Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting . Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld
|
|
|
betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld
|
|
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld
|
|
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is
|
|
|
tot het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning
|
|
|
Indien de conceptaanvraag wordt omgezet in een aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt het bedrag onder art. 2.2.2. verrekend met de definitieve aanslag leges.
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
indien de bouwkosten niet meer dan € 15.000 bedragen:
|
|
|
indien de bouwkosten meer dan € 15.000 tot € 500.000 bedragen:
|
|
|
|
|
|
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen:
|
|
|
|
|
|
indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 tot € 5.000.000 bedragen:
|
|
|
|
|
|
indien de bouwkosten meer dan € 5.000.000 bedragen:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 2.3.1 wordt, in verband met een toetsing aan welstandscriteria, indien:
|
|
|
de bouwkosten lager zijn dan € 25.000, verhoogd met
|
|
|
de bouwkosten vanaf € 25.000, verhoogd met
|
|
|
van de bouwkosten met een maximum van
|
|
|
De berekende leges worden op € 5,00 naar boven afgerond
|
|
|
Welstandstoets monumenten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo en toetsing aan de Monumentenverordening van de gemeente Nederlek en/of de welstandscriteria als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet plaats moet vinden wordt:
|
|
|
Indien hierover het advies van de monumentencommissie moet worden ingewonnen, het overeenkomstig in onderdeel 2.3.1.1.1 t/m 2.3.1.1.3 berekende bedrag vermeerderd met een adviestarief per uur van :
|
|
|
Wanneer er een locatiebezoek nodig is wordt het bedrag in onderdeel 2.3.1.3.1 verhoogd met een tarief per uur van:
|
|
|
Voor het uitvoeren van extra werkzaamheden (kwaliteitsteam, locatiebezoek etc.) wordt een adviestarief per uur berekend van:
|
|
|
De kosten voor handhaving/exces bedragen (excl. lokatiebezoek)
|
|
|
Het verstrekken van aanvullende positieve motivering wordt berekend op basis van een uurtarief van:
|
|
|
Verplicht advies derden Agrarische Beoordelingscommissie (ABC)
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Agrarische Beoordelingscommissie (ABC) nodig is en wordt beoordeeld:
|
|
|
Wanneer er in onderdeel 2.3.1.1. sprake is van een startend en geheel nieuw te vestigen bedrijf (niet verplaatsing) en er voor deze aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is inzake nieuwe vestiging en/of beoordeling van een bedrijfsplan bedraagt het tarief:
|
|
|
Wanneer de commissie wordt verzocht ook uitspraken van een commissie voor bezwaar en beroep en/of gerechtelijke uitspraken te betrekken bij het advies bedraagt het tarief:
|
|
|
Indien nader advies op eerder uitgebracht advies moet plaatsvinden bedraagt het tarief:
|
|
|
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van derden nodig is en wordt beoordeeld, zullen de werkelijk gemaakte kosten in rekening worden gebracht.
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1. bedraagt het tarief van de verschuldigde leges berekend onder art. 2.3.1 Bouwactiviteiten indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit.
|
|
|
Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in onderdeel 2.3.1 bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen.
|
|
|
|
|
|
Voor het in behandeling nemen van een melding op grond van art. 8.19 of 8.40 Wet Milieubeheer dan wel een omgevingsvergunning volgens artikel 2.1 lid 1 onder e en art. 3.10 lid 3 van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
Indien de aanvraag bedoeld in onderdeel 2.3.2.1 wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de aanlegactiviteit dan bedraagt het tarief:
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
|
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
|
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
|
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
|
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
|
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
|
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening 1990 gemeente Bergambacht, Erfgoedverordening gemeente Nederlek 2013, Erfgoedverordening gemeente Ouderkerk 2014, Monumentenverordening gemeente Schoonhoven 2007 en de Monumentenverordening gemeente Vlist 2008 aangewezen monument, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordeningen een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
|
voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
|
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- en dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening gemeente Bergambacht 1990, Erfgoedverordening gemeente Nederlek 2013, Erfgoedverordening gemeente Ouderkerk 2014, Monumentenverordening gemeente Schoonhoven 2007 en de Monumentenverordening gemeente Vlist 2008 aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordeningen een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads-of dorpsgezicht
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:
|
|
|
in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:
|
|
|
in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de Bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo,
|
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een proviniciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Krimpenerwaard een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
|
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo
|
|
|
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 (Natura 2000-gebied) bedraagt het tarief:
|
|
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora-en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:
|
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
|
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
|
van de bouwkosten, met een minimumtarief van:
|
|
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft;
|
|
|
van de bouwkosten, met een minimumtarief van:
|
|
|
|
|
|
Advisering naar aanleiding van uit te voeren of uitgevoerd milieuhygiënisch bodemonderzoek
|
|
|
Bodemonderzoeken die onder dit onderwerp worden beoordeeld zijn:
|
|
|
* historische onderzoeken (ook wel vooronderzoeken genoemd)
|
|
|
* verkennende en oriënterende bodemonderzoeken
|
|
|
* aanvullende en nadere onderzoeken
|
|
|
* saneringsonderzoeken, saneringsplannen en evaluatierapporten
|
|
|
* nazorg en monitoringsonderzoeken
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, voor advisering per afzonderlijk rapport
|
|
|
Advisering naar aanleiding van uit te voeren of uitgevoerd archeologisch bodemrapport (kleine locatie)
|
|
|
Archeologische onderzoeken die onder dit onderwerp worden beoordeeld zijn:
|
|
|
* archeologische paragraaf bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor de activiteit
|
|
|
* sloop, bouw en/of aanleg
|
|
|
* archeologische quickscan
|
|
|
* archeologisch bureauonderzoek
|
|
|
|
|
|
Advisering Wet geluidhinder/Wet ruimtelijke ordening geluid (kleine locatie)
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het
|
|
|
tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag:
|
|
|
*een akoestisch onderzoek van derden wordt beoordeeld
|
|
|
*een bouwkundig akoestisch onderzoek van derden wordt beoordeeld
|
|
|
*een hogere waarde procedure wordt gevolgd
|
|
|
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsbesluit aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
|
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
|
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders in opgesteld.
|
|
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag voor beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2.2.2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17.
|
|
|
De vermindering bedraagt:
|
|
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
|
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
|
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
bij 15 of meer activiteiten:
|
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
|
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.
|
|
|
|
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de basisleges, mits deze aanvraag is ingediend binnen twee jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.
|
|
|
|
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de basisleges.
|
|
|
|
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak
|
|
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
Bij teruggaaf van leges onder 2.5.1, 2.5.2 en 2.5.3 zal een bedrag minder dan niet worden teruggegeven.
|
|
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.1.3, 2.3.1.4, 2.3.15, 2.3.16, 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
Hoofdstuk 6 Buiten behandeling stellen (niet-ontvankelijke) aanvraag
|
|
|
Indien de gevraagde vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo, nadat de aanvrager in de gelegenheid is gesteld de aanvraag aan te vullen, wegens onvolledigheid conform artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht buiten behandeling wordt gesteld, bedraagt het tarief
|
|
Hoofdstuk 7 Intrekking omgevingsvergunning
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is
|
|
Hoofdstuk 8 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:
|
|
Hoofdstuk 9 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
|
|
Hoofdstuk 10 Sloopmelding
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding:
|
|
Hoofdstuk 11 In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandelingnemen van een aanvraag om een andere in deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
|
|