Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
2.1.1.1
|
Aanlegkosten:
|
|
|
De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
2.1.1.2
|
Bouwkosten:
|
|
|
De bouwkosten (exclusief btw) op basis waarvan de leges worden vastgesteld, worden berekend op basis van de "Tabel standaard bouwkosten" (zie bijlage).Indien een project uit meerdere typen bouwwerken bestaat, bedragen de bouwkosten de som van de afzonderlijke bouwkosten, berekend op basis van de “Tabel standaard bouwkosten” voor de betreffende typen bouwwerken.Indien de "Tabel standaard bouwkosten" niet voorziet in het type bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning is aangevraagd, worden de bouwkosten op basis waarvan de leges worden vastgesteld, berekend met gebruikmaking van de meest recente uitgave "Taxatieboekjes (Her)bouwkosten", zoals die worden uitgegeven door Sdu Uitgevers.Indien zowel de "Tabel standaard bouwkosten" als de "Taxatieboekjes (Her)bouwkosten" niet voorzien in het type bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning is aangevraagd, worden de bouwkosten conform een realistische marktprijs vastgesteld. De aanvrager kan dan de opgegeven bouwkosten aannemelijk maken door ze te onderbouwen met een begroting.
|
|
2.1.1.3
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Vooroverleg aanvraag omgevingsvergunning
|
|
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
2.2.1
|
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is:
|
€ 129,60
|
|
Hierbij is een Wabo-brede toetsing (inclusief de toets Bouwbesluit) aan de orde. Indien slechts op deelaspecten/activiteiten wordt getoetst, is het tarief conform de betreffende artikelen van toepassing.
|
|
2.2.2
|
De leges onder 2.2.1 worden verhoogd met:van de onder 2.3.1.1.1a t/m 2.3.1.1.10a, 2.3.1A, 2.3.1.3 t/m 2.3.5.3.3 en 2.3.6 t/m 2.3.14.2.2 genoemde legesof met een evenredig lager percentage indien slechts een gedeeltelijke toetsing heeft plaatsgevonden.
|
35%
|
2.2.3
|
Wanneer een vooroverleg wordt gevolgd door een aanvraag omgevingsvergunning worden de leges ingevolge artikel 2.2.1 en 2.2.2 verrekend met de leges die worden opgelegd naar aanleiding van deze aanvraag. Indien hieruit een negatief bedrag voortkomt vindt er geen verrekening plaats.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.1.1.1
|
indien de bouwkosten € 25.000,00 of minder bedragen
|
€ 210,00
|
2.3.1.1.1a
|
vermeerderd met:
|
€ 15,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
|
|
2.3.1.1.2
|
indien de bouwkosten meer dan € 25.000,00 maar niet
|
|
|
meer dan € 100.000,00 bedragen
|
€ 960,00
|
2.3.1.1.2a
|
vermeerderd met:
|
€ 14,50
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 25.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.3
|
indien de bouwkosten meer dan € 100.000,00 maar niet meer dan € 250.000,00 bedragen
|
|
|
|
€ 3.135,00
|
2.3.1.1.3a
|
vermeerderd met:
|
€ 14,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 100.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.4
|
indien de bouwkosten meer dan € 250.000,00 maar niet meer dan € 500.000,00 bedragen
|
|
|
|
€ 7.335,00
|
2.3.1.1.4a
|
vermeerderd met:
|
€ 13,50
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 250.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.5
|
indien de bouwkosten meer dan € 500.000,00 maar niet
|
|
|
meer dan € 1.000.000,00 bedragen
|
€ 14.085,00
|
2.3.1.1.5a
|
vermeerderd met:
|
€ 13,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 500.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.6
|
indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000,00 maar niet meer dan € 2.500.000,00 bedragen
|
|
|
|
€ 27.085,00
|
2.3.1.1.6a
|
vermeerderd met:
|
€ 12,50
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 1.000.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.7
|
indien de bouwkosten meer dan € 2.500.000,00 maar niet
|
|
|
meer dan € 5.000.000,00
|
€ 64.585,00
|
2.3.1.1.7a
|
vermeerderd met:
|
€ 12,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 2.500.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.8
|
indien de bouwkosten meer dan € 5.000.000,00 maar niet meer dan € 10.000.000,00 bedragen
|
|
|
|
€ 124.585,00
|
2.3.1.1.8a
|
vermeerderd met:
|
€ 11,50
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 5.000.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.9
|
indien de bouwkosten meer dan € 10.000.000,00 maar niet
|
|
|
meer dan € 20.000.000,00 bedragen
|
€ 239.585,00
|
2.3.1.1.9a
|
vermeerderd met:
|
€ 11,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 10.000.000,00 bedragen
|
|
2.3.1.1.10
|
indien de bouwkosten meer dan € 20.000.000,00 bedragen
|
€ 459.585,00
|
2.3.1.1.10a
|
vermeerderd met:
|
€ 10,00
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan voor
|
|
|
zover de bouwkosten meer dan € 20.000.000,00 bedragen
|
|
2.3.1A
|
De leges voor bouwactiviteiten ingevolge artikel 2.3.1 bedragen maximaal
|
€ 750.000,00
|
2.3.1.2
|
Toets ruimtelijke ordening
|
|
|
Voor een afzonderlijk verzoek voor het uitvoeren van een toets ruimtelijke ordening (inclusief een advies betreffende de haalbaarheid indien er sprake is van een planologisch strijdig gebruik) bedraagt het tarief:
|
€ 64,80
|
|
vermeerderd met:
|
€ 0,90
|
|
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan.of indien het geen activiteit bouwen betreft, voor elk te besteden kwartier à
|
€ 16,20
|
|
dat boven de vier kwartier uitgaat
