Gemeenteblad van Bladel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bladel | Gemeenteblad 2015, 128931 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bladel | Gemeenteblad 2015, 128931 | Overige besluiten van algemene strekking |
Wijzigingsbesluit Gemeenschappelijke Regeling Kempisch Bedrijvenpark
De raden, de colleges van burgemeester en wethouder, en de burgemeesters van de gemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel en Reusel-De Mierden, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel R2015.127 van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015;
overwegende dat in 2006 is besloten tot het aangaan van de gemeenschappelijke regeling Kempisch Bedrijvenpark;
dat artikel 38 van de regeling bepaalt dat de regeling een looptijd heeft tot 1 januari 2016 of tot zoveel eerder nadat 90% van de binnen het bedrijvenpark door of namens het algemeen bestuur vervaardigde uitgeefbare grond is verkocht aan derden én door het algemeen bestuur is ingestemd met de uitgangspunten, de organisatorische vormgeving en de financiering betreffende het parkmanagement;
dat nog niet 90% van alle uitgeefbare grond is verkocht en dat zij de huidige samenwerking ook na 1 januari 2016 wensen voort te zetten;
dat bovendien de Wet gemeenschappelijke regelingen per 1 januari 2015 is gewijzigd en dat als gevolg daarvan de gemeenschappelijke regeling aanpassing behoeft;
gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Gemeentewet;
de Gemeenschappelijke regeling Kempisch Bedrijvenpark als volgt te wijzigen:
Algemeen: aanpassingen schrijfwijze en hernummering verwijzingen
Overweging d. wordt vervangen door:
Artikel 1, toevoegen: “n. wet = wet gemeenschappelijke regelingen”
Artikel 6, lid 2 wordt vervangend door: “
Het algemeen bestuur besluit slechts tot de oprichting of deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, verenigingen, coöperaties en onderling waarborgmaatschappijen, indien de regeling in deze mogelijkheid voorziet en dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang.
Artikel 7, eerste lid, vervalt de tekst “uit zijn midden, de voorzitter en de wethouders daartoe inbegrepen”.
Artikel 9 wordt vervangen door een nieuw artikel 9, dat luidt als volgt:
Artikel 10, lid 2, onder c, verwijzing naar “artikel 87” wordt vervangen door “de”;
Artikel 10, lid 2, onder e, “het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen ter uitvoering van de in artikel 4 omschreven doelstelling” vervalt;
Artikel 10, lid 2, onder g, “het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen voor de financiering van de verwerving van gronden, het (tijdelijk) beheer van verworven gronden, de aanleg van voorzieningen van openbaar nut, en de verdere met de in het kader van de uitvoering van de in artikel 4 omschreven doelstelling te maken kosten” vervalt;
Artikel 13, lid 2, 2e volzin vervalt;
Artikel 14, lid 1, 1e zin komt te luiden: Het dagelijks bestuur is bevoegd:”
Artikel 14, lid 1, onder a t/m d vervalt en daarvoor in de plaats komt een nieuw onderdeel a: “tot uitoefening van de bevoegdheden , genoemd in artikel 33b van de Wet;”;
Artikel 16, over de benoeming van de voorzitter en plaatsvervangende voorzitter, vervalt en komt te luiden als volgt:
Indien tussentijds de functie van voorzitter beschikbaar komt, wijst het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een nieuwe voorzitter aan; zulks met inachtneming van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel. Gaat het beschikbaar komen van de functie van voorzitter gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan zal het algemeen bestuur het aanwijzen van een nieuwe voorzitter uitstellen totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur weer is bezet. Degene die als voorzitter ontslag neemt, blijft zijn/haar functie waarnemen totdat een opvolger de functie heeft aanvaard. Het bepaalde in de eerste tot en met derde volzin is van overeenkomstige toepassing op het tussentijds beschikbaar komen van de functie van plaatsvervangend voorzitter, met dien verstande dat ten aanzien van de nieuwe aanwijzing het derde lid van dit artikel van overeenkomstige toepassing is.
