1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
1.1.1 aanlegkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
1.1.2 bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
1.1.3 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
1.1.4 Digitale aanvraag omgevingsvergunning: een aanvraag omgevingsvergunning die is ingediend met gebruikmaking van het Omgevingsloket Online (OLO) (www.omgevingsloket.nl).
1.1.5.Digitale aanvraag vooroverleg: een aanvraag voor een vooroverleg die is ingediend bij de gemeente via e-mail via het mailadres info@edam-volendam.nl of omgevingsvergunning@edam-volendam.nl.
- 1.
2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
- 1.
3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
2
Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
2.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
2.1.1 om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is of het in behandeling nemen van een aanvraag om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning :
indien de geraamde kosten minder dan € 100.000 bedragen € 300,00
2.1.2 indien de geraamde kosten € 100.000 of meer maar minder dan
€ 250.000 bedragen € 1.500,00
2.1.3 indien de geraamde kosten € 250.000 of meer maar minder dan
€ 500.000 bedragen € 2.000,00
2.1.4 indien de geraamde kosten € 500.000 of meer bedragen € 2.500,00
2.2 Indien, binnen een termijn van zes maanden na de bekendmaking van de beslissing naar aanleiding van het vooroverleg, een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor een op basis van het vooroverleg uitgewerkte aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt ingediend, worden de daarvoor geheven leges met deze leges verrekend.
2.3 Indien een aanvraag om een vooroverleg niet digitaal is ingediend wordt
op de tarieven die betrekking hebben op de aanvraag een toeslag van 15%
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
3.1.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
3.1.1.1 indien de bouwkosten minder dan € 500.000 bedragen: 3 %,
van de bouwkosten, met een minimum van: € 300,00
3.1.1.2 indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen: 2,7 %
3.1.1.3 indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 3.750.000 bedragen: 2,4 %
3.1.1.4 indien de bouwkosten € 3.750.000 of meer bedragen: 2,1 %
3.1.2 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt het tarief, indien
de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of
gereedkomen van de bouwactiviteit: 150 %
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
3.1.3 Indien een activiteit plaatsvindt binnen een gebied waarvoor geen actueel
bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening
(Wro), is vastgesteld, wordt gelet op artikel 3.1 lid 4 van de Wro, voor de
toetsing van die activiteit aan het bestemmingsplan op de tarieven als bedoeld
in de onderdelen 3.1.1.1 tot en met 3.1.1.4 25 %
3.1.4 Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning niet digitaal is ingediend
met gebruikmaking van het Omgevingsloket Online (OLO) wordt op de
tarieven die betrekking hebben op de aanvraag een toeslag van 15 %
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op
een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b,
van de Wabo, bedraagt het tarief: € 450,00
3.3
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens
sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a,
van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1:
3.3.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo
wordt toegepast (binnenplanse afwijking): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo
wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo
wordt toegepast (buitenplanse afwijking): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van exploitatieplan): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit
in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in
strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag;
3.3.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van voorbereidingsbesluit): 100 %
van het op grond van onderdeel 3.1.1 verschuldigde bedrag.
3.4
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet
tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
3.4.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo
wordt toegepast (binnenplanse afwijking): € 300,00
3.4.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo
wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): € 300,00
3.4.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo
wordt toegepast (buitenplanse afwijking): € 850,80
3.4.4 indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking) € 425,40
3.4.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van exploitatieplan): € 850,80
3.4.6 indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit
in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): € 850,80
3.4.7 indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in
strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): € 850,80
3.4.8 indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van voorbereidingsbesluit): € 850,80
3.5
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
3.5.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo,
bedraagt het tarief: € 572,60
3.5.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, en de
vergunning geldt voor een periode korter dan 1 jaar, bedraagt het tarief: € 45,10
3.6
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
3.6.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld
in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een aangewezen
monument, waarvoor een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
3.6.1.1 voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen
van een monument: € 121,85
3.6.1.2 voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op
een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: € 121,85
3.6.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op
het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht,
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van
een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen
stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c,
van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een
vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: € 121,85
3.7 S
loopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads-
of dorpsgezicht
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan,
beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel
2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief € 121,85
3.8
Aanleggen of veranderen weg
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg
van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale
verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een
vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2,
aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 154,00
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg
waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of
artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of
ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e,
van de Wabo, bedraagt het tarief: € 154,00
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling
in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de
Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist,
als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo,
bedraagt het tarief: € 154,00
3.11
Opslag van roerende zaken
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de
opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of
de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale
verordening of artikel 2.10 van de Algemene plaatselijke verordening een
vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
3.11.1 indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,
bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: € 154,00
3.11.2 indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of
gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende
zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k,
3.12
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
- 3.
12.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op
handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn
voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de
dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de
Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: € 154,00
- 3.
12.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats
en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid,
van de Natuurbeschermingswet 1998 € 154,00
3.13
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een
handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de
Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief € 154,00
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het
verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
- 3.
14.1 behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie
activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving,
als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo,
bedraagt het tarief: € 154,00
- 3.
14.2 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed
kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2,
tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: € 154,00
3.15
Omgevingsvergunning in twee fasen
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen
plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
- 3.
15.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met
betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste
- 3.
15.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met
betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van
de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de
tweede fase betrekking heeft.
3.16
Beoordeling bodemrapport
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk
bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat
onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
- 3.
16.1 voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport € 154,00
- 3.
16.2 voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport € 154,00
- 3.
17.1 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk
bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen
bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag
of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag
om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend
uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
- 3.
17.2 Indien een begroting als bedoeld in 3.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag
in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting
aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde
werkdag schriftelijk is ingetrokken.
4.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meerdere activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel als bedoeld in artikel 3.1.1 van de tarieventabel. De vermindering bedraagt indien naast bouwactiviteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, gelijktijdig gecombineerd een andere activiteit wordt aangevraagd:
100% van de leges op grond van artikel 3.2 van deze verordening voor een aanvraag
om een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo;
4.1.2 beoordeling bodemrapport
100% van de leges op grond van artikel 3.16 van deze verordening indien
krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld;
100% van de leges op grond van artikel 3.7 van deze verordening voor een
aanvraag om een sloopactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder g en h, en artikel 2.2, eerste lid onder a, b en c van de Wabo;
4.1.4 gebruiksvergunning;
100% van de leges op grond van artikel 3.5 van deze verordening voor een
aanvraag voor het in gebruik nemen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d,
100% van de leges op grond van artikel 3.10 van deze verordening voor een
aanvraag om een kapvergunning als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder g,
4.1.6 monumentenvergunning
100% van de leges op grond van artikel 3.6 van deze verordening voor een
aanvraag om een monumentenvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid,
onder f, van de Wabo of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,
5.1 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 3.1, 3.2, 3.6 en 3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
5.1.1 indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na
het in behandeling nemen ervan 50 %
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit
6
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de
omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: € 100,00
7
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
- 7.
1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het
vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid,
van de Wet ruimtelijke ordening € 20.000
- 7.
2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het
wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid,
onder a, van de Wet ruimtelijke ordening € 850,80
8
In deze titel niet benoemde beschikking
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om
een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: € 154,00