Wijziging op de Verordening Openbaar Gemeentewater Delft

De raad van de gemeente Delft;

Gelezen het voorstel van het college van 17 december 2013;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

gezien het advies van de raadscommissie Economie en Middelen;

overwegende dat met het oog op te verbeteren regelgeving de Verordening Openbaar Gemeentewater Delft aangepast moet worden;

BESLUIT:

I.

vast te stellen de navolgende wijzigingen van de Verordening Openbaar Gemeentewater Delft :

Artikel 1: definities

Schrappen onderdeel tekst artikel 1, onder a:

a. openbaar gemeentewater: alle wateren binnen de gemeentegrenzen van Delft die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn en in (vaarweg)beheer zijn bij de gemeente Delft;

Artikel 1, onder a, komt als volgt te luiden:

a. openbaar gemeentewater: alle wateren binnen de gemeentegrenzen van Delft die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn en in vaarwegbeheer zijn bij de gemeente Delft;

Wijziging artikel 1, onder b:

b. ligplaatsenkaart de bij deze verordening behorende tekening met nummer R-00-32-01 waarop de diverse categorieën en/of aantallen afmeerplaatsen zijn aangegeven;

Artikel 1, onder b, komt als volgt te luiden:

c. de bij deze verordening behorende tekeningen met nummer R-00-32-01 en terrasbootzonekaarten waarop de diverse categorieën en/of (aantallen) afmeerplaatsen en/of zones zijn aangegeven;

Wijzigen artikel 1, onder h:

h.  terrasboot: dekschuit (of ander vaartuig) gebruikt als onoverdekt terras, te weten een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horecabedrijf, waar zitgelegenheid kan worden geboden en waar – al dan niet tegen vergoeding – drank worden geschonken en maaltijden voor directe consumptie worden bereid en/of worden verstrekt;

Artikel 1, onder h, komt als volgt te luiden:

h.  terrasboot: dekschuit (of ander vaartuig) gebruikt als onoverdekt terras, te weten een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horecabedrijf, waar zitgelegenheid kan worden geboden en waar – al dan niet tegen vergoeding – dranken worden geschonken in combinatie met maaltijden, welke voor directe consumptie worden bereid en/of worden verstrekt;

Schrappen onderdeel tekst artikel 1, onder n:

n.  bestemmingsplan: het ter plaatse vigerende bestemmingsplan als genoemd in artikel 10 Wet Ruimtelijke Ordening.

Artikel 1, onder n, komt als volgt te luiden:

n.  het ter plaatse vigerende bestemmingsplan

Artikel 7: passanten

Wijziging artikel 7, tweede lid:

2.  Het is verboden af te meren in de Zuidkolk, zijde Hooikade.

Artikel 7, tweede lid, komt als volgt te luiden:

2. Het is verboden op maandag, dinsdag en woensdag zonder uitdrukkelijke toestemming van de havenmeester af te meren in de Zuidkolk, zijde Hooikade.

Artikel 8: algemene afmeerregels

Wijziging artikel 8, derde lid, onder g:

g. een vaartuig af te meren met behulp van ankers;

Artikel 8, derde lid, onder g, komt als volgt te luiden:

g. een vaartuig af te meren met behulp van ankers of spudpalen;

Artikel 12: dekschuiten

Wijziging artikel 12, onder a:

a. welke wordt gebruikt als terrasboot of welke wordt gebruikt als ondergrond ten behoeve van ter plaatse noodzakelijke bouw en/of onderhoudswerkzaamheden;

Artikel 12, onder a, komt als volgt te luiden:

a. welke wordt gebruikt als terrasboot of welke als podiumdekschuit of als ondergrond ten behoeve van ter plaatse noodzakelijke bouw en/of onderhoudswerkzaamheden;

Wijziging artikel 12, onder b:

b. waarvan de afmeerplaats is gelegen direct vóór het dienende pand.

Artikel 12, onder b, komt als volgt te luiden:

b. waarvan, met uitzondering van een podiumdekschuit, de afmeerplaats is gelegen direct vóór het dienende pand.

Artikel 13: seizoenontheffing voor terrasboten

Wijziging artikel 13, onder a:

a. er alleen seizoenontheffing wordt verleend voor de periode die ligt tussen 1 april en 1 oktober;

Artikel 13, onder a, komt als volgt te luiden:

a. er alleen seizoenontheffing wordt verleend voor de periode die ligt tussen 15 maart en 15 oktober;

Schrappen onderdeel tekst artikel 13, onder b:

b. er alleen een seizoenontheffing wordt verleend voor locaties als aangegeven op de   ligplaatsenkaart bestemd voor "seizoenontheffingen terrasboten";

Artikel 13, onder b, komt als volgt te luiden:

b. er alleen seizoenontheffing wordt verleend voor zones als aangegeven op d ligplaatsenkaart bestemd voor seizoenontheffingen terrasboten.

