Besluit tot wijziging Nadere regels Algemene Subsidieverordening 2013
Burgemeester en Wethouders van Hoogezand-Sappemeer;
overwegende dat het gewenst is ter uitvoering van de Algemene Subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013 nadere regels per beleidsterrein vast te stellen;
dat bij besluit van 18 december 2012 de Nadere subsidieregels zijn vastgesteld voor een aantal deelgebieden;
dat het ten gevolge van de kerntakendiscussie en bezuinigingen op subsidies noodzakelijk is om reeds vastgestelde Nadere regels voor enkele nader aangegeven deelgebieden te wijzigen;
gelet op artikel 2, tweede lid van de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013
besluiten:
gewijzigd vast te stellen de volgende nadere subsidieregels:
Subsidieregeling Jeugd- en Jongerenwerk
Subsidieregeling Woonconsumenten
Subsidieregeling Kunst en Cultuur
Deze nadere subsidieregels treden in werking met ingang van 12 december 2014.
 
Hoogezand, 1 december 2014
burgemeester en wethouders van Hoogezand-Sappemeer,
F.J.G. Wiertz, secretaris
P.M.M. de Jonge, burgemeester
 
 
Nadere regels Algemene Subsidieverordening 2013
Jeugd- en Jongerenwerk
 
Burgemeester en Wethouders van Hoogezand-Sappemeer;
overwegende dat het gewenst is dat kinderen en jongeren in de gemeente Hoogezand-Sappemeer prettig en onbelemmerd kunnen opgroeien tot volwassenen en in een aantrekkelijke gemeente kunnen wonen, werken, recreëren en leven;
gelet op artikel 2, tweede lid, artikel 4, derde lid en artikel 6, eerste en tweede lid van de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013.
besluiten:
vast te stellen de volgende regeling:
Subsidieregeling Jeugd- en Jongerenwerk
 
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
 
In deze regeling wordt verstaan onder Algemene subsidieverordening:
de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013.
 
Artikel 2 Doelstelling
Kinderen en jongeren in de gemeente moeten kunnen spelen, sporten, uitgaan, recreëren en zich cultureel ontplooien. De jeugd moet plezierig kunnen wonen, leren en werken in Hoogezand-Sappemeer en ze moeten mee kunnen praten en beslissen.
 
Artikel 3 Doelgroep
Subsidie voor het stimuleren van de jeugd van 0 tot 18 jaar om mee te doen aan de samenleving kan worden verstrekt aan:
- Buurt- en dorpsverengingen uit de gemeente Hoogezand-Sappemeer;
- Organisaties uit de gemeente Hoogezand-Sappemeer die activiteiten voor jongeren van 0 tot 18 jaar organiseren;
- Humanitas;
- Kinderen en Jongeren Rechtswinkel Noord-Nederland.
 
Artikel 4 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
Organisaties worden financieel ondersteund om activiteiten te organiseren, die bijdragen aan het realiseren van de in artikel 2 genoemde doelstelling. Alleen de uitvoeringskosten komen in aanmerking voor een subsidie jeugd- en jongerenwerk.
 
Artikel 5 Berekening van de subsidie en verdeling subsidieplafond
Elk jaar wordt het subsidieplafond vastgesteld. Voor de verdeling van de subsidies hanteren we de volgende verdeelcriteria:
- Een aantal organisaties ontvangt een vast subsidiebedrag;
- Voor aanvragen waarvan de totale subsidiabele activiteiten lager is dan € 3000,00 geldt een vast bedrag van € 600,00;
- Voor aanvragen waarvan de totale subsidiabele activiteiten hoger is dan € 3000,00 wordt 25% van de totale kosten vergoed;
- Wanneer het totale bedrag van de aanvragen hoger is dan het subsidieplafond wordt een budgetkorting toegepast op de aanvragen. De budgetkorting wordt niet toegepast voor de organisaties die in aanmerking komen voor een vast subsidiebedrag. De budgetkorting mag er niet toe leiden dat de subsidie van een aanvrager lager dan 50% van het subsidiebedrag in 2014 is.
 
Artikel 6 Weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 8 en 9 van de Algemene subsidieverordening worden aanvragen om (eenmalige) subsidies afgewezen zodra het subsidieplafond voor (eenmalige) aanvragen bereikt is.
 
Artikel 7 Overleggen stukken voor vaststelling
1. Overeenkomstig artikel 15 tweede lid van de Algemene subsidieverordening kunnen wij voor subsidies tot € 5.000,-- bij een ambtshalve vaststelling, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel b, de aanvrager verplichten om aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie.
2. De subsidieaanvrager toont aan dat de activiteiten, als bedoeld in het eerste lid zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie door overlegging van een verslag van de gerealiseerde activiteiten voor 1 maart van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, hebben plaats gevonden. In dat verslag is per activiteit het aantal deelnemers vermeld.
3. Voor de vaststelling van subsidies tussen € 5.000,-- en € 50.000,-- is artikel 16, lid 2 van de Algemene subsidieverordening van toepassing. Het inhoudelijke verslag bevat in elk geval het aantal deelnemers per activiteit.
 
