glement (Stb. 1994, 450)

€ 32,90

16.1.2

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicapten parkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Be­sluit admi­nistratieve be­palingen in­zake het weg­ver­keer (stb. 1990, 460)

€ 15,20

16.1.2.1

het in behandeling nemen van een verzoek tot het nemen van een (tijdelijke) verkeersmaat­regel

€ 10,00

16.2

Het tarief bedraagt ter zake van:

 

16.2.1

het aanleveren van gegevens ten behoeve van bestaande verkeerstellingen per locatie per kwartier

€ 22,00

16.3

Het tarief bedraagt ter zake van:

 

16.3.1

Het verkrijgen van een parkeerontheffing binnen de zogenaamde blauwe zone per jaar

OF

Het lopende het kalenderjaar verkrijgen van een ontheffing per maand dat de ontheffing gedurende dat kalenderjaar geldig is

€ 60,00

 

€ 5,00

16.3.2

Het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in 16.3.1 per wijziging

€ 5,00

16.3.3

Het verkrijgen van een tijdelijke ontheffing binnen de zogenaamde blauwe zone per week

€ 10,00

Hoofdstuk 17 Diversen

17.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­de­ling nemen van een aanvraag:

 

17.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring om­trent het gedrag

€ 30,05

17.1.2

tot het verkrijgen van een verklaring van in leven zijn

€ 6,30

17.1.3

tot het verkrijgen van een bewijs van natio­naliteit

€ 6,30

17.1.4

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 6,30

17.1.5

overige uittreksels GBA

€ 6,30

17.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling ne­men van:

 

17.2.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een ver­gun­ning of ontheffing, als bedoeld in hoofd­stukken 2, 3, 4 en 5 van de Algemene Plaatse­lijke Veror­de­ning

a. geldig voor één dag

b. geldig voor één week

c. geldig voor ten hoogste één kalender­maand of edeelte een gedeelte daarv dagenan, dat langer duurt dan zes

dagen

d. geldig voor één kwartaal

e. gelding voor één kalenderjaar of een gedeelte dat langer duurt van vijf maanden

 

€ 10,00

€ 50,00

€ 100,00

€ 200,00

€ 300,00

17.2.1a

een aanvraag tot het organiseren van een vergunningplichtig evenement:

categorie b: art. 2.25 lid 3 onder b van de Algemene Plaatselijke Verordening

categorie c: art. 2.25, lid 3 onder c van de Algemene Plaatselijke Verordening

 

€ 320,00

€ 750,00

17.2.1b

het verkrijgen van een vergunning voor een reclame driekhoeksbord

€ 75,00

17.2.1c

het verkrijgen van een vergunning voor het plaatsen van spandoeken

€ 25,00

17.2.2

17.2.2.1

tot het verkrijgen van een vergunning voor ven­ten ex artikel

5.15 APV.:

- geldig voor 1 dag

- geldig voor 1 week

- geldig voor 2 weken

- geldig voor 1 maand

- geldig voor 1 kwar­taal

- geldig voor 1 jaar

 

 

€ 40,00

€ 80,00

€ 140,00

€ 260,00

€ 480,00

€ 960,00

17.3

tot het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van

 

17.3.1

een losse standplaats ex artikel 5.18 APV.:

 

17.3.1.1

Afmeting standplaats 0-4 meter per kalenderjaar

€ 200,00

17.3.1.2

Afmeting standplaats 4-8 meter per kalenderjaar

€ 400,00

17.3.1.3

Afmeting standplaats 8-12 meter per kalenderjaar

€ 600,00

17.3.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in de artikelen 29 en 32 van het besluit GBA:

 

Bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

ten hoogste 49 pagina’s

50 tot 100 pagina’s

meer dan 100 pagina’s

 

bij verstrekking anders dan op papier

 

 

 

€ 5,95

€ 29,20

€ 43,90

 

€ 24,10

17.4

tot het krijgen van een vergunning voor de exploitatie van een erotisch bedrijf, als bedoeld in artikel 3.4 APV geldig voor één kalenderjaar

€ 832,30

17.5

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­de­ling nemen van een aanvraag:

 

17.5.1

tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2.1.1 van de Brandbeveili­gings­verorde­ning

€ 85,30

17.6

voor het verstrekken van een taxatieverslag, na het verstrijken van de wettelijk vastgelegde termijn tegen een waardebeschikking in het kader van de Wet Waardering onroerende zaken

€ 19,00

17.7

Verkoopvoertuig

voor een brandveiligheidskeuring van een voertuig voor de verkoop van warme spijzen

 

€ 116,10

17.8

Het tarief bedraagt ter zake van het in be­han­deling nemen van een aanvraag tot het verkrij­gen van een vergunning ingevol­ge ar­tikel 2 van de Wet op de dierenbe­scherming

€ 16,50

17.9

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek of aanvraag van een betrokkene en er sprake is van een toets als bedoeld in de Beleidsregels over BIBOB bedraagt

€ 125,00

17.9.1

Als de toets bedoeld in artikel 17.9 ook een advies behoeft van het landelijk bureau BIBOB als bedoeld in artikel 9 Wet BIBOB, dan wordt het tarief uit artikel 17.9 verhoogd met

€ 700,00

17.10

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een verzoek op grond van de naturalisatiewet::

 

17.10.1

voor een enkelvoudig optieverzoek

€ 179,00

17.10.2

voor een gemeenschappelijk optieverzoek

€ 305,00

17.10.3

voor een enkelvoudig naturalisatieverzoek

€ 840,00

17.10.4

voor een gemeenschappelijk naturalisatieverzoek

€ 1.072,00

17.10.5

voor meenaturaliserende minderjarige

€ 124,00

17.10.6

voor medeopterende minderjarige

€ 21,00

17.10.7

voor enkelvoudig verlaagd

€ 625,00

17.10.8

voor gemeenschappelijk verlaagd

€ 858,00

Behoort bij raadsbesluit van 15 en 17 december 2015, tot vaststelling van de tarieventabel 2016, behorende bij de Legesverordening 2016.

 

Bergeijk, 15 en 17 december 2015,

 

Plaatsvervangend griffier,

H.M.J. van de Ven

Naar boven