Artikel 17, lid 2, 2e volzin vervalt;
Artikel 17, lid 3, 2e volzin vervalt;
Artikel 18, lid 3, 2e volzin, “zes weken” komt te luiden “acht weken”;
Artikel 19, lid 2, onder a., 2e volzin vervalt;
Artikel 20, lid 2, komt te luiden: ”Zij geven ongevraagd en met toepassing van artikel 19a van de Wet het algemeen bestuur mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen, op de wijze zoals die is geregeld in het reglement van orde van het algemeen bestuur”;
Artikel 20, lid 3, 2e volzin vervalt;
Artikel 22, lid 1, “ “zesde lid” vervalt;
Artikel 23, lid 1, “algemeen bestuur” vervangen door “dagelijks bestuur”
Artikel 23, lid 2, 2e volzin, de tekst “(zoals deze artikelen luidden voor 7 maart 2002)” vervalt;
Artikel 23, lid 3, 2e volzin vervalt;
Artikel 23, lid 4, 2e volzin: “algemeen bestuur” vervangen door “dagelijks bestuur”;
Artikel 24, lid 1 en 2, “algemeen bestuur” vervangen door “dagelijks bestuur”;
Artikel 25, lid 1 en 2 “algemeen bestuur” vervangen door “dagelijks bestuur”;
Artikel 27, lid 1, 3e volzin, ’artikel 212” vervangen door “artikel 212 tot en met 214” en de tekst “(zoals deze artikelen luidden voor 7 maart 2002)” vervalt;
Artikel 27, lid 2, de tekst “(zoals deze artikelen luidden voor 7 maart 2002)” vervalt;
Artikel 29, lid 2, 2e volzin vervalt;
Artikel 29, lid 3, “zes weken” komt te luiden “acht weken”;
Artikel 29, lid 5, ”gevoelens” wordt vervangen door “zienswijze”;
Artikel 29, lid 4, “vóór 15 juli” wordt gewijzigd in “vóór 1 augustus”;
Artikel 30, lid 1, vervalt en wordt vervangen door: “Het dagelijks bestuur biedt de voorlopige jaarrekening over het afgelopen jaar, onder toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de jaarrekening, ingesteld door de krachtens artikel 27, lid 2 van deze regeling aangewezen deskundigen, en van hetgeen de dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden jaarlijks vóór 1 april ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan onder gelijktijdige toezending aan de besturen van de deelnemende gemeenten.”;
Artikel 31, lid 2, de tekst “(zoals deze artikelen luidden voor 7 maart 2002)” vervalt;;
Artikel 34, lid 2, 1e volzin, wordt aangevuld met: “,een en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1 van de Wet”;
Artikel 36, lid 1, wordt aangevuld met: “,een en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1 van de Wet”;
Artikel 38, “1 januari 2016” komt te luiden “1 januari 2024”;
Artikel 39, 41, 42, 43, 44 en 45 worden vervangen door een nieuw artikel 40, dat luidt als volgt”:
Aldus besloten door de raad van de gemeente Bladel in zijn openbare vergadering van 17 december 2015.
De voorzitter, mr. A.H.J.M. Swachten
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel op 22 december 2015
De secretaris, drs. E.L.C.M. Mol
De burgemeester, mr. A.H.J.M. Swachten
Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Bladel op 22 december 2015.
De burgemeester, mr. A.H.J.M. Swachten
De raden, de colleges van burgemeester en wethouders, en de burgemeesters van de gemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel en Reusel-De Mierden, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
de gemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel en Reusel-De Mierden, ter bevordering van de economische ontwikkeling en werkgelegenheid en de daarmee verband houdende bedrijvigheid binnen de genoemde gemeenten, het voornemen hebben te komen tot een gezamenlijke ontwikkeling en realisatie van een kwalitatief hoogwaardig en uit financieel-economisch oogpunt aanvaardbaar bedrijvenpark;
het ter uitvoering van het onder a genoemde beleid gewenst is te komen tot een gestructureerde vorm van bestuurlijke samenwerking, waarbij wordt gekomen tot de oprichting van een rechtspersoonlijkheidbezittend openbaar lichaam, waardoor op adequate wijze in het rechtsverkeer kan worden geparticipeerd;
Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Gemeentewet;
de Gemeenschappelijke regeling Kempisch Bedrijvenpark te wijzigen, zodat deze komt te luiden als volgt:
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
m. schade bij uittreding: financieel nadeel of verlies dat voor het Kempisch Bedrijvenpark en/of voor een of meerdere deelnemende, niet-uittredende, gemeenten uit een uittreding voortvloeit, bestaande uit vermogensschade als bedoeld in artikel 6:96 BW. Ideële (of immateriële) schade en verplaatste schade bij lichamelijk of geestelijk letsel worden hieronder niet begrepen.
