A. TITEL

Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Kroatië, anderzijds met bijlagen, protocollen en Slotakte, met verklaringen;

Luxemburg, 29 oktober 2001

B. TEKST1

Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Kroatië, anderzijds

Het Koninkrijk België,

het Koninkrijk Denemarken,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Helleense Republiek,

het Koninkrijk Spanje,

de Franse Fepubliek,

Ierland,

de Italiaanse Republiek,

het Groothertogdom Luxemburg,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Republiek Oostenrijk,

de Portugese Republiek,

de Republiek Finland,

het Koninkrijk Zweden,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en het Verdrag betreffende de Europese Unie,

hierna „lidstaten" genoemd, en

de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor kolen en staal, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de Gemeenschap" genoemd,

enerzijds, en

de Republiek Kroatië, hierna „Kroatië" genoemd,

anderzijds,

Gelet op de sterke band tussen de partijen en de waarden die zij gemeen hebben, hun verlangen deze band nog te versterken en op wederkerigheid en wederzijds belang gebaseerde nauwe en langdurige betrekkingen tot stand te brengen die Kroatië in staat moeten stellen de betrekkingen met de Gemeenschap te versterken en uit te breiden;

Gelet op het belang van deze overeenkomst voor het stabilisatie- en associatieproces met de landen van Zuidoost-Europa voor de totstandbrenging en handhaving van een op samenwerking gebaseerde stabiele orde in Europa, waarvan de Europese Unie een steunpilaar is, en voor het stabiliteitspact;

Gelet op de toezegging van de partijen dat zij met alle mogelijke middelen zullen bijdragen tot de politieke, economische en institutionele stabilisatie, zowel in Kroatië als in de gehele regio, door de ontwikkeling van de civiele samenleving en door democratisering, institutionele versterking en hervorming van de overheidsadministratie, intensievere handel en economische samenwerking, brede samenwerking, ook op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, alsmede versterking van de nationale en regionale veiligheid;

Gelet op het belang dat de partijen hechten aan versterking van de politieke en economische vrijheden, die de grondslag van deze overeenkomst vormen, en op het belang dat zij hechten aan de eerbiediging van de rechtsstaat en de mensenrechten, met inbegrip van de rechten van personen die tot nationale minderheden behoren, en aan democratische beginselen in de vorm van een meerpartijenstelsel met vrije, eerlijke verkiezingen;

Gelet op het feit dat Kroatië opnieuw zijn gehechtheid bevestigt aan het recht op terugkeer voor alle vluchtelingen en ontheemden en de bescherming van hun rechten in dat verband;

Gelet op de verbintenis van de partijen om volledig uitvoering te geven aan alle beginselen en bepalingen van het Handvest van de Verenigde Naties, de OVSE, inzonderheid die van de Slotakte van Helsinki, de slotdocumenten van de conferenties van Madrid en Wenen, het Handvest van Parijs voor een Nieuw Europa en het Stabiliteitspact voor Zuidoost-Europa, en te voldoen aan hun verplichtingen in het kader van de overeenkomsten van Dayton/Parijs en Erdut, teneinde bij te dragen tot de regionale stabiliteit en de samenwerking tussen de landen in de regio;

Gelet op de gehechtheid van de partijen aan de beginselen van de vrijemarkteconomie en de bereidheid van de Gemeenschap om aan de economische hervormingen in Kroatië bij te dragen;

Gelet op het belang dat de partijen hechten aan vrijhandel, overeenkomstig de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de WTO;

Verlangende een regelmatige politieke dialoog in te stellen over bilaterale en internationale vraagstukken van wederzijds belang, met inbegrip van regionale aspecten, met inachtneming van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie;

Overtuigd dat de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst een nieuw klimaat zal scheppen voor hun onderlinge economische betrekkingen, in het bijzonder voor de ontwikkeling van handel en investeringen, factoren van cruciaal belang voor de economische herstructurering en modernisering;

Gelet op de toezegging van Kroatië om zijn wetgeving aan te passen aan die van de Gemeenschap;

Gelet op de bereidheid van de Gemeenschap om doorslaggevende steun te verlenen voor hervorming en wederopbouw en daartoe alle beschikbare instrumenten voor samenwerking en technische, financiële en economische bijstand in te zetten op een brede indicatieve meerjaarlijkse basis;

Bevestigend dat de bepalingen van deze overeenkomst die binnen de toepassingssfeer van deel III, titel IV, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap vallen, het Verenigd Koninkrijk en Ierland binden als afzonderlijke verdragsluitende partijen, en niet als deel van de Europese Gemeenschap, totdat het Verenigd Koninkrijk of Ierland (al naargelang van het geval) Kroatië ervan in kennis stelt dat het Verenigd Koninkrijk of Ierland is gebonden als deel van de Europese Gemeenschap overeenkomstig het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland dat aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is gehecht. Hetzelfde geldt voor Denemarken met betrekking tot het Protocol betreffende de positie van Denemarken dat aan die verdragen is gehecht;

Wijzend op de top van Zagreb, waarop werd opgeroepen tot verdere consolidatie van de betrekkingen tussen de landen die deel uitmaken van het stabilisatie- en associatieproces en de Europese Unie, alsmede tot intensievere samenwerking in de regio;

Wijzend op de bereidheid van de Europese Unie om Kroatië zo volledig mogelijk te integreren in de politieke en economische hoofdstroom van Europa, en op de status van het land als een potentiële kandidaat voor het EU-lidmaatschap op basis van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het voldoen aan de door de Europese Raad in juni 1993 gedefinieerde criteria, onder voorbehoud van de succesvolle tenuitvoerlegging van deze overeenkomst, met name wat betreft regionale samenwerking,

Hebben overeenstemming bereikt omtrent de volgende bepalingen:

Artikel 1

1. Er wordt een associatie tot stand gebracht tussen de Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en Kroatië, anderzijds.

2. Deze associatie heeft ten doel:

– totstandbrenging van een passend kader voor de politieke dialoog met het oog op de ontwikkeling van nauwe politieke betrekkingen tussen de partijen;

– ondersteuning van de inspanningen van Kroatië voor de ontwikkeling van de economische en internationale samenwerking, ook door de aanpassing van zijn wetgeving aan die van de Gemeenschap;

– ondersteuning van de inspanningen van Kroatië met het oog op de overgang naar een markteconomie, bevordering van harmonieuze economische betrekkingen en geleidelijke instelling van een vrijhandelszone tussen de Gemeenschap en Kroatië;

– bevordering van regionale samenwerking op alle gebieden die onder deze overeenkomst vallen.

TITEL I

ALGEMENE BEGINSELEN

Artikel 2

Eerbiediging van de democratische beginselen en de mensenrechten, zoals deze zijn vastgesteld in de Universele Verklaring van de rechten van de mens en gedefinieerd in de slotakte van Helsinki en het Handvest van Parijs voor een Nieuw Europa, eerbiediging van de beginselen van het internationale recht en de rechtsstaat en de beginselen van de markteconomie zoals deze zijn neergelegd in het document van de CVSE-conferentie van Bonn over economische samenwerking, vormen de grondslag van het binnen- en buitenlandse beleid van de partijen en zijn essentiële elementen van deze overeenkomst.

Artikel 3

Internationale en regionale vrede en stabiliteit en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap staan centraal in het stabilisatie- en associatieproces, als bedoeld in de conclusies van de Raad van de Europese Unie van 21 juni 1999. De sluiting en de tenuitvoerlegging van deze overeenkomst geschieden in het kader van de conclusies van de Raad van de Europese Unie van 29 april 1997, en zijn gebaseerd op de afzonderlijke verdiensten van Kroatië.

Artikel 4

Kroatië verbindt zich ertoe de samenwerking en de betrekkingen van goed nabuurschap met de overige landen van de regio voort te zetten en te bevorderen, wat mede inhoudt dat een passend niveau van wederzijdse concessies op het gebied van het verkeer van personen, goederen, kapitaal en diensten wordt ingesteld en projecten van gemeenschappelijk belang worden ontwikkeld, met name inzake de terugkeer van vluchtelingen en de bestrijding van georganiseerde criminaliteit, corruptie, witwassen van geld, illegale migratie en smokkelarij. Deze verbintenis is van fundamenteel belang voor de ontwikkeling van de betrekkingen en de samenwerking tussen de partijen en draagt bij tot de regionale stabiliteit.

Artikel 5

1. De associatie wordt geleidelijk tot stand gebracht en is uiterlijk zes jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst volledig van kracht. 2. De krachtens artikel 110 opgerichte Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt op gezette tijden de toepassing van deze overeenkomst en de verwezenlijking door Kroatië van de juridische, bestuurlijke, institutionele en economische hervormingen, in het licht van de preambule en in overeenstemming met de algemene principes van deze overeenkomst.

Artikel 6

De overeenkomst moet volledig verenigbaar zijn met de relevante WTO-bepalingen, met name artikel XXIV van de GATT 1994 en artikel V van de GATS.

TITEL II

POLITIEKE DIALOOG

Artikel 7

In het kader van deze overeenkomst wordt tussen de partijen een politieke dialoog ingesteld. Deze dialoog begeleidt en consolideert de toenadering tussen de Europese Unie en Kroatië en draagt bij tot de totstandbrenging van nauwe solidariteitsbanden en nieuwe vormen van samenwerking tussen de partijen.

De politieke dialoog moet met name bijdragen tot het bevorderen van:

– de volledige integratie van Kroatië in de gemeenschap van democratische naties en de geleidelijke toenadering tot de Europese Unie;

– verdere convergentie van de standpunten van de partijen over internationale vraagstukken, onder meer door passende uitwisseling van informatie, met name waar het aangelegenheden betreft die belangrijke gevolgen voor de partijen kunnen hebben;

- regionale samenwerking en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap;

– gemeenschappelijke opvattingen over veiligheid en stabiliteit in Europa, ook op de terreinen die worden bestreken door het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de Europese Unie.

Artikel 8

1. De politieke dialoog vindt plaats binnen de Stabilisatie- en Associatieraad, die de algemene verantwoordelijkheid draagt voor alle aangelegenheden die de partijen de Stabilisatie- en Associatieraad voorleggen.

2. Op verzoek van de partijen kan de politieke dialoog ook de volgende vormen aannemen:

– vergaderingen, waar nodig, van hoge ambtenaren van enerzijds Kroatië en anderzijds het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie en de Commissie;

– optimaal gebruik van alle diplomatieke kanalen tussen de partijen, met inbegrip van passende contacten in derde landen en binnen de Verenigde Naties, de OVSE, de Raad van Europa en andere internationale fora;

– alle andere middelen die een nuttige bijdrage leveren tot het consolideren, ontwikkelen en intensiveren van deze dialoog.

Artikel 9

Op parlementair niveau vindt de politieke dialoog plaats in het kader van het bij artikel 116 ingestelde Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité.

