Vaststelling Aansluitverordening Riolering Gemeente Berg en Dal 2016

De raad van de gemeente Groesbeek;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Groesbeek van 10 november 2015;

 

overwegende dat:

  • dat de inzameling en transport van afvalwater een taak is van de gemeente;

  • de realisatie van een perceelaansluitleiding door de gemeente, kostendekkend moet zijn

besluit:

 

vast te stellen onderstaande ‘Aansluitverordening Riolering Gemeente Berg en Dal 2016’.

 

Aansluitverordening Riolering Gemeente Berg en Dal 2016

 

AFDELING I BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

– Aansluitpunt:

  • 1.

    bij gemengde en gescheiden stelsels, het punt gelegen aan de perceelgrens, vanwaar de perceelaansluitleiding op het openbaar riool wordt aangesloten;

  • 2.

    Bij een druk- of vacuümriool het punt waar het particulier riool wordt aangesloten op de pompput of vacuümput;

  • 3.

    Bij een voorziening voor de individuele behandeling van afvalwater (IBA) het punt waar het particulier riool wordt aangesloten op de zuiveringsvoorziening;

  • 4.

    In het geval dat het openbare riool en/of voorzieningen in particulier terrein ligt, wordt het aansluitpunt in overleg met de rechthebbende vastgelegd middels een overeen te komen recht van opstal en erfdienstbaarheid voor het beheer en onderhoud van het gemeentelijke aansluitriool.

 

– Aanvraagformulier:

Het bij deze verordening behorende door het college van burgemeester en wethouders vast te stellen aanvraagformulier voor de goedkeuring voor een nieuwe, te wijzigen of te verwijderen perceelaansluitleiding.

 

– Afvalwater:

Alle water waarvan de houder zich, met het oog op de verwijdering daarvan ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen.

 

– Bronneringswater:

Grondwater onttrokken ten behoeve van tijdelijke verlaging van de grondwaterstand.

 

– Drainagewater:

Grondwater ingezameld door een ingegraven doorlatend buizensysteem.

 

– Drukriolering:

Het openbaar riool, voor de afvoer van afvalwater, exclusief hemelwater, waarbij het transport door het riool plaatsvindt door middel van onder- of overdruk.

 

– Erfscheidingsput:

Een ontstoppingsstuk in de terreinleiding dat zich binnen 1,0m van de perceelgrens bevindt.

 

– Gebouwriolering:

De binnenriolering, inclusief (muur)doorvoeren en uitwendige hemelwaterafvoerleidingen (regenpijpen).

 

– Gemeente:

gemeente Groesbeek, per 1 januari 2016 gemeente Berg en Dal geheten.

 

– Gemengd stelsel:

Het openbaar riool voor de afvoer van stedelijk afvalwater, inclusief hemelwater.

 

– Gescheiden stelsel:

Het openbaar riool met een buizenstelsel voor de afvoer van hemelwater en een buizenstelsel voor de afvoer van het overige afvalwater.

 

– IBA:

Individuele Behandelingsinstallatie voor Afvalwater.

 

– Openbaar riool:

De straatriolering welke bij gemeente in eigendom en beheer is voor de inzameling en transport van afvalwater (stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater), met inbegrip van de daartoe behorende rioolgemalen, persleidingen en werken en installaties van overeenkomende aard, inclusief de perceelaansluitleidingen.

 

– Particulier riool:

De binnen de kadastrale eigendomsgrenzen van het aan te sluiten perceel gelegen gebouwriolering en (eventuele) terreinleiding tot aan het aansluitpunt (perceelgrens).

 

– Perceel:

Het bedrijf, de woning, de vakantiewoning, de woonboot.

 

– Perceelaansluitleiding:

Het deel van de aansluiting gelegen in gemeentelijke grond, dus van perceelgrens tot straatriool.

 

– Perceelgrens:

De kadastrale grens tussen perceel en openbare grond of een ander perceel.

 

– Rechthebbende:

  • 1.