2. Waar in de regeling artikelen van de Gemeentewet of van enige andere wet of wettelijke regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, wordt indien in die artikelen wordt gesproken van gemeente, raad, college van burgemeester en wethouders, en burgemeester, daarvoor gelezen het Kempisch Bedrijvenpark, het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.
Artikel 2 Het openbaar lichaam
Het bestuur van het Kempisch Bedrijvenpark bestaat uit:
HOOFDSTUK II DOELSTELLINGEN, TAKEN EN BEVOEGDHEDEN
De gemeenschappelijke regeling heeft tot doel het ontwikkelen en realiseren van een kwalitatief hoogwaardig en uit financieel-economisch oogpunt aanvaardbaar bedrijvenpark gelegen binnen het rechtsgebied, binnen de door het bevoegd gezag te stellen ruimtelijke en andere publiekrechtelijke randvoorwaarden, en met inachtneming van de nader te formuleren sectorale doelstellingen en uitgangspunten.
Het Kempisch Bedrijvenpark heeft tot taak het zodanig ontwikkelen en realiseren van een bedrijvenpark binnen het rechtsgebied, dat wordt voldaan aan de in artikel 4 omschreven doelstelling. Hiertoe worden onder meer de volgende, afgeleide, deeltaken gerekend:
a. het opstellen van een meerjarenbeleidsplan;
b. het verwerven, al dan niet in samenwerking met één of meerdere deelnemers, van alle voor de realisatie van het bedrijvenpark benodigde en daarvoor in aanmerking komende gronden;
het (doen) aanleggen van alle voor het bedrijvenpark benodigde voorzieningen van openbaar nut en semi-openbare voorzieningen, inclusief de met deze aanleg verband houdende nazorg, waartoe in ieder geval wordt gerekend het verrichten van alle werkzaamheden gericht op het bouwrijp en gebruiksgereed maken van het bedrijvenpark;
het ontwikkelen en het toepassen van een kostenverhaalsinstrumentarium, gericht op het (doen) verkrijgen van een evenredige bijdrage in de door het Kempisch Bedrijvenpark te maken kosten in verband met de ontwikkeling en realisatie van het bedrijvenpark. Tot deze taak behoort, voor zover van belang, tevens de afstemming met het door de grondgebiedgemeente terzake het bedrijvenpark te voeren (aanvullende) kostenverhaalsbeleid;
het zorg dragen voor het ontwikkelen en borgen van een duurzaam beheer van het bedrijvenpark, onder meer door het oprichten en instandhouden van een parkmanagementorganisatie ten behoeve van het toekomstig beheer en het overdragen aan de grondgebiedgemeente van de in opdracht van het Kempisch Bedrijvenpark alsdan gerealiseerde openbare ruimte binnen het rechtsgebied;
het bevorderen van de meerwaarde van het door de deelnemende gemeenten, ieder waar het hun grondgebied betreft, te voeren beleid met betrekking tot de herontwikkeling van binnen het grondgebied van de deelnemende gemeenten vrijkomende locaties, een en ander voorzover van belang in relatie tot de in artikel 4 opgenomen doelstelling, als gevolg van vestiging van de op die locaties thans aanwezige bedrijvigheid in het bedrijvenpark; zulks door middel van het opstellen van een gezamenlijk plan van aanpak.
Onder de taken van de Kempisch Bedrijvenpark is uitdrukkelijk niet begrepen de bij de grondgebiedgemeente berustende taakstelling betreffende de inzameling van huis- en bedrijfsafval, het inzamelen van huishoudelijk en bedrijfsafvalwater, het na de afronding van de realisatie van het bedrijvenpark te voeren duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte, de handhaving van de openbare orde en uitvoering van brandweer- en rampbestrijdingstaken.
Het algemeen bestuur besluit slechts tot de oprichting of deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, verenigingen, coöperaties en onderling waarborgmaatschappijen, indien de regeling in deze mogelijkheid voorziet en dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang.
HOOFDSTUK III ALGEMEEN BESTUUR
Paragraaf 1. Samenstelling en lidmaatschap
Het algemeen bestuur bestaat uit acht leden, als volgt aan te wijzen. De raad van elke deelnemende gemeente wijst twee leden en twee plaatsvervangende leden aan. De door een raad aan te wijzen leden en plaatsvervangende leden van het algemeen bestuur dienen allen deel uit te maken van het college van burgemeester en wethouders van de desbetreffende deelnemende gemeente.