Artikel 10

De politieke dialoog kan plaatsvinden in multilateraal verband en als regionale dialoog waarbij andere landen in de regio worden betrokken.

TITEL III

REGIONALE SAMENWERKING

Artikel 11

In overeenstemming met zijn verbintenis ten aanzien van vrede en stabiliteit en de ontwikkeling van betrekkingen van goed nabuurschap zal Kroatië de regionale samenwerking actief bevorderen. Ook zal de Gemeenschap, via haar programma's voor technische bijstand, projecten steunen met een regionale of grensoverschrijdende dimensie.

Telkens wanneer Kroatië voornemens is de samenwerking met een van de in onderstaande artikelen 12 tot en met 14 genoemde landen te intensiveren, deelt zij dit mede aan en voert zij overleg met de Gemeenschap en haar lidstaten overeenkomstig de bepalingen van titel X.

Artikel 12 Samenwerking met andere landen die een stabilisatie- en associatieovereenkomst hebben ondertekend

Na de ondertekening van deze overeenkomst opent Kroatië met het land dat of de landen die reeds een stabilisatie- en associatieovereenkomst hebben ondertekend onderhandelingen over de sluiting van een bilaterale overeenkomst inzake regionale samenwerking, waarvan het doel is de samenwerking tussen de betrokken landen uit te breiden.

De hoofdelementen van dergelijke overeenkomsten zijn:

- een politieke dialoog;

– de totstandbrenging van een vrijhandelszone tussen de partijen die verenigbaar is met de relevante WTO-bepalingen;

– wederzijdse concessies betreffende het verkeer van werknemers, vestiging, dienstverlening, lopende betalingen en kapitaalverkeer en andere beleidsterreinen die met het verkeer van personen verband houden, op een niveau dat gelijkwaardig is met dat van deze overeenkomst;

– bepalingen inzake samenwerking op andere, al dan niet onder deze overeenkomst vallende terreinen, met name justitie en binnenlandse zaken.

Deze overeenkomsten omvatten indien nodig bepalingen tot instelling van de nodige institutionele mechanismen.

Deze overeenkomsten worden gesloten binnen twee jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst. De bereidheid van Kroatië tot het sluiten van deze overeenkomsten is een voorwaarde voor de verdere ontwikkeling van de betrekkingen tussen Kroatië en de EU.

Artikel 13 Samenwerking met andere bij het stabilisatie- en associatieproces betrokken landen

Kroatië gaat regionale samenwerking aan met de andere bij het stabilisatie- en associatieproces betrokken landen op sommige of alle onder deze overeenkomst vallende samenwerkingsterreinen, met name terreinen van gemeenschappelijk belang. Deze samenwerking moet verenigbaar zijn met de beginselen en doelstellingen van deze overeenkomst.

Artikel 14 Samenwerking met kandidaat-lidstaten van de EU

Kroatië kan met elke kandidaat-lidstaat van de EU de samenwerking versterken en een overeenkomst sluiten voor regionale samenwerking op elk van de onder deze overeenkomst vallende samenwerkingsterreinen. Een dergelijke overeenkomst moet de bilaterale betrekkingen tussen Kroatië en dat land geleidelijk afstemmen op het relevante onderdeel van de betrekkingen tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en dat land.

TITEL IV

VRIJ VERKEER VAN GOEDEREN

Artikel 15

1. De Gemeenschap en Kroatië brengen in de loop van een overgangsperiode van ten hoogste zes jaar, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, geleidelijk een vrijhandelszone tot stand overeenkomstig het bepaalde in deze overeenkomst en in de GATT 1994 en de bepalingen van de WTO. Daarbij houden zij rekening met de hierna vermelde specifieke eisen.

2. In het handelsverkeer tussen de twee partijen worden de goederen ingedeeld overeenkomstig de gecombineerde nomenclatuur.

3. Het basisrecht waarop de in de overeenkomst vastgestelde opeenvolgende verlagingen worden toegepast, is voor elk product het recht dat erga omnes daadwerkelijk wordt toepast op de dag voorafgaand aan de ondertekening van de overeenkomst, of het bij de WTO geconsolideerde recht voor het jaar 2002, indien dat lager is.

4. Indien na de ondertekening van deze overeenkomst tariefverlagingen op erga-omnesgrondslag worden toegepast, in het bijzonder verlagingen die voortvloeien uit de tariefonderhandelingen in de WTO, komen deze verlaagde rechten in de plaats van de in lid 3 bedoelde basisrechten vanaf de datum waarop de verlagingen worden toegepast.

5. De Gemeenschap en Kroatië delen elkaar hun respectieve basisrechten mede.

HOOFDSTUK I

INDUSTRIEPRODUCTEN

Artikel 16

1. Het bepaalde in dit hoofdstuk is van toepassing op producten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië, vermeld in de hoofdstukken 25 tot en met 97 van de gecombineerde nomenclatuur, met uitzondering van de producten genoemd in bijlage 1, punt I, onder ii), bij de Overeenkomst inzake de landbouw (GATT 1994).

2. De artikelen 17 en 18 zijn niet van toepassing op textielproducten of op staalproducten bedoeld in hoofdstuk 72 van de gecombineerde nomenclatuur, als gespecificeerd in de artikelen 22 en 23.

3. De handel tussen de partijen in producten die onder het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie vallen, geschiedt in overeenstemming met de bepalingen van dat verdrag.

Artikel 17

1. De douanerechten die van toepassing zijn bij invoer in de Gemeenschap van producten van oorsprong uit Kroatië worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.

2. Kwantitatieve beperkingen bij invoer in de Gemeenschap en maatregelen van gelijke werking worden voor producten van oorsprong uit Kroatië bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst afgeschaft.

Artikel 18

1. De douanerechten die van toepassing zijn bij invoer in Kroatië van producten van oorsprong uit de Gemeenschap, andere dan die genoemd in de bijlagen I en II, worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.

2. De douanerechten die van toepassing zijn bij de invoer in Kroatië van de producten van oorsprong uit de Gemeenschap vermeld in bijlage I, worden geleidelijk verlaagd volgens onderstaand tijdschema:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden alle rechten verminderd tot 30% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden de resterende rechten afgeschaft.

3. De douanerechten die van toepassing zijn bij de invoer in Kroatië van de producten van oorsprong uit de Gemeenschap vermeld in bijlage II, worden geleidelijk verlaagd en afgeschaft volgens onderstaand tijdschema:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 70% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden alle rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden alle rechten verminderd tot 40% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden alle rechten verminderd tot 30% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden alle rechten verminderd tot 15% van het basisrecht;

– op 1 januari 2007 worden de resterende rechten afgeschaft.

4. Kwantitatieve beperkingen bij invoer in Kroatië van producten van oorsprong uit de Gemeenschap en maatregelen van gelijke werking worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.

Artikel 19

Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaffen de Gemeenschap en Kroatië in hun onderlinge handelsverkeer alle heffingen van gelijke werking als douanerechten bij invoer af.

Artikel 20

1. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaffen de Gemeenschap en Kroatië alle douanerechten bij uitvoer en heffingen van gelijke werking af.

2. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaffen de Gemeenschap en Kroatië onderling alle kwantitatieve beperkingen bij uitvoer en alle maatregelen van gelijke werking af.

Artikel 21

Kroatië verklaart zich bereid zijn douanerechten in het handelsverkeer met de Gemeenschap sneller te verlagen dan in artikel 18 bepaald, indien de algemene economische situatie in Kroatië en de situatie in de betrokken sector van de economie zulks mogelijk maken.

De Stabilisatie- en Associatieraad doet daartoe strekkende aanbevelingen.

Artikel 22

Protocol nr. 1 bevat de regeling voor de daarin genoemde textielproducten.

Artikel 23

Protocol nr. 2 bevat de regeling voor de daarin genoemde staalproducten vallende onder hoofdstuk 72 van de gecombineerde nomenclatuur.

HOOFDSTUK II

LANDBOUW EN VISSERIJ

Artikel 24 Definitie

1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op de handel in landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië.

2. Met „landbouw- en visserijproducten" worden bedoeld de producten vermeld in de hoofdstukken 1 tot en met 24 van de gecombineerde nomenclatuur en in bijlage 1, punt 1, onder ii), bij de Overeenkomst inzake de landbouw (GATT 1994).

3. Deze definitie omvat ook vis en visserijproducten die vallen onder hoofdstuk 3, onder de posten 1604 en 1605 en onder de onderverdelingen 0511 91, 2301 20 en ex 1902 20 („gevulde deegwaren, bevattende meer dan 20 gewichtspercenten vis, schaal- of weekdieren of andere ongewervelde waterdieren").

Artikel 25

Protocol nr. 3 bevat de handelsregeling voor de daarin genoemde verwerkte landbouwproducten.

Artikel 26

1. Op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst schaft de Gemeenschap alle kwantitatieve beperkingen en maatregelen van gelijke werking af die van toepassing zijn op de invoer van landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit Kroatië.

2. Op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst schaft Kroatië alle kwantitatieve beperkingen en maatregelen van gelijke werking af die van toepassing zijn op de invoer van landbouw- en visserijproducten van oorsprong uit de Gemeenschap.

Artikel 27 Landbouwproducten

1. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaft de Gemeenschap alle douanerechten en heffingen van gelijke werking af die van toepassing zijn op de invoer van landbouwproducten van oorsprong uit Kroatië, andere dan die van de posten 0102, 0201, 0202 en 2204 van de gecombineerde nomenclatuur.

Ten aanzien van producten die vallen onder de hoofdstukken 7 en 8 van de gecombineerde nomenclatuur, waarvoor het gemeenschappelijk douanetarief voorziet in een douanerecht ad valorem en in een specifiek douanerecht, is de afschaffing uitsluitend van toepassing op het deel ad valorem van de douanerechten.

2. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst stelt de Gemeenschap de douanerechten die van toepassing zijn bij invoer in de Gemeenschap van de in bijlage III gedefinieerde producten van de categorie „baby beef" van oorsprong uit Kroatië vast op 20% van het recht ad valorem en 20% van het specifieke recht als vastgesteld in het gemeenschappelijk douanetarief van de Europese Gemeenschappen, binnen een jaarlijks tariefcontingent van 9 400 ton geslacht gewicht.

3. a. Bij de inwerkingtreding van de overeenkomst gaat Kroatië over tot

    • i. afschaffing van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap, vermeld in bijlage IV a);

    • ii. afschaffing van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap, vermeld in bijlage IV b), binnen de grenzen van de tariefcontingenten die voor elk product in die bijlage zijn vermeld. De omvang van de tariefcontingenten wordt jaarlijks vermeerderd met de hoeveelheid die voor ieder product in die bijlage wordt vermeld.

