2.1
|
Voor de toetsing van een welstandbeoordeling door "de Stadsbouwmeester" van een vooroverleg bedraagt het tarief de werkelijke kosten die door "de Stadsbouwmeester" en/of derden in rekening worden gebracht.
|
|
2.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om
een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot afgifte van een schriftelijke verklaring dat een activiteit omgevingsvergunning vrij is
|
€ 165,95
|
2.1.1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is
|
€ 165,95
|
2.1.1.1.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld 2.1.1.1.1, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de aanvraag om vooroverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 2
|
|
2.1.1.1.2
|
Verplicht advies monumenten commissie:
Voor het verschuldigde bedrag van het verplichte advies van de monumenten commissie worden de werkelijke kosten in rekening gebracht.
|
|
2.2.1
|
|
|
2.2.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.2.1.1.1
|
2,1% van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 0,00 en € 200.000,- met een minimumtarief van € 209,--
|
|
2.2.1.1.2
|
2% van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 200.000,-- en € 500.000,--
|
|
2.2.1.1.3
|
1,9% van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 500.000,-- en
€ 1.000.000,--
|
|
2.2.1.1.4
|
1,8% van het deel van de bouwkosten dat het bedrag van € 1.000.000,-- te boven gaat
|
|
2.2.1.2.1
|
De leges genoemd in 2.2.1.1.1 tot en met 2.2.1.1.4 worden vermeerderd met de kosten die voortvloeien uit het ter beoordeling aanbieden van vergunningsplichtige bouwplannen bij "de Stadsbouwmeester" te Zwolle, het genootschap tot bevordering en instandhouding van het landelijk en stedelijk schoon in de provincie Overijssel. De kosten bedragen met een minimum van
3 promille over bedragen tot € 230.000,-- van de bouwkosten plus
1/2 promille van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 230.000,-- en
€ 455.000,-- plus
1/4 promille van het deel van de bouwkosten dat ligt tussen € 455.000,-- en
€ 680.000,-- plus
1/8 promille van de bouwkosten dat € 680.000,-- te boven gaat
|
€ 25,00
|
2.2.1.2.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daardoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, de werkelijke kosten van de welstandstoets.
|
|
2.2.1.2.3
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt getoetst, de werkelijke kosten van het advies.
|
|
2.2.1.3
|
Beoordeling bodemrapport:
Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.2.1.1 wordt, indien de aanvraag van een omgevingsvergunning krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer:
|
|
2.2.1.3.1
|
een milieukundig bodemrapport wordt getoetst, verhoogd met
|
€ 144,00
|
2.2.1.3.2
|
een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met de werkelijke kosten van het advies.
|
|
2.2.1.4
|
Verplicht advies agrarische commissie:
Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.2.1.1 wordt, indien de aanvraag van een omgevingsvergunning krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een advies van de agrarische commissie wordt beoordeeld, verhoogd met de werkelijke kosten.
|
|
2.2.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
2.2.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder b van de Wabo, bedraagt het tarief
|
€ 548,00
|
2.2.2.1
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.1
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.2
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.3
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.4
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.5
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.6
|
Vervallen
|
|
2.2.2.1.7
|
Vervallen
|
|
2.2.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit:
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel. 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artkel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidelijk b, van de Wabo, wordt het tarief verhoogd met, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.2.1.:
|
|
2.2.3.1
|
€ 5.324,-- indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
2.2.3.2
|
Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.1.1 wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan:
|
|
2.2.3.2.1
|
Vervallen
|
|
2.2.3.2.2
|
vervallen
|
|
2.2.3.2.3
|
artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking), verhoogd met
|
€ 591,--
|
2.2.3.2.4
|
artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking), verhoogd met
|
€ 887,--
|
2.2.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit:
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.2.4.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van bouwactiviteiten waarvoor een omgevingsvergunning is vereist en geen sprake is van aanlegactiviteiten waarvoor een omgevingsvergunning is vereist:
|
€ 3.157,40
|
2.2.4.2
|
Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (binnenplanse afwijking)
|
€ 592,25
|
2.2.4.3
|
vervallen
|
|
2.2.4.4
|
Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse kleine afwijking)
|
€ 888,15
|
2.2.4.5
|
Indien met toepassing van artikel 2.12, eerst lid onder b, van de Wabo van het exploitatieplan is afgeweken:
Dit tarief vindt geen toepassing indien de met deze vergunning gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.
|
€ 592,25
|
2.2.4.6
|
Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken (buitenplanse afwijking)
|
€ 5.324,70
|
2.2.4.7
|
Indien een begroting als bedoeld in artikel 2.2.4.7 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.2.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid:
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo.
|
|
2.2.5.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor een nachtverblijf voor meer dan
5 personen:
1.6 tot en met 10 personen
2.11 tot en met 25 personen
3.26 tot en met 100 personen
4.meer dan 100 personen
|
€ 515,10
€ 1.027,15
€ 1.482,70
€ 2.054,70
|
2.2.5.2
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning voor het verschaffen van dagverblijf aan meer dan 10 personen van jonger dan 12 jaar en verschaffen van dagverblijf aan meer dan 10 lichamelijk of geestelijk gehandicapte personen
1.10 tot en met 25 personen
2.meer dan 25 personen
|
€ 515,10
€ 1.027,15
|
2.2.5.3
|
Hernieuwde omgevingsvergunning:
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een omgevingsvergunning m.b.t. het brandveilig gebruik van een bouwwerk of inrichting als bedoeld in artikel 2.1 lid 1d van de Wet Algemene Bepaling Omgevingsrecht voor een gebouw of bouwwerk waarvan de huidige vergunning inmiddels verlopen is (meer dan 5 jaar) bij ongewijzigd gebruik per aanvraag:
|
€ 252,80
|
2.2.5.3
|
Het in paragraaf 2.2.5.1 t/m 2.2.5.3 genoemde bedrag wordt verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.2.5.4
|
Het in paragraaf 2.2.5.1 t/m 2.2.5.3 genoemde bedrag wordt verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.2.6
|
Kappen:
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in de gemeentelijke verordening (bomenverordening Twenterand) een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerst lid, aanhef en onder g, van de Wabo bedraagt het tarief:
|
€ 43,40
|
2.2.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
2.2.7.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 138,90
|