Artikel 8 Hardheidsclausule
Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van de Algemene subsidieverordening 2013 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in de besluiten.
 
Artikel 9 Slotbepalingen
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 12 december 2014.
2. De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Jeugd- en Jongerenwerk.
 
 
Nadere regels Algemene Subsidieverordening 2013
Woonconsumenten
 
Burgemeester en Wethouders van Hoogezand-Sappemeer;
overwegende dat het gewenst is te stimuleren de positie op wijkniveau van woonconsumentenorganisaties, die betrokken zijn bij het gemeentelijk beleid op het gebied van de volkshuisvesting en het wijkbeheer, te versterken;
gelet op artikel 2, tweede lid, artikel 4, derde lid en artikel 6, eerste lid van de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013;
besluiten:
vast te stellen de volgende regeling:
Subsidieregeling Woonconsumenten
 
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder Algemene subsidieverordening:
de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013.
 
Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
1. Het stimuleren van betrokkenheid van woonconsumenten bij het gemeentelijk beleid op het gebied van de volkshuisvesting en het wijk beheer.
2. Bewonersorganisaties in staat te stellen woonconsumenten te informeren over ontwikkelingen op het gebied van volkshuisvesting en wijk beheer.
3. Bewonersorganisaties in staat te stellen specifieke activiteiten te organiseren ter verhoging van de betrokkenheid van woonconsumenten.
4. Het waarderen dat woonconsumenten zich gaan organiseren.
 
Artikel 3 Doelgroep
Per organisatie wordt afzonderlijk een budget beschikbaar gesteld.
1. De voor een subsidie in aanmerking komende organisaties op wijkniveau worden onderscheiden in:
- Organisaties in de aandachtswijken, i.c. Noorderpark, Margrietpark, Boswijk, Gorecht-West, Spoorstraat-Kieldiep, Woldwijck-Oost, Woldwijck-Midden, Woldwijck-West, Foxhol.
- Organisaties in de buitendorpen, i.c. Westerbroek, Kropswolde, Kiel-Windeweer.
2. Voor woonconsumentenorganisaties op wijkniveau geldt dat per wijk of meerdere aangrenzende wijken maximaal één organisatie voor een subsidie op grond van de regeling woonconsumenten in aanmerking komt.
 
Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
De kosten die in aanmerking komen voor subsidie hebben betrekking op de organisatiekosten van de bewonersorganisatie zoals o.a. bureaukosten, vergaderkosten, abonnementen, drukwerk, onkostenvergoeding en telefoon/internet etc.
 
Artikel 5 Berekening van de subsidie en verdeling subsidieplafond
Elk jaar wordt het subsidieplafond vastgesteld. Dat plafond bestaat uit een bedrag voor maximale jaarsubsidie (aanvragen ingediend uiterlijk 30 september van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar) per organisatie en wordt als volgt verdeeld:
- Organisatie in de aandachtswijk € 2.250,--
- Organisatie in de buitendorpen € 1.500,--
 
Artikel 6 Weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 8 en 9 van de Algemene subsidieverordening worden aanvragen afgewezen zodra het subsidieplafond bereikt is.
 
Artikel 7 Overleggen stukken voor vaststelling
1. Overeenkomstig artikel 15 tweede lid van de Algemene subsidieverordening kunnen wij voor subsidies tot € 5.000,-- bij een ambtshalve vaststelling, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel b, de aanvrager verplichten om aan te tonen dat de activiteiten/ uitgaven, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht/gedaan en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie.
2. De subsidieaanvrager toont aan dat de activiteiten/uitgaven, als bedoeld in het eerste lid zijn verricht/gedaan en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie door een kort verslag voor 1 maart van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteiten/uitgaven hebben plaats gevonden/ zijn gedaan waarvoor de subsidie is verleend.
 
Artikel 8 Hardheidsclausule
Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van de Algemene subsidieverordening 2013 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in de besluiten.
 
Artikel 9 Slotbepalingen
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 12 december 2014.
2. De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Woonconsumenten.
 
