Verordening op de heffing en invordering van leges gemeente Vlissingen 2016

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen;

gelet op het artikel 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, het delegatiebesluit van de raad (24-09-2009)

om de beveogdheid tot vaststelling van de legesverordening over te dragen aan het college, artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b,

van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing

van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart ( Stb. 2011, 440),

 

 

Besluit :

Vast te stellen de

“Verordening op de heffing en invordering van leges Vlissingen 2016”

 

 

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    'dag’ : de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    'maand': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    'jaar': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht. Onverminderd het bepaalde in voorgaande volzin wordt een aanvraag respectievelijk het in de gelegenheid stellen tot het uitbrengen van advies als bedoeld in artikel 2.26 van de ‘Wet algemene bepalingen omgevingsrecht’, gelijk gesteld aan de aanvraag van de dienst zoals bedoeld in voorgaande volzin.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van een bewijs van onvermogen;

  • b.

    minuten, afschriften of uittreksels van besluiten, akten en beschikkingen, verklaringen, houdende:

    • I.

      benoeming van ambtenaren en leden van colleges of commissies;

    • II.

      verhoging of bezoldiging van ambtenaren en leden van college of commissies;

    • III.

      benoeming tot een ambt van gelijke of mindere rang dan dat, hetwelk de benoemde reeds bekleedde;

    • IV.

      gegevens omtrent bij de gemeente doorgebrachte diensttijd;

  • c.

    stukken en legalisaties van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • d.

    kwitanties voor geldsommen en andere stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden of goederen wordt erkend of vermeld;

  • e.

    collectevergunningen op grond van artikel 5.2.1. van de "Algemene plaatselijke verordening voor Vlissingen (APV Vlissingen)", alsmede voor vergunningen krachtens artikel 3 der Wet op de kansspelen;

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald met dien verstande dat in afwijking van het gestelde in afdeling 6.4. Wet ruimtelijke ordening, bij toepassing van het artikel 6.2.1.a Besluit ruimtelijke ordening, de kosten via de legesverordening kunnen worden verhaald;

  • g.

    Diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1., eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a

      mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b

      schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11. Inwerkingtreding, overgangsbepaling, citeertitel

  • 1.

    De artikelen en de tarieventabel van de "Legesverordening Vlissingen 2015", vastgesteld bij collegebesluit van 16 december 2014, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 1.

    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden bepalingen voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

  • 1.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening Vlissingen 2016".

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 8 december 2015.

 

de secretaris , de burgemeester

Mr. Drs. Ing. M. van Vliet A.M. Demmers – van der Geest.

Naar boven