Legesverordening Opsterland 2016

 

 

De raad van de Gemeente Opsterland,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 november 2015,

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h  en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet  en de artikelen 2, tweede lid  , en 7 van de Paspoortwet 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van leges Opsterland 2016

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    APV: de Algemene Plaatselijke Verordening;

  • b.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • c.

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • d.

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • e.

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • f.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen en verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • c.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatsteven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing en betaling

  • 1.

    De leges worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

  • 1.

    In afwijking van het eerste lid worden de leges geheven door een mondelinge kennisgeving, en kan betaling ook niet-giraal geschieden, in de volgende gevallen:

onderdelen 1.2.1 t/m 1.2.5 (identiteitsbewijzen);

onderdelen 1.3.1 t/m 1.3.2 (rijbewijzen);

onderdelen 1.4.1 t/m 1.4.10 (basisadministratie);

onderdelen 1.7.1 t/m 1.7.3 (kopiekosten);

onderdelen 1.11.1 t/m 1.11.3 (jaar- en weekmarkten);

onderdeel 1.1.6 (nasporing burgerlijke stand), en

onderdelen 1.9.1 en 1.9.2 (nasporing in archief);

van de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot het belastbare feit in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.7 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.6 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      onderdeel 1.4.8 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens );

    • 7.

      hoofdstuk 8 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 12 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De "Legesverordening Opsterland 2015", vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2014, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2016, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2016;

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als de "Legesverordening Opsterland 2016".

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 30 november 2015.

De griffier,

De voorzitter,

 

Ieke Zwart

Ellen van Selm

TARIEVENTABEL

Behorende bij de Legesverordening Opsterland 2016

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

kosten voltrekken huwelijk / registratie partnerschap

1.1.1

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk of het registreren van een partnerschap (inclusief verstrekking van een trouwboekje met lederen omslag, resp. boekje van een geregistreerd partnerschap) of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op het adres Hoofdstraat 80-82 te Beetsterzwaag, dat plaatsvindt op andere tijden en andere wijze dan ingevolge het voorschrift van artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand voor een kosteloze huwelijksvoltrekking is bepaald:

 

 

1.1.1.1

op maandag tot en met vrijdag

€ 268,00

 

1.1.1.2

op zaterdag

€ 816,00

 

1.1.2

In afwijking van het bovenstaande bedragen de tarieven voor het voltrekken van een huwelijk of het registreren van een partnerschap (inclusief verstrekking van een trouwboekje met lederen omslag, resp. boekje van een geregistreerd partnerschap), of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op een andere door het college aangewezen locatie:

 

 

1.1.2.1

op maandag tot en met vrijdag

€ 419,00

 

1.1.2.2

op zaterdag

€ 816,00

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk of het registreren van een partnerschap (inclusief verstrekking van een trouwboekje met lederen omslag, resp. boekje van een geregistreerd partnerschap) of het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

 

 

1.1.3.1

op maandag tot en met vrijdag

€ 419,00

 

1.1.3.2

op zaterdag

€ 816,00

trouwboekje

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een duplicaat van een trouwboekje, een trouwboekje bij een kosteloze huwelijksvoltrekking of een boekje van het registreren van een partnerschap

€ 18,10

kosten getuigen

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het optreden van een gemeenteambtenaar als getuige bij een huwelijksvoltrekking of bij een registratie van een partnerschap.

€ 19,20

nasporingen

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 20,20

akten

1.1.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een faciliteitenpaspoort of een zakenpaspoort aan personen van 18 jaar en ouder

€ 64,40

 

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een faciliteitenpaspoort of een zakenpaspoort aan personen jonger dan 18 jaar

€ 51,20

 

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of voor vreemdelingen

€ 51,20

 

1.2.1.4

vervallen

-

 

1.2.1.5

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet voor een persoon van 18 jaar en ouder:

€ 50,40

 

1.2.1.6

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet voor een persoon jonger dan 18 jaar:

€ 28,45

 

1.2.2

De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1.1, 1.2.1.2, 1.2.1.5 en 1.2.1.6 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 47,30

 

1.2.3

vervallen

 

 

1.2.4

vervallen

 

 

1.2.5

Voor het opmaken van een verklaring van vermissing van een reisdocument of een identiteitskaart

€ 17,15

 

1.2.6

Aan personen die ex artikel 26 Invorderingswet 1990 in aanmerking komen voor kwijtschelding, alsmede aan de samenwonende partner van deze personen en aan hun minderjarige kinderen, wordt - tenzij deze personen reeds beschikken over een geldig paspoort - kosteloos een Nederlandse Identiteitskaart verstrekt.

