Gemeente Goeree-Overflakkee - Uitvoeringsregeling haven- en kadegelden

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Goeree-Overflakkee;

 

gelet op het bepaalde in:

 

  • -

    de artikelen 6, 7 en 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen in verbinding met de artikelen 231, tweede lid, aanhef en onderdeel a, en derde lid, en 237 van de Gemeentewet;

  • -

    artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet;

  • -

    artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    alsmede op artikel 17 van de Verordening haven- en kadegelden.

 

Besluit vast te stellen de volgende regeling:

 

Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en de invordering van haven- en kadegelden (Uitvoeri ngsregeling haven- en kadegelden)

 

Artikel 1 Algemene bepaling

Deze regeling geeft uitvoering aan de artikelen 6, 7 en 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en in artikel 17 in de Verordening haven- en kadegelden van de gemeente Goeree-Overflakkee,.

Artikel 2 Uitnodiging tot het doen van aangifte

Het uitnodigen tot het doen van aangifte geschiedt door het uitreiken van een aangiftebiljet waaruit blijkt de wijze van het doen van aangifte, een omschrijving van de gevraagde gegevens of bescheiden en de termijn waarbinnen aangifte moet worden gedaan.

Artikel 3 Verplichting om te verzoeken uitgenodigd te worden tot het doen van aangifte

  • 1.

    Degene die een vaste ligplaats heeft en die gebruik maakt van de haven (in de zin van artikel 1 van de Verordening) en aan wie niet op 30 april van het belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na 1 mei bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte.

  • 2.

    De verplichting van het voorgaande lid geldt niet ten aanzien van de belastingplichtige met een vaste ligplaats, op grond waarvan over het voorgaande belastingjaar een aanslag werd opgelegd voor het tarief van die vaste ligplaats.

  • 3.

    De in dit artikel omschreven verplichtingen gelden mede voor de in de artikelen 43 en 44 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen bedoelde personen.

Artikel 4 Het doen van aangifte

  • 1.

    Aangifte wordt gedaan door het op de in het aangiftebiljet aangegeven wijze, inleveren of toezenden van de gevraagde gegevens of bescheiden.

  • 2.

    Overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen dienen de in het aangiftebiljet gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud te worden ingevuld. Het aangiftebiljet wordt ondertekend en met de daarbij gevraagde bescheiden ingeleverd of toegezonden.

Artikel 5 Vaststelling formulier

Als formulier van het aangiftebiljet wordt vastgesteld het formulier dat in overeenstemming is met het in Bijlage I opgenomen model.

Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze regeling is van toepassing met ingang van 17 november 2015.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als “Uitvoeringsregeling haven- en kadegelden”.

 

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van 17 november 2015.

 

Hoogachtend,

 

Burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee,

secretaris, burgemeester,

 

drs. B. Marinussen mr. A. Grootenboer-Dubbelman

Naar boven