  • b. Vanaf het eerste jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst gaat Kroatië over tot

    • i. afschaffing van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap, vermeld in bijlage IV c);

  • c. Vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst gaat Kroatië over tot

    • i. geleidelijke afschaffing van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap, vermeld in bijlage IV d), binnen de grenzen van de in die bijlage vastgestelde tariefcontingenten en in overeenstemming met het voor ieder product in die bijlage vastgestelde tijdschema;

    • ii. geleidelijke vermindering van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap die worden vermeld in bijlage IV e) tot 50% van het meestbegunstigingsrecht, in overeenstemming met het voor ieder product in die bijlage vastgestelde tijdschema;

    • iii. geleidelijke vermindering van de douanerechten die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Gemeenschap die worden vermeld in bijlage IV e) tot 50% van het meestbegunstigingsrecht, binnen de grenzen van de in die bijlage vastgestelde tariefcontingenten en in overeenstemming met het voor ieder product in die bijlage vastgestelde tijdschema.

4. De handelsregeling voor wijn en gedistilleerde dranken wordt bij een afzonderlijk protocol inzake wijn en gedistilleerde dranken vastgesteld.

Artikel 28 Visserijproducten

1. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaft de Gemeenschap de douanerechten op vis en visserijproducten van oorsprong uit Kroatië, andere dan die vermeld in bijlage V a), volledig af. Op producten vermeld in bijlage V a) zijn de daarin opgenomen bepalingen van toepassing.

2. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst schaft Kroatië alle douanerechten en heffingen van gelijke werking op vis en visserijproducten van oorsprong uit de Europese Gemeenschap, andere dan die vermeld in bijlage V b), volledig af. Op producten vermeld in bijlage V b) zijn de daarin opgenomen bepalingen van toepassing.

Artikel 29

Rekening houdend met de omvang van het handelsverkeer in landbouw- en visserijproducten tussen de partijen, de bijzondere gevoeligheden van die producten, de regels van het gemeenschappelijk landbouw en visserijbeleid van de Gemeenschap en het landbouw- en visserijbeleid van Kroatië, de rol van landbouw en visserij in de Kroatische economie en de gevolgen van de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de WTO, onderzoeken de Gemeenschap en Kroatië vóór 1 juli 2006 in de Stabilisatie- en Associatieraad per product, systematisch en op basis van passende wederkerigheid, de mogelijkheden om elkaar verdere concessies te verlenen teneinde de handel in landbouw- en visserijproducten verder te liberaliseren.

Artikel 30

De bepalingen van dit hoofdstuk vormen in geen geval een belemmering voor de eenzijdige toepassing van gunstiger maatregelen door een partij.

Artikel 31

Onverminderd de andere bepalingen van deze overeenkomst, met name die van artikel 38, plegen beide partijen, indien, wegens de bijzondere gevoeligheid van de markten voor landbouw- en visserijproducten, de invoer van producten van oorsprong uit een partij waarvoor de concessies uit hoofde van de artikelen 25, 27 en 28 zijn verleend, ernstige problemen veroorzaakt op de markt of voor de binnenlandse regelingen van de andere partij, zo spoedig mogelijk overleg om een passende oplossing te vinden voor het probleem. In afwachting van deze oplossing kan de betrokken partij de passende maatregelen nemen die zij noodzakelijk acht.

HOOFDSTUK III

GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

Artikel 32

Het bepaalde in dit hoofdstuk is van toepassing op de handel tussen de partijen in alle producten, tenzij in dit hoofdstuk of in de Protocollen 1, 2 of 3 anders is bepaald.

Artikel 33 Standstill

1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië worden vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst geen nieuwe douanerechten bij invoer of bij uitvoer of heffingen van gelijke werking ingesteld, noch worden de rechten of heffingen die reeds van toepassing zijn verhoogd.

2. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië worden vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst geen nieuwe kwantitatieve beperkingen bij invoer of bij uitvoer of maatregelen van gelijke werking ingesteld, noch worden reeds bestaande beperkingen restrictiever gemaakt.

3. Het bepaalde in de leden 1 en 2 van dit artikel vormt in geen opzicht een beletsel voor de uitvoering van het landbouwbeleid van Kroatië of dat van de Gemeenschap, of voor enige maatregel in het kader van dat beleid, mits de invoerregelingen in de bijlagen III, IV a), IV b), IV c), IV d), IV e), IV f), V a) en V b) daardoor niet wordt beïnvloed, een en ander onverminderd de concessies verleend krachtens artikel 26.

Artikel 34 Verbod op fiscale discriminatie

1. De partijen onthouden zich van alle binnenlandse maatregelen of praktijken van fiscale aard die, direct of indirect, discrimineren tussen de producten van de ene partij en soortgelijke producten van oorsprong uit het grondgebied van de andere partij, en schaffen dergelijke reeds bestaande maatregelen of praktijken af.

2. De teruggave van binnenlandse indirecte belastingen voor producten die naar het grondgebied van één van de partijen worden uitgevoerd mag niet hoger zijn dan de daarop geheven indirecte belastingen.

Artikel 35

De bepalingen betreffende de afschaffing van de douanerechten bij invoer zijn tevens van toepassing op douanerechten van fiscale aard.

Artikel 36 Douane-unies, vrijhandelszones, regelingen voor grensverkeer

1. Deze overeenkomst vormt geen beletsel voor de handhaving of de oprichting van douane-unies, vrijhandelszones of regelingen voor grensverkeer, mits de in de overeenkomst neergelegde handelsregelingen daardoor niet worden gewijzigd.

2. Gedurende de in artikel 18 vermelde overgangsperioden mag deze overeenkomst geen invloed hebben op de tenuitvoerlegging van de specifieke preferentiële regelingen voor het goederenverkeer die ofwel zijn vastgelegd in grensovereenkomsten die eerder zijn gesloten tussen een of meer lidstaten en de Socialistische Federale Republiek Joegoslavië en die zijn overgenomen door Kroatië, ofwel voortvloeien uit de in titel III gespecificeerde bilaterale overeenkomsten die door Kroatië zijn gesloten ter bevordering van de regionale handel.

3. De partijen plegen in de Stabilisatie- en Associatieraad overleg over de in de leden 1 en 2 bedoelde overeenkomsten en desgewenst over andere belangrijke onderwerpen in verband met hun respectieve handelspolitiek ten aanzien van derde landen. Een dergelijk overleg vindt met name plaats bij de toetreding van een derde land tot de Gemeenschap, teneinde de wederzijdse belangen van de Gemeenschap en Kroatië, als omschreven in deze overeenkomst, in aanmerking te kunnen nemen.

Artikel 37 Dumping

1. Indien een der partijen constateert dat in het handelsverkeer met de andere partij dumping in de zin van artikel VI van de GATT 1994 plaatsvindt, kan zij passende maatregelen nemen tegen deze praktijk op grond van de overeenkomst betreffende de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 en haar eigen wetgeving terzake.

2. Bij toepassing van lid 1 van dit artikel wordt de Stabilisatie- en Associatieraad van de dumping in kennis gesteld zodra de autoriteiten van de invoerende partij een onderzoek hebben geopend. Indien binnen 30 dagen nadat de zaak aan de Stabilisatie- en Associatieraad is voorgelegd de dumping in de zin van artikel VI van de GATT niet is beëindigd en geen andere bevredigende oplossing is gevonden, kan de invoerende partij passende maatregelen nemen.

Artikel 38 Algemene vrijwaringsclausule

1. Indien een product van een der partijen wordt ingevoerd op het grondgebied van de andere partij in dusdanig toegenomen hoeveelheden en onder zulke omstandigheden dat:

– ernstige moeilijkheden worden veroorzaakt of dreigen te worden veroorzaakt voor binnenlandse producenten van soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten op het grondgebied van de invoerende partij; of

– ernstige verstoringen worden veroorzaakt of dreigen te worden veroorzaakt in een of meer sectoren van de economie, of moeilijkheden die tot een ernstige verslechtering kunnen leiden van de economische situatie in een regio van de invoerende partij,

kan de invoerende partij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van dit artikel.

2. De Gemeenschap en Kroatië passen vrijwaringsmaatregelen onderling uitsluitend toe in overeenstemming met de bepalingen van deze overeenkomst. Deze maatregelen mogen niet verder strekken dan hetgeen noodzakelijk is om een oplossing te vinden voor de gerezen moeilijkheden, en bestaan normaliter uit de opschorting van de verdere verlaging van een heffing of recht krachtens deze overeenkomst voor het betrokken product of een verhoging daarvan voor dat product. Dergelijke maatregelen omvatten duidelijke voorzieningen waardoor zij geleidelijk worden opgeheven en uiterlijk aan het einde van de vastgestelde termijn zijn afgeschaft. Deze termijn mag niet meer dan een jaar bedragen. In zeer uitzonderlijke omstandigheden mogen maatregelen worden genomen voor een totale maximumtermijn van drie jaar. Ten aanzien van de invoer van een product waartegen reeds eerder vrijwaringsmaatregelen werden genomen, worden gedurende een periode van minstens drie jaar na het verstrijken van deze maatregelen geen nieuwe vrijwaringsmaatregelen genomen.

3. In de in dit artikel genoemde gevallen verstrekt de Gemeenschap respectievelijk Kroatië, vóór de daarin bedoelde maatregelen worden genomen of, in de gevallen waarop het bepaalde in lid 4, onder b), van dit artikel van toepassing is, zo spoedig mogelijk, de Stabilisatie- en Associatieraad alle relevante informatie teneinde een voor beide partijen aanvaardbare oplossing te vinden.

4. Voor de tenuitvoerlegging van het bovenstaande gelden de volgende bepalingen:

  • a. De moeilijkheden die voortvloeien uit de in dit artikel bedoelde situatie worden ter bespreking voorgelegd aan de Stabilisatie- en Associatieraad, die alle noodzakelijke beslissingen kan nemen om een oplossing te vinden voor deze moeilijkheden.

    Indien binnen 30 dagen nadat de kwestie aan de Stabilisatie- en Associatieraad is voorgelegd, deze raad of de exporterende partij geen beslissing heeft genomen die een einde maakt aan de moeilijkheden en geen andere bevredigende oplossing wordt gevonden, kan de invoerende partij passende maatregelen nemen om het probleem in overeenstemming met dit artikel op te lossen. Bij de keuze van deze vrijwaringsmaatregelen wordt voorrang gegeven aan maatregelen die de werking van de bij deze overeenkomst vastgestelde regelingen het minst verstoren.

  • b. Wanneer voorafgaande kennisgeving of onderzoek, al naar gelang van het geval, onmogelijk is als gevolg van uitzonderlijke en kritieke omstandigheden die onmiddellijk maatregelen vereisen, kan de betrokken partij in de in dit artikel vermelde omstandigheden onmiddellijk de nodige voorzorgsmaatregelen nemen, waarvan zij de andere partij onmiddellijk in kennis stelt.