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,95

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een bijzondere dienstverlening (spoedlevering, buiten reguliere openingstijden, vermissing) vermeerderd met

€ 35,30

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen (BRP)

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.2a en 1.4.2b, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het voldoen aan een aanvraag:

 

inlichtingen persoons-

gegevens opgenomen in BRP

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 6,40

 

1.4.2a

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.2b wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

 

1.4.2b

Het tarief bedraagt voor het voldoen aan een aanvraag:

 

inlichtingen persoons-

gegevens niet opgenomen in BRP

1.4.2b.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 6,40

nasporingen uit BRP

1.4.3

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor elk daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan

€ 20,20

nasporingen uit oude registers

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek verrichten van nasporingen in de oude bevolkingsregisters, ongeacht het resultaat van die nasporing, voor elk daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

€ 20,20

 

1.4.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit BRP wordt het tarief berekend, zoals genoemd in artikel 37a, tweede lid, van de Regeling BRP.

 

uittreksels enz.

1.4.6

Het tarief bedraagt voor een uittreksel uit de BRP, een attestatie de vita en een nationaliteitsbewijs

€ 6,40

legalisatie

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het legaliseren van afschriften van officiële documenten en van handtekeningen

€ 6,40

verklaring omtrent gedrag

1.4.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag zoals bedoeld in artikel 39 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, geldt het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 1 van de Regeling leges en afdracht vergoeding afgifte verklaring omtrent het gedrag voor natuurlijke personen en rechtspersonen.

 

overige verklaringen of stukken

1.4.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van een verklaring omtrent de gegoedheid, van oorsprong en alle andere, niet elders in deze tabel genoemde verklaringen of stukken, welke in het bijzonder belang van betrokken personen worden opgemaakt, per stuk

€ 10,10

naturalisatie

1.4.10

Voor de behandeling van een verzoek tot naturalisatie of verklaring van optie als bedoeld in artikel 13 van de Rijkswet op het Nederlanderschap, geldt het tarief zoals dit is opgenomen in het op het moment van de aanvraag geldende Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002.

 

Hoofdstuk 5 Verkeer en vervoer

 

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

wegen

1.5.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen en/of een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 42,30

invaliden-parkeerkaart

1.5.2

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, met een geldigheidsduur van vijf jaar

€ 27,20

 

1.5.3

verlenging van de geldigheidsduur van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

€ 13,10

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,20

1.6.1.1.2

met een maximum per bericht van

€ 5,00

1.6.1.1.3

meer dan 100 pagina’s

€ 22,50

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,00

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 22,50

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

1.6.3

Voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens worden geen leges berekend.

 

1.6.4

Voor het verstrekken van gegevens aan de door de gemeente officieel erkende en als zodanig ingestelde adviesorganen, ten behoeve van de door deze organen uit te brengen adviezen aan de gemeente.

 

Hoofdstuk 7 INLICHTINGEN, GEKOPIEERDE, EN/ OF GEDRUKTE STUKKEN

Kopiekosten

algemeen

1.7.1

Het tarief bedraagt:

a.voor het maken van een kopie, zwart/ wit, enkelzijdig, A 4

b.voor het maken van een kopie, kleur, enkelzijdig, A 4

Voor het maken van een dubbelzijdig kopie worden de onder a. en/of b. vermelde bedragen verdubbeld.