|
|
|
Indien geen planologisch strijdig gebruik aan de orde is bedragen de leges op basis van dit artikel maximaal
|
€ 1.012,00
|
|
Indien wel planologisch strijdig gebruik aan de orde is bedragen de leges op basis van dit artikel maximaal
|
€ 2.024,00
|
|
Dit artikel is ook van toepassing voor de berekening (vermindering) van leges indien artikel 3.1 lid 4 Wet ruimtelijke ordening aan de orde is.
|
|
2.3.1.3
|
Toets welstand
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 c.a. bedraagt het tarief, indien een welstandstoets noodzakelijk is, per behandeling:
|
€ 32,40
|
|
vermeerderd met een eenmalige vermeerdering van
|
€ 0,90
|
|
voor elke € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan. De leges op basis van dit artikel bedragen maximaal
|
€ 1.012,00
|
|
Toets omgevingsvergunningsvrij
|
|
2.3.1.4
|
Indien een afzonderlijk verzoek of een vooroverleg, dan wel aanvraag omgevingsvergunning is ingediend en na toetsing is gebleken dat geen omgevingsvergunning is vereist, bedraagt het tarief:
|
€ 64,80
|
|
Indien het slechts de activiteit kappen betreft, bedraagt het tarief:
|
€ 32,40
|
2.3.1.5
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 550,80
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 550,80
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo aan de orde is (binnenplanse afwijking):
|
€ 169,50
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo aan de orde is (buitenplanse kleine afwijking):
|
€ 169,50
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo aan de orde is (buitenplanse afwijking):
|
€ 620,90
|
|
te vermeerderen met €0,40 per €500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan.
|
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
|
€ 338,80
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 620,90
|
|
te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan.
|
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 620,90
|
|
te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan
|
|
2.3.3.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 620,90
|
|
te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan
|
|
2.3.3.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 620,90
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo aan de orde is (binnenplanse afwijking):
|
€ 169,50
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo aan de orde is (buitenplanse kleine afwijking):
|
€ 169,50
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo aan de orde is (buitenplanse afwijking):
|
€ 620,90
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
€ 338,80
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 620,90
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 620,90
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 620,90
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 620,90
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 192,00
|
2.3.5.2
|
Te vermeerderen met € 0,30 voor elke m2
|
|
2.3.5.3
|
De leges op basis van 2.3.5.2 bedragen maximaal
|
€ 5.000
|
2.3.5A
|
Toets brandpreventie
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 en 2.3.5.1 bedraagt het tarief, indien een brandpreventietoets in de Brandpreventiecommissie noodzakelijk is, per behandeling:
|
€ 32,40
|
|
vermeerderd met een eenmalige vermeerdering van
|
€ 0,90
|
|
voor elke € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan. De leges op basis van dit artikel bedragen maximaal:
|
€ 1.012,00
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2008 gemeente Heerlen aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.6.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
€ 549,40
|
2.3.6.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 549,40
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheers verordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 311,70
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 165,00
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 165,00
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Bomenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 44,30
|
2.3.10.1
|
Indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.10 digitaal wordt ingediend via www.omgevingsloket.nl bedragen de kosten
|
€ 40,50
|
2.3.11
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een gemeentelijk verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.11.1
|
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:
|
€ 83,30
|
2.3.11.2
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:
|
€ 83,30
|
2.3.12
|
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
|
|
2.3.12.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 779,30
|
2.3.12.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 779,30
|
2.3.13
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:
|
€ 467,60
|
2.3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 82,60
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 82,60
|
2.3.14.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
€ 82,60
|
2.3.14.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.15
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
2.3.16
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
2.3.16.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport ten behoeve van het vaststellen van de bodemkwaliteit een bedrag per uur van
|
€ 84,90
|
2.3.16.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€ 254,20