5. De vrijwaringsmaatregelen worden de Stabilisatie- en Associatieraad onmiddellijk ter kennis gebracht en worden in deze raad op gezette tijden aan een onderzoek onderworpen, in het bijzonder om een tijdschema vast te stellen voor de afschaffing ervan, zodra de omstandigheden dat mogelijk maken.

6. Indien de Gemeenschap of Kroatië de invoer van producten die zouden kunnen leiden tot de in dit artikel bedoelde moeilijkheden aan een administratieve procedure onderwerpt die ten doel heeft snel informatie te verschaffen over de ontwikkeling van de handelsstromen, stelt de betrokken partij de andere partij daarvan in kennis.

Artikel 39 Tekortclausule

1. Wanneer naleving van de bepalingen van deze titel leidt tot:

  • a. een ernstig tekort of gevaar voor een ernstig tekort aan levensmiddelen of andere producten die voor de exporterende partij van wezenlijk belang zijn; of

  • b. wederuitvoer naar een derde land van een product waarop de exporterende partij kwantitatieve uitvoerbeperkingen, uitvoerrechten of maatregelen of heffingen van gelijke werking toepast, en de bovengenoemde situaties aanleiding geven of vermoedelijk aanleiding zullen geven tot ernstige moeilijkheden voor de exporterende partij,

kan die partij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van dit artikel.

2. Bij de keuze van maatregelen wordt voorrang gegeven aan maatregelen die de werking van de bij deze overeenkomst vastgestelde regelingen het minst verstoren. Dergelijke maatregelen mogen niet worden toegepast op een wijze die in gelijke omstandigheden willekeurige of onrechtvaardige discriminatie of een verkapte beperking van het handelsverkeer zou inhouden, en worden opgeheven zodra de omstandigheden verdere handhaving niet meer rechtvaardigen.

3. De Gemeenschap of Kroatië verstrekt, alvorens de in lid 1 van dit artikel bedoelde maatregelen te nemen, of in de gevallen waarin lid 4 van dit artikel van toepassing is, zo spoedig mogelijk, de Stabilisatie- en Associatieraad alle relevante informatie om de raad in staat te stellen een voor beide partijen aanvaardbare oplossing voor het probleem te vinden. De partijen kunnen in de Stabilisatie- en Associatieraad besluiten tot elke maatregel die een einde maakt aan de moeilijkheden. Indien dertig dagen nadat de zaak aan het Stabilisatie- en Associatieraad is voorgelegd geen overeenstemming is bereikt, kan de exporterende partij uit hoofde van dit artikel maatregelen toepassen ten aanzien van de uitvoer van het betrokken product.

4. Wanneer uitzonderlijke en kritieke omstandigheden die onmiddellijk maatregelen vereisen voorafgaande informatie of voorafgaand onderzoek, al naar gelang van het geval, onmogelijk maken, kan de Gemeenschap of Kroatië om het probleem op te lossen onmiddellijk voorzorgsmaatregelen nemen, waarvan de andere partij onmiddellijk in kennis wordt gesteld.

5. Alle krachtens dit artikel genomen maatregelen worden de Stabilisatie- en Associatieraad onmiddellijk ter kennis gebracht en worden in die raad op gezette tijden aan een onderzoek onderworpen, in het bijzonder om een tijdschema vast te stellen voor de afschaffing ervan zodra de omstandigheden dat toelaten.

Artikel 40 Staatsmonopolies

Kroatië past alle staatsmonopolies van commerciële aard geleidelijk aan, zodanig dat uiterlijk aan het einde van het vierde jaar volgende op de inwerkingtreding van deze overeenkomst geen discriminatie tussen onderdanen van de lidstaten en van Kroatië bestaat ten aanzien van de omstandigheden waaronder goederen worden verworven en op de markt gebracht. De Stabilisatie- en Associatieraad wordt in kennis gesteld van de maatregelen die daartoe worden genomen.

Artikel 41

In Protocol nr. 4 zijn de oorsprongsregels voor de toepassing van de in deze overeenkomst vastgestelde tariefpreferenties neergelegd.

Artikel 42 Toegestane beperkingen

Deze overeenkomst vormt geen beletsel voor verbodsbepalingen of beperkingen ten aanzien van invoer, uitvoer of doorvoer die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de bescherming van de openbare zedelijkheid, de openbare orde of de openbare veiligheid; de bescherming van de gezondheid en het leven van personen, dieren of planten; de bescherming van het nationale artistieke, historische en archeologische erfgoed, of de bescherming van de intellectuele, industriële en commerciële eigendom, of regels betreffende goud en zilver. Deze verboden of beperkingen mogen echter geen middel tot willekeurige discriminatie of een verkapte beperking van de handel tussen de partijen vormen.

Artikel 43

De partijen werken samen om het risico van fraude bij de toepassing van de handelsbepalingen van deze overeenkomst te verkleinen.

Onverminderd andere bepalingen van deze overeenkomst, met name de artikelen 31, 38 en 89 en Protocol nr. 4, geldt dat, indien een van de partijen oordeelt dat er voldoende bewijs is van fraude, zoals een significante toename van de handel in producten van de ene naar de andere partij boven het niveau dat in overeenstemming is met de economische omstandigheden, zoals de normale productie en exportcapaciteit, of het niet verlenen door de andere partij van de administratieve medewerking die vereist is voor de verificatie van het bewijs van oorsprong, de partijen onverwijld overleg voeren om een passende oplossing te vinden. In afwachting van deze oplossing kan de betrokken partij de passende maatregelen nemen die zij noodzakelijk acht. Bij de keuze van deze maatregelen wordt voorrang gegeven aan maatregelen die de werking van de bij deze overeenkomst vastgestelde regelingen het minst verstoren.

Artikel 44

De toepassing van deze overeenkomst laat de toepassing van de bepalingen van het Gemeenschapsrecht op de Canarische Eilanden onverlet.

TITEL V

VERKEER VAN WERKNEMERS, VESTIGING, VERRICHTEN VAN DIENSTEN, KAPITAAL

HOOFDSTUK I

verkeer van werknemers

Artikel 45

1. Met inachtneming van de in elke lidstaat geldende voorwaarden en modaliteiten:

– is de behandeling van werknemers die onderdaan van Kroatië zijn en die legaal op het grondgebied van een lidstaat werkzaam zijn, wat betreft arbeidsvoorwaarden, beloning en ontslag vrij van elke vorm van discriminatie op grond van nationaliteit ten opzichte van de nationale onderdanen;

– hebben de legaal op het grondgebied van een lidstaat verblijvende echtgenoot en kinderen van een legaal op het grondgebied van een lidstaat werkzame werknemer, met uitzondering van seizoenwerknemers en werknemers die onder bilaterale overeenkomsten in de zin van artikel 46 vallen, tenzij in dergelijke overeenkomsten anders is bepaald, gedurende de periode dat het verblijf van die werknemer voor arbeidsdoeleinden is toegestaan, toegang tot de arbeidsmarkt van die lidstaat.

2. Kroatië verleent, volgens de in dat land geldende voorwaarden en modaliteiten, aan werknemers die onderdaan zijn van een lidstaat en die legaal op zijn grondgebied werkzaam zijn, alsmede aan hun echtgenoot en kinderen die daar legaal verblijven, de in lid 1 vermelde behandeling.

Artikel 46

1. Rekening houdend met de arbeidsmarktsituatie in de lidstaten, hun wetgeving en de voorschriften die in de lidstaat gelden op het gebied van de mobiliteit van werknemers:

– dienen de door de lidstaten in het kader van bilaterale overeenkomsten verleende werkgelegenheidsmogelijkheden voor Kroatische werknemers behouden te blijven en zo mogelijk te worden verbeterd;

– dienen de overige lidstaten de mogelijkheid van het sluiten van soortgelijke overeenkomsten te overwegen.

2. De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt of andere verbeteringen, zoals toegang tot beroepsopleidingen, overeenkomstig de in de lidstaten geldende regels en procedures en met inachtneming van de arbeidsmarktsituatie in de lidstaten en de Gemeenschap, kunnen worden toegekend.

Artikel 47

1. Er worden regels vastgesteld voor de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels die van toepassing zijn op legaal op het grondgebied van een lidstaat werkzame werknemers die onderdaan van Kroatië zijn en hun legaal daar verblijvende gezinsleden. Hiertoe worden bij een besluit van de Stabilisatie- en Associatieraad, dat alle rechten en verplichtingen uit hoofde van bilaterale overeenkomsten onverlet laat indien deze in een gunstigere behandeling voorzien, de volgende bepalingen ingevoerd:

– alle door dergelijke werknemers in de verschillende lidstaten vervulde verzekerings-, arbeids- of verblijfsperioden worden bijeengeteld met het oog op pensioenen en renten uit hoofde van ouderdom, invaliditeit of overlijden, alsmede met het oog op de medische zorg voor deze werknemers en hun gezinsleden;

– alle pensioenen of renten uit hoofde van ouderdom, overlijden, arbeidsongeval of beroepsziekte dan wel wegens de daaruit voortvloeiende invaliditeit, met uitzondering van uitkeringen waarvoor geen premie is betaald, kunnen vrij worden overgemaakt tegen de koers die krachtens de wetgeving van de debiteurenlidstaat of -lidstaten wordt toegepast;

– de betrokken werknemers ontvangen gezinstoelagen voor hun gezinsleden als hierboven omschreven.

2. Kroatië kent aan legaal op zijn grondgebied werkzame werknemers die onderdaan van een lidstaat zijn en aan hun legaal op het grondgebied van Kroatië verblijvende gezinsleden een soortgelijke behandeling toe als die welke in het tweede en derde streepje van lid 1 is omschreven.

HOOFDSTUK II

VESTIGING

Artikel 48

In deze overeenkomst wordt verstaan onder:

  • a. „vennootschap uit de Gemeenschap" respectievelijk „Kroatische vennootschap": een volgens het recht van een lidstaat respectievelijk Kroatië opgerichte vennootschap die haar statutaire zetel, centrale administratie of belangrijkste handelsactiviteit op het grondgebied van de Gemeenschap respectievelijk Kroatië heeft.

