Gemeenteblad van Assen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Assen | Gemeenteblad 2015, 111209 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Assen | Gemeenteblad 2015, 111209 | Verordeningen |
Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Assen 2015
Burgemeester en wethouders van Assen,
Overwegende dat op grond van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Assen 2015 het college bevoegd is om nadere regels te stellen ten aanzien van in de verordening genoemde onderwerpen;
dat deze nadere regels zijn uitgewerkt in dit Besluit Maatschappelijke ondersteuning gemeente Assen 2015;
Vast te stellen het Besluit Maatschappelijke ondersteuning gemeente Assen 2015;
ZRM: De Zelfredzaamheid-Matrix (ZRM) is het instrument waarmee behandelaars, beleidsmakers en onderzoekers in de (openbare) gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening en gerelateerde werkvelden, de mate van zelfredzaamheid en participatie van hun cliënten eenvoudig en volledig kunnen beoordelen;
1.Een aanvraag voor een maatwerkvoorziening kan pas worden gedaan nadat het
onderzoek is uitgevoerd, tenzij het onderzoek niet is uitgevoerd binnen zes weken na de ontvangst van de melding.
In afwijking van het derde lid kan ook een ondertekend verslag van het gesprek, als de cliënt dit wenst, worden beschouwd als aanvraagformulier. Als cliënt het verslag ondertekent en het verslag is voorzien van zijn naam, burgerservicenummer (BSN), geboortedatum en een dagtekening, kan het verslag fungeren als aanvraagformulier voor een maatwerkvoorziening als dat (mede) de uitkomst is van het gesprek.
Artikel 2.9 Gewijzigde omstandigheden na toekenning
Als sprake is van gewijzigde omstandigheden als bedoeld in artikel 2.3.8. (gewijzigde omstandigheden die cliënt verplicht is te melden) en 2.3.9 (gewijzigde omstandigheden op grond van onderzoek van het college) van de wet, wijzigt het college de beschikking (ambtshalve ) na onderzoek als bedoeld in artikel 2.4 van dit besluit.
HOOFDSTUK 3. BEPALINGEN TEN AANZIEN VAN MAATWERKVOORZIENINGEN
Het college verbindt in elke geval de volgende voorwaarden aan de verstrekking van een maatwerkvoorziening:
Artikel 3.2 Vorm maatwerkvoorziening
Voorzieningen in natura worden in eigendom of in bruikleen verstrekt.
Artikel 3.4Bovengebruikelijke hulp
Alleen wanneer er sprake is van een langdurige situatie waarbij de zorg door partner, ouder, volwassen inwonend kind of andere volwassen huisgenoot, in vergelijking tot gezonde kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel, substantieel wordt overschreden is er sprake van bovengebruikelijke hulp en kan een voorziening worden ingezet.
HOOFDSTUK 4. REGELS VOOR EEN PERSOONSGEBONDEN BUDGET (PGB) BIJ EEN MAATWERKVOORZIENING
Om na te gaan of de PGB aanvrager op verantwoorde wijze om kan gaan met een PGB wordt de bekwaamheid van de PGB aanvrager beoordeeld. De beoordelingscriteria zijn:
Bij aanvragers die niet in staat zijn volledig de eigen regie te voeren, maar niet handelingsonbekwaam zijn, kan een (wettelijk) vertegenwoordiger uit naam van de aanvrager de regie voeren. Aangezien de aanvrager als het ware in de rol van budgethouder wordt vervangen door de vertegenwoordiger, toetst het college laatstgenoemde persoon op dezelfde aspecten als genoemd in dit artikel als de aanvrager.
Een maatwerkvoorziening in de vorm van een PGB wordt alleen verstrekt indien dit gemotiveerd wordt aangevraagd aan de hand van een opgesteld budget en ondersteuningsplan. In het plan moet duidelijk worden aangetoond dat de kwaliteit van de verstrekking van een PGB tenminste gelijk is aan zorg in natura. Ook dient de cliënt aan te tonen dat de doelmatigheid van de ondersteuning door middel van een PGB tenminste gelijk is aan zorg in natura. Het college beoordeelt of dit plan voldoet.
Artikel 4.3 Voorwaarden uitvoerder PGB
Artikel 4.4 Verantwoordelijkheden van de cliënt
De cliënt aan wie een PGB is toegekend is verantwoordelijk voor:
Artikel 4.5 (Tussentijdse) beëindiging PGB
Onverminderd het bepaalde in artikel 2.10 gelden voor een PGB de volgende redenen om het PGB te beëindigen:
Artikel 4.7 De zorgovereenkomst
De cliënt aan wie een PGB is verleend komt met de aanbieder een PGB zorgovereenkomst overeen. In de zorgovereenkomst zijn tenminste afspraken opgenomen over de kwaliteit en het resultaat van de in te zetten hulp/begeleiding, de inschakeling van het type hulpverlener (medewerker van cao zorgorganisatie, zzp’er/andere zorgorganisatie of sociaal netwerk) en de wijze van declareren.
De toetsing van de zorgovereenkomst op arbeidsrechtelijke zaken wordt uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De gemeente Assen is verantwoordelijk voor de goedkeuring van de zorgovereenkomst. Daarbij worden zowel de inhoud als de financiën beoordeeld. De tarieven in de zorgovereenkomst worden getoetst aan de hoogte van de tariefstelling voor PGB diensten.
