Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015
De raad van de gemeente Littenseradiel;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
besluit:
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
  • a.
    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
  • b.
    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
  • c.
    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;
  • d.
    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
  • e.
    ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
  • a.
    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
  • b.
    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
  • a.
    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
  • b.
    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Artikel 5 Tarieven
  • 1.
    De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
  • 2.
    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
  • 3.
    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
  • 1.
    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
    • a.
      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
    • b.
      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen acht dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
  • 2.
    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
  • a.
    van zuiver redactionele aard zijn;
  • b.
    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
    • 1.
      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);
    • 2.
      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
    • 3.
      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
    • 4.
      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);
    • 5.
      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);
    • 6.
      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
    • 7.
      hoofdstuk 16 (kansspelen);
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.
Artikel 12 Hardheidsclausule
Het college van burgemeester en wethouders kan voor bepaalde gevallen deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang dat de verordening beschermt, zal leiden tot onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 13 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
  • 1.
    De ‘Legesverordening 2014’ d.d. 16 december 2013, nadien gewijzigd middels de Verordening tot eerste wijziging van de Legesverordening 2014, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
  • 2.
    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.
  • 3.
    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
  • 4.
    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Legesverordening 2015’.
 
Wommels, 15 december 2014
 
De raad voornoemd,
, voorzitter.
, griffier.
 
 
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2015
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:
 
1.1.1.1
Maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag
tijdens normale kantooruren; behalve maandagmorgen en woensdagmorgen om 9:00 uur *
 
€ 132,00
1.1.1.2
Buiten de normale kantooruren *
€ 198,00
1.1.1.3
In uitzonderlijke gevallen op zaterdag *
€ 500,00
1.1.1.4
Maandagmorgen en woensdagmorgen om 9:00 uur *
Kosteloos
1.1.1.5
Voor het leveren van getuigen bij een voltrekking van een huwelijk of een registratie van een partnerschap bedraagt het tarief per getuige
 
€ 15,25
1.1.2
Het tarief voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte is gelijk aan het tarief als bedoeld onder 1.1.1, waarbij 1.1.1.4 niet van toepassing is
 
* Voor trouwen op een locatie, niet zijnde de als zodanig aangewezen trouwlocaties, gelden de navolgende tarieven:
 
1.1.2.1
Maandag tot en met vrijdagmiddag tot en met 16:00 uur
€ 400,00
1.1.2.2
Buiten de normale kantooruren na 16:00 uur *
€ 500,00
1.1.2.3
In uitzonderlijke gevallen op zaterdag *
€ 620,00
1.1.3
Vervallen
 
1.1.4
Vervallen
 
1.1.5
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:
 
1.1.5.1
een trouwboekje of partnerschapboekje
€ 15,50
1.1.6
Vervallen
 
1.1.7
Vervallen
 
1.1.8
Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier.
 
€ 24,50
1.1.9
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.
 
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
1.2
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
 
1.2.1
van een nationaal paspoort:
 
1.2.1.1
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
€ 66,00
1.2.1.2
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
 
€ 51,00
1.2.2
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):
 
1.2.2.1
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
€ 66,00
1.2.2.2
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
 
€ 51,00
1.2.3
N.v.t.
 
1.2.4
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen
€ 51,00
1.2.5
van een Nederlandse identiteitskaart:
 
1.2.5.1
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
€ 51,00
1.2.5.2
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
 
€ 22,50
1.2.6
tot het aanbrengen van een wijziging in een reisdocument als bedoeld in de subonderdelen 1.2.1, 1.2.2 en 1.2.4
 
€ 5,00
1.2.7
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van
 
Rijksleges
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs
 
€ 38,60
1.3.2
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met
Rijksleges
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen (BRP)
1.4.1
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.
 
1.4.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.4.2.1
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking
€ 3,35
1.4.3
Vervallen
 
1.4.4
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.4.4.1
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking
€ 3,35
1.4.5
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens
 
1.4.6
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier
 
€ 24,00
Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister
1.5
N.v.t.
 
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens
1.6
N.v.t.
 
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken
1.7.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
 
1.7.1.1
een afschrift van de gemeentebegroting
€ 56,00
1.7.1.2
een afschrift van de gemeenterekening
€ 56,00
1.7.1.3
N.v.t.
 