    De eigenaar of zakelijk gerechtigde van het perceel ten behoeve waarvan de aansluiting op het openbaar riool wordt gerealiseerd en in stand gehouden;

  • 2.

    De rechtverkrijgende onder algemene of bijzondere titel van de onder 1 bedoelde personen.

 

– Standaard rioolaansluiting:

  • 1.

    bij een gemengd stelsel een perceelaansluitleiding bestaande uit 1 fysieke leiding met een maximale lengte van 10m1 (vanaf de perceelgrens tot hart straatriool) en diameter tot en met 160mm, inclusief aansluiting op het straatriool en erfscheidingsput.

  • 2.

    bij een gescheiden stelsel een perceelaansluitleiding bestaande uit 2 fysieke leidingen met een maximale lengte van 10m1 (vanaf de perceelgrens tot hart straatriool) en voor de afvoer van het afvalwater een diameter tot en met 125mm en voor de afvoer van hemelwater een diameter tot en met 160mm. Hierbij worden de fysieke leidingen in 1 sleuf aangelegd, wat impliceert dat op het aansluitpunt beide leidingen hart-op-hart maximaal 0,5m uit elkaar liggen. Beide leidingen worden aangesloten op het daarvoor bestemde straatriool. In de leiding voor het afvalwater wordt een erfscheidingsput geplaatst.

 

– Straatriool:

De hoofdleidingen bestemd voor de inzameling en transport van afvalwater en hemelwater (gemengd of gescheiden).

 

– Tarieven:

De door de raad in de ‘Verordening op de heffing en de invordering van een rioolaansluitrecht’ vast te stellen kosten voor het verkrijgen van een standaard rioolaansluiting of wijziging van een standaard rioolaansluiting op het openbaar riool van de gemeente Groesbeek (per 1 januari 2016 gemeente Berg en Dal geheten).

 

– Terreinleiding:

het riool en voorzieningen die deel uitmaken van dit riool op particulier terrein. De erfscheidingsput is onderdeel van de terreinleiding.

 

– Vacuümriolering:

Het openbaar riool, voor de afvoer van afvalwater, exclusief hemelwater, waarbij het transport door het riool plaatsvindt door middel van met vacuüminstallaties veroorzaakte onderdruk.

Bij riolering onder vrij verval zijn 2 situaties te onderscheiden, welke in onderstaande figuren worden weergegeven.

AFDELING II DE VERGUNNING

Artikel 2 Vergunningplicht

  • 1.

    Het is verboden zonder een daartoe verleende aansluitvergunning een aansluiting van een particulier riool op het openbaar riool tot stand te brengen of te wijzigen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders verlenen een aansluitvergunning alleen voor het tot stand brengen en in stand houden van een perceelaansluitleiding:

    • a.

      Voor de afvoer van afvalwater inclusief hemelwater

      • indien het niet mogelijk is het hemelwater lokaal (binnen de perceelgrenzen) te infiltreren of te lozen op het oppervlaktewater,

      • indien ter plaatse alleen een gemengd stelsel aanwezig is,

      • indien bij wijziging van het openbare gemengd rioolstelsel naar een gescheiden stelsel het volledig gescheiden aanbieden van vuil- en regenwater door de rechthebbende, de rechthebbende tot onevenredige ingrepen op bij bestaande rioolstelsel dwingt;

    • b.

      Voor de afvoer van afvalwater zonder hemelwater en/of schoon bronneringswater naar het daarvoor bedoelde vuilwater buizenstelsel, indien ter plaatse een gescheiden stelsel aanwezig is;

    • c.

      Voor de afvoer van hemelwater en/of schoon bronneringswater naar het daarvoor bedoelde hemelwater buizenstelsel, indien ter plaatse een gescheiden stelsel aanwezig is;

    • d.

      Voor de afvoer van afvalwater zonder hemelwater en/ of schoon bronneringswater indien ter plaatse druk- of vacuümriolering of een IBA aanwezig is;

    • e.

      Voor de afvoer van drainage en/ of schoon bronneringswater naar het daarvoor bedoelde stelsel indien ter plaatse een drainagestelsel aanwezig is.

