A. TITEL

Verdrag inzake sociale zekerheid tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Nieuw-Zeeland;

(met Administratieve Regeling)

’s-Gravenhage, 30 juni 2000

B. TEKST

De tekst van het Verdrag is geplaatst in Trb. 2001, 102.

Voor de tekst van de bijbehorende Administratieve Regeling van 9 september 2003 zie rubriek J van Trb. 2004, 19.

Het Verdrag is gewijzigd bij notawisseling van 11 en 18 juli 2007, waarvan de tekst is geplaatst in Trb. 2008, 3.

C. VERTALING

Zie Trb. 2002, 38.

De vertaling van de notawisseling van 11 en 18 juli 2007 tot wijziging van het onderhavige Verdrag luidt als volgt:

Nr. I

MINISTERIE VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Den Haag, 11 juli 2007

Afdeling Verdragen

DJZ/VE-538/07

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken biedt de Ambassade van Nieuw-Zeeland zijn complimenten aan en heeft de eer, onder verwijzing naar het Verdrag inzake sociale zekerheid tussende Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Nieuw-Zeeland, gedaan te Den Haag op 30 juni 2000, (hierna: het Verdrag) en de bijeenkomst tussen het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van Nederland en het Ministerie van Sociale Ontwikkeling van Nieuw-Zeeland, gehouden op 9 juli 2004 te Amstelveen, de Ambassade in kennis te stellen van het volgende:

Het Ministerie doet de volgende voorstellen tot wijziging van het Verdrag:

  • 1. Na artikel 13, toevoeging van:

„Artikel 13A Behandeling van de Nederlandse vakantie-uitkering

De vakantie-uitkering zoals omschreven in artikel 28 van de Nederlandse Algemene Ouderdomswet kan niet, en kon ook nimmer, rechtstreeks in mindering worden gebracht op Nieuw-Zeelandse uitkeringen krachtens de Nieuw-Zeelandse wetten inzake sociale zekerheid.”

  • 2. Toevoeging aan artikel 14, tweede lid, van de zinsnede: „ , maar is niet gerechtigd enige toeslag te ontvangen krachtens de Nederlandse Toeslagenwet van 6 november 1986”.

  • 3. Toevoeging aan artikel 17, tweede lid, van de zinsnede: „ , maar is niet gerechtigd enige toeslag te ontvangen krachtens de Nederlandse Toeslagenwet van 6 november 1986”.

Indien dit voorstel aanvaardbaar is voor de Regering van Nieuw-Zeeland, stelt het Ministerie voor dat deze nota en de bevestigende antwoordnota van de Ambassade een Wijziging van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Nieuw-Zeeland zullen vormen, die in werking treedt op de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum waarop het Koninkrijk der Nederlanden en Nieuw-Zeeland elkaar schriftelijk hebben medegedeeld dat aan hun grondwettelijk vereiste procedures is voldaan.

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken maakt van deze gelegenheid gebruik om de Ambassade van Nieuw-Zeeland opnieuw te verzekeren van zijn zeer bijzondere hoogachting.

De Ambassade van Nieuw-Zeeland


Nr. II

AMBASSADE VAN NIEUW-ZEELAND
DEN HAAG

Den Haag, 18 juli 2007

Nota no.: 74/2007

De Ambassade van Nieuw-Zeeland biedt het Ministerie van Buitenlandse Zaken haar complimenten aan en heeft de eer de ontvangst te bevestigen van nota DJZ/VE-538/07 van het Ministerie van 11 juli 2007 die als volgt luidt:

(Zoals in Nr. I)

De Ambassade van Nieuw-Zeeland heeft de eer het Ministerie van Buitenlandse Zaken ervan in kennis te stellen dat het voorstel aanvaardbaar is voor de Regering van Nieuw-Zeeland en dat de nota van het Ministerie en deze antwoordnota een Wijziging van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en Nieuw-Zeeland zullen vormen, die in werking treedt op de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum waarop het Koninkrijk der Nederlanden en Nieuw-Zeeland elkaar schriftelijk hebben medegedeeld dat aan hun grondwettelijk vereiste procedures is voldaan.

De Ambassade van Nieuw-Zeeland maakt van deze gelegenheid gebruik om het Ministerie van Buitenlandse Zaken opnieuw te verzekeren van haar zeer bijzondere hoogachting.

Ministerie van Buitenlandse Zaken


D. PARLEMENT

Zie Trb. 2004,19 en Trb. 2008, 3.

F. VOORLOPIGE TOEPASSING

Zie rubriek G van Trb. 2001, 102.

G. INWERKINGTREDING

Zie rubriek G en J van Trb. 2004, 19 en rubriek G van Trb. 2008, 3.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 2001, 102.

Uitgegeven de tweede april 2008.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. VERHAGEN

Naar boven