Artikel 8 Vereisten lidmaatschap
Het lidmaatschap van het algemeen bestuur is onverenigbaar met de betrekking van ambtenaar door of vanwege het Kempisch Bedrijvenpark aangesteld of daaraan ondergeschikt. Onder ambtenaar wordt ook verstaan degene die op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam is.
Paragraaf 2. Bevoegdheden en werkwijze
Met inachtneming van het bepaalde in artikel 4 behoren aan het algemeen bestuur alle bevoegdheden toe die niet ingevolge de regeling aan het dagelijks bestuur of de voorzitter zijn overgedragen. Het algemeen bestuur kan, naar door deze te stellen regelen, het uitoefenen van deze bevoegdheden overdragen aan het dagelijks bestuur, met dien verstande dat niet kunnen worden overgedragen de bevoegdheden bedoeld in het tweede lid, onder a en tweede lid, onder e.
f. het benoemen, het schorsen en het ontslaan van personeel in dienst van het Kempisch Bedrijvenpark, al dan niet op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht; het aangaan van detacheringsovereenkomsten met betrekking tot personeel in dienst van één of meerdere deelnemers, alsmede het aangaan van dienstverleningsovereenkomsten met één of meerdere deelnemers; een en ander voor zover in deze regeling niet anders is bepaald;
HOOFDSTUK IV DAGELIJKS BESTUUR
Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur openvalt, wijst het algemeen bestuur een nieuw lid aan. Gaat het openvallen van een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan zal het algemeen bestuur het kiezen van een nieuw lid van het dagelijks bestuur uitstellen totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur weer is bezet.
Paragraaf 2 . Bevoegdheden en werkwijze
Het dagelijks bestuur is bevoegd:
Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter dit nodig oordeelt of ten minste twee leden van het dagelijks bestuur dit schriftelijk, onder opgaaf van redenen, aan de voorzitter verzoeken.
HOOFDSTUK V DE VOORZITTER EN PLAATSVERVANGENDE VOORZITTER
Indien tussentijds de functie van voorzitter beschikbaar komt, wijst het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een nieuwe voorzitter aan; zulks met inachtneming van het bepaalde in het eerste lid van dit artikel. Gaat het beschikbaar komen van de functie van voorzitter gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan zal het algemeen bestuur het aanwijzen van een nieuwe voorzitter uitstellen totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur weer is bezet. Degene die als voorzitter ontslag neemt, blijft zijn/haar functie waarnemen totdat een opvolger de functie heeft aanvaard. Het bepaalde in de eerste tot en met derde volzin is van overeenkomstige toepassing op het tussentijds beschikbaar komen van de functie van plaatsvervangend voorzitter, met dien verstande dat ten aanzien van de nieuwe aanwijzing het derde lid van dit artikel van overeenkomstige toepassing is.
Artikel 17 Taken en bevoegdheden
De voorzitter vertegenwoordigt het Kempisch Bedrijvenpark in en buiten rechte. Indien het Kempisch Bedrijvenpark en een deelnemende gemeente betrokken zijn in een geding en de voorzitter tevens burgemeester en of wethouder van die gemeente is, oefent een ander door en uit het dagelijks bestuur aan te wijzen lid de in de eerste volzin bevoegdheid uit. Indien de voorzitter wordt vervangen door een plaatsvervangend voorzitter en het Kempisch Bedrijvenpark en een deelnemende gemeente betrokken zijn in een geding en de plaatsvervangend voorzitter tevens burgemeester of wethouder van de betrokken gemeente is, oefent een ander door en uit het dagelijks bestuur aan te wijzen lid de in de eerste volzin bevoegdheid uit.