€ 0,20

€ 0,60

Kopiekosten tekeningen en kaarten

1.7.2

Het tarief bedraagt voor de afgifte van een door middel van lichtdruk/print verkregen kopie van de tot het gemeentelijk archief behorende tekeningen en kaarten, per kopie, van het formaat:

1.A 0 (84 cm x 118 cm)

2.A 1 (59 cm x 84 cm)

3.A 2 (42 cm x 59 cm)

4.A 3 (30 cm x 42 cm)

€ 9,10

€ 5,30

€ 3,80

€ 1,60

Gewaarmerkte stukken

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het waarmerken van door de gemeente afgegeven documenten

€ 5,80

Raadsbundel

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het afsluiten van een jaarabonnement op de raadsbundel, en/of commissiebundel, beide inclusief bijlagen

€ 219,00

Aanschafkosten van van gemeentewege

verstrekte boekwerken

1.7.5

Voor een exemplaar van een van gemeentewege verstrekt boekwerk waaronder de Programmarekening annex het Jaarverslag, de Programmabegroting, de daarbij behorende Bijlagenboeken, de Bouwverordening, de APV, de Brandbeveiligingsverordening, een informatiepakket bij de particuliere uitgifte van bouwterreinen of een ander van gemeentewege verstrekt boekwerk, wordt per boekwerk geheven

€ 12,10

Opgave van namen en adressen

1.7.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verstrekken van een opgave van namen en adressen uit een niet elders in deze tabel vermelde administratie:

a.indien deze gegevens benodigd zijn voor een wetenschappelijk, liefdadig of daarmee gelijk te stellen doel, per naam of adres

met een maximum van

b.in alle andere gevallen, per naam of adres

€ 0,60

€ 100,00

€ 2,00

Digitale gegevens

1.7.7.

Voor het digitaal verstrekken van gegevens die digitaal beschikbaar zijn, worden geen kosten berekend

 

Scans

1.7.8

Voor het digitaal verstrekken van gegevens die schriftelijk beschikbaar zijn, wordt een tarief berekend van, per scan, van het formaat:

1.A 0

1.A 1

2.A 2

4.A 3

5.A 4

€ 7,10

€ 4,00

€ 3,00

€ 1,20

€ 0,15

Hoofdstuk 8 Kansspelen

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.8.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.8.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste speelautomaat

€ 56,50

 

en voor iedere volgende speelautomaat

€ 34,00

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 12,10

Hoofdstuk 9 Gemeentearchief

kosten nasporing archief, met assistentie

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het door of vanwege de gemeente doen van nasporing in, eventueel gevolgd door het geven van een of meer inlichtingen uit het archief van de gemeente, ongeacht het resultaat van die nasporing, een en ander voor zover deze diensten niet elders in deze tabel zijn opgenomen, voor elk kwartier of gedeelte daarvan, aan deze dienst besteed.

€ 20,20

kosten nasporing i.v.m. taxatierapporten

1.9.2

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van nasporing in het gemeentelijk (bouw)archief gevolgd door het verstrekken van informatie betreffende o.a. mogelijke bodemverontreiniging, aanwezigheid van olietanks, planologische ontwikkelingen of belemmeringen ten aanzien van bepaalde onroerende zaken

€ 50,40

Hoofdstuk 10 Leegstandwet

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.10.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 185,00

1.10.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet

€ 92,70.

Hoofdstuk 11 Marktstandplaatsen

marktvergunning

1.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor het innemen van een standplaats op een week- of jaarmarkt

€ 26,20

jaarmarkt

1.11.2

Voor het op een jaarmarkt in gebruik nemen of hebben van kramen, tenten of soortgelijke inrichtingen, bestemd voor het uitstallen of verkopen van waren of goederen van welke aard dan ook, wordt per dag per strekkende meter frontbreedte of een gedeelte van een strekkende meter een tarief berekend van

met een minimum van

€ 4,30

€ 17,20

weekmarkt

1.11.3

Voor het op een weekmarkt in gebruik nemen of hebben van kramen, tenten of soortgelijke inrichtingen, bestemd voor het uitstallen of verkopen van waren of goederen van welke aard dan ook, wordt per marktdag per strekkende meter frontbreedte of een gedeelte van een strekkende meter een tarief berekend van

met een minimum van

€ 1,25

€ 5,00

Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

voor een ontheffing op grond van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet, voor één dag

€ 23,20

1.12.2

voor een ontheffing op grond van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet, voor meer dan één dag

€ 58,50

1.12.3

tot het verlenen van toestemming om een ontheffing zoals bedoeld in onderdeel 1.12.1 of in onderdeel 1.12.2 over te dragen aan een ander

€ 13,10

1.12.4

tot het intrekken of wijzigen van een onder 1.12.1,1.12.2 of 1.12.3 bedoelde ontheffing

€ 13,10

Hoofdstuk 13 Telecommunicatie

1.13.1

Voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, lid 1, van de Telecommunicatiewet

€ 283,00

1.13.2

Het in onderdeel 1.13.1 genoemde bedrag wordt, indien over een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 252,00

1.13.3

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, wordt het in onderdeel 1.13.1 genoemde bedrag verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college is opgesteld.