HOOFDSTUK 5. REGELS VOOR BIJDRAGE IN DE KOSTEN
Artikel 5.1 Bijdrage in de kosten van een algemene voorzieningen
De aanbieder van de algemene voorziening stelt de bijdrage in de kosten vast die ten hoogste kostendekkend is.
Artikel 5.4 Eigen bijdrage maatschappelijke opvang.
Het college wijkt af van het bepaalde in het eerste lid als:
het netto-inkomen hoger is dan de bijstandsuitkering of inkomensvoorziening waarop cliënt recht zou hebben wordt de hoogte van de eigen bijdrage vastgesteld op de bijstandsnorm, respectievelijk inkomensvoorziening waarop cliënt recht zou hebben, vermeerderd met 15% van het verschil tussen het netto inkomen en de betreffende uitkering, onder aftrek van de norm persoonlijke uitgaven.
HOOFDSTUK 6 MAATWERKVOORZIENINGEN
AFDELING 2 ROLSTOEL EN VERVOER
Een indicatie voor een rolstoelvoorziening wordt voor onbepaalde tijd afgegeven. Tussentijdse wet- en beleidswijzigingen kunnen van invloed zijn op de lopende indicatie. Cliënt wordt daarvan tijdig op de hoogte gesteld.
Artikel 6.5 Verzekeringsplicht
Voorzieningen, zoals een elektrische rolstoel, die buiten de eigen woon- en leefomgeving worden gebruikt voor bijvoorbeeld vakantie in binnen of buitenland, dienen door cliënt zelf voldoende verzekerd te worden voor diefstal, schade, noodzakelijk onderhoud en pech.
Het college vergoedt geen accessoires, zoals bijvoorbeeld een boodschappenmand en een extra spiegel.
Artikel 6.8 Hoogte persoonsgebonden budgetten voor vervoer
Als cliënten partners zijn zoals bedoeld in artikel 5a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en beide in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming in de kosten van vervoersvoorzieningen als hierboven bedoeld in artikel 6.7 lid 5 onder a, b, c, d, f en g bedraagt de hoogte van het PGB per persoon maximaal 75% van de bedragen zoals opgenomen in de financiële bijlage bij dit besluit.
Als een cliënt over een vervoersvoorziening in natura beschikt, stelt het college de hoogte van de financiële tegemoetkoming voor een voorziening als bedoeld in artikel 6.7 lid 5 a, b, c, d, f en g van de verordening vast op 75% van de bedragen zoals opgenomen in de financiële bijlage bij dit besluit.
De cliënt met recht op een voorziening in collectief aanvullend vervoer betaalt als algemeen gebruikelijke kosten per rit een reizigersbijdrage die gelijk is aan het voltarief voor reizen met de
Het college verstrekt een PGB voor de aanschaf van een eigen auto toe als het collectief vervoer, individueel (rolstoel)taxivervoer en/of andere vervoersvoorzieningen geen compenserende oplossing bieden voor het vervoersprobleem van cliënt en als een eigen auto niet als algemeen gebruikelijk gezien kan worden.
Het college verstaat onder een woonvoorziening een verstrekking aan ingezetene ter stimulering van:
Het college bepaalt de omvang van het recht aan de hand van het afwegingskader woonvoorzieningen en de ZRM.
Artikel 6.23 Bijzondere weigeringsgronden voor een woonvoorziening
Het college weigert een woonvoorziening als:
Artikel 6.24 Onderhoud en reparatie
Het college verbindt de volgende voorwaarden aan de verstrekking van een woonvoorziening:
Artikel 6.25 Bijzondere voorwaarde bruikleen traplift
Het college verbindt de volgende voorwaarden aan het in bruikleen geven van een traplift:
Artikel 6.30 Maatschappelijke opvang
twee jaar aantoonbaar zijn of haar hoofdverblijf in de regio van de centrumgemeente gehad. Dit
moet blijken uit inschrijving in de basisregistratie personen of het bekend en geregistreerd zijn
f.als contra-indicatie om een cliënt te plaatsen in een andere centrumgemeente gelden redenen om de cliënt uit zijn oude sociale netwerk te halen, of agressie tegen medewerkers van betrokken
partijen in de betreffende centrumgemeente.
Artikel 6.32 Beëindiging van het recht
Het college beëindigt het recht op een maatwerkvoorziening beschermd wonen als naar zijn oordeel cliënt:
Artikel 6.33 Vergoeding wooninitiatieven beschermd wonen
de bewoners verblijven op één woonadres als bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens, of op meerdere woonadressen binnen een straal van 100 meter, waarin ten minste één gemeenschappelijke verblijfsruimte aanwezig is die geschikt is voor het ontplooien van gezamenlijke activiteiten;
HOOFDSTUK 8. WAARDERING EN ONDERSTEUNING MANTELZORGERS.
Artikel 8.2 Jaarlijkse waardering
Elk jaar biedt de gemeente de dag van de mantelzorg aan als blijk van waardering aan de mantelzorgers een verwendag met een cadeautje. Daarnaast worden er ook uitjes en activiteiten georganiseerd voor jonge mantelzorgers, veelal aangeboden door serviceclubs of via ondernemers aangeboden in het kader van maatschappelijk ondernemen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-111209.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.