Indien een volgens het recht van de Gemeenschap respectievelijk Kroatië opgerichte vennootschap uitsluitend haar statutaire zetel op het grondgebied van de Gemeenschap respectievelijk Kroatië heeft, wordt deze vennootschap als vennootschap uit de Gemeenschap respectievelijk Kroatische vennootschap beschouwd, indien uit haar transacties een werkelijke en permanente band met de economie van een van de lidstaten respectievelijk van Kroatië blijkt;

  • b. „dochteronderneming" van een vennootschap: een vennootschap die daadwerkelijk door de eerste vennootschap wordt bestuurd;

  • c. „filiaal van een vennootschap": een handelszaak zonder rechtspersoonlijkheid die kennelijk een permanent karakter bezit, zoals een agentschap van een moedermaatschappij, een eigen management heeft en over de nodige materiële voorzieningen beschikt om zaken te doen met derden, zodanig dat laatstgenoemden, hoewel zij ervan op de hoogte zijn dat er indien nodig een rechtsverhouding is met de moedermaatschappij waarvan het hoofdkantoor zich in het buitenland bevindt, geen rechtstreeks contact behoeven te hebben met deze moedermaatschappij, maar hun transacties kunnen afhandelen met de handelszaak die het agentschap vormt;

  • d. „vestiging":

    • i. voor onderdanen: het recht op toegang tot economische activiteiten anders dan in loondienst en de uitoefening daarvan, alsmede het recht ondernemingen, met name vennootschappen, op te richten en daadwerkelijk te besturen. De toegang tot werkzaamheden anders dan in loondienst en de oprichting en het beheer van ondernemingen door onderdanen strekt zich niet uit tot het zoeken naar of het aannemen van werk op de arbeidsmarkt van een andere partij. Het bepaalde in dit hoofdstuk is niet van toepassing op degenen die niet uitsluitend zelfstandig zijn;

    • ii. voor vennootschappen uit de Gemeenschap respectievelijk Kroatische vennootschappen: het recht op toegang tot en uitoefening van economische activiteiten door middel van de oprichting van dochterondernemingen, filialen in Kroatië respectievelijk de Gemeenschap;

  • e. „werkzaamheden": het verrichten van economische activiteiten;

  • f. „economische activiteiten": in beginsel activiteiten met een industrieel of commercieel karakter of activiteiten van personen die een vrij beroep uitoefenen, alsmede activiteiten van ambachtslieden;

  • g. „onderdaan van de Gemeenschap" respectievelijk „Kroatische onderdaan": een natuurlijke persoon die een onderdaan is van een lidstaat respectievelijk van Kroatië;

  • h. wat het internationale vervoer over zee betreft, met inbegrip van het intermodale vervoer dat ten dele over zee plaatsvindt, zijn de bepalingen van dit hoofdstuk en van hoofdstuk III van deze titel eveneens van toepassing op buiten de Gemeenschap respectievelijk Kroatië gevestigde onderdanen van de Gemeenschap respectievelijk Kroatische onderdanen, en op buiten de Gemeenschap respectievelijk Kroatië gevestigde scheepvaartondernemingen die worden bestuurd door onderdanen van een lidstaat respectievelijk Kroatië, indien hun vaartuigen in die lidstaat respectievelijk in Kroatië in overeenstemming met de desbetreffende wetgeving zijn ingeschreven;

  • i. „financiële diensten": de in bijlage VI omschreven activiteiten. De Stabilisatie- en Associatieraad kan de werkingssfeer van die bijlage uitbreiden of wijzigen.

Artikel 49

1. Kroatië vereenvoudigt het op zijn grondgebied opzetten van werkzaamheden door vennootschappen en onderdanen van de Gemeenschap. Kroatië verleent vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst:

    • i. voor de vestiging van vennootschappen uit de Gemeenschap een niet minder gunstige behandeling dan de behandeling die het verleent aan de eigen vennootschappen, of de behandeling die het verleent aan vennootschappen uit derde landen, indien deze behandeling gunstiger is;

    • ii. voor de werkzaamheden van in Kroatië gevestigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit de Gemeenschap een niet minder gunstige behandeling dan de behandeling die wordt verleend aan de eigen vennootschappen en filialen, of de behandeling die wordt verleend aan de dochterondernemingen of filialen van vennootschappen uit derde landen, indien deze behandeling gunstiger is.

2. De partijen voeren geen nieuwe wettelijke regelingen of maatregelen in die de ten aanzien van de vestiging van vennootschappen uit de Gemeenschap of Kroatische vennootschappen op hun grondgebied of de werkzaamheden van op hun grondgebied gevestigde vennootschappen uit de Gemeenschap of Kroatische vennootschappen discriminerende bepalingen toepassen ten opzichte van de eigen vennootschappen.

3. De Gemeenschap en haar lidstaten verlenen vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst:

    • i. voor de vestiging van Kroatische vennootschappen een niet minder gunstige behandeling dan de behandeling die de lidstaten verlenen aan eigen vennootschappen, of de behandeling die zij verlenen aan vennootschappen uit derde landen, indien deze behandeling gunstiger is;

    • ii. voor de werkzaamheden van op hun grondgebied gevestigde dochterondernemingen en filialen van Kroatische vennootschappen een niet minder gunstige behandeling dan de behandeling die de lidstaten verlenen aan hun eigen vennootschappen en filialen, of de behandeling die zij verlenen aan op hun grondgebied gevestigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit derde landen, indien deze behandeling gunstiger is.

4. Vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst stelt de Stabilisatie- en Associatieraad de modaliteiten vast voor de uitbreiding van bovenstaande bepalingen tot de vestiging van onderdanen van beide partijen bij de overeenkomst die economische activiteiten als zelfstandige wensen uit te oefenen.

5. Onverminderd het bepaalde in dit artikel geldt het volgende:

  • a. dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit de Gemeenschap hebben vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst het recht om in Kroatië onroerend goed te huren en te gebruiken;

  • b. dochterondernemingen van vennootschappen uit de Gemeenschap hebben hetzelfde recht om eigendomsrechten op onroerend goed te verwerven en te genieten als Kroatische vennootschappen en, wat betreft openbare goederen en goederen van algemeen belang, dezelfde rechten als Kroatische vennootschappen, wanneer zulks noodzakelijk is voor de uitoefening van de economische activiteiten waarvoor zij zich gevestigd hebben; deze bepaling is niet van toepassing op natuurlijke hulpbronnen, landbouwgrond, bossen en bosbouwgrond. Vier jaar na de inwerkintreding van de overeenkomst stelt de Associatie- en Stabilisatieraad de modaliteiten vast voor de uitbreiding van de rechten waarin dit lid voorziet tot de uitgesloten sectoren.

  • c. Vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst onderzoekt de Stabilisatie- en Associatieraad de mogelijkheid de onder b) genoemde rechten, met inbegrip van rechten met betrekking tot de uitgesloten sectoren, uit te breiden tot filialen van vennootschappen uit de Gemeenschap.

Artikel 50

1. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 49 en uitgezonderd de in bijlage VI beschreven financiële diensten kan elke partij de vestiging van en de werkzaamheden van vennootschappen en onderdanen op haar grondgebied regelen, voor zover deze regelingen vennootschappen en onderdanen van de andere partij niet discrimineren ten opzichte van de eigen vennootschappen en onderdanen.

2. Ten aanzien van financiële diensten vormt geen van de bepalingen van deze overeenkomst voor een partij een beletsel om prudentiële maatregelen te treffen, zoals om investeerders, depositohouders, verzekeringsnemers of personen jegens wie een fiduciaire verplichting is aangegaan te beschermen of om de integriteit en stabiliteit van het financiële systeem te waarborgen. Dergelijke maatregelen mogen door een partij niet worden aangewend om zich aan de uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen te onttrekken.

3. Geen der bepalingen van deze overeenkomst wordt op zodanige wijze geïnterpreteerd dat zij een partij verplicht tot het verstrekken van informatie betreffende de zaken en de boekhouding van individuele cliënten, dan wel vertrouwelijke of geoctrooieerde informatie die in het bezit is van overheidsinstanties.

Artikel 51

1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn niet van toepassing op het luchtverkeer, de binnenvaart en cabotage in het zeevervoer.

2. De Stabilisatie- en Associatieraad kan aanbevelingen doen voor verbetering van de voorwaarden voor vestiging en het uitoefenen van werkzaamheden op de in lid 1 vermelde gebieden.

Artikel 52

1. Het bepaalde in de artikelen 49 en 50 vormt geen beletsel voor de toepassing door een partij, met betrekking tot de vestiging en werkzaamheden op haar grondgebied van filialen van vennootschappen van een andere partij die op het grondgebied van de eerste partij geen rechtspersoonlijkheid bezitten, van bijzondere regels die gerechtvaardigd zijn op grond van juridische of technische verschillen tussen bedoelde filialen en filialen van vennootschappen die op het grondgebied van de eerste partij rechtspersoonlijkheid bezitten, of, waar het financiële diensten betreft, om prudentiële redenen.

2. Het verschil in behandeling mag niet meer inhouden dan wat strikt noodzakelijk is op grond van deze juridische of technische verschillen of, waar het financiële diensten betreft, om deze prudentiële redenen.

Artikel 53

Teneinde de toegang tot en de uitoefening van gereglementeerde activiteiten in het kader van vrije beroepen in Kroatië respectievelijk de Gemeenschap voor onderdanen van de Gemeenschap respectievelijk Kroatische onderdanen te vergemakkelijken, onderzoekt de Stabilisatie- en Associatieraad welke maatregelen moeten worden getroffen met het oog op de onderlinge erkenning van diploma's. De raad kan daartoe alle noodzakelijke maatregelen nemen.

Artikel 54

1. Een op het grondgebied van Kroatië respectievelijk de Gemeenschap gevestigde vennootschap uit de Gemeenschap respectievelijk Kroatische vennootschap heeft het recht, met inachtneming van de wetgeving van het gastland van vestiging, op het grondgebied van Kroatië respectievelijk de Gemeenschap werknemers die onderdaan zijn van een lidstaat van de Gemeenschap respectievelijk van Kroatië in dienst te nemen of deze door een van haar dochterondernemingen of filialen in dienst te laten nemen, indien dergelijke werknemers een sleutelpositie in de zin van lid 2 van dit artikel bekleden en zij uitsluitend een dienstverband hebben met vennootschappen, dochterondernemingen of filialen. De geldigheidsduur van de verblijfs- en werkvergunningen van deze werknemers is beperkt tot de periode waarin zij als zodanig werkzaam zijn.