 

1.13.4

Indien een begroting als bedoeld in onderdeel 1.13.6 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Hoofdstuk 14 Diversen

beschikkingen algemeen

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een beschikking, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 50,40

vuurwerk

1.14.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning, als bedoeld in artikel 2:67 APV, voor het ter beschikking stellen dan wel voor het aanwezig houden van consumentenvuurwerk

€ 50,40

geluidhinder

1.14.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:4, lid 2, APV, voor het veroorzaken van geluidhinder in de open lucht, per dag

€ 50,40

kampeer-

ontheffing

1.14.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:24, lid 3, APV, per kampeermiddel

met een minimum van

€ 1,00

€ 50,40

woonschip

1.14.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning, als bedoeld in artikel 5:24, lid 3, APV, voor het innemen van een ligplaats met een woonschip

€ 252,00

 

1.14.6

Indien het verzoek ter verkrijging van een vergunning of ontheffing in de zin van onderdeel 1.14.5 uit een oogpunt van welstand tevens aan de commissie welstandsadvisering en monumentenzorg "Hûs en Hiem" wordt voorgelegd, worden de op grond van onderdeel 1.14.5 te heffen leges verhoogd met

€ 50,40

legalisatie

1.14.7

Indien een vergunning of ontheffing als bedoeld dit hoofdstuk van deze tarieventabel wordt verleend ter opheffing van een illegale situatie, worden de leges verdubbeld.

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

vooroverleg

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

 € 106,80

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

bouwen

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.1.1.1 

indien de bouwkosten minder dan € 50.000 bedragen:

3,01%

 

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

 € 107,00

 

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 150.000 bedragen:

2,81%

 

 

van de bouwkosten; met een minimum van;

 € 1.566,00

 

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 150.000 tot € 300.000 bedragen:

2,60%

 

 

van de bouwkosten, met een minimum van;

 € 4.357,00

 

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 300.000 tot € 600.000 bedragen:

2,40%

 

 

van de bouwkosten, met een minimum van;

€ 8.184,00

 

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 600.000 of meer bedragen:

2,19%

 

 

van de bouwkosten, met een minimum van;

€ 15.145,00

 

2.3.1.1.6

De tarieven als bedoeld in onderdeel 2.3.1 worden naar beneden afgerond naar veelvouden van € 1,00

 

 

 

 

 

 

 

Welstandstoets

 

Welstand

2.3.1.2

Het van toepassing zijnde tarief op grond van onderdeel 2.3.1 wordt in verband met een toetsing aan welstandscriteria, hetzij in verband met een wettelijk voorschrift, hetzij omdat het college dit nodig oordeelt, verhoogd met de door de commissie welstandsadvisering en monumentenzorg “Hûs en Hiem” ter zake aan de gemeente in rekening gebrachte kosten.

 

 

 

 

 

 

 

Niet-ontvankelijk verklaren

 

Niet-ontvankelijk verklaren

2.3.1.3

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, op grond van het bepaalde in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht niet-ontvankelijk wordt verklaard en daarom niet verder in behandeling wordt genomen, is verschuldigd

 € 73,60

 

 

 

 

 

 2.3.1.4

(vervallen)

 

 

 

 

 

 

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

Aanvullende gegevens

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

 € 72,60

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

Aanleg

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 148,00

 

 

 

 

 

2.3.3

vervallen

 

 

 

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik

 

Strijdig gebruik

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 274,00

 

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 274,00

 

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.466,00

 

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 274,00

 

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

 € 274,00

 

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 274,00

 

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 274,00

 

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 274,00

 

 

 

 

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

brandveilig

 2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief indien de vloeroppervlakte van dit bouwwerk:

 

