Vaststellen Verordening op de bezwaarschriften (gemeenteraad) (2015, nr. 254/1187)

 

Nummer 254/1187

Publicatiedatum 13 november 2015

Agendapunt 39A

Datum besluit B&W 30 juni 2015

Onderwerp

Vaststellen Verordening op de bezwaarschriften (gemeenteraad)

De gemeenteraad van Amsterdam

Gezien de voordracht van burgemeester en wethouders van 30 juni 2015 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 1187),

Besluit:

  • 1.

    kennis te nemen van de Visie op bezwaar en de regeling ‘Regeling bezwaar en beroep (college en burgemeester)’

  • 2.

    de volgende (nu geldende) verordeningen in te trekken:

    • a.

      Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften;

    • b.

      de huidige stadsdeelverordeningen over de afhandeling van bezwaren:

o Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften (Stadsdeel Centrum)

o Verordening bezwaarschriftencommissie Nieuw-West (Stadsdeel Nieuw-West)

o Verordening commissie bezwaarschriften Stadsdeel Oost;

o Verordening algemene bezwaarschriftencommissie West;

o Reglement behandeling bezwaar- en beroepschriften (Stadsdeel Zuidoost);

o Regeling behandeling bezwaren stadsdeel Zuid;

o Reglement voor de behandeling van bezwaarschriften Stadsdeel Amsterdam-Noord 2004;

3.de ‘Verordening op de bezwaarschriften (gemeenteraad)’ als volgt vast te stellen:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    raad: gemeenteraad van Amsterdam;

  • -

    primair besluit: het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • -

    primair organisatieonderdeel: het organisatieonderdeel of het bestuursorgaan waarvan de afdeling deel uitmaakt, waar het primair besluit is voorbereid.

Artikel 1.2 Reikwijdte van de regeling

Deze regeling is van toepassing op het voorbereiden en het nemen van beslissingen op bezwaar door de raad.

Hoofdstuk 2 De vaste bezwaarschriftencommissie van de raad

Artikel 2.1 Instelling en samenstelling vaste bezwaarschriftencommissie van de raad

  • 1.

    Er is een vaste bezwaarschriftencommissie van de raad ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad.

  • 2.

    De vaste bezwaarschriftencommissie bestaat uit ten minste drie leden en drie plaatsvervangende leden, allen lid van de raad.

Artikel 2.2 Benoeming

  • 1.

    De raad benoemt, schorst en ontslaat de leden en de plaatsvervangende leden van de vaste bezwaarschriftencommissie.

  • 2.

    De commissie wijst een lid van de commissie als (plaatsvervangend) voorzitter aan.

  • 3.

    De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad dan wel op de dag waarop zij ophouden lid van de raad te zijn.

  • 4.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de raad

  • 5.

    Aftredende of ontslag nemende leden blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.

Artikel 2.3 Externe bezwaarschriftencommissie

  • 1.

    De advisering over een bezwaar of een categorie bezwaren kan worden opdragen aan een externe bezwaarschriftencommissie waarvan in ieder geval de voorzitter geen deel uitmaakt van en niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van de raad:

    • a.

      in een incidenteel geval op voordracht van de voorzitter van de vaste bezwaarschriftencommissie van de raad ter beslissing aan het presidium;

    • b.

      voor een categorie bezwaren op voordracht van het presidium ter beslissing aan de raad.

  • 2.

    Gebruikmaken van een externe bezwaarschriftencommissie kan bijvoorbeeld in:

    • -

      gevallen waarin de neutraliteit en objectieve oordeelsvorming binnen de gemeente niet (afdoende) kunnen worden geborgd;

    • -

      gevallen waarin de schijn zou kunnen ontstaan dat een bezwaarschrift niet met de noodzakelijke onbevangenheid en onbevooroordeeldheid kan worden behandeld, of

    • -

      bijzondere gevallen die een zeer specifieke deskundigheid vereisen die binnen de gemeente niet aanwezig is.

  • 3.

    De voorzitter en de leden worden door het presidium aangewezen.

Artikel 2.4 Ambtelijke ondersteuning

Het college voorziet in de ambtelijke ondersteuning van de commissie.

Hoofdstuk 3 Werkwijze

Artikel 3.1 Informele aanpak van het bezwaar

De bezwaarschriftencommissie onderzoekt of door middel van een informele aanpak een oplossing kan worden gevonden, alvorens een formele bezwaarschriftenprocedure wordt gestart. De commissie verricht daartoe de nodige handelingen.