2. Werknemers met een sleutelpositie die in dienst zijn van bovengenoemde vennootschappen, hierna „organisaties" genoemd, zijn „binnen de organisatie overgeplaatste personen" als omschreven onder c) van dit lid, van de hierna volgende categorieën, met dien verstande dat de organisatie een rechtspersoon moet zijn en de betrokkenen gedurende ten minste het onmiddellijk aan de overplaatsing voorafgaande jaar in dienst waren van deze organisatie of daarin partners (doch geen aandeelhouders met een meerderheidsbelang) waren:

  • a. personen met een hogere leidinggevende functie binnen een organisatie die in de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor het management van de vestiging, onder het algemene toezicht en de leiding van met name de raad van bestuur of de aandeelhouders of daarmee gelijkgestelde personen; deze personen:

– geven leiding aan een afdeling of onderafdeling van de vestiging;

– houden toezicht op en controleren de werkzaamheden van andere toezichthoudende, gespecialiseerde of leidinggevende werknemers;

– zijn persoonlijk bevoegd werknemers in dienst te nemen en te ontslaan, of indienstneming of ontslag van werknemers of andere maatregelen in het kader van het personeelsbeleid aan te bevelen;

  • b. binnen een organisatie werkzame personen die beschikken over buitengewone kennis die van wezenlijk belang is voor de dienstverlening van de vestiging, de onderzoeksuitrusting, de technische werkzaamheden of het management. Afgezien van de voor het functioneren van de betrokken vestiging vereiste specifieke kennis, kan deze kennis bestaan in de bekwaamheid bepaalde werkzaamheden uit te voeren of een bepaald beroep uit te oefenen waarvoor specifieke technische vaardigheden vereist zijn, evenals, in voorkomend geval, het lidmaatschap van een erkende beroepsgroep;

  • c. een „binnen de organisatie overgeplaatste persoon" is een natuurlijke persoon die voor een organisatie op het grondgebied van een partij werkzaam is en die tijdelijk wordt overgeplaatst in het kader van economische activiteiten op het grondgebied van de andere partij. De betrokken organisatie dient haar belangrijkste handelsactiviteit op het grondgebied van een partij te hebben en de overplaatsing dient te geschieden naar een vestiging (dochteronderneming of filiaal) van deze organisatie die op het grondgebied van de andere partij daadwerkelijk soortgelijke economische activiteiten uitoefent.

3. Toegang tot het grondgebied van de Gemeenschap respectievelijk Kroatië van Kroatische onderdanen respectievelijk onderdanen van de Gemeenschap, wordt verleend en tijdelijk verblijf is toegestaan voor vertegenwoordigers van vennootschappen met een hogere leidinggevende functie als gedefinieerd in lid 2, onder a), binnen een vennootschap, die belast zijn met het opzetten van een dochteronderneming of filiaal in de Gemeenschap van een Kroatische vennootschap, respectievelijk een dochteronderneming of filiaal in Kroatië van een vennootschap uit de Gemeenschap, mits:

– deze vertegenwoordigers zich niet bezig houden met rechtstreekse verkoop of dienstverlening, en

– de vennootschap haar belangrijkste handelsactiviteit buiten de Gemeenschap respectievelijk Kroatië heeft, en geen andere vertegenwoordigers, kantoren, filialen of dochterondernemingen in de betrokken lidstaat van de Gemeenschap respectievelijk Kroatië heeft.

Artikel 55

Kroatië kan in de eerste vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst ten aanzien van de vestiging van vennootschappen en onderdanen van de Gemeenschap maatregelen invoeren die van de bepalingen van dit hoofdstuk afwijken, indien bepaalde industrieën:

– herstructureringen ondergaan of met grote moeilijkheden te kampen hebben, vooral wanneer deze ernstige sociale gevolgen in Kroatië hebben, of

– geconfronteerd worden met verdwijning of drastische vermindering van het totale marktaandeel dat Kroatische vennootschappen of onderdanen in een gegeven sector of bedrijfstak in Kroatië hebben, of

– voor Kroatië nieuwe industrieën zijn.

Dergelijke maatregelen:

    • i. zijn van toepassing tot uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst;

    • ii. zijn redelijk en noodzakelijk voor het oplossen van de situatie, en

    • iii. mogen niet tot discriminatie leiden met betrekking tot de activiteiten van vennootschappen of onderdanen van de Gemeenschap die bij de invoering van een gegeven maatregel reeds in Kroatië zijn gevestigd ten opzichte van Kroatische vennootschappen of onderdanen.

Bij het ontwerpen en uitvoeren van dergelijke maatregelen verleent Kroatië, wanneer zulks mogelijk is, een voorkeursbehandeling aan vennootschappen en onderdanen van de Gemeenschap en in geen geval een behandeling die minder gunstig is dan de behandeling die aan vennootschappen of onderdanen uit een derde land wordt verleend. Kroatië raadpleegt de Associatieraad vóór de invoering van deze maatregelen en legt deze niet eerder ten uitvoer dan één maand na de kennisgeving aan de Associatieraad van de concrete door Kroatië in te voeren maatregelen, behalve wanneer de dreiging van onherstelbare schade spoedeisende maatregelen vereist, in welk geval Kroatië de Associatieraad onmiddellijk na de invoering hiervan raadpleegt.

Na het verstrijken van het derde jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst mogen dergelijke maatregelen door Kroatië uitsluitend met toestemming van de Stabilisatie- en Associatieraad en onder door deze raad vastgestelde voorwaarden worden ingevoerd of gehandhaafd.

HOOFDSTUK III

VERLENEN VAN DIENSTEN

Artikel 56

1. De partijen verbinden zich ertoe overeenkomstig de hiernavolgende bepalingen de nodige stappen te ondernemen om geleidelijk het verrichten van diensten mogelijk te maken door vennootschappen en onderdanen van de Gemeenschap en Kroatische vennootschappen en onderdanen die zijn gevestigd op het grondgebied van een andere partij dan die van de persoon voor wie de diensten worden verricht.

2. Naarmate de in lid 1 bedoelde liberalisering tot stand komt, staan de partijen de tijdelijke verplaatsing toe van natuurlijke personen die de dienst verlenen of als werknemer voor de dienstverlener een sleutelpositie bekleden als omschreven in artikel 54, met inbegrip van natuurlijke personen die vertegenwoordigers zijn van een vennootschap of onderdaan van de Gemeenschap of Kroatië en die tijdelijk toegang wensen te krijgen voor onderhandelingen over de verkoop van diensten of voor het aangaan van overeenkomsten over de verkoop van diensten namens de dienstverlener, voor zover deze vertegenwoordigers niet zelf betrokken zijn bij de openbare directe verkoop of bij de eigenlijke dienstverlening.

3. Vanaf vier jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst neemt de Stabilisatie- en Associatieraad de maatregelen die vereist zijn voor de geleidelijke tenuitvoerlegging van de bepalingen van lid 1. Hierbij wordt rekening gehouden met de vorderingen die de partijen maken bij de onderlinge aanpassing van hun wetgeving.

Artikel 57

1. De partijen treffen geen maatregelen en ondernemen geen acties die de voorwaarden voor het verrichten van diensten door vennootschappen of onderdanen van de Gemeenschap of Kroatische vennootschappen of onderdanen die gevestigd zijn op het grondgebied van een andere partij dan die van de persoon voor wie de diensten worden verricht aanmerkelijk restrictiever maken ten opzichte van de situatie op de dag voorafgaande aan de inwerkingtreding van de overeenkomst.

2. Indien een partij van mening is dat maatregelen die door de andere partij na de inwerkingtreding van de overeenkomst zijn genomen, tot een situatie leiden die ten aanzien van het verrichten van diensten aanmerkelijk restrictiever is dan op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, kan eerstgenoemde partij de andere partij om overleg verzoeken.

Artikel 58

Ten aanzien van vervoersdiensten tussen de Gemeenschap en Kroatië zijn de volgende bepalingen van toepassing:

1. Wat het vervoer over land betreft stelt Protocol nr. 6 de regels vast die van toepassing zijn op de betrekkingen tussen de partijen teneinde te voorzien in, met name, onbeperkt transitoverkeer over de weg door Kroatië en de gehele Gemeenschap, de effectieve toepassing van het verbod op discriminatie en de geleidelijke harmonisatie van de Kroatische vervoerswetgeving met die van de Gemeenschap.

2. De partijen verbinden zich tot daadwerkelijke toepassing van het beginsel van onbeperkte toegang tot de internationale maritieme markt en het internationaal maritiem vervoer op commerciële basis.

  • a. Bovenstaande bepaling doet geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen in het kader van de gedragscode van de Verenigde Naties voor lijnvaartconferences welke voor de ene of de andere partij bij deze overeenkomst van toepassing zijn. Niet bij conferences aangesloten maatschappijen kunnen vrij met een conference concurreren zolang zij zich aan het beginsel van eerlijke concurrentie op commerciële basis houden.

  • b. De partijen bevestigen dat zij vrije concurrentie beschouwen als een essentiële vereiste voor het handelsverkeer in droge en vloeibare bulkgoederen.

3. De partijen verbinden zich ertoe bij de toepassing van de beginselen van lid 2:

  • a. in toekomstige bilaterale overeenkomsten met derde landen geen bepalingen op te nemen inzake vrachtverdeling, tenzij in die uitzonderlijke gevallen waarin de lijnvaartmaatschappijen van de ene of de andere partij bij deze overeenkomst anders geen reële kans zouden krijgen om aan het vervoer van en naar het betrokken derde land deel te nemen;

  • b. het opnemen van vrachtverdelingsregelingen in toekomstige bilaterale overeenkomsten betreffende het vervoer van droge en vloeibare bulkladingen te verbieden;

  • c. bij de inwerkingtreding van de overeenkomst alle eenzijdige maatregelen en administratieve, technische en andere belemmeringen op te heffen die een beperkende of discriminerende invloed kunnen hebben op het vrij verrichten van diensten in het internationaal maritiem vervoer.

  • d. Elke partij verleent aan door onderdanen en vennootschappen van de andere partij geëxploiteerde schepen onder meer geen minder gunstige behandeling dan die welke zij aan haar eigen schepen verleent, ten aanzien van de toegang tot havens die opengesteld zijn voor de internationale handel, het gebruik van de infrastructuur en van de maritieme hulpdiensten van deze havens, alsmede de daarmee verband houdende vergoedingen en kosten, de douanefaciliteiten en de toewijzing van aanlegplaatsen en installaties voor het laden en lossen.

4. Met het oog op gecoördineerde ontwikkeling en geleidelijke liberalisering van het vervoer tussen de partijen in overeenstemming met hun respectieve handelsbehoeften zullen de voorwaarden betreffende de wederzijdse toegang tot elkaars markten voor het luchtvervoer worden vastgelegd in een speciale overeenkomst, waarover tussen de partijen na de inwerkingtreding van onderhavige overeenkomst zal worden onderhandeld.

5. Voor de in lid 4 bedoelde overeenkomst is gesloten nemen de partijen geen maatregelen die verdergaande beperkingen of discriminatie inhouden ten opzichte van de situatie vóór de inwerkingtreding van de overeenkomst.

6. Kroatië past zijn wetgeving, met inbegrip van zijn administratieve, technische en andere voorschriften, geleidelijk aan aan de communautaire wetgeving op het gebied van het vervoer door de lucht en over land zoals die op enig ogenblik van kracht is, voor zover dit dienstig is voor de liberalisering en wederzijdse toegang tot de markten van de partijen, en het verkeer van reizigers en goederen vergemakkelijkt.

7. De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt, met inachtneming van de stand van zaken betreffende de gezamenlijke verwezenlijking van de doelstellingen van dit hoofdstuk, hoe de noodzakelijke voorwaarden voor het vergroten van de vrijheid van dienstlening in het vervoer door de lucht en over land tot stand kunnen worden gebracht.