  • 3.

    In de vergunning kunnen voorschriften worden opgenomen met betrekking tot:

    • a.

      Het tot stand brengen van de aansluiting;

    • b.

      Het onderhoud, de renovatie en de vervanging van de perceelaansluitleiding;

    • c.

      Sloopwerkzaamheden op het perceel van de rechthebbende;

    • d.

      De periode waarvoor de vergunning wordt verleend, indien een tijdelijke vergunning wordt aangevraagd;

  • 4.

    Indien de rechthebbende binnen een jaar na verlening van de aansluitvergunning geen verzoek heeft gedaan de aansluiting of wijziging van de aansluiting waarop die aansluitingvergunning betrekking heeft, uit te voeren, kunnen burgemeester en wethouders de aansluitvergunning intrekken.

Artikel 3 De vergunningaanvraag

  • 1.

    De aanvraag van een aansluitvergunning wordt met behulp van een daartoe bestemd aanvraagformulier (zie bijlage 1) bij burgemeester en wethouders ingediend, door de rechthebbende van het aan te sluiten dan wel aangesloten perceel.

  • 2.

    Bij de aanvraag van een aansluitvergunning dienen de volgende gegevens door de rechthebbende te worden verstrekt:

    • a.

      de naam en het adres van de rechthebbende;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de aanduiding dat het een verzoek om een aansluitvergunning betreft;

    • d.

      de ligging van het aan te sluiten perceel:

      • aan de hand van straat en huisnummer of, indien nog geen huisnummer is toegekend, aan de hand van het kadastraal nummer van het betreffende perceel;

      • aangegeven op een situatieschets van tenminste 1:500;

    • e.

      voor zover het lozing van bedrijfsafvalwater betreft, de aard en de hoeveelheid van de af te voeren vloeistoffen, waarbij dient te worden aangegeven of niet verontreinigd water, zoals hemel- of koelwater, en/of verontreinigd water, zoals huishoudelijk of industrieel afvalwater, zal worden afgevoerd;

    • f.

      voor zover het de lozing van huishoudelijk afvalwater betreft, of naast huishoudelijk afvalwater ook hemelwater zal worden afgevoerd en zo ja, van hoeveel m2 verhard oppervlak;

    • g.

      van het aan te sluiten of te wijzigen particulier riool ten minste de volgende gegevens:

      • de gewenste locatie van het aansluitpunt;

      • de diameter en het materiaal waarmee de terreinleiding wordt gerealiseerd;

    • h.

      Indien de kosten van de aanleg van de aansluiting reeds zijn voldaan uit hoofde van een eerder door de rechthebbende met de gemeente gesloten overeenkomst, dient de rechthebbende dit bij de aanvraag te vermelden.

  • 4.

    De aanvraag van een aansluitvergunning wordt slechts in behandeling genomen nadat bij de aanvraag alle in het tweede lid vermelde gegevens zijn verstrekt. Bij het ontbreken van gegevens wordt de rechthebbende daarover geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld deze gegevens binnen vier weken na kennisgeving daarvan alsnog aan te vullen.

Artikel 4 Weigering van de aansluitvergunning

  • 1.

    Een aansluitvergunning kan slechts worden geweigerd indien aansluiting van het particulier riool op het openbaar riool of wijziging van die aansluiting vanwege technische, juridische of milieu-hygiënische redenen bezwaarlijk is.

  • 2.

