Artikel
|
Omschrijving
|
Tarief
|
Variabel tarief
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
|
1.1.1
|
Aanlegkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
1.1.2
|
Bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
1.1.3
|
Sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting,, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
1.1.4
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
Hoofdstuk 2 Vooroverleg
|
2.1
|
Voor dit onderdeel worden geen kosten in rekening gebracht.
|
|
vervallen
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
3.1.1
|
Bouwactiviteit, indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
3.1.1.1
|
indien de bouwkosten bedragen € 0 tot € 50.000; van de bouwkosten.
|
€ 227,00
|
2,02%
|
3.1.1.2
|
indien de bouwkosten bedragen € 50.000 tot € 100.000; van de bouwkosten.
|
€ 380,05
|
1,91%
|
3.1.1.3
|
indien de bouwkosten bedragen €100.000 tot € 200.000; van de bouwkosten.
|
€ 702,60
|
1,84%
|
3.1.1.4
|
indien de bouwkosten bedragen € 200.000 tot € 500.000; van de bouwkosten.
|
€ 1.072,35
|
1,76%
|
3.1.1.5
|
indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen; van de bouwkosten.
|
€ 2.729,20
|
1,46%
|
3.1.1.6
|
het tarief bedraagt nooit meer dan 15% van de bouwkosten met een minimum van € 71,64
|
|
|
3.1.2
|
Het tarief voor advisering door ambtelijke bouwplantoetsers bedraagt:
|
|
|
3.1.2.1
|
voor reguliere adviezen bij een bouwsom tot € 20.000
|
€ 20,00
|
|
3.1.2.2
|
voor reguliere adviezen bij een bouwsom boven € 20.000 Maximum tarief per bouwplan bedraagt€ 1.125,00
|
|
0,13%
|
3.1.2.3
|
voor advies bij reclameobjecten
|
€ 37,50
|
|
3.1.2.4
|
voor advies bij sloopvergunningen
|
€ 50,00
|
|
3.1.2.5
|
voor advies bij handhavingszaken/excessenregeling
|
€ 75,00
|
|
3.1.3
|
Het tarief voor advisering door de welstandscommissie WZNH bedraagt:
|
|
|
3.1.3.1
|
voor reguliere adviezen bij een bouwsom tot € 20.000
|
€ 40,00
|
|
3.1.3.2
|
voor reguliere adviezen bij een bouwsom boven € 20.000 Maximum tarief per bouwplan bedraagt€ 1.125,00
|
|
0,25%
|
3.1.3.3
|
voor reguliere adviezen zonder bouwsom
|
€ 440,00
|
|
3.1.3.4
|
Korting op advies bij vooroverleg door WZNH supervisor
|
|
5
|
3.1.3.5
|
voor advies bij reclameobjecten
|
€ 75,00
|
|
3.1.3.6
|
voor advies bij sloopvergunningen
|
€ 100,00
|
|
3.1.3.7
|
voor advies bij handhavingszaken/excessenregeling
|
€ 150,00
|
|
3.1.3.8
|
voor behandeling in WZNH Erfgoedcommissie
|
€ 440,00
|
|
3.1.3.9
|
voor overige advisering op basis van bestede tijd per uur
|
|
|
3.1.3.9.1
|
secretariaat-beleidscoördinator
|
€ 85,00
|
|
3.1.3.9.2
|
WZNH adviseur/commissielid
|
€ 120,00
|
|
3.1.3.9.3
|
projecttarief WZNH adviseur
|
€ 100,00
|
|
3.1.3.9.4
|
previsoren, supervisoren, leden kwailiteitsteams
|
€ 120,00
|
|
3.1.3.9.5
|
adviseur bij second opinions
|
€ 120,00
|
|
3.2
|
Achteraf ingediende aanvraag, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
5,00%
|
3.2.1
|
Beoordeling aanvullende gegevens, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
2,00%
|
3.3
|
Aanlegactiviteiten. Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 157,20
|
|
3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit, indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.3.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1:
|
|
|
3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 282,20
|
|
3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
€ 295,15
|
|
3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 2.569,85
|
|
3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
|
€ 282,65
|
|
3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 305,90
|
|
3.4.6
|
Als de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 202,45
|
|
3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 202,45
|
|
3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 292,95
|
|
3.4.9
|
De in 3.4.3, 3.4.6 en 3.4.7 genoemde tarieven worden verhoogd met het eventuele bedrag dat een externe adviseur de gemeente in rekening brengt.