HOOFDSTUK IV

BETALINGS- EN KAPITAALVERKEER

Artikel 59

De partijen verbinden zich ertoe, overeenkomstig artikel VIII van de Statuten van het Internationaal Monetair Fonds, machtiging te verlenen tot alle betalingen en overboekingen in vrij convertibele valuta op de lopende rekening van de betalingsbalans tussen de Gemeenschap en Kroatië.

Artikel 60

1. Met betrekking tot verrichtingen op de kapitaalrekening en de financiële rekening van de betalingsbalans waarborgen de partijen vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst het vrije verkeer van kapitaal met betrekking tot directe investeringen in ondernemingen die volgens het recht van het gastland zijn opgericht, en investeringen in overeenstemming met hoofdstuk II van titel V, alsmede de liquidatie en repatriëring van die investeringen en van alle opbrengsten daarvan.

2. Met betrekking tot verrichtingen op de kapitaalrekening van de betalingsbalans waarborgen de partijen het vrije verkeer van kapitaal met betrekking tot kredieten die verband houden met handelstransacties of het verrichten van diensten waarbij een ingezetene van een der partijen betrokken is, alsmede met financiële leningen en kredieten met een looptijd van meer dan een jaar.

Vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst staat Kroatië, door volledige en snelle gebruikmaking van zijn bestaande procedures, de verwerving van onroerend goed door onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie toe, met uitzondering van de gebieden en aangelegenheden vermeld in bijlage VII. Gedurende de vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst past Kroatië zijn wetgeving inzake de verwerving van onroerend goed door onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie geleidelijk aan, zodat deze dezelfde behandeling genieten als Kroatische onderdanen. Aan het einde van het vierde jaar na de inwerkintreding van de overeenkomst stelt de Associatie- en Stabilisatieraad de modaliteiten vast voor de uitbreiding van deze rechten tot de in bijlage VII vermelde gebieden en aangelegenheden.

De partijen waarborgen voorts vanaf het vierde jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst het vrije verkeer van kapitaal in verband met beleggingen en financiële leningen en kredieten met een looptijd van minder dan een jaar.

3. Onverminderd het bepaalde in lid 1 stellen de partijen geen nieuwe beperkingen in op het kapitaalverkeer en de lopende betalingen tussen ingezetenen van de Gemeenschap en van Kroatië, en brengen zij in de bestaande regelingen geen verdere restricties aan.

4. Onverminderd het bepaalde in artikel 59 en in dit artikel mogen de Gemeenschap en Kroatië in uitzonderlijke gevallen, wanneer het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië ernstige moeilijkheden veroorzaakt of dreigt te veroorzaken voor de werking van het wisselkoersbeleid of het monetaire beleid in de Gemeenschap of Kroatië, vrijwaringsmaatregelen nemen ten aanzien van het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië voor een periode van ten hoogste zes maanden, indien dergelijke maatregelen absoluut noodzakelijk zijn.

5. Geen van bovenstaande bepalingen mag worden uitgelegd als een beperking van het recht van de economische subjecten van de partijen op een gunstiger behandeling, waarin kan zijn voorzien in bestaande bilaterale of multilaterale overeenkomsten waarbij de partijen bij deze overeenkomst betrokken zijn.

6. De partijen plegen overleg teneinde het kapitaalverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië te vergemakkelijken met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van deze overeenkomst.

Artikel 61

1. Gedurende de vier jaren volgend op de inwerkingtreding van de overeenkomst nemen de partijen maatregelen om de voorwaarden tot stand te brengen voor verdere geleidelijke toepassing van de communautaire regelgeving betreffende het vrije verkeer van kapitaal.

2. Aan het einde van het vierde jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst gaat de Stabilisatie- en Associatieraad na op welke wijze de communautaire regelgeving betreffende het kapitaalverkeer volledig kan worden toegepast.

HOOFDSTUK V

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 62

1. De bepalingen van deze titel zijn van toepassing behoudens beperkingen die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de openbare orde, de openbare veiligheid of de volksgezondheid.

2. Zij zijn niet van toepassing op activiteiten die op het grondgebied van een partij verband houden, ook indien slechts incidenteel, met de uitoefening van het openbaar gezag.

Artikel 63

Voor de toepassing van deze titel belet geen van de bepalingen van deze overeenkomst de partijen hun wetten en voorschriften betreffende toelating en verblijf, werkgelegenheid, arbeidsvoorwaarden, vestiging van natuurlijke personen en het verrichten van diensten toe te passen, mits zij dat niet op zodanige wijze doen dat de voor een partij uit een specifieke bepaling van de overeenkomst voortvloeiende voordelen teniet gedaan of beperkt worden. Deze bepaling doet geen afbreuk aan de toepassing van artikel 62.

Artikel 64

Vennootschappen die gezamenlijk door Kroatische vennootschappen of onderdanen en vennootschappen of onderdanen van de Gemeenschap worden bestuurd en hun exclusieve eigendom zijn, vallen eveneens onder de bepalingen van deze titel.

Artikel 65

1. De overeenkomstig de bepalingen van deze titel toegekende meestbegunstigingsbehandeling is niet van toepassing op de belastingvoordelen waarin de partijen voorzien of in de toekomst zullen voorzien in het kader van overeenkomsten ter voorkoming van dubbele belastingheffing of andere fiscale regelingen.

2. Niets in deze titel mag worden uitgelegd als een beletsel voor de vaststelling of tenuitvoerlegging door de partijen van maatregelen ter voorkoming van belastingontwijking of belastingontduiking overeenkomstig de belastingvoorschriften van overeenkomsten ter voorkoming van dubbele belastingheffing en andere fiscale regelingen of de nationale fiscale wetgeving.

3. Niets in deze titel mag worden uitgelegd als een beletsel voor de lidstaten of voor Kroatië om bij de toepassing van de desbetreffende bepalingen van hun fiscaal recht een onderscheid te maken tussen belastingplichtigen die zich niet in identieke situaties bevinden, in het bijzonder met betrekking tot hun woonplaats.

Artikel 66

1. De partijen vermijden zoveel mogelijk het opleggen van beperkende maatregelen om redenen verband houdende met de betalingsbalans, met inbegrip van maatregelen met betrekking tot de invoer. Indien dergelijke maatregelen worden genomen, verstrekt de partij die ze heeft genomen de andere partij zo spoedig mogelijk een tijdschema voor de opheffing ervan.

2. Bij ernstige betalingsbalansproblemen in een of meer lidstaten respectievelijk Kroatië, of onmiddellijke dreiging van dergelijke problemen, kan de Gemeenschap respectievelijk Kroatië in overeenstemming met de krachtens de WTO-overeenkomst bepaalde voorwaarden beperkende maatregelen treffen, met inbegrip van maatregelen met betrekking tot de invoer; deze maatregelen zijn van beperkte duur en mogen niet verder reiken dan wat noodzakelijk is om de situatie van de betalingsbalans te herstellen. De Gemeenschap of Kroatië, al naar gelang van het geval, stelt de andere partij hiervan onverwijld in kennis.

3. De beperkende maatregelen mogen geen betrekking hebben op overmakingen in verband met investeringen, inzonderheid de repatriëring van geïnvesteerde of geherinvesteerde bedragen en van daaruit voortvloeiende inkomsten van ongeacht welke aard.

Artikel 67

De bepalingen van deze titel worden geleidelijk aangepast, met name in het licht van de eisen die voortvloeien uit artikel V van de Algemene Overeenkomst inzake de handel in diensten (GATS).

Artikel 68

De bepalingen van deze overeenkomst doen geen afbreuk aan toepassing door elke partij van alle maatregelen die nodig zijn om te voorkomen dat de door haar getroffen maatregelen ten aanzien van toegang van derde landen tot haar markt worden ontdoken via de bepalingen van deze overeenkomst.

TITEL VI

HARMONISATIE VAN WETGEVING, RECHTSHANDHAVING EN MEDEDINGINGSREGELS

Artikel 69

1. De partijen erkennen het belang van de aanpassing van de bestaande wetgeving van Kroatië aan die van de Gemeenschap. Kroatië streeft ernaar zijn huidige en toekomstige wetgeving geleidelijk in overeenstemming te brengen met het acquis van de Gemeenschap.

2. Deze aanpassing begint bij de inwerkingtreding van de overeenkomst en wordt in de loop van de periode die is vastgesteld in artikel 5 van deze overeenkomst geleidelijk uitgebreid tot alle in de overeenkomst genoemde onderdelen van het acquis van de Gemeenschap. In de eerste fase is de aanpassing met name gericht op fundamentele onderdelen van het acquis betreffende de interne markt en andere met de handel verband houdende terreinen, op basis van een door de Commissie van de Europese Gemeenschappen en Kroatië overeen te komen programma. Kroatië stelt tevens, in overeenstemming met de Commissie van de Europese Gemeenschappen, de modaliteiten vast voor het toezicht op de tenuitvoerlegging van de aanpassing van de wetgeving en de te treffen rechtshandhavingsmaatregelen.

Artikel 70

Bepalingen betreffende mededinging en andere economische bepalingen

1. Onverenigbaar met de goede werking van de overeenkomst zijn, voorzover de handel tussen de Gemeenschap en Kroatië daardoor ongunstig kan worden beïnvloed:

    • i. alle overeenkomsten tussen ondernemingen, alle besluiten van ondernemersverenigingen en alle onderling afgestemde feitelijke gedragingen van ondernemingen welke ertoe strekken of die ten gevolge hebben dat de mededinging wordt verhinderd, beperkt of vervalst;

    • ii. misbruik door een of meer ondernemingen van een machtspositie op het gehele grondgebied van de Gemeenschap of van Kroatië of op een wezenlijk deel daarvan;

    • iii. alle steunmaatregelen van de staten die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde goederen vervalsen of dreigen te vervalsen.

2. Alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, worden beoordeeld aan de hand van de criteria die voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels die van toepassing zijn in de Gemeenschap, inzonderheid de artikelen 81, 82, 86 en 87 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en de besluiten die ter interpretatie hiervan door de instellingen van de Gemeenschap zijn vastgesteld.

3. De partijen zien erop toe dat een overheidsinstantie die onafhankelijk kan optreden wordt voorzien van de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor de volledige toepassing van lid 1, onder i) en ii), van dit artikel ten aanzien van particuliere en overheidsondernemingen en ondernemingen aan welke bijzondere rechten zijn verleend.

4. Binnen één jaar na de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst stelt Kroatië een overheidsinstantie in die onafhankelijk kan optreden en die wordt voorzien van de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor de volledige toepassing van lid 1, onder iii), van dit artikel. Deze instantie beschikt onder meer over de bevoegdheid toestemming te verlenen voor steunregelingen van de overheid, overeenkomstig lid 2 van dit artikel, alsmede de bevoegdheid terugbetaling van onwettig verleende overheidssteun te vorderen.