    Aansluiting van het particulier riool op het openbaar riool of wijziging van die aansluiting is in ieder geval bezwaarlijk indien:

    • a.

      de gemeente voor het perceel waarvoor de aansluitvergunning wordt aangevraagd, van Gedeputeerde Staten een ontheffing heeft verkregen op grond van artikel 10.33 lid 3 Wet Milieubeheer;

    • b.

      de gevraagde aansluiting een samengevoegde voorziening betreft, terwijl een gescheiden openbaar riool aanwezig is;

    • c.

      de gevraagde aansluiting een lozing voor afvalwater en/of bronneringswater betreft, waarvoor krachtens de geldende milieuwetgeving een vergunning benodigd is, maar niet is verleend, of niet aan de geldende algemene regels is voldaan;

    • d.

      het openbaar riool ter plaatse van de perceelaansluitleiding niet over voldoende capaciteit beschikt om de hoeveelheid te lozen vloeistoffen te kunnen afvoeren;

    • e.

      niet wordt voldaan aan de zorgplichtbepalingen in het besluit lozing afvalwater huishoudens (artikel 4) en/of het besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (artikel 2.1);

    • f.

      het een aansluiting van schoon hemelwater betreft dat zonder bezwaar kan worden geïnfiltreerd in de bodem;

    • g.

      de gevraagde aansluiting een afvoerleiding voor niet verontreinigd bronneringswater betreft, die zonder bezwaar op het oppervlaktewater kan worden aangesloten of middels retourbemaling kan worden afgevoerd;

    • h.

      een omgevingsvergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of een vergunning op grond van de Waterwet of Wet Bodembescherming voor het aan te sluiten perceel is geweigerd.

    • i.

      De rechthebbende bij het aanbrengen van benodigde voorzieningen op particulier terrein, geen recht van opstal en/of een erfdienstbaarheid wil verstrekken aan de gemeente.

  • 3.

    Een weigering van een aansluitvergunning is met redenen omkleed, waarbij burgemeester en wethouders de nadere eisen aangeven waaraan moet worden voldaan om voor vergunningverlening in aanmerking te komen.

Artikel 5 Verlening van de aansluitvergunning

  • 1.

    Burgemeester en wethouders besluiten binnen 8 weken na ontvangst op de aanvraag.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid houden burgemeester en wethouders de beslissing omtrent een aanvraag van een aansluitvergunning aan indien er geen reden is de vergunning te weigeren, terwijl voor het aan te sluiten perceel nog een aanvraag moet worden gedaan of in behandeling is voor een vergunning krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

  • 3.

    Rechthebbende wordt zo spoedig mogelijk van de aanhouding op de hoogte gesteld.

  • 4.

    Na verlening van de in lid 2 bedoelde vergunning, nemen burgmeester en wethouders alsnog binnen 8 weken een besluit op de aanvraag.

AFDELING III DE AANSLUITING

Artikel 6 Kosten van de aansluiting

  • 1.

    Voor de aansluiting op het openbaar riool is de aanvrager de kosten voor de eventuele aanleg van nieuw straatriool, het aansluiten op het straatriool, de aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding en erfscheidingsput aan de gemeente verschuldigd.

  • 2.

    Voor aanvragen die vallen onder de ‘standaard rioolaansluiting’ geldt een vast bedrag dat door de aanvrager moet worden voldaan. Voor overige/afwijkende gevallen worden de daadwerkelijke kosten in rekening gebracht. Hiervoor zal de gemeente een begroting opstellen, welk bedrag de aanvrager moet voldoen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders stellen de kosten van de aansluiting en eventuele aanleg van de perceelaansluitleiding vast, aan de hand van de vastgestelde ‘Verordening tot heffing en invordering van een eenmalig rioolaansluitrecht’;

  • 4.

    Indien de aanvrager verzoekt om een perceelaansluitleiding in een gebied waar afvalwater wordt verzameld en getransporteerd middels drukriolering, dient er naast de aanleg van een perceelaansluitleiding door de gemeente in het openbaar gebied tevens een pompput met pomp te worden aangelegd die het afvalwater op de drukriolering loost. Deze pomp is eigendom en in beheer van de gemeente. De kosten van aanleg van de pomp en pompput komen voor rekening van de aanvrager.

  • 5.

    Indien de kosten voor de aanleg van het openbaar riool, het aansluiten op het openbaar riool en de aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding en erfscheidingsput reeds zijn voldaan uit hoofde van een eerder door de rechthebbende met de gemeente gesloten overeenkomst, worden er geen kosten in rekening gebracht. Rechthebbende dient dit op het aanvraagformulier aan te geven.