Artikel 14: korte ontheffing voor terrasboten

Schrappen opschrift artikel 14:

korte ontheffing voor terrasboten

Het opschrift komt als volgt te luiden:

korte ontheffing voor dekschuiten

Wijziging artikel 14:

Behoudens het bepaalde in artikel 12 geldt bovendien ten aanzien van een z.g. korte ontheffing voor een terrasboot dat:

a. er alleen een korte ontheffing voor een terrasboot wordt verleend voor een aaneengesloten periode van maximaal 14 dagen;

b. de, onder a genoemde, ontheffing maximaal 2 maal per jaar per aanvrager/instelling/bedrijf wordt verleend;

c. de, onder a genoemde, ontheffing alleen wordt verleend voor de grachtvakken als aangegeven op de ligplaatsenkaart bestemd voor "korte ontheffingen terrasboten";

d. de, onder a genoemde, ontheffing niet wordt verleend aan houders van een ontheffing op grond van artikel 6, juncto artikel 12, juncto artikel 13.

Artikel 14 komt als volgt te luiden:

Behoudens het bepaalde in artikel 12 geldt bovendien ten aanzien van

1. een z.g. korte ontheffing voor een terrasboot dat:

a. er alleen een korte ontheffing voor een terrasboot wordt verleend voor een aaneengesloten periode van maximaal 14 dagen;

b. de, onder a genoemde, ontheffing maximaal 2 maal per jaar per aanvrager/instelling/bedrijf wordt verleend;

c. de, onder a genoemde, ontheffing alleen wordt verleend voor de grachtvakken als aangegeven op de ligplaatsenkaart bestemd voor "korte ontheffingen terrasboten";

d. de, onder a genoemde, ontheffing niet wordt verleend aan houders van een ontheffing op grond van artikel 6, juncto artikel 12, juncto artikel 13.

2. een ontheffing voor een podiumdekschuit dat de ontheffing wordt verleend voor de duur van een evenement als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening.

Artikel 15: woonschepen

Schrappen artikel 15, eerste lid, onder d:

d. voor één kano of roeiboot met een maximale afmeting van 2,50 m2, welke in de onmiddellijke nabijheid van een woonschip mag worden afgemeerd.

Artikel 21: aanvragen voor een ontheffing

Wijziging artikel 21, eerste lid:

1. Een aanvraag om ontheffing dient, tijdig, voorafgaand aan de activiteit waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd, schriftelijk te worden ingediend.

Artikel 21, eerste lid, onder a, komt als volgt te luiden:

a. Een aanvraag om ontheffing dient, tijdig, op een daartoe door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld formulier, voorafgaand aan de activiteit waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd, schriftelijk te worden ingediend.

Artikel 21, eerste lid, onder b, komt als volgt te luiden:

b. In afwijking van het eerste lid, onder a, geldt dat, indien geen seizoenontheffing voor een terrasboot verleend kan worden met inachtneming van artikel 36, derde lid, een aanvraag voor een seizoenontheffing voor het afmeren van een terrasboot enkel en uiterlijk een maand, na bekendmaking daartoe, kan worden ingediend.

Artikel 23: verleende ontheffing

Wijziging artikel 23, onder b:

b. de ontheffing strikt persoonlijk, niet overdraagbaar is en alleen geldig is voor het vaartuig in ongewijzigde vorm, de activiteit of op de plaats waarvoor zij is verleend;

Artikel 23, onder b, 1, komt als volgt te luiden:

1. De ontheffing strikt persoonlijk, niet overdraagbaar is en alleen geldig is voor het vaartuig in ongewijzigde vorm, de activiteit of op de plaats waarvoor zij is verleend.

Artikel 23, onder b, 2, komt als volgt te luiden:

In afwijking van het bepaalde onder b, sub 1 vermelde ontheffing overdraagbaar indien:

a) het een seizoenontheffing voor terrasboten betreft en

b) de ontheffing verleend is met inachtneming van artikel 36, derde lid.

Artikel 24: looptijd van de ontheffing

Wijziging artikel 24, derde lid:

3. Een ontheffing voor een terrasboot wordt verleend voor een vaste periode van 3 kalenderjaren, te beginnen met de periode 1 januari 2005 t/m 31 december 2007, met inachtneming van het bepaalde in artikel 23, onder b.

Artikel 24, derde lid, komt als volgt te luiden:

3. Een ontheffing voor een terrasboot wordt verleend voor maximaal 5 jaar.

Toevoegen nieuw vierde lid, welke als volgt komt te luiden:

4. In afwijking van het bepaalde onder het derde lid, wordt een ontheffing welke met inachtneming van artikel 36, derde lid is verleend, voor maximaal 10 jaar verleend.