Artikel 3.2. Vooronderzoek

  • 1.

    De commissie kan rechtstreeks alle gewenste inlichtingen inwinnen of laten inwinnen.

  • 2.

    De commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen.

Artikel 3.3 Datum en tijd van de hoorzitting

  • 1.

    De commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het primaire organisatieonderdeel in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De commissie kan in de gevallen genoemd in artikel 7:3 van de Awb besluiten om af te zien van het horen. Indien de commissie van deze bevoegdheid gebruik maakt, doet zij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het primaire organisatieonderdeel.

Artikel 3.4 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden aanwezig is.

Artikel 3.5 Openbaarheid hoorzitting

  • 1.

    De zitting van de commissie is voor iedereen toegankelijk.

  • 2.

    De commissie kan indien zij dat nodig oordeelt beslissen dat het horen achter gesloten deuren plaatsvindt. De commissie kan hiertoe ambtshalve beslissen, of op verzoek van belanghebbenden of de vertegenwoordiger van het primaire organisatieonderdeel.

  • 3.

    De commissie beslist of het maken van beeld- en geluidsopnamen is toegestaan, nadat zij partijen in de gelegenheid heeft gesteld zich hierover uit te laten.

Artikel 3.6 Gang van zaken tijdens hoorzitting

  • 1.

    Het primaire organisatieonderdeel draagt er op uitnodiging van de commissie zorg voor dat het besluit waartegen een bezwaarschrift is ingediend, door een vertegenwoordiger wordt toegelicht ten overstaan van de commissie.

  • 2.

    De voorzitter van de commissie regelt de gang van zaken tijdens de hoorzitting. De hoorzitting kan door hem worden geschorst.

  • 3.

    De voorzitter kan, indien de orde tijdens de zitting dat naar zijn oordeel vereist, een of meer aanwezigen de toegang tot de bijeenkomst ontzeggen, de zitting zonder hen voortzetten of de zitting staken.

Artikel 3.7 Verslag

  • 1.

    In de beslissing op het bezwaarschrift of in een afzonderlijk document wordt zakelijk verslag gedaan van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 2.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 3.

    Indien een afzonderlijk verslag wordt opgemaakt, wordt dit ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 3.8 Nader onderzoek en daaruit verkregen nieuwe feiten of omstandigheden

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de commissie dit onderzoek houden.

  • 2.

    De feiten of omstandigheden die hieruit worden verkregen en voor de op het bezwaar te nemen beslissing van aanmerkelijk belang kunnen zijn, worden aan de belanghebbenden en het primaire organisatieonderdeel toegezonden. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 7:9 van de Awb worden zij in de gelegenheid gesteld hierover te worden gehoord.

  • 3.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 3.9 Vergadering commissie

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3.

    Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 5.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 3.10 Het advies

  • 1.

    Indien naar haar oordeel de termijn, genoemd in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, kan de commissie de beslissing verdagen.

  • 2.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen het primair organisatieonderdeel en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 3.11 Contrair adviesprocedure

  • 1.

    Indien het primaire organisatieonderdeel zich niet kan vinden in het advies van de commissie, beslist de raad op basis van het advies van de bezwaarschriftencommissie, een zakelijke weergave van het standpunt van het primaire organisatieonderdeel en een advies van de directeur Juridische Zaken.

  • 2.

    Voor zover het gaat om gedelegeerde bevoegdheden aan een bestuurscommissie, adviseert niet de directeur Juridische Zaken, maar de RVE-manager Juridisch Bureau, een en ander met inachtneming van punt 3 van de “algemene bepalingen en beperkingen” van het bevoegdhedenregister, behorende bij de verordening op de bestuurscommissies.

Hoofdstuk 4 Afsluitende bepaling

Artikel 4.1 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de bezwaarschriften (gemeenteraad).

  • 4.

    kennis te nemen van de in bijlage 4 opgenomen toelichting op deze verordening;

  • 5.

    te bepalen dat de besluiten 2 en 3 in werking treden op 1 januari 2016.

    Aldus besloten door de gemeenteraad voornoemd

    in zijn vergadering op 5 november 2015.

De plv. voorzitter

E.Ünver

De raadsgriffier

mr. M. Pe

Naar boven