 

2.3.5.2

minder bedraagt dan 100 m²

€ 170,00

 

2.3.5.3

100 m² bedraagt of meer, doch minder dan 500 m²

vermeerderd voor elke m² met

€ 170,00

€ 0,35

 

2.3.5.4

500 m² bedraagt of meer, doch minder dan 2.000 m²

vermeerderd met elke m² met

€ 318,00

0,25

 

2.3.5.5

2.000 m² bedraagt of meer, doch minder dan 5.000 m²

2.vermeerderd met elke m² met

€ 701,00

€ 0,10

 

 2.3.5.6

5.000 m² bedraagt of meer, doch minder dan 50.000 m²

5.vermeerderd voor elke m² met

€ 1.008,00

€ 0,01

 

2.3.5.7

meer bedraagt dan 50.000 m²

vermeerderd voor elke m² met

€ 1.593,00

€ 0,01

 

 

 

 

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

monumenten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

 € 219,00

 

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

 € 219,00

 

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 € 219,00

 

 

 

 

sloop

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

 

 

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

 € 61,50

 

2.3.7.1.2

in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de Bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo,

 € 61,50

 

 

 

 

 

2.3.7.2

Asbesthoudende materialen

 

asbest

 

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.1.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is:

 € 61,50

 

 

 

 

 

 

Aanleggen of veranderen weg

 

Aanleg weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 € 27,20

 

 

 

 

 

2.3.9

Uitweg/inrit

 

uitweg

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 € 27,20

 

 

 

 

 

2.3.10

Kappen

 

kappen

2.3.10.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:10 APV een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief bij het vellen van één of meer bomen::

€ 101,00

Herplant

2.3.10.2

Indien bij het verlenen van een omgevingsvergunning tevens een herplantplicht als bedoeld in artikel 4:10, lid 3, APV wordt opgelegd, wordt de op grond van 2.3.10.1 geheven leges met 50% verhoogd.

 

 

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

opslag

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.11.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

  € 22,20

 

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

  € 22,20

 

 

 

 

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

  € 22,20

 

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

  € 22,20

 

 

 

 

 

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

  € 22,20

 

 

 

 

 

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

 

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

  € 22,20

 

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

  € 22,20

 

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

 

 

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

 

bodemrapport

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een onderzoeksopzet van een onderzoeksrapport inzake de gesteldheid van de bodem

 € 37,30

 

2.3.16.2

voor de beoordeling van een vooronderzoek als bedoeld in de NVN 5725, naar het historisch gebruik en naar de bodemgesteldheid

 € 37,30

 

2.3.16.3

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

 € 37,30

 

2.3.16.4

voor de beoordeling van een verkennend onderzoek volgens NEN 5740, naar de bodemgesteldheid

€ 61,50

 

2.3.16.5

voor de beoordeling van een nader onderzoek als bedoeld in de Leidraad bodembescherming

€ 122,00

 

 

 

 

advies

2.3.17

Advies

 

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18

Als een verklaring van geen bedenkingen moet worden afgeven voordat de omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo, kan worden verleend, worden daarvoor geen kosten in rekening gebracht.

 

Hoofdstuk 4 Vermindering en vermeerderingen

vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

Achteraf ingediende aanvraag (Legalisatie)

2.4.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit die reeds is aangevangen of voltooid, worden de op grond van onderdeel 2.3.1 t/m 2.3.10 te heffen leges verhoogd met 50% met een minimum van € 100,00 en een maximum van € 500,00.

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw- of aanlegactiviteiten

 

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of aanlegactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, en 2.3.6, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

 

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

80 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

 

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 6 weken na het in behandeling nemen ervan

60 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

 

 

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 6 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan

50 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

2.5.1.4

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken na het in behandeling nemen ervan

40 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

Intrekking vergunning

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 3 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

30 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

weigering

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

70 %

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

 

Minimum-

bedrag

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf, een bedrag minder dan € 60,00 wordt niet teruggegeven.