1.7.1.4
Een afschrift van de voorjaarsnota
€ 56,00
1.7.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.7.2.1
tot het verstrekken van:
 
1.7.2.1.1
een afschrift van de agenda en het verslag van de vorige raadsvergadering, toezending per post
 
€ 3,70
 
Afgehaald op het gemeentehuis
Gratis
1.7.2.1.2
een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina in formaat A4
€ 0,15
1.7.2.1.2.1
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op deze stukken, toezending per post
 
€ 37,50
 
Afgehaald op het gemeentehuis
€ 18,75
1.7.3
N.v.t.
 
1.7.4
N.v.t.
 
1.7.5
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
 
1.7.5.1
een afschrift van de Algemene plaatselijke verordening
€ 32,50
1.7.5.2
een afschrift van de Bouwverordening met toelichting
€ 77,75
1.7.5.3
Indien een abonnement wordt afgesloten in de loop van een kalenderjaar, wordt het tarief voor het resterende gedeelte van het kalenderjaar naar tijdsgelang vastgesteld.
 
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie
1.8.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.8.1.1
tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:
 
1.8.1.1.1
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde
€ 0,15
1.8.1.1.2
in formaat A3, per bladzijde
€ 0,30
1.8.1.2
tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per lichtdruk A3 of A4
en voor groter dan A3 formaat
 
 
€ 7,80
€ 16,20
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
1.9
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.9.1
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag
Rijksleges
1.9.2
tot het verkrijgen van een attestatie de vita
€ 6,00
1.9.3
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening
€ 6,00
1.9.4
tot het verkrijgen van een bewijs van inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP)
€ 6,00
1.9.5
tot het verstrekken van dit adres van meerdere personen, per adres
€ 6,00
1.9.6
tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap
€ 6,00
1.9.7
voor alle andere verklaringen omtrent personen die worden gemaakt
€ 6,00
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
1.10.1
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan, ongeacht het zoekresultaat
 
 
€ 24,50
1.10.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:
 
1.10.2.1
een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina
€ 0,15
1.10.2.2
een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk
€ 0,30
Hoofdstuk 11 Huisvestingswet
1.11
N.v.t.
 
Hoofdstuk 12 Leegstandwet
1.12
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.12.1
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet
 
€ 50,00
1.12.2
tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandwet
 
€ 25,00
Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie
1.13
N.v.t.
 
Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen
1.14
N.v.t.
 
Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet
1.15
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.15.1
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet
 
€ 43,50
1.15.2
Vervallen
 
1.15.3
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing
€ 43,50
1.15.4
Voor het afgeven van een standplaatsvergunning:
 
1.15.4.1
Indien de aanvraag verband houdt met festiviteiten – niet-commercieel -
Gratis
1.15.4.2
Voor alle andere gevallen,
per dag per locatie
€ 18,75
 
 
per week per locatie
€ 56,00
1.15.4.3
 
per jaar per locatie
of in verhouding tot het gebruik in maanden (n x jaartarief)
12
€ 371,00
Hoofdstuk 16 Kansspelen
1.16.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:
 
1.16.1.1
voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat
€ 61,00
1.16.1.2
voor een periode van twaalf maanden voor twee speelautomaten
€ 84,00
1.16.1.3
voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd
€ 120,50
1.16.1.4
voor twee speelautomaten, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd,
€ 169,00
1.16.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)
 
€ 12,25
Hoofdstuk 17 Kinderopvang
1.17
N.v.t.
 
Hoofdstuk 18 Telecommunicatie
1.18.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet
 
 
€ 444,50
1.18.1.1
indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met
 
 
N.v.t.
1.18.1.2
indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met
 
 
N.v.t.
1.18.1.3
indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met
 
€ 112,50
1.18.1.4
indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, verhoogd met
 
N.v.t.
1.18.1.5
indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
 
1.18.2
Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
 
Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer
1.19
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.19.1
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990
 
€ 33,00
1.19.2
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen
€ 33,00
1.19.3
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)
 
€ 30,00
1.19.4
tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar ingevolge artikel 10 van de WVW, juncto art. 148 WVW 1994
 