  • 6.

    De gemeente kan in ieder geval niet worden gehouden tot feitelijke uitvoeren over te gaan, voordat de kosten van aansluiting door de rechthebbende aan de gemeente zijn voldaan.

Artikel 7 Uitvoering aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding

  • 1.

    De uitvoering van de aanleg of wijziging van de perceelaansluitleiding, inclusief de aansluiting op het straatriool en plaatsing erfscheidingsput, vindt niet plaats anders dan door of vanwege de gemeente.

  • 2.

    De gemeente levert en plaatst ook de erfscheidingsput (in de afvoerleiding voor (huishoudelijk) afvalwater), bij voorkeur op 0,5m uit de perceelgrens op particuliere grond. De diepteligging van de erfscheidingsput (binnenonderkant buis) bedraagt ten minste 85cm minus maaiveld.

    De erfscheidingsput wordt vervolgens onderdeel van de terreinleiding en komt in eigendom van de rechthebbende.

  • 3.

    De gemeente hanteert de volgende kleuren voor de perceelaansluitleiding:

    • Grijs voor de afvoer van (huishoudelijk) afvalwater.

    • Bruin voor de afvoer van hemelwater.

    De gemeente raad de rechthebbende aan dezelfde kleurstelling te hanteren om foutaansluitingen te voorkomen.

  • 4.

    In afwijking van lid 1, kunnen burgemeester en wethouders na overleg met de rechthebbende besluiten dat de rechthebbende zelf de aansluiting uitvoert. Dit wordt aan de rechthebbende schriftelijk medegedeeld. De rechthebbende informeert de gemeente minimaal 3 werkdagen van tevoren over het moment van uitvoering, zodat de gemeente in staat wordt gesteld de aansluiting op het straatriool, de perceelaansluitleiding en erfscheidingsput te controleren en in te meten. Indien rechthebbende verzuimt de gemeente tijdig te informeren kan de gemeente eisen de aansluiting weer op te graven, op kosten van de rechthebbende.

  • 5.

    In die gevallen dat een projectontwikkelaar voor eigen rekening en kosten de aansluiting heeft gerealiseerd, kan van lid 1 worden afgeweken. De vergunningvereiste blijft van kracht en het aansluitpunt en erfscheidingsput blijven toegankelijk totdat het door of vanwege de gemeente is gecontroleerd.

  • 6.

    De aansluiting van het particulier riool op de perceelaansluitleiding vindt slechts plaats, als het aan te sluiten particulier riool tot aan het aansluitpunt aanwezig is en voldoet aan de daaraan op grond van het Bouwbesluit 2012 te stellen eisen.

  • 7.

    In afwijking van bovengenoemde leden, zal voor de aanleg van een voorziening voor de individuele behandeling afvalwater, de aanleg veelal op particulier terrein zijn. De locatie van de IBA zal in dit geval mogelijk met een recht van opstal worden vastgelegd, waardoor de IBA eigendom blijft van de gemeente. Het aansluitpunt is het punt waar het particulier riool wordt aangesloten op de IBA.

AFDELING IV ONDERHOUD

Artikel 8 Beheer, onderhoud, renovatie en vervanging

  • 1.

    Het beheer en onderhoud, de renovatie dan wel de vervanging van de perceelaansluitleiding wordt uitgevoerd door of namens de gemeente en voor rekening van de gemeente, tenzij de betreffende werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd ten gevolge van een onjuist gebruik van het particulier riool, in welk geval de kosten voor rekening van de rechthebbende of veroorzaker komen.

  • 2.

    Onder onjuist gebruik wordt in ieder geval begrepen het niet voldoen aan de zorgplichtbepaling in het besluit lozing afvalwater huishoudens (artikel 4) en/of het besluit algemene regels inrichtingen milieubeheer (artikel 2.1);

  • 3.

