Gemeenteblad van Capelle aan den IJssel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Capelle aan den IJssel | Gemeenteblad 2015, 122580 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Capelle aan den IJssel | Gemeenteblad 2015, 122580 | Verordeningen |
Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting.
De raad van de gemeente Capelle aan den IJssel;
gelet op artikel 226 van de Gemeentewet;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting.
tenzij blijkt dat een ander de houder is.
3.Het houden van een hond door een lid van het huishouden wordt aangemerkt als het houden
van een hond door een door de ambtenaar, belast met de heffing aan te wijzen lid van dat
1.In dit artikel wordt verstaan onder hondenasiel: aan één locatie gebonden ruimte of ruimtes
bestemd of gebruikt voor het in bewaring houden van honden die zwervend zijn aangetroffen,
dan wel waarvan door de eigenaar permanent afstand is gedaan, welke locatie als inrichting is
aangemeld overeenkomstig artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren.
b.die gehouden worden als hulp voor visueel of lichamelijk gehandicapte personen, voor zover
met succes opgeleid door een erkend instituut;
c.waarvan de houder geen ingezetene van de gemeente is en de hond niet langer dan dertig
dagen in het belastingjaar in de gemeente verblijft;
d.die gehouden door politiefunctionarissen, zijn of worden afgericht als politiehonden ten
e.waarvan de houder in het bezit is van een geldend diploma van het hoofdcomité van het
Nederlandse Rode Kruis of van de Nederlandse Vereniging van Rode-Kruishonden;
als bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden.
zijn geregistreerd bij de raad van beheer op kynologisch gebied in Nederland, € 377,50 per
3.Het tweede lid blijft buiten toepassing als belastingplichtige schriftelijk verzoekt de verschuldigde
belasting vast te stellen naar het werkelijke aantal honden, als blijkt dat dit bedrag lager is dan
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1.De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang
2.Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop
van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting terzake van
het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat
jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht,
respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
4.Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de
loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde
gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de
belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle
tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,-.
5.Voor belastingbedragen tot € 5,- vindt geen invordering plaats. Voor de toepassing van de vorige
volzin wordt het totaal van de op één aanslagbiljet verenigde verschuldigde bedragen
hondenbelasting of andere heffingen aangemerkt als één belastingaanslag.
Artikel 9 Termijnen van betaling
1.In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen als volgt
a.uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het
b.in afwijking in zoverre van a. geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet
verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan
meer is dan € 1,--, doch minder dan € 2.000,-, en zolang de verschuldigde bedragen door
middel van automatisch betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen
moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de
dagtekening van het aanslagbiljet en elke van de volgende termijnen telkens een maand
c.in afwijking van het a. en b. moeten de aanslagen die worden gedagtekend in enig jaar
gelegen na het kalenderjaar waarop de aanslag betrekking heeft, worden betaald uiterlijk op
de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het
2.De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Bij de invordering wordt geen kwijtschelding verleend van de in artikel 5, eerste lid, letter b. en c.,
alsmede van de in artikel 5, tweede lid, genoemde belastingen.
Artikel 11 Nadere regels door burgemeester en wethouders
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de
1.De "Verordening hondenbelasting 2015" van 15 december 2014, wordt ingetrokken met ingang
van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij
van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór die datum hebben voorgedaan.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 14 december 2015,
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-122580.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.