HOOFDSTUK VI HET MEERJARENBELEIDSPLAN
Artikel 18 Inhoud en procedure meerjarenbeleidsplan
Het dagelijks bestuur stelt jaarlijks vóór 15 maart, een ontwerp-meerjarenbeleidsplan op, dat als kader geldt voor het door het Kempisch Bedrijvenpark uit te voeren beleid met betrekking tot de ontwikkeling en realisatie van het bedrijvenpark. In het ontwerp-Meerjarenbeleidsplan worden in ieder geval voorstellen gedaan voor:
Het ontwerp-meerjarenbeleidsplan wordt vóór 1 april toegezonden aan de leden van het algemeen bestuur en de raden van de deelnemende gemeenten. De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen acht weken hun reacties op het ontwerp-meerjarenbeleidsplan kenbaar maken aan het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin deze reactie is vervat, bij het ontwerp-meerjarenbeleidsplan zoals dit aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.
Het algemeen bestuur stelt het meerjarenbeleidsplan vast vóór 1 juli van het jaar voorafgaande aan het eerste jaar waarvoor het Meerjarenbeleidsplan dan wel het bijgestelde meerjarenbeleidsplan moet dienen. Na vaststelling wordt het Meerjarenbeleidsplan toegezonden aan de raden van de deelnemende gemeenten.
HOOFDSTUK VII SAMENWERKING MET PRIVATE PARTIJEN
Artikel 19 Wijze van samenwerking
Ingeval toepassing wordt gegeven aan het bepaalde onder a, worden in de statuten dan wel akte van oprichting van of deelneming in een onder a bedoelde samenwerkingsvorm nadere regels opgenomen over:
de vertegenwoordiging en het stemrecht van het Kempisch Bedrijvenpark en private partijen. Met betrekking tot de door het Kempisch Bedrijvenpark te benoemen leden van het op te richten bestuur, en indien daartoe aanleiding bestaat van de raad van commissarissen, wordt in de statuten dan wel akte van oprichting/deelneming bepaald dat deze worden aangewezen door en uit het dagelijks bestuur alsmede dat deze door het algemeen bestuur kunnen worden ontslagen;
HOOFDSTUK VII I INFORMATIE, VERANTWOORDING EN ONTSLAG
Artikel 21 Externe werking, bestuursorganen
Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur, en de voorzitter geven aan de raden van de deelnemende gemeenten, gevraagd of ongevraagd, alle inlichtingen die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde en te voeren beleid nodig is, indien het verstrekken daarvan niet in strijd is met het openbaar belang.
Artikel 22 Externe werking, leden algemeen bestuur
Een lid van het algemeen bestuur geeft het bestuursorgaan dat hem als lid heeft aangewezen, mondeling of schriftelijk de door een of meerdere leden van dat bestuursorgaan overeenkomstig het reglement van orde van dat bestuursorgaan verlangde inlichtingen, waarvan het verstrekken niet in strijd is met artikel 16, vijfde lid van de wet.
Een lid van het algemeen bestuur is aan het bestuursorgaan dat hem als lid heeft aangewezen, verantwoording schuldig voor het door hem in het algemeen bestuur gevoerde beleid. Het afleggen van verantwoording vindt plaats op de wijze zoals geregeld in het reglement van orde van het desbetreffende bestuursorgaan, met dien verstande dat daarbij een termijn in acht wordt genomen die het lid de gelegenheid biedt om zich desgewenst door het dagelijks bestuur te laten informeren.
HOOFDSTUK IX PERSONEEL EN ORGANISATIE
Artikel 23 De secretaris en de directeur
Tot het personeel van het Kempisch Bedrijvenpark behoren de secretaris en de directeur. Het dagelijks bestuur beslist over de benoeming, de schorsing en het ontslag van de secretaris en de directeur. Deze functies zijn onverenigbaar. De secretaris en de directeur worden bij verhindering of ontstentenis vervangen op een door het dagelijks bestuur te bepalen wijze.
Artikel 24 Rechtspositie personeel
Op de secretaris, de directeur en de eventuele overige ambtenaren van het Kempisch Bedrijvenpark, en op het eventuele overige personeel werkzaam op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht zijn van overeenkomstige toepassing de door de gemeente Bladel vastgestelde of nog vast te stellen regelingen van de rechtstoestand en van de arbeidsvoorwaarden met de daaruit voortvloeiende uitvoeringsvoorschriften.
Artikel 25 Detachering en dienstverlening
Voor de uitvoering van de in artikel 5.1 genoemde deeltaken is het algemeen bestuur bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten met één of meerdere deelnemers, waarbij personeel in dienst van de deelnemers wordt gedetacheerd bij het Kempisch Bedrijvenpark. In deze overeenkomst worden bepalingen opgenomen over het functionele werkgeverschap, de rechtspositie en de kosten.