    De kosten voor het onderhoud van het particulier riool komen voor rekening van de rechthebbende, tenzij onomstotelijk vaststaat dat de noodzaak tot onderhoud is veroorzaakt door inspoeling vanuit het openbaar riool.

  • 4.

    Onder renovatie wordt tevens begrepen het aanpassen van de perceelaansluitleiding ten gevolge van een wijziging van het openbaar riool.

  • 5.

    Indien de perceelaansluitleiding en/ of voorzieningen, in beheer en onderhoud bij de gemeente, in particulier terrein is gelegen, zal de rechthebbende middels een erfdienstbaarheid voor de gemeente, meewerken aan toegang en onderhoud tot de gemeentelijke voorzieningen.

  • 6.

    Alle schade, ten gevolge van aanleg, gebruik, onderhoud, vernieuwing of herstel aan de aansluiting van het particulier riool, die worden toegebracht aan de gemeentelijke eigendommen komen voor rekening van de rechthebbende. De kosten worden gebaseerd op de vervangingswaarde, indien herstel niet mogelijk is.

  • 7.

    Bij wijziging door de gemeente van de hoogteligging van het aansluitpunt dient de rechthebbende ervoor te zorgen dat het particulier riool hierop kan worden aangesloten op een zodanige wijze dat de afvoer vanuit het perceel ongehinderd kan plaatsvinden.

Artikel 9 Storingen en verstoppingen

  • 1.

    Bij een verstopping of andere storing in het riool graaft de rechthebbende de erfscheidingsput op en onderzoekt of het een verstopping of een storing betreft in het particulier riool of in de openbare riolering. Als er water in de erfscheidingsput staat zit de verstopping in het openbaar riool. Als er geen water in de erfscheidingsput staat zit de verstopping in het particuliere riool.

  • 2.

    Wanneer er geen erfscheidingsput (ontstoppingsstuk in de terreinleiding binnen 1,0m vanaf de perceelgrens) aanwezig is maakt de rechthebbende binnen 1,0m vanaf de perceelgrens een opening in de terreinleiding om vast te stellen of de verstopping of storing zich bevindt in het particulier riool of in de openbare riolering.

  • 3.

    Wanneer er geen terreinleiding aanwezig is, maar de gebouwriolering direct overgaat in de perceelaansluitleiding (woning op perceelgrens, artikel 1 figuur 2) bevindt de erfscheidingsput zich in openbare grond. In dat geval dient de rechthebbende of gebruiker de verstopping of storing direct te melden bij de gemeente. Het onderzoek omschreven in lid 1 wordt uitgevoerd door of namens de gemeente. Het is rechthebbende of gebruiker onder geen beding toegestaan zelf in de openbare grond te (laten) graven.

  • 4.

    Indien na het in lid 1 tot en met 3 bedoelde onderzoek wordt vermoed dat sprake is van een verstopping of storing in de perceelaansluitleiding, van een verstopping of storing als gevolg van inspoeling of ingroeiende boomwortels vanuit het openbaar riool, of een verstopping of storing aan de bij de gemeente in beheer hebbende installaties, dient de rechthebbende of gebruiker dit te melden bij de gemeente. De gemeente verricht de noodzakelijke werkzaamheden om de verstopping te verhelpen of vernieuwt zo nodig zo spoedig mogelijk de perceelaansluitleiding.

  • 5.

    Wanneer sprake is van een situatie als bedoeld in lid 4 en de rechthebbende heeft zelf onderzoek gedaanen vervolgens contact opgenomen met de gemeente, dan komt de rechthebbende in aanmerking voor een gemeentelijke vergoeding van de gemaakte onderzoekskosten. - Deze kosten zijn enkel voor het opgraven van de erfscheidingsput (lid 1) of het openen van de terreinleiding (lid 2). Ontstoppings- of reinigingswerkzaamheden en camera- of andersoortige inspecties worden niet vergoed.

    De hoogte van de vergoeding bedraagt € 45,– en is gebaseerd op basis van 1 uur inzet grondwerker, waarbij het uurtarief is afgeleid van gwwkosten.nl, onderdeel van CoBouw.

