Verordening begraafrechten Leeuwarden 2014

Artikel 0
Dit artikel moet nog worden gesplitst

DE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 januari 2014

(Kenmerk 388221);

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet, Wet op de lijkbezorging en de actuele Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Leeuwarden;

BESLUIT:

vast te stellen de:

Verordening begraafrechten Leeuwarden 2014

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de begripsomschrijvingen wordt verwezen naar de actuele Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Leeuwarden en naar de Wet op de lijkbezorging.

Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam “begraafrechten” worden rechten geheven voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de gemeentelijke begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor het opgraven van een lijk of asbus op rechterlijk gezag, het opgraven van een lijk of asbus op verzoek van de Oorlogsgravenstichting en van de ter aarde bezorging van een onvermogende in opdracht van het college.

Artikel 5 Grondslag en maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan twaalf maanden, gerekend vanaf het moment van het ontstaan van de belastingschuld.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten, worden geheven bij wege van aanslag, met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.

Artikel 8 Ont staan van de belastingschuld

  • 1.De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

  • 2.De in onderdelen 1, 4.1. en 4.2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde begraafrechten moeten in één keer worden voldaan voor de totale duur van de grafrechten/overeenkomst.

Artikel 9 Tijdstip van betaling en betaling in termijnen

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald binnen dertig dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de begraafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 1 1 Overdracht bevoegdheden door de raad

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het redactioneel aanpassen van deze verordening en de bijbehorende tarieventabel alsmede het wijzigen van de tarieven die voortvloeien uit hogere regelgeving.

Artikel 1 2 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de begraafrechten.

Artikel 1 3 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening begraafrechten Leeuwarden 2014”.

Artikel 1 4 Inwerkingtreding

  • 1.De " Verordening begraafrechten Leeuwarden 2014’", vastgesteld bij raadsbesluit Leeuwarden van 16 december 2013 en de " Verordening begraafrechten Boarnsterhim/Leeuwarden 2014’", vastgesteld bij raadsbesluit Boarnsterhim van 10 december 2013 worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten tot de inwerkingtreding van deze verordening (vastgesteld bij raadsbesluit Leeuwarden van 27 januari 2014).

  • 2.Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

  • 3.De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 29 januari 2014.

De voorzitter,

De griffier,

Naar boven