Gemeenteblad van Zwartewaterland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zwartewaterland | Gemeenteblad 2015, 120806 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zwartewaterland | Gemeenteblad 2015, 120806 | Verordeningen |
Verordening rioolheffing 2016 Gemeente Zwartewaterland
De raad van de gemeente Zwartewaterland;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2015;
gelet op artikel 228a van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN RIOOLHEFFING 2016
(Verordening rioolheffing 2016)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
1.a. Voor percelen die in hoofdzaak dienen tot woning, wordt de belasting geheven naar het aantal personen dat van het perceel gebruik maakt.
1.b. Voor percelen die niet in hoofdzaak tot woning dienen, wordt de belasting geheven naar het aantal kubieke meters water dat vanuit het perceel wordt afgevoerd.
1.c. Voor percelen die enkel hemel- of grondwater afvoeren, wordt de belasting geheven naar een vast bedrag per perceel.
2. Het aantal kubieke meters wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het perceel is toegevoerd of opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
3. Ingeval gebruik wordt gemaakt van een pompinstallatie moet die pompinstallatie zijn voorzien van een:
a. watermeter, waarvan de hoeveelheid opgepompt water kan worden afgelezen,
b. bedrijfsurenteller, waarvan het aantal uren dat een pompinstallatie met vaste capaciteit in bedrijf is geweest kan worden afgelezen.
De eerste volzin is niet van toepassing indien vaststelling van de hoeveelheid opgepompt water geschiedt op grond van enige andere wettelijke bepaling.
4. De op de voet van het tweede lid berekende hoeveelheid toegevoerd of gepompt water wordt verminderd met de hoeveelheid water die niet voor nadere verwerking aan de gemeente wordt aangeboden.
De belasting wordt geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Artikel 10 Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
2. In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan meer is dan € 50,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen of in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog aan kalendermaanden in het jaar overblijven, met een maximum van tien en minimum van twee termijnen.
De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan minder is dan € 50,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen.
De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing voorzover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking
tot de heffing en invordering van de rioolrechten.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
Met ingang van de in het eerste lid genoemde datum wordt de “Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2015” van de gemeente Zwartewaterland, vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2014 ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
3. Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening rioolheffing 2016”.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Zwartewaterland van 26 november 2015.
ing. H.W. Schotanus – Schutte ing. E.J. Bilder
Tarieventabel 2016 behorende bij de “Verordening rioolheffing 2016”
a. indien het perceel wordt gebruikt door één persoon € 318,25
b. indien het perceel wordt gebruikt door twee of meer personen € 385,00
per kubieke meter water, met een minimum bedrag van € 385,00
Behorende bij raadsbesluit van 26 november 2015.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-120806.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.