HOOFDSTUK X VERGOEDINGEN EN AANSPRAKELIJKHEID
Artikel 26 Vergoedingen en verzekering
HOOFDSTUK X I FINANCIELE BEPALINGEN
Artikel 27 Administratie en beheer
Het algemeen bestuur stelt een verordening vast voor de organisatie van de administratie en van het beheer van vermogenswaarden. Deze regels dienen te waarborgen dat aan de eisen van rechtmatigheid, doelmatigheid en controle wordt voldaan. De verordening wordt door het dagelijks bestuur binnen twee weken na vaststelling toegezonden aan Gedeputeerde Staten. Het bepaalde in artikel 212 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de administratie en het beheer verricht worden door of namens de directeur zoals bedoeld in artikel 23 van deze regeling.
Artikel 28 Comptabiliteitsvoorschriften
De begroting, de begrotingswijzigingen, de meerjarenraming, en de rekening worden ingericht overeenkomstig de in en krachtens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten gestelde regels.
De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen acht weken na toezending van de ontwerp-begroting het dagelijks bestuur van hun reacties doen blijken. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin deze reactie is vervat, bij de ontwerp-begroting zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.
Het algemeen bestuur stelt de begroting vast vóór 1 juli van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting moet dienen. Na vaststelling wordt de begroting toegezonden aan de raden van de deelnemende gemeenten. De vastgestelde begroting wordt binnen veertien dagen na vaststelling doch uiterlijk vóór 1 augustus van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, gezonden aan Gedeputeerde Staten.
Het bepaalde in het derde tot en met het vijfde lid is niet van toepassing op begrotingswijzigingen die:
a. niet leiden tot overschrijding van het totaalbedrag van de lasten en/of baten van de begroting;
b. niet leiden tot een daling van het geraamde batig saldo dan wel stijging van het geraamde nadelig saldo.
Het dagelijks bestuur biedt de voorlopige jaarrekening over het afgelopen jaar, onder toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de jaarrekening, ingesteld door de krachtens artikel 27, tweede lid, van deze regeling aangewezen deskundigen, en van hetgeen het dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden jaarlijks vóór 1 april ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan onder gelijktijdige toezending aan de besturen van de deelnemende gemeenten.
Artikel 31 Risicoverdeling deelnemers
Indien aan het algemeen bestuur blijkt dat een deelnemende gemeente weigert de uit het eerste lid voortvloeiende uitgaven op de gemeentebegroting te zetten, doet het algemeen bestuur onverwijld aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet.
Indien er sprake is van een verdeling van enig batig saldo ten gunste van de deelnemers dan wel van enig nadelig saldo ten laste van de deelnemers, geschiedt de verdeling als volgt:
• 25% van het batige/nadelige saldo komt ten gunste van/ten laste van de gemeente Reusel-De Mierden.
Indien het dagelijks bestuur, op de voet van artikel 14, voornemens is een geldlening aan te trekken onder rechtstreekse garantiestelling van de deelnemers, dan gaat het algemeen bestuur niet over tot het aangaan van zodanige geldlening totdat door alle deelnemers schriftelijk is meegedeeld dat met de verlening van die garantiestelling wordt ingestemd. Het algemeen bestuur richt ten aanzien van dit voornemen een schriftelijk verzoek tot garantiestelling aan de deelnemers, waarbij geldt dat voor de verdeling van de garantiestelling over de deelnemers de percentages zoals genoemd in artikel 31, vijfde lid, van toepassing zijn.
Artikel 32 Rekening-courantverhouding
HOOFDSTUK XI II TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Artikel 34 Toetreding en uittreding
Een deelnemer kan uittreden uit de regeling middels een daartoe strekkend besluit van de raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester, een en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1 van de wet. Een afschrift van de besluiten tot uittreding van een deelnemer wordt zo spoedig mogelijk toegezonden aan het algemeen bestuur, alsmede aan de raden van de deelnemende gemeenten.
Het Kempisch Bedrijvenpark, de (achterblijvende) deelnemende gemeenten en de uittredende gemeente vragen gezamenlijk advies aan een onafhankelijke externe deskundige voor de vaststelling van de schade als bedoeld in het vierde lid. Het advies van deze deskundige is voor partijen bindend. De kosten voor het inschakelen van de deskundige zijn voor rekening van de uittredende gemeente.