€ 30,00
Hoofdstuk 20 Diversen
1.20.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
1.20.1.1
tot het verkrijgen van een vergunning voor het maken van reclame cq reclame borden
(kosten van derden, bv. Hûs en Hiem, worden bovenop dit bedrag doorberekend aan de aanvrager)
 
 
€ 29,50
1.20.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
 
1.20.2.1
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina
 
€ 5,80
1.20.2.2
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:
 
1.20.2.2.1
per pagina op papier van A4-formaat
€ 0,15
1.20.2.2.2
per pagina op papier van een ander formaat
€ 0,30
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/- omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
2.1.1
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
 
2.1.1.1
aanlegkosten:
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
 
2.1.1.2
bouwkosten:
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;
 
2.1.1.3
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht:
 
2.1.2
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
 
2.1.3
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
 
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
2.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
 
2.2.1
om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning en/of van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.
 
 
10%
2.2.2
om beoordeling van de haalbaarheid van een bouwplan die na beoordeling vergunningsvrij blijkt te zijn; de toetsing van een bouwplan aan de vergunningsplicht of het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen die na beoordeling vergunningsvrij blijkt te zijn.
 
 
 
€ 107,35
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
2.3
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
 
 
 
 
2.3.1
Bouwactiviteiten
 
2.3.1.1
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
2.3.1.1.1
3,4% van de bouwkosten met een minimum tarief van € 107,55 indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 5.000,00:
 
2.3.1.1.2
indien de bouwkosten meer dan € 5.000,00 en minder dan € 50.000,00 bedragen € 320,55 vermeerderd met 1,1% van het bedrag waarmee de bouwkosten van € 5.000,00 te boven gaan;
 
2.3.1.1.3
indien de bouwkosten meer dan € 50.000,00 en minder dan € 100.000,00 bedragen € 1.296,00 vermeerderd met 1% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000,00 te boven gaan;
 
2.3.1.1.4
indien de bouwkosten meer dan € 100.000,00 en minder dan € 250.000,00 bedragen € 2.213,35 vermeerderd met 0,95% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 100.000,00 te boven gaan;
 
2.3.1.1.5
indien de bouwkosten meer dan € 250.000,00 of meer bedragen € 4.964,30 vermeerderd met 0,75% van het bedrag, waarmee de bouwkosten de € 250.000,00 te boven gaan
 
 
 
 
 
Welstandstoets
 
2.3.1.2
De overeenkomstig 2.2 en 2.3 berekende leges worden verhoogd met een bedrag van de externe advieskosten, blijkend uit de nota van de Welstandscommissie Hûs & Hiem.
 
 
 
 
 
Advies beoordeling archeologische waarden
 
2.3.1.3
De overeenkomstig 2.2 en 2.3 berekende leges worden verhoogd met een bedrag van de externe advieskosten.
 
 
 
 
 
Legesverhoging achteraf ingediende aanvraag
 
2.3.1.4
De betreffende leges worden verhoogd met 50%
 
 
 
 
 
Beoordeling aanvullende gegevens
 
2.3.1.5
Voor beoordeling van aanvullende en of gewijzigde gegevens bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning of voortvloeiende uit een vergunningsvoorschrift dat voor de start van de werkzaamheden nog aanvullende gegevens moeten worden overlegd, worden de volgende leges in rekening gebracht:
 
 
 
€ 75,00
 
 
 
2.3.2
Aanlegactiviteiten
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
€ 124,50
 
 
 
2.3.3
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
 
 
Vervallen (zie 2.3.4)
 
2.3.4
Planologisch strijdig gebruik
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo bedraagt het tarief:
 
2.3.4.1
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
 
€ 381,00
2.3.4.2
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
 
€ 559,00
2.3.4.3
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
(+ kosten voor het opstellen van een goede ruimtelijke onderbouwing en digitale verbeelding van het plan1)
 
 
 
€ 1.794,00
2.3.4.4
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
€ 892,00
2.3.4.5
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
 
€ 559,00
2.3.4.6
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
 
 
€ 559,00
2.3.4.7
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
 
 
€ 559,00
2.3.4.8
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
 
€ 147,00
 
 
 
