Gemeente Stadskanaal: Verordening individuele inkomenstoeslag Stadskanaal 2015
 
 
De raad van de gemeente Stadskanaal;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 oktober 2014, nr. R 7056;
gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet;
gezien het advies van de Participatieraad;
overwegende dat aan de burger of diens partner die langdurig een laag inkomen heeft, waarbij er geen zicht is op een inkomensverbetering op grond van eigen kracht en bekwaamheden en die een maatschappelijke bijdrage levert een individuele inkomenstoeslag kan worden toegekend;
b e s l u i t :
vast te stellen de "Verordening individuele inkomenstoeslag Stadskanaal 2015".
Artikel 1 Begrippen
  • 1.
    In deze verordening wordt verstaan onder:
    • a.
      inkomen: totaal van het inkomen, bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet en de algemene bijstand;
    • b.
      peildatum: datum waartegen een persoon individuele inkomenstoeslag aanvraagt;
    • c.
      referteperiode: periode van drie jaar voorafgaand aan de peildatum.
  • 2.
    Van een langdurig laag inkomen als bedoeld in artikel 36, eerste lid van de Participatiewet is sprake als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen van een persoon niet hoger is dan 110 procent van de toepasselijke bijstandsnorm.
  • 3.
    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet.
Artikel 2 Indienen verzoek
Een verzoek als bedoeld in artikel 36, eerste lid van de Participatiewet, wordt ingediend door middel van een door het college vastgesteld formulier.
Artikel 3 Voorwaarden individuele inkomenstoeslag
  • 1.
    Het college kent een individuele inkomenstoeslag toe, indien een persoon:
    • a.
      een langdurig laag inkomen heeft;
    • b.
      een maatschappelijke bijdrage levert of heeft geleverd in de vorm van een tegenprestatie als bedoeld in de Verordening tegenprestatie Participatiewet Stadskanaal;
    • c.
      in een periode van twaalf maanden niet eerder een individuele inkomenstoeslag heeft ontvangen;
    • d.
      in de referteperiode de bijstand niet is verlaagd wegens een gedraging van de tweede of derde categorie als bedoeld in de artikelen 7, onder b en c en 8, onder b en c van de Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Stadskanaal 2015 of wegens schending van de verplichtingen, genoemd in artikel 18, vierde lid van de Participatiewet, en
    • e.
      geen uit 's Rijks kas bekostigd onderwijs volgt.
  • 2.
    Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien:
    • a.
      het college op grond van de artikelen 5, 6 en 7 van de Verordening tegenprestatie Participatiewet Stadskanaal geen tegenprestatie opdraagt of heeft opgedragen, of
    • b.
      de persoon blijvend niet in staat is naar vermogen een tegenprestatie te verrichten.
  • 3.
    Het eerste lid, onderdeel d, is niet van toepassing op gedragingen die hebben plaatsgevonden en verlagingen die zijn opgelegd voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening.
Artikel 4 Hoogte individuele inkomenstoeslag
  • 1.
    Een individuele inkomenstoeslag bedraagt per kalenderjaar:
    • a.
      voor een alleenstaande veertig procent van de alleenstaandennorm, exclusief vakantietoeslag;
    • b.
      voor een alleenstaande ouder veertig procent van de gehuwdennorm, exclusief vakantietoeslag;
    • c.
      voor gehuwden veertig procent van de gehuwdennorm, exclusief vakantietoeslag.
  • 2.
    Als één van de gehuwden is uitgesloten van het recht op individuele inkomenstoeslag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid van de Participatiewet, komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een individuele inkomenstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.
  • 3.
    Voor toepassing van het eerste en tweede lid is de situatie op de peildatum bepalend.
Artikel 5 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 6 Intrekken oude verordening
De Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand gemeente Stadskanaal wordt ingetrokken.
Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel
  • 1.
    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.
  • 2.
    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening individuele inkomenstoeslag Stadskanaal 2015.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 17 november 2014.
De raad
mevrouw A.M. Sijperda mevrouw B.A.H. Galama
wnd. raadsgriffier voorzitter
Naar boven