De gemeenteraad is verplicht is bij verordening regels te stellen met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van de Participatiewet.
Voor het onderbrengen van de regels voor de Participatiewet, de Ioaw, Ioaz en Bbz 2004 in één verordening pleit het argument dat daarmee de overzichtelijkheid van de gemeentelijke regelgeving wordt bevorderd. Bovendien worden daarmee de regels voor de verschillende wetten nauwgezet op elkaar afgestemd (geharmoniseerd).
ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, Ioaw, Ioaz, Bbz 2004 Awb of de Gemeentewet niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de betreffende wetten ook de verordening moet worden gewijzigd.
Artikel 2 Fraudepreventie
Dit artikel verplicht het Dagelijks Bestuur tot het voeren van een actief fraudepreventiebeleid. Minimaal moet aandacht worden geschonken aan het informeren van de belanghebbenden over de rechten en plichten die aan het ontvangen van een uitkering of re-integratievoorziening zijn verbonden, en over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik.
Artikel 3 Handhavingsplan
Ter nadere uitvoering van deze verordening stelt Dagelijks Bestuur een (meerjarig) handhavingsplan vast, met daarin het te voeren beleid op het gebied van handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet.
Het is het genoemde plan omvat in elk geval:
- •
de visie op handhaving en handhavingsdoelen;
- •
de voorlichting en informatievoorziening aan belanghebbenden;
- •
de samenwerking op het gebied van handhaving met ketenpartners;
In het jaarverslag van het Dagelijks Bestuur wordt jaarlijks verslag gedaan over de resultaten t.a.v. handhaving.
In september 2013 heeft het Dagelijks Bestuur van ISD BOL het “Handhavingsplan ISD BOL 2013-2017” vastgesteld.
In dit Handhavingsplan is aangegeven dat handhaving niet alleen inhoudt: controle en klanten aanspreken op fraude, maar ook goede (nalevings)communicatie, het sturen van de verwachtingen van klanten, heldere afspraken maken over re-integratie en participatie en zelf afspraken nakomen.
In het Handhavingsplan ISD BOL 2013-2017 is uitgewerkt dat handhaving in alle fasen van de dienstverlening voorkomt: “handhaven" is geen afdeling. De handhavingsaanpak zit verweven in de hele organisatie. Handhaving moeten we derhalve niet als aparte activiteit beschouwen, maar integreren in de dienstverlening in de hele keten van werk en inkomen. Handhaving betreft niet alleen de rechtmatigheid, maar ook de doelmatigheid.
Handhaving is meer dan het uitvoeren van fraudeonderzoeken. Een effectief handhavingsbeleid is een samenspel van preventieve en repressieve activiteiten.
Hieruit vloeit voort dat handhaving niet op zichzelf mag staan. Handhaving is een vanzelfsprekend onderdeel van, en stevig verankerd in, de totale dienstverlening van de organisatie. Dit betekent dat handhaving een integrale verantwoordelijkheid is geworden, en niet alleen een taak van handhavingsspecialisten (medewerkers van het team bijzonder onderzoek). Hoe meer aan deze voorwaarden wordt voldaan, hoe effectiever het handhavingsbeleid zal zijn.
Het doel van hoogwaardig handhaven is dat klanten zich bewuster worden van de regels rond de uitkering en deze meer uit zichzelf naleven.
Alhoewel in het Handhavingsplan ISD BOL 2013-2017 de Wet Werk en Bijstand (WWB) als wettelijke grondslag wordt genoemd, vormt dit handhavingsplan ook de kaders/uitgangspunten voor de uitvoering van de Participatiewet vanaf 2015 en de handhaving daarvan.
Het Dagelijks Bestuur kan indien noodzakelijk en/of gewenst een nieuw Handhavingsplan vaststellen.
Artikel 4 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.
In dit artikel is de citeertitel neergelegd van deze verordening.