Verordening Forensenbelasting 2015
 
De raad van de gemeente Binnenmaas;
 
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2014;
 
gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;
 
b e s l u i t
 
vast te stellen de:
 
Verordening op de heffing en invordering van forensenbelasting 2015
 
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.
 
Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht
  • 1.
    Onder de naam ‘forensenbelasting’ wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
  • 2.
    Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
     
Artikel 3 Vrijstellingen
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
 
Artikel 4 Maatstaf van heffing
  • 1.
    De heffingsgrondslag voor de belasting is de totale vloeroppervlakte van de woning.
  • 2.
    Voor de berekening van de in het vorige lid bedoelde oppervlakte wordt per begaanbare verdieping uitgegaan van de buitenafmetingen van de woning, ter hoogte van de vloer of vloeren waarop bewoning door personen mogelijk is. Deze vloeroppervlakte omvat alle afsluitbare ruimten.
     
Artikel 5 Belastingtarief
De belasting bedraagt per jaar, per woning, waarvan de vloeroppervlakte bedraagt:
minder dan 10 m² : € 107,40;
10 – 19 m² : € 204,80;
20 – 49 m² : € 354,85;
50 m² of meer : € 709,70.
 
Artikel 6 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
 
Artikel 7 Wijze van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Artikel 8 Termijnen van betalen
  • 1.
    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk drie maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
  • 2.
    In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan minder is dan € 2.500,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
     
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.
 
Artikel 10 Inwerkingtreding en citeerartikel
  • 1.
    De ‘Verordening forensenbelasting 2014’ van de gemeente Binnenmaas van 12 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
  • 2.
    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
  • 3.
    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
  • 4.
    Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening forensenbelasting 2015'.
     
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Binnenmaas van 11 december 2014.
 
De griffier, De voorzitter,
 
drs. M.J.W. Tobeas mr. drs. A.J. Borgdorff
Naar boven