De regeling wordt opgeheven wanneer de datum zoals bedoeld in artikel 38 is verstreken, of zoveel eerder wanneer de raden van alle deelnemende gemeenten, al dan niet op basis van een voorstel van het algemeen bestuur, daartoe besluiten“, een en ander met inachtneming van het bepaalde in artikel 1 van de wet.
Het liquidatieplan voorziet in de verplichting van de deelnemers alle rechten en verplichtingen van het Kempisch Bedrijvenpark over de deelnemers te verdelen op een in het liquidatieplan te bepalen wijze. Voorts voorziet het liquidatieplan in de gevolgen die de opheffing voor het personeel van het Kempisch Bedrijvenpark heeft.
Gedeputeerde Staten beslissen omtrent geschillen over de toepassing, in de ruimste zin des woords, van deze regeling tussen besturen van deelnemers of tussen besturen van een of meer deelnemers en het bestuur van het Kempisch Bedrijvenpark, voor zover die geschillen niet behoren tot die zoals vermeld in artikel 112, eerste lid van de Grondwet of tot die waarvan de beslissing krachtens artikel 112, tweede lid van de Grondwet is opgedragen aan hetzij de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten die niet tot de rechterlijke macht behoren. Het bepaalde in artikel 28, tweede en derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen is van overeenkomstige toepassing.
Alvorens een beslissing zoals bedoeld in het eerste lid te nemen, legt het algemeen bestuur een dergelijk geschil om advies voor aan een door het algemeen bestuur in te stellen geschillencommissie, zulks met inachtneming van het bepaalde in het derde lid en het vierde lid. Het algemeen bestuur kan regels stellen voor het functioneren van de geschillencommissie.
HOOFDSTUK XV DUUR VAN DE REGELING
De regeling heeft een looptijd tot 1 januari 2024 of tot zoveel eerder nadat 90% van de binnen het bedrijvenpark door of namens het algemeen bestuur vervaardigde uitgeefbare grond is verkocht aan derden én door het algemeen bestuur is ingestemd met de uitgangspunten, de organisatorische vormgeving en de financiering betreffende het parkmanagement.
HOOFDSTUK XVI OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 39 Niet-voorziene gevallen
In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, wordt, voor zover wet en regelgeving zich daartegen niet verzetten, door het algemeen bestuur een voorziening getroffen.
Artikel 40 Inwerkingtreding en citeertitel
Aldus besloten door de raad van de gemeente Bergeijk in zijn openbare vergadering van 15 december 2015.
De plv. griffier, Mevrouw H. van de Ven
De voorzitter, H.G.M. van de Vondervoort
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van de gemeente Bergeijk op 22 december 2015.
De locosecretaris, H.A.J. Loos
De burgemeester, H.G.M. van de Vondervoort
Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Bergeijk op 22 december 2015.
De burgemeester, H.G.M. van de Vondervoort
Aldus besloten door de raad van de gemeente Bladel in zijn openbare vergadering van 17 december 2015.
De voorzitter, mr. A.H.J.M. Swachten
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel op 22 december 2015.
De secretaris, drs. E.L.C.M. Mol
De burgemeester, mr. A.H.J.M. Swachten
Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Bladel op 22 december 2015.
De burgemeester, mr. A.H.J.M. Swachten
Aldus besloten door de raad van de gemeente Eersel in zijn openbare vergadering van 15 december 2015.
De voorzitter, Mevrouw J.A.M. Thijs-Rademakers
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van de gemeente Eersel op 22 december 2015.
De loco-secretaris, G.P. Menting
De loco-burgemeester, Mevrouw M.T.L. van der Hamsvoord-Huijbers
Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Eersel op 22 december 2015.
De loco-burgemeester, Mevrouw M.T.L. van der Hamsvoord-Huijbers
Aldus besloten door de raad van de gemeente Reusel-De Mierden in zijn openbare vergadering van 15 december 2015.
De griffier, J.C.M. van Berkel
De plv. voorzitter, E.A.M.C. van Laarhoven
Aldus besloten door burgemeester en wethouders van de gemeente Reusel-De Mierden op 22 december 2015.
De secretaris (wnd), J.H.J. Sanders
De loco-burgemeester, A.J.J. Antonis
Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Reusel-De Mierden op 22 december 2015.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-128931.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.