Artikel 25: weigeren van de ontheffing

Wijziging artikel 25, eerste lid, onder b, c en d:

b. het een aanvraag betreft welke valt buiten de op de ligplaatsenkaart aangegeven categorieën en gebieden

c. er ter plaatse van de, op de ligplaatsenkaart aangegeven afmeerplaatsen, voor het vaartuig dat de aanvraag betreft geen plaats is;

d. ter plaatse het maximum toegelaten aantal vaartuigen of exploitatiepunten als aangegeven op de ligplaatsenkaart dan wel als aangegeven in het bestemmingsplan wordt overschreden;

Artikel 25, eerste lid, onder b, c en d, komt als volgt te luiden:

b. Het een aanvraag betreft welke valt buiten de op de ligplaatsenkaarten aangegeven categorieën en gebieden of zones;

c. er ter plaatse van de, op de ligplaatsenkaarten aangegeven afmeerplaatsen of zones, voor het vaartuig dat de aanvraag betreft geen plaats is;

d. ter plaatse het maximum toegelaten aantal vaartuigen of exploitatiepunten als aangegeven op de ligplaatsenkaarten dan wel als aangegeven in het bestemmingsplan wordt overschreden;

Artikel 26: intrekken of wijzigen van de ontheffing

Wijziging artikel 26, eerste lid, onder j:

j. er sprake is van een wijziging van een bestemmingsplan of de ligplaatsenkaart waardoor de afmeerplaats die het betreft is komen te vervallen;

Artikel 26, eerste lid, onder j, komt als volgt te luiden:

j. er sprake is van een wijziging van een bestemmingsplan of de ligplaatsenkaarten waardoor de afmeerplaats die het betreft is komen te vervallen;

Artikel 30: wijziging ligplaatsenkaart

Wijziging artikel 30:

30. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van de ligplaatsenkaart, onder meer om deze in overeenstemming te brengen met een bestemmingsplan dat na het van kracht worden van deze verordening is vastgesteld.

Artikel 30 komt als volgt te luiden:

30. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van de ligplaatsenkaarten, onder meer om deze in overeenstemming te brengen met een bestemmingsplan dat na het van kracht worden van deze verordening is vastgesteld.

Artikel 32: toezicht op de naleving

Wijziging artikel 32, eerste lid, onder a:

a. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de personen werkzaam in de functie van Controleur Openbare Ruimte van de Sector Toezicht Openbare Ruimte, vakteam Vergunningen & Ontheffingen en vakteam Handhaving & Toezicht.

Artikel 32, eerste lid, onder a, komt als volgt te luiden:

a. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de personen werkzaam in de functie van (adjunct) havenmeester en Controleur Openbare Ruimte van de afdeling Toezicht en Handhaving.

Artikel 36: inwerkingtreding, overgangs- en slotbepaling

Wijziging artikel 36, leden 1, 2, 3 en 4:

1. Deze verordening treedt in werking drie dagen nadat zij is bekendgemaakt.

2. Op dat tijdstip komt de Verordening op de woonwagens en de woonschepen vastgesteld bij raadsbesluit van 2 februari 1927, alsmede de Verordening voor Gemeentelijke wateren van Delft vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 28 januari 1993 te vervallen.

3. Voor alle vergunningen en ontheffingen, die zijn verleend op grond van de in lid 2 genoemde verordeningen, geldt dat deze uiterlijk per 1 januari 1998 komen te vervallen en volgens onderhavige verordening opnieuw moeten worden aangevraagd.

4. a. In afwijking van het gestelde in artikel 15 lid 1 wordt wel ontheffing verleend ten behoeve van woonschepen die uitwendige maten hebben die afwijken van artikel 15 lid 1 en die op 1 mei 2003 in openbaar gemeentewater met toestemming lagen afgemeerd

b. De in sub a bedoelde woonschepen mogen vervangen worden door woonschepen van maximaal gelijk (afwijkende) afmetingen.

Artikel 36, leden 1, 2, 3 en 4 komen als volgt te luiden:

1. Deze verordening treedt op 1 januari 2014 in werking.

2. a. In afwijking van het gestelde in artikel 15 lid 1 wordt wel ontheffing

verleend ten behoeve van woonschepen die uitwendige maten hebben die afwijken van artikel 15 lid 1 en die op 1 mei 2003 in openbaar gemeentewater met toestemming lagen afgemeerd

b. De in sub a bedoelde woonschepen mogen vervangen worden door woonschepen van maximaal gelijk (afwijkende) afmetingen.

3. Bij de behandeling van aanvragen om een seizoenontheffing voor een terrasboot, wordt, voor aanvragen die betrekking hebben op een periode die begint in 2014, rekening gehouden met de verlening van seizoenontheffingen voor een terrasboot zoals deze in 2013 bestond.

4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening openbaar gemeente water Delft."

Schrappen artikel 36, vijfde en zesde lid:

5. Aanvragen ingediend vóór de datum van inwerkingtreding worden afgehandeld op grond van de in lid 2 genoemde verordeningen.

6. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening openbaar gemeente water Delft 1996."

II.

dat dit besluit in werking treedt per 1 januari 2014.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2013.

,burgemeester.
mr. drs. G.A.A. Verkerk
,griffier.
drs. A.E.M. Randsdorp
Naar boven