  • 6.

    Wanneer de verstopping of storing zich in het particuliere riool bevindt moet de rechthebbende zelf voor eigen rekening op onderzoek gaan naar de oorzaak van de verstopping. Hierbij is het niet toegestaan de leiding door te spuiten met een slang die direct is aangesloten op het waterleidingnet.

    Het is verboden zelf in de openbare grond te (laten) graven. Ook het op eigen initiatief ontstoppen van de leiding in gemeentegrond is niet toegestaan. Kosten die u hierbij maakt komen nooit voor vergoeding in aanmerking.

  • 7.

    Indien het door de gemeente te verrichten van de in lid 4 bedoelde werkzaamheden te wijten zijn aan een onjuist gebruik van het particulier riool, kunnen de kosten alsnog voor rekening komen van de rechthebbende of de gebruiker. De gemaakte onderzoekskosten worden niet vergoed.

AFDELING V VERWIJDERING AANSLUITING, SLOOP

Artikel 10 Zorgplicht

  • 1.

    Bij sloopwerkzaamheden of andere werkzaamheden op een op het openbaar riool aangesloten perceel, moeten door de rechthebbende zodanige voorzieningen aan het particulier riool worden getroffen dat verzanding van het openbaar riool en de perceelaansluitleiding wordt voorkomen.

  • 2.

    Indien de rechthebbende bij sloopwerkzaamheden niet voldoet aan de in het eerste lid omschreven zorgplicht, heeft de gemeente de bevoegdheid de aansluiting op het openbaar riool af te sluiten en de hieraan verbonden kosten te verhalen op de rechthebbende.

  • 3.

    Indien het gebruik van een perceelaansluitleiding definitief wordt beëindigd is de rechthebbende verplicht de gemeente hiervan in kennis te stellen.

  • 4.

    Indien het gebruik van een perceelaansluitleiding definitief wordt beëindigd, wordt de op de aansluitleiding betrekking hebbende vergunning ingetrokken, waarna de perceelaansluitleiding op kosten van de rechthebbende door de gemeente wordt verwijderd.

AFDELING VI OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 11 Hardheidsclausule

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen van de bepalingen in afdeling II afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

  • 2.

    In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De aanvragen tot aansluiting of wijziging van een aansluiting die voor de datum van inwerkingtreding van deze verordening zijn ingediend, vallen onder de bepalingen van deze verordening.

  • 2.

    Op aansluitingen, die op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening krachtens de tot dan geldende wetgeving en voorschriften tot stand zijn gebracht, zijn de bepalingen van afdeling IV en afdeling V van deze verordening rechtstreeks van toepassing.

  • 3.

    Bij strijd van deze verordening met bepalingen in overeenkomsten gesloten voor inwerkingtreding van deze verordening, tussen de gemeente en de rechthebbende, prevaleert het bepaalde in deze overeenkomsten.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt na bekendmaking in werking op 1 januari 2016.

  • 2.

    Onderstaande verordeningen worden gelijktijdig vervallen verklaard:

    De ‘Aansluitverordening Riolering Groesbeek 2009’ van de voormalige Gemeente Groesbeek, vastgesteld op 27 augustus 2009;

    De ‘Aansluitverordening Riolering Millingen aan de Rijn 2009’ van de voormalig gemeente Millingen aan de Rijn, vastgesteld op 22 september 2009;

    De ‘Verordening aansluitvoorwaarden riolering gemeente Ubbergen 2003’ van de voormalige gemeente Ubbergen, vastgesteld op 10 juli 2003.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Aansluitverordening Riolering Berg en Dal 2016.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Groesbeek op 17 december 2015.

De raadsgriffier,

J.A.M. van Workum

De voorzitter,

mr. M. Slinkman

Bijlage 1 bij ‘Aansluitverordening Riolering gemeente Berg en Dal 2016’ zoals aangegeven in artikel 3.1.

