Verordening Begraafrechten 2015
 
2014, nr. XII-2 sub a
 
De raad van de gemeente Winterswijk;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nr. 54705;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet ;
b e s l u i t
vast te stellen de
Verordening op de heffing en de invordering van
begraafrechten 2015
(Verordening Begraafrechten 2015)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
  • a.
    begraafplaats: de algemene begraafplaats te Winterswijk;
  • b.
    particulier graf: een graf, daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
    • het doen begraven en begraven houden van lijken
    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn;
  • c.
    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;
  • d.
    vervallen
  • e.
    particulier urnengraf: een graf, waarvoor het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen, bevattende de as van overledenen;
  • f.
    particulier e urnennis: een nis, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen, bevattende de as van overledenen;
  • g.
    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
  • h.
    urn: een voorwerp ter berging van twee asbussen;
  • i.
    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemde plaats op de begraafplaats, waarop as wordt verstrooid;
  • j.
    dagelijks onderhoud gemeente: het onderhoud van de paden, de algemene perken, de algemene graven en het onderhoud van de omheining van de begraafplaats inclusief de zich daarin bevindende doorgangen;
  • k.
    rechthebbende: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die het uitsluitend recht heeft verkregen tot het doen begraven of het doen bijzetten in een particulier graf.
Artikel 2 Belastbaar feit
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
Artikel 3 Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 4 Vrijstellingen
De rechten worden niet geheven voor het lichten van een lijk of asbus op rechterlijk gezag;
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
  • 1.
    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
  • 2.
    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt met uitzondering van hetgeen bepaald in artikel 8.
Artikel 6 Belastingjaar
  • 1.
    Met betrekking tot de rechten genoemd in de tarieventabel, die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
  • 2.
    Met betrekking tot de overige rechten genoemd in artikel 1.12.2 en 1.12.3 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.
Artikel 7 Wijze van heffing
  • 1.
    De onderhoudsrechten, bedoeld in artikel 1.12.1 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.
  • 2.
    Andere rechten, waaronder die bedoeld in hoofdstuk 1.12.2 en 1.12.3 van de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing ter zake van de rechten met betrekking tot particulier graf
De gebruiksrechten die zijn aangekocht vóór 31 december 2009, bedoeld in artikel 1.12.1 van de tarieventabel, zijn jaarlijks verschuldigd.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang onderhoudsrechten eigen graf aangekocht voor 31 december 2009
  • 1.
    De rechten zoals genoemd in artikel 1.12.1, 1.12.2 en 1.12.3 van de tarieventabel die zijn aangekocht voor 31 december 2009, worden geheven naar de toestand op 1 januari van elk jaar.
  • 2.
    Indien ten gevolge van een andere omstandigheid dan de sluiting van de begraafplaats het uitsluitend recht tot begraven in een grafruimte, of het recht tot bijzetten van asresten op een urnenplaats vervalt, wordt voor het recht ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten als er in dat kalenderjaar, na het tijdstip van het eindigen van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
  • 3.
    Indien reeds een jaarlijkse aanslag in het jaar van afkoop is opgelegd en de afkoopsom wordt daarna voldaan in datzelfde jaar, dan wordt ontheffing verleend van de opgelegde aanslag.
  • 4.
    Vervalt het uitsluitend recht tot begraven in een grafruimte of het recht tot bijzetten van asresten op een urnenplaats, waarvoor volgens artikel 1.12.2 en 1.12.3 van de tarieventabel behorende bij deze verordening afkoop heeft plaatsgevonden, dan wordt geen teruggaaf verleend van de afkoopsom.
  • 5.
    Worden één of meer lijken uit een particulier graf, waarvoor een afkoopsom is betaald, opgegraven en overgebracht naar een ander graf, dan wordt, indien de rechthebbende dit schriftelijk verzoekt, de afkoopsom geacht voor het nieuwe graf te zijn gestort en voor het oude graf te zijn vervallen.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in artikel 8 en 9 zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 11 Termijnen van betaling
  • 1.
    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede op de laatste dag van de maand twee maanden volgend op de maand die in de dagtekening is vermeld.
  • 2.
    In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van een automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven en het aanslagbedrag minimaal
    € 30,00 (zegge: dertig euro) bedraagt, dat de aanslagen moeten worden betaald in zes gelijke maandelijkse termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
  • 3.
    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten, zoals bedoeld in artikel 7, tweede lid, worden betaald binnen 10 dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.
  • 4.
    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 12 Kwijtschelding
Bij de invordering van de begraafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 13 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel
  • 1.
    De 'Verordening Begraafrechten 2014', vastgesteld bij raadsbesluit van
    19 december 2013, nr. XII-2 sub a, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
  • 2.
    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
  • 3.
    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.
  • 4.
    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
  • 5.
    Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening Begraafrechten 2015’.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Winterswijk in
zijn openbare vergadering gehouden op 18 december 2014,
de griffier, de voorzitter,
Naar boven