|
|
|
3.5
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit, Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
3.5.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 225,10
|
|
3.5.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
€ 328,50
|
|
3.5.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 2.569,85
|
|
3.5.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
€ 298,35
|
|
3.5.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 305,90
|
|
3.5.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 202,45
|
|
3.5.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 202,45
|
|
3.5.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 292,95
|
|
3.5.9
|
De in 3.5.3, 3.5.6 en 3.5.7 genoemde tarieven worden verhoogd met het eventuele bedrag dat een externe adviseur de gemeente in rekening brengt
|
|
|
3.5.10
|
indien de aanvraag betrekking heeft op het verkrijgen van een (objectgebonden) beschikking dat permanent bewonen van een recreatieverblijf is toegestaan onder voorwaarden die behoren bij de overgangsbepalingen van het bestemmingsplan, bedraagt het tarief:
|
€ 1.024,25
|
|
3.5.11
|
indien de aanvraag betrekking heeft op het verkrijgen van een (persoonsgebonden) beschikking en indien de aanvrager het recreatieverblijf vanaf 1 april 2006 permanent bewoonde en het verblijf aan de eisen van het Bouwbesluit voldoet en de permanente bewoning vanuit milieuregels toelaatbaar is, bedraagt het tarief :
|
€ 1.024,25
|
|
3.5.12
|
Ontheffing op grond van de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuur Visie (PRVS)Het tarief voor het doen van een aanvraag bij de Gedeputeerde staten van Noord‐Holland tot het verstrekken van een ontheffing ingevolge de artikelen 12 lid 2, 13 lid 2, 14 lid 2, 19 lid 3 , 22 lid 4, 24 lid 3, 25 lid 3, 26 lid 2,28 lid 6 of 32 lid 4 van de PRVS, inclusief eventueel advies van de Adviescommissie Ruimtelijke Ontwikkeling, voor zover deze kosten niet zijn verhaald op een andere wijze, worden volledig doorbelast.
|
|
|
3.6
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
3.6.1
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte: tot 500 m2
|
€ 672,05
|
|
3.6.2
|
van 500 m2 tot 1.000 m2
|
€ 968,35
|
|
3.6.3
|
van 1.000 m2 en meer verhoogd met voor elke m2 boven de 1.000 m2 of gedeelte daarvan € 0,20 voor elke m² boven de 1.000 ² tot een maximum van € 2.437,80
|
€ 968,35
|
2,00%
|
3.7
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
3.7.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de via de Monumentenverordening Hollands Kroon aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 4 van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
|
3.7.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
€ 368,35
|
|
3.7.1.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht wordt:
|
€ 368,35
|
|
3.7.1.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2013 Hollands Kroon aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of Erfgoedverordening 2013 Hollands Kroon een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
€ 368,35
|
|
3.8
|
Aanleggen of veranderen weg, als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 234,85
|
|
3.9
|
Uitweg / Inrit, Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo en als de gemeente geen eigenaar is van de betreffende weg bedraagt het tarief:
|
€ 133,35
|
|
3.10
|
Kappen, Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief
|
€ 88,90
|
|
3.11
|
Opslag van roerende zaken, niet van toepassing
|
|
|
3.12
|
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
|
|
|
3.12.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 187,40
|
|
3.12.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 187,40
|
|
3.13
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet. Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief
|
€ 187,40
|
|
3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
3.14.1
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 150,80
|
|
3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
3.14.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft
|
€ 150,80
|
|
3.14.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft
|
€ 150,80
|
|
3.15
|
Omgevingsvergunning in twee fase, Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
|
3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
3.16
|
Beoordeling bodemrapport, onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
|
3.16.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€ 161,55
|
|
3.16.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€ 161,55
|
|
3.16.3
|
De tarieven in dit artikel worden verhoogd met de, vooraf aan de aanvrager medegedeelde kosten, die een externe adviseur de gemeente in rekening brengt, blijkend uit een door het college van burgemeester en wethouders opgestelde begroting
|
|
|
3.17.1
|
Advies, Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld
|
|
|
3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
3.17.3
|
Onverminderd het bepaalde in de voorafgaande onderdelen van dit hoofdstuk, bedraagt het tarief indien archeologisch advies wordt ingewonnen
|
€ 437,30
|
|
3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen, opgenomen binnen de tarieven van 3.3.3 en 3.4.3.
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
4.1
|
niet van toepassing
|
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw‐, aanleg‐ of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 3.1, 3.2, 3.6 en 3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
5.1.1
|
Als de aanvraag wordt ingetrokken binnen 4 weken na het in behandeling nemen, doch voor het verlenen van de omgevingsvergunning van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
75,00%
|
5.1.2
|
Als de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken maar voor het verlenen van de omgevingsvergunning van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
25,00%
|
5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw‐, aanleg‐ of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 3.1, 3.2, 3.6 en 3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.De teruggaaf bedraagt van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
25,00%
|
5.3
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten.
|
|
|
5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw‐, aanleg‐ of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 3.1, 3.2, 3.6 of 3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
25,00%
|
5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
5.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf, Een bedrag minder dan € 100 wordt niet teruggegeven.
|
|
|
5.5
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen, van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 3.1.2, 3.3.9, 3.4.9 en 3.17 wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
|
6.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 5.2 van toepassing is:
|
€ 241,25
|
|
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
7.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:
|
€ 97,60
|
|
7.2
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstellingvan een verleende omgevingsvergunning bedraagt
|
€ 97,60
|
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening
|
€ 3.740,85
|
|
8.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
|
€ 1.351,00
|
|
8.3
|
De in 8.1 en 8.2 genoemde tarieven worden verhoogd met het eventuele bedrag dat een externe adviseur de gemeente in rekening brengt.
|
|
|
Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikkingen
|
9.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
€ 150,80
|
|
9.2
|
Het in 9.1 genoemde tarief wordt verhoogd met het eventuele bedrag dat een externe adviseur de gemeente in rekening brengt.
|
|
|