Aanvraagformulier Aansluitvergunning Riolering

Op grond van ‘Aansluitverordening Riolering gemeente Berg en Dal 2016’

 

 

 

Ondergetekende (Rechthebbende)

: ............................................................

Adres

: ............................................................

Postcode/Woonplaats

: ............................................................

Telefoonnummer

: ............................................................

 

 

 

Verzoekt Burgemeester en Wethouders van gemeente Berg en Dal ten behoeve van het pand/perceel

gelegen aan:

 

 

Adres

: ............................................................

OF Kadastraal nummer

: ............................................................

Een aansluitvergunning te verlenen voor een aansluiting op het openbaar riool.

 

 

 

Deze aanvraag betreft (aankruisen wat van toepassing is en aanvullen):

     De realisatie van een nieuwe aansluiting

     De realisatie en verwijdering van een tijdelijke aansluiting

     De wijziging van een bestaande aansluiting

     Het verwijderen van een bestaande aansluiting

 

Bij deze aanvraag is een situatietekening (tenminste 1:500) gevoegd met daarop de volgende gegevens:

     – De gewenste locatie van het aansluitpunt;

     – De diameter en het materiaal waarmee de terreinleiding wordt gerealiseerd.

 

 

 

Huishoudelijke lozing:

 

 

     Huishoudelijk afvalwater

     Hemelwater van ..........m2 afvoerend verhard oppervlak (dak en bestrating)

     Gemengde afvoer van huishoudelijk afvalwater en hemelwater ..........m2 afvoerend oppervlak

     ...............................................................

 

 

 

Bedrijfslozing:

 

 

     Koelwater

: ........... m3 , ............°C

     Industrieel afvalwater

: ........... m3 , ............°C.

 

 

 

Omschrijving afvalwater

: ............................................................................

     Huishoudelijk afvalwater

: ........... m3 , ............°C

     Hemelwater van ..........m2 afvoerend verhard oppervlak (dak en bestrating)

     Gemengde afvoer van huishoudelijk en hemelwater van ..........m2 afvoerend oppervlak

     ...............................................................

 

 

 

De aanvrager verklaart bekend te zijn met de inhoud van de ‘Aansluitverordening Riolering gemeente Berg en Dal 2016’.

 

 

 

De aanvrager is bekend dat er aan het aansluiten kosten zijn verbonden. De aanvrager verklaart hierbij deze kosten te betalen na ontvangst van een factuur. Pas daarna kan de aansluiting worden gerealiseerd.

 

 

 

Indien de kosten reeds in het kader van een andere overeenkomst met de gemeente zijn voldaan, hier de aard en datum van betreffende overeenkomst vermelden:

       Aard overeenkomst: ..............................

       Datum overeenkomst: ...............................

 

 

 

Aldus naar waarheid ingevuld

 

 

Datum

: ..................................

De aanvrager/rechthebbende

: .................................

 

 

 

Handtekening

: .................................

 

 

 

Alleen een volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier, voorzien van situatietekening wordt in behandeling genomen. Het is raadzaam om voor uzelf een kopie van het ingevulde en ondertekende formulier te maken.

 

 

 

In te vullen door gemeente Berg en Dal

 

 

 

Zaaknummer aanvraag: ..........................................

 

 

 

Burgemeester en Wethouders van gemeente Berg en Dal verlenen wel/geen aansluitvergunning voor een aansluiting op het openbaar riool

Toelichting en eventuele aanvullende voorwaarden:

...........................................................................

...........................................................................

 

 

 

Kosten:

 

 

     Valt onder standaard rioolaansluiting

€ ..........................

     Op basis van bijgevoegde begroting

€ ..........................

 

 

 

U ontvangt op korte termijn een factuur om bovenstaand bedrag te voldoen. Wij verzoeken u daarbij het zaaknummer te vermelden. Na betaling kunt u via de afdeling Openbare Ruimte (cluster Riolering) een afspraak maken voor de uitvoering.

 

 

 

Paraaf afdeling Openbare Ruimte:

Datum

: .................................

Naam

: .................................

Handtekening

: .................................

Naar boven