|
2.3.17
|
Advies
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.18.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
2.3.18.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€ 155,70
|
2.3.18.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.18.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.19
|
Bouwen of gebruik zonder vergunning
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, c en/of d van de Wabo en deze activiteit reeds is gestart dan wel uitgevoerd voordat de noodzakelijke vergunning is verleend en dat daardoor in het kader van toezicht/handhaving extra werkzaamheden zijn verricht, wordt onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 c.a., 2.3.3 c.a., 2.3.4 c.a. en 2.3.5 c.a. een bedrag in rekening gebracht van:
|
€ 254,30
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
|
2.4.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.18 en 2.3.19. De vermindering bedraagt:
|
|
2.4.2.1
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
|
25%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
2.4.2.2
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
|
30%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
2.4.2.3
|
bij 15 of meer activiteiten:
|
35%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf/gedeeltelijke heffing
|
|
2.5.1
|
Gedeeltelijke heffing als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning die geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a., 2.3.5 c.a., 2.3.6 c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a. intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, wordt een deel van de desbetreffende leges geheven. Het te heffen deel bedraagt:
|
|
2.5.1.1
|
20% indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
2.5.1.2
|
30% indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
2.5.1.3
|
40% indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning die geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a., 2.3.5 c.a., 2.3.6 c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a., intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
|
35%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.3
|
Gedeeltelijke heffing als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning
|
|
2.5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning die geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a., 2.3.5 c.a., 2.3.6 c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a. weigert, wordt een deel van desbetreffende leges geheven. Het te heffen deel bedraagt:
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
2.5.4
|
Gedeeltelijke heffing als gevolg van het buiten behandeling stellen van een aanvraag omgevingsvergunning
|
|
2.5.4.1
|
Indien na het indienen van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning deze vergunning buiten behandeling wordt gesteld, wordt een deel van de desbetreffende leges geheven. Het te heffen deel bedraagt:
|
10%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
2.5.4.2
|
De minimaal te heffen leges ingevolge dit artikel bedragen € 210,60. Echter;
|
|
2.5.4.3
|
Indien de aanvraag slechts de activiteit kappen betreft, bedraagt het minimale tarief
|
€ 40,50
|
2.5.4.4
|
Indien de aanvraag slechts de activiteit strijdig gebruik betreft, bedraagt het minimale tarief
|
€ 129,60
|
2.5.4.5
|
Indien de aanvraag slechts de activiteit uitweg / inrit betreft, bedraagt het minimale tarief
|
€ 64,80
|
2.5.5
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.18 en 2.3.19 wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
|
|
Niet van toepassing.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
Niet van toepassing.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen
|
|
2.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, zonder bouwactiviteiten
|
€ 8.959,90
|
2.8.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke ordening, zonder bouwactiviteiten
|
€ 338,80
|
2.8.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, met bouwactiviteiten
|
€ 620,90
|
2.8.3.1
|
te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten of een gedeelte daarvan
|
|
2.8.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke ordening met bouwactiviteiten
|
€ 338,80
|
2.8.4.1
|
te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8A Bodemgesteldheidonderzoek
|
|
2.8A.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek inzake de gesteldheid van de bodem voor:
|
|
2.8A.2
|
een vooronderzoek / historisch onderzoek volgens de NEN 5725, naar de bodemgesteldheid.
|
€ 436,20
|
2.8A.3
|
Een beknopt vooronderzoek / historisch onderzoek (niet volgens NEN-5725), naar de bodemgesteldheid
|
€ 84,90
|
2.8A.4
|
Het beoordelen van een chemisch bodemonderzoek ten behoeve van het vaststellen van de bodemkwaliteit per uur
|
€ 84,90
|
2.8A.5
|
het verstrekken van informatie en/of afgifte van een verklaring betreffende de gesteldheid van de bodem en/of het aanwezig zijn van opslagtanks.
|
€ 42,60
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 Sloopmelding
|
|
|
Vervallen
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking/diensten
|
|
2.10
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
€ 165,00
|
2.11
|
Het tarief bedraagt voor overige niet in deze titel genoemde dienstverlening voor ieder daaraan besteed kwartier:
|
€ 16,20
|
|
Informatie verstrekking tot maximaal een half uur is hiervan uitgesloten
|
|