2.3.5
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
 
2.3.5.1
Het tarief voor een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een brandveiligheidsaspect, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder d, van het Wabo, bedraagt het tarief:
 
 
€ 214,00
 
vermeerderd met een bedrag per gebruiksoppervlakte:
 
 
tot 100 m²
 
€ 159,00
 
van 100 tot 500 m²
€ 1,54 per m²
 
 
van 500 tot 2000 m²
€ 485,50 + € 0,62 per m²
€ 491,60
 
van 2000 tot 5000 m²
€ 1.328,40 + € 0,17 per m²
€ 1.345,00
 
van 5000 tot 50.000 m²
€ 2.001,70 + € 0,03 per m²
€ 2.026,75
 
groter dan 50.000 m²
€ 2.733,75 + € 0,02 per m²
€ 2.768,00
 
 
 
2.3.6
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
 
2.3.6.1
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
 
 
 
 
 
€ 55,00
2.3.6.1.1
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
€ 55,00
2.3.6.1.2
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
 
€ 55,00
2.3.6.2
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
 
 
 
 
 
€ 55,00
 
 
 
2.3.7
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
 
2.3.7.1
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
 
 
€ 117,50
 
 
 
2.3.8
Aanleggen of veranderen weg
 
 
N.v.t.
 
 
 
 
2.3.9
Uitweg/inrit
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
 
 
 
Werkelijke kosten
 
 
 
2.3.10
Kappen
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in de bomenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
 
 
€ 54,40
 
 
 
2.3.11
Opslag van roerende zaken
 
 
N.v.t.
 
 
 
 
2.3.12
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
 
2.3.12.1
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
 
 
 
€ 108,50
2.3.12.2
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998
 
 
 
€ 108,50
 
 
 
2.3.13
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van art. 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief
 
 
€  108,50
 
 
 
2.3.14
Andere activiteiten
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
 
2.3.14.1
N.v.t.
 
2.3.14.2
N.v.t.
 
2.3.14.2.1
als het een gemeentelijke verordening betreft
€ 54,25
2.3.14.2.2
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft
€ 54,25
 
 
 
2.3.15
Omgevingsvergunning in twee fasen
 
 
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
 
2.3.15.1
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
 
 
100%
2.3.15.2
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
 
 
100%
 
 
 
2.3.16
Beoordeling bodemrapport
 
 
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
 
2.3.16.1
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
€ 59,75
2.3.16.2
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
€ 147,00
 
 
 
2.3.17
Advies
 
2.3.17.1
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
 
 
 
 
 
Begroting
2.3.17.2
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
 
 
 
 
2.3.18
Verklaring van geen bedenkingen
 
2.3.18.1
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
 
2.3.18.1.1
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
€ 0,00
2.3.18.1.2
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
 
 
 
Begroting
2.3.18.2
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
 
Hoofdstuk 4 Vermindering
2.4
N.v.t
 
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
2.5.1
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
 
 
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
 
2.5.1.1
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 1 jaar na het in behandeling nemen ervan
 
50%
2.5.2
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
 
 
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
 
 
 
 
50%
 
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
 
2.5.3
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
 
2.5.3.1
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
 
 
50%
 
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
 
2.5.4
Minimumbedrag voor teruggaaf
Een bedrag minder dan € 5,00 wordt niet teruggegeven.
 
2.5.5
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.
 
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
2.6
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:
 
 
€ 108,55
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
2.7
N.v.t.
 
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
2.8.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening
 
€ 1.794,00
2.8.2
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
 
 
€ 1.794,00
Hoofdstuk 9 Sloopmelding
2.9
N.v.t.
 
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking
2.10
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
 
€ 54,30
------------------------------
1. Indien in verband met de aanvraag om vergunning een ruimtelijke onderbouwing door externe adviseurs of intern moet worden opgesteld, deelt het college van burgemeester en wethouders dat voorafgaand aan het opstarten van de procedure mee aan de aanvrager dat voor die werkzaamheden extra leges worden geheven tot het door het college van burgemeester en wethouders aan aanvrager mede te delen bedrag. Ook de kosten voor de digitale verbeelding worden in rekening gebracht bij de aanvrager. Zodra aanvrager schriftelijk heeft verklaard akkoord te gaan met bovenbedoelde leges wordt de ruimtelijke onderbouwing opgesteld.
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet
 
€ 155,50
3.1.2
bij wijziging van leidinggevende dan wel verandering van de inrichting wordt 50% van het tarief genoemd in 3.1.1 in rekening gebracht.
 
3.1.3
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet
 
€ 62,00
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
3.2.1
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning):
Advieskosten van derden worden doorberekend aan de aanvrager
 
 
€ 62,00
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
3.3
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
 
3.3.1
een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.1.2:
 
3.3.1.1
voor een seksinrichting
€ 926,50
3.3.1.2
voor een escortbedrijf
€ 926,50
3.3.2
wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening:
 
3.3.2.1
voor een seksinrichting
€ 371,00
3.3.2.2
voor een escortbedrijf
€ 371,00
Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte
3.4
N.v.t.
 
Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening
3.5
N.v.t.
 
Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening
3.6
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in de brandbeveiligingsverordening
 
 
€ 112,80
3.6.1
Een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de brandbeveiligingsverordening bedraagt een vast tarief van:
 
 
€ 214,00
 
vermeerderd met een bedrag per gebruikersoppervlakte
 
 
tot 100 m²
 
€ 79,25
 
van 100 tot 500 m²
€ 78,00 + € 0,75 per m²
 
 
van 500 tot 2000 m²
€ 246,50 + € 0,25 per m²
 
 
van 2000 tot 5000 m²
€ 654,00 + € 0,08 per m²
 
 
van 5000 tot 50.000 m²
€ 1.020,00 + € 0,017 per m²
 
 
groter dan 50.000 m²
€ 1.310,00 + € 0,012 per m²
 
3.6.2
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een gebruiksvergunning, zoals bedoeld in de brandbeveiligingsverordening artikel 2.1.1, eerste lid, bedraagt:
 
3.6.3
voor een openlucht evenement:
€ 159,50
3.6.4
voor een tijdelijk bouwsel of voor in tentoonstelllingsruimten plaatshebbende evenementen met een vloeroppervlak tot en met 100 m²:
 
€ 159,50
3.6.5
voor een tijdelijk bouwsel of voor in tentoonstelllingsruimten plaatshebbende evenementen met een vloeroppervlak vanaf 100 m², het onder 3.6.4 gestelde tarief voor elke 100 m² vloeroppervlak boven het aantal van 100 m² te verhogen met:
 
 
€ 12,05
3.6.6
voor een niet-bebouwd voor bedrijfsdoeleinden bestemd terrein:
 
 
1. 0 - 500 m²
€ 159,50
 
2. 500 - 1000 m²
€ 214,00
 
3. 2000 - 5000 m²
€ 267,50
 
4. boven 5000 m²
€ 264,00 + € 52,50 per 5000 m²
 
3.6.7
Voor tijdelijke bouwwerken, zoals feesttenten, tribunes e.d. voor de verschillende dorpsactiviteiten wordt een tarief in rekening gebracht van
 
€ 111,70
3.6.8
Het tarief voor het overschrijven van een vergunning als bedoeld onder 3.6.3, 3.6.4 en 3.6.5, per overschrijving
 
€ 54,30
3.6.9
Indien een afgegeven gebruiksvergunning moet worden gewijzigd ten gevolge van verbouw waarbij geen sprake is van wijziging van bestemming, en/of toe- of afname van de aanvankelijk bestaande vloeroppervlak, wordt ter verkrijging van een aangepaste gebruiksvergunning, een bedrag geheven overeenkomstig hetgeen bepaald in 3.6.3, 3.6.4 en 3.6.5, waarbij de berekening plaats vindt op basis van het aantal vierkante meters vloeroppervlak waarbij de verbouw, toe- of afname betrekking heeft.
 
3.6.10
Indien de aanvrager van een gebruiksvergunning voordat daarover definitief is beschikt, de aanvraag schriftelijk intrekt, wordt het onder 3.6.3, 3.6.4 of 3.6.5 genoemde bedrag met 50% verminderd.
 
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.7
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
 
€ 54,30
 
 
 
 
Wommels, 15 december 2014
 
, de griffier.
Naar boven