 
 
Nadere regels Algemene Subsidieverordening 2013
Kunst en Cultuur
 
Burgemeester en Wethouders van Hoogezand-Sappemeer;
overwegende dat het gewenst is de culturele infrastructuur optimaal te houden en de deelname van bewoners aan culturele activiteiten te verhogen;
gelet op artikel 2, tweede lid, artikel 4, derde lid en artikel 6, eerste en tweede lid van de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013;
besluiten:
vast te stellen de volgende regeling:
Subsidieregeling Kunst en Cultuur
 
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder Algemene subsidieverordening:
de Algemene subsidieverordening Hoogezand-Sappemeer 2013
 
Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
1. Amateurkunst
Subsidie kan worden verstrekt voor amateurkunst-activiteiten die bijdragen aan het bevorderen van een brede deelname van bewoners aan het culturele leven en die positief bijdragen aan het leefklimaat in de gehele gemeente.
2. Cultuur
Subsidie kan worden toegekend aan organisaties en evenementen die een bijdrage leveren aan het gevarieerde en toegankelijke culturele aanbod en daarmee aan een actieve, sfeervolle en levendige gemeente. Het gaat hierbij om culturele activiteiten waar burgers actief of passief aan deelnemen en die amateur- en professionele kunsten betreffen.
 
Artikel 3 Doelgroep
Cultuursubsidie is primair voor mensen en organisaties in de gemeente Hoogezand-Sappemeer, die openbaar toegankelijke culturele activiteiten binnen de gemeentegrenzen ontplooien.
 
Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
De kosten voor het culturele gehalte van de activiteiten komen voor subsidie in aanmerking. In Hoogezand-Sappemeer gevestigde amateurkunstorganisaties, die jaarlijks één of meer uitvoeringsactiviteiten organiseren die voor alle inwoners in Hoogezand-Sappemeer toegankelijk zijn, komen voor subsidie in aanmerking. Onder een uitvoeringsactiviteit wordt verstaan: een activiteit die een eigen karakter heeft en een eigen voorbereiding kent.
 
Artikel 5 Berekening van de subsidie en verdeling subsidieplafond
Elk jaar wordt het subsidieplafond vastgesteld. Dat plafond bestaat uit een bedrag voor jaarsubsidies (aanvragen ingediend uiterlijk 30 september van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar) en een bedrag voor eenmalige subsidies (ingediend na 1 oktober van het jaar voorafgaand aan en gedurende het subsidiejaar). Aanvragen om eenmalige subsidies worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.
De subsidieberekening voor amateurverenigingen is gebaseerd op: het aantal georganiseerde activiteiten, waarbij de eerste op een hoger bedrag wordt gesubsidieerd dan de tweede.
Een vereniging die aantoonbaar jongeren actief betrekt bij een activiteit kan daarvoor een extra subsidie ontvangen tot maximaal 50% van de specifieke kosten hiervan.
Wanneer bij de verdeling van het budget voor jaarsubsidies het beschikbare bedrag wordt overschreden, wordt een procentuele budgetkorting toegepast.
Voor 2015 geldt dat dit het laatste jaar is waarin de structurele verenigingssubsidies worden verstrekt. Na 2015 kan alleen voor bijzondere culturele activiteiten en evenementen subsidie worden aangevraagd.
Het instrumentenfonds voor de verenigingen Fanfarekorps HS en Chr. Fanfarekorps Juliana is een regeling die in 10 jaar wordt afgebouwd. Tot 2020 kunnen de korpsen afschrijven op hun investeringen. Het gaat hierbij om de geaccepteerde afschrijvingen op het instrumentarium dat eigendom is van de vereniging. Als peildatum voor de samenstelling van het instrumentarium wordt 31 december van het voorgaande jaar genomen.
Cultuursubsidies worden onderscheiden op kleinschalig niveau: met minder dan 20 deelnemers en 50 bezoekers maximaal € 250,-- of op grootschalig niveau: met meer dan 20 deelnemers en meer dan 50 bezoekers maximaal € 500,--.
 
Artikel 6 Weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 8 en 9 van de Algemene subsidieverordening worden aanvragen voor eenmalige subsidies afgewezen zodra het subsidieplafond voor de eenmalige aanvragen bereikt is.
 
Artikel 7 Overleggen stukken voor vaststelling
1. Overeenkomstig artikel 15 tweede lid van de Algemene subsidieverordening kunnen wij voor subsidies tot € 5.000,-- bij een ambtshalve vaststelling, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel b, de aanvrager verplichten om aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie.
2. De subsidieaanvrager toont aan dat de activiteiten, als bedoeld in het eerste lid zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen, verbonden aan de subsidie door overlegging van een inhoudelijk verslag van gerealiseerde activiteiten voor 1 maart van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, hebben plaats gevonden.
3. Voor de vaststelling van subsidies tussen € 5.000,-- en € 50.000,-- is artikel 16, lid 2 van dS Algemene subsidiev2013 erordening van toepassing.
 
Artikel 8 Hardheidsclausule
Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van de Algemene Subsidieverordening 2013 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Toepassingen van deze hardheidsclausule worden gemotiveerd in de besluiten.
 
Artikel 9 Slotbepalingen
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 12 december 2014.
2. De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Kunst en Cultuur.
 
 
Naar boven