 

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

Geen teruggaaf

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 13,10

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 € 73,60

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

 € 4.930,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

 € 2.466,00

2.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een buitenplanse afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo:

 € 2.466,00

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening

  € 0,00

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

 € 55,40

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 605,00

3.1.2

Indien de behandeling van een aanvraag als bedoeld in het vorige onderdeel niet een volledige toetsing, maar slechts een toetsing op onderdelen betreft (zoals een melding wijziging leidinggevende), bedraagt het tarief

€ 252,00

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 252,00

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 50,40

3.1.5

Een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:31, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening

€ 252,00

3.1.6

Een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 50,40

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

Evenementen-vergunning

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een kleine evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25, lid 1, APV

€ 50,40

 

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een medium evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25, lid 1, APV

€ 202,00

 

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een grote evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:25, lid 1, APV

€ 605,00

Snuffelmarkt

3.2.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een (snuffelmarkt)vergunning als bedoeld in artikel 5:22, lid 1, APV

€ 252,00

Herdenkingen

3.2.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning voor het houden van herdenkingsplechtigheden als bedoeld in artikel 2:25 jo. 2:24, lid 2, onder a, APV, worden geen leges geheven.

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

een vergunning op grond van artikel 3:4, lid 1, APV voor het exploiteren of wijzigen van een seksinrichting of een vergunning op grond van artikel 3:4 lid 3, APV voor het exploiteren of wijzigen van een escortbedrijf

€ 1.008,00

3.3.2

Indien over een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.3.1 advies bij een externe adviseur wordt ingewonnen, worden de op grond van onderdeel 3.3.1 geheven leges vermeerderd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting, die ter zake door of vanwege het college is opgesteld.

 

3.3.3

Indien van een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.3.1 de werkelijke advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting als bedoeld in onderdeel 3.3.2 geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk 4 APV-vergunningen

Straatartiest

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing voor het uitoefenen van het beroep van straatartiest als bedoeld in artikel 2:9, lid 3, APV, geldig voor:

€ 50,40

Voorwerpen op, aan of boven de weg

3.4.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10, lid 2, APV, voor het plaatsen van voorwerpen op, aan of boven de weg

€ 50,40

 

3.4.2.2

Indien het verzoek ter verkrijging van een ontheffing in de zin van onderdeel 3.4.2.1 uit een oogpunt van welstand tevens aan de commissie welstandsadvisering en monumentenzorg "Hûs en Hiem" wordt voorgelegd, worden de op grond van onderdeel 3.4.2.1 te heffen leges verhoogd met

€ 50,40

Terras

3.4.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een terrasontheffing als bedoeld in artikel 2:30, lid 3, APV

€ 252,00

Standplaats

3.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:18, lid 1, APV, voor het innemen van één standplaats voor:

•een dag of minder

•een maand of minder, maar meer dan een dag

•een jaar of minder, maar meer dan een maand

€ 50,40

€ 151,00

€ 252,00

Kennels

3.4.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning ingevolge artikel 2 van de Wet op de Dierenbescherming in samenhang met het Honden- en Kattenbesluit of een wijziging daarop

€ 50,40

Nutsvoor-zieningen

3.4.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van toestemming c.q. vergunning voor het maken, het leggen, het hebben en/of onderhouden van:

1.een rioolaansluiting en/of rioolleiding in gemeentegrond

2.een verharding op gemeentegrond

3.een slootdemping of dam op gemeentegrond

4.een kabel of leiding in gemeentegrond

5.een duiker in gemeentegrond

€ 50,40

€ 50,40

€ 50,40

€ 50,40

€ 50,40

Legalisatie

3.4.7

Indien een vergunning of ontheffing als bedoeld in dit hoofdstuk van deze tarieventabel wordt verleend ter opheffing van een illegale situatie, worden de leges verdubbeld.

 

Hoofdstuk 5 Brandbeveiligingsverordening

Vergunning

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van een vergunning op grond van de Brandbeveiligingsverordening Opsterland 2013 voor een tijdelijk bouwsel, een openluchtevenement of een in een tentoonstellingsruimte plaatshebbend evenement

€ 50,40

Verstrekken duplicaat

3.5.2

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag verstrekken van een duplicaat van een vergunning als bedoeld in onderdeel 3.5.1

€ 50,40

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de Gemeente Opsterland van 30 november 2015.

De griffier,

De voorzitter,

 

Ieke Zwart

Ellen van Selm

Naar boven