5. Elke partij draagt zorg voor transparantie ten aanzien van de overheidssteun, met name door de andere partij een jaarverslag of een gelijkwaardig rapport te doen toekomen, waarbij de methodologie en de presentatie worden gevolgd van het overzicht van de overheidssteun dat door de Gemeenschap wordt opgesteld. Op verzoek van een van de partijen verstrekt de andere partij informatie over bepaalde afzonderlijke steunmaatregelen van de overheid.

6. Kroatië stelt een volledig overzicht op van de steunregelingen die vóór de oprichting van de instantie bedoeld in lid 4 zijn ingesteld, en past deze steunregelingen binnen vier jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst aan volgens de criteria bedoeld in lid 2 van dit artikel.

7. a. Voor de toepassing van het bepaalde in lid 1, onder iii), komen de partijen overeen dat tijdens de eerste vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst alle door Kroatië toegekende overheidssteun wordt beoordeeld met inachtneming van het feit dat Kroatië wordt beschouwd als een regio overeenkomend met de in artikel 87, lid 3, onder a), van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bedoelde streken van de Gemeenschap.

  • b. Binnen drie jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst verstrekt Kroatië de Commissie van de Europese Gemeenschappen de BBP-cijfers per hoofd van de bevolking, geharmoniseerd op NUTS II-niveau. De in lid 4 bedoelde instantie en de Commissie van de Europese Gemeenschappen zullen dan gezamenlijk evalueren welke regio's van Kroatië voor overheidssteun in aanmerking komen, alsmede hoeveel de maximale steun voor die regio's mag bedragen, teneinde op basis van de desbetreffende communautaire richtsnoeren het regionale steunoverzicht op te stellen.

8. Met betrekking tot de producten vermeld in hoofdstuk II van titel IV:

– is het bepaalde in lid 1, onder iii), niet van toepassing;

– dienen alle praktijken die in strijd zijn met lid 1, onder i), te worden beoordeeld aan de hand van de criteria die door de Gemeenschap zijn vastgesteld op grond van de artikelen 36 en 37 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en specifieke communautaire instrumenten die op deze basis zijn vastgesteld.

9. Indien een der partijen van mening is dat een bepaalde praktijk onverenigbaar is met lid 1 van dit artikel, kan zij passende maatregelen nemen na overleg in de Stabilisatie- en Associatieraad of na een termijn van 30 werkdagen volgende op het verzoek om dergelijk overleg.

Niets in dit artikel vormt een beletsel of een hindernis voor het nemen van antidumpingmaatregelen of compenserende maatregelen door de partijen overeenkomstig de desbetreffende artikelen van de GATT 1994 en de WTO-overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen, of hun interne wetgeving op dit gebied.

Artikel 71 Intellectuele, industriële en commerciële eigendom

1. Overeenkomstig de bepalingen van dit artikel en bijlage VIII bevestigen de partijen het belang dat zij hechten aan een adequate en efficiënte bescherming van intellectuele-, industriële en commerciële-eigendomsrechten.

2. Kroatië treft de nodige maatregelen om te garanderen dat uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst de bescherming van de intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten op een niveau is dat overeenkomt met het niveau in de Gemeenschap, met inbegrip van effectieve middelen om deze rechten af te dwingen.

3. De Stabilisatie- en Associatieraad kan besluiten Kroatië te verplichten toe te treden tot specifieke multilaterale overeenkomsten op dit terrein.

4. Indien zich op het gebied van intellectuele, industriële en commerciële eigendom problemen voordoen die de handelsvoorwaarden ongunstig beïnvloeden, dan worden zij, op verzoek van een der partijen, onverwijld aan de Stabilisatie- en Associatieraad voorgelegd om tot een voor beide partijen bevredigende oplossing te komen.

Artikel 72 Overheidsopdrachten

1. De partijen beschouwen het openbaar maken van de aanbesteding van overheidsopdrachten op grond van non-discriminatie en wederkerigheid, vooral in het kader van de WTO, als een na te streven doel.

2. Kroatische vennootschappen krijgen, ongeacht of zij in de Gemeenschap zijn gevestigd, vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst, toegang tot aanbestedingsprocedures in de Gemeenschap overeenkomstig de daarvoor in de Gemeenschap geldende regelingen en krijgen daarbij een behandeling die niet minder gunstig is dan de aan vennootschappen van de Gemeenschap verleende behandeling.

Bovenstaande bepalingen zullen ook van toepassing zijn op contracten in de nutssector, zodra Kroatië de wetgeving die de communautaire regels op dit terrein invoert, heeft vastgesteld. De Gemeenschap onderzoekt op gezette tijden of Kroatië deze wetgeving inderdaad heeft ingevoerd.

Vennootschappen uit de Gemeenschap die niet in Kroatië zijn gevestigd, krijgen uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst toegang tot aanbestedingsprocedures in Kroatië overeenkomstig de Wet inzake overheidsopdrachten, en krijgen daarbij een behandeling die niet minder gunstig is dan de aan Kroatische vennootschappen verleende behandeling. Vennootschappen uit de Gemeenschap die overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk II van titel V in Kroatië zijn gevestigd, krijgen vanaf de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst toegang tot aanbestedingsprocedures, en krijgen daarbij een behandeling die niet minder gunstig is dan de behandeling die aan Kroatische vennootschappen wordt verleend.

De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt op gezette tijden de mogelijkheid voor Kroatië om alle vennootschappen van de Gemeenschap toegang te verlenen tot aanbestedingsprocedures in Kroatië.

3. De artikelen 45 tot en met 68 zijn van toepassing op de vestiging, de activiteiten, de dienstverrichtingen tussen de Gemeenschap en Kroatië alsmede de indienstneming en het verkeer van werknemers in verband met de uitvoering van overheidsopdrachten.

Artikel 73 Normalisatie, metrologie, accreditering en conformiteitsbeoordeling

1. Kroatië neemt de nodige maatregelen om de wetgeving geleidelijk in overeenstemming te brengen met de technische regelgeving van de Gemeenschap en de Europese procedures voor normalisatie, metrologie, accreditering en conformiteitsbeoordeling.

2. De partijen beginnen daartoe in een vroeg stadium met:

– de bevordering van de toepassing van communautaire technische voorschriften en Europese normen en keurings- en conformiteitsbeoordelingsprocedures;

– sluiting van Europese protocollen voor conformiteitsbeoordeling, indien nuttig;

– bevordering van de ontwikkeling van een kwaliteitsinfrastructuur: normalisatie, metrologie, accreditering en conformiteitsbeoordeling;

– stimulering van de deelname van Kroatië aan de activiteiten van gespecialiseerde Europese organisaties, met name CEN, Cenelec, ETSI, EA, Welmec en Euromet.

Artikel 74 Bescherming van de consument

De partijen werken samen om de normen voor de bescherming van de consument in Kroatië aan te passen aan die in de Gemeenschap. Effectieve bescherming van de consument is noodzakelijk voor een goed functionerende markteconomie, en deze bescherming is afhankelijk van de ontwikkeling van een administratieve infrastructuur voor markttoezicht en rechtshandhaving op dit terrein.

Daartoe en ter behartiging van hun gemeenschappelijke belangen zorgen de partijen voor:

– harmonisatie van de wetgeving en de aanpassing van de bescherming van de consument in Kroatië aan de bescherming die de consument in de Gemeenschap geniet;

– een beleid gericht op actieve bescherming van de consument, betere voorlichting en de ontwikkeling van onafhankelijke organisaties;

– effectieve juridische bescherming van de consument teneinde de kwaliteit van consumptiegoederen te verbeteren en passende veiligheidsnormen in stand te houden.

TITEL VII

JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

INLEIDING

Artikel 75 Institutionele versterking en de rechtsstaat

Bij de samenwerking op het gebied van justitie en binnenlandse zaken schenken de partijen bijzondere aandacht aan consolidatie van de rechtsstaat en institutionele versterking op alle niveaus, bij de overheid in het algemeen en bij de rechtshandhaving en het justitiële apparaat in het bijzonder.

De samenwerking op justitieel gebied zal vooral gericht zijn op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en een doeltreffender rechtspraak, en op opleiding van rechtsbeoefenaars.

SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN HET VERKEER VAN PERSONEN

Artikel 76 Visa, grenscontrole, asiel en migratie

1. De partijen werken samen op het gebied van visa, grenscontrole, asiel en migratie en stellen een kader in voor die samenwerking, ook op regionaal niveau.

2. De samenwerking aangaande in lid 1 genoemde kwesties is gebaseerd op wederzijds overleg en nauwe coördinatie tussen de partijen, en omvat onder andere technische en administratieve bijstand voor:

– de uitwisseling van informatie over wetgeving en praktijken;

– het opstellen van wetgeving;

– grotere efficiëntie van de instellingen;

– opleiding van personeel;

– betrouwbaarheid van reisdocumenten en herkenning van valse documenten.

3. De samenwerking is vooral gericht:

– met betrekking tot asiel: op de ontwikkeling en tenuitvoerlegging van nationale wetgeving die voldoet aan de normen van het Verdrag van Genève van 1951 en het Protocol van New York van 1967, zodat gegarandeerd wordt dat niemand wordt teruggezonden naar het land van vervolging (het principe van non-refoulement).

– met betrekking tot legale migratie: op toelatingsregels en -rechten en de status van de toegelaten personen. Ten aanzien van migratie komen de partijen overeen onderdanen van derde landen die legaal op hun grondgebied verblijven een billijke behandeling te geven, en een integratiebeleid te bevorderen dat deze onderdanen rechten en plichten geeft die vergelijkbaar zijn met die van hun staatsburgers.

De Stabilisatie- en Associatieraad kan andere onderwerpen voor samenwerking in het kader van dit artikel aanbevelen.

Artikel 77 Preventie van en controle op illegale immigratie; overname

1. De partijen werken samen teneinde illegale immigratie te voorkomen en controleren. Hiertoe geldt het volgende:

– Kroatië verbindt zich ertoe zijn onderdanen die illegaal op het grondgebied van een lidstaat verblijven op verzoek van die lidstaat zonder verdere formaliteiten over te nemen;

– alle lidstaten van de Europese Unie verbinden zich ertoe hun onderdanen die illegaal op het grondgebied van Kroatië verblijven op verzoek van Kroatië zonder verdere formaliteiten over te nemen.

De lidstaten van de Europese Unie en Kroatië verstrekken hun onderdanen passende identiteitsdocumenten en de administratieve faciliteiten die voor dit doel noodzakelijk zijn.

2. De partijen komen overeen dat op verzoek een overeenkomst zal worden gesloten tussen Kroatië en de Europese Gemeenschap waarbij specifieke verplichtingen voor Kroatië en de lidstaten van de Europese Unie worden geregeld voor overname, met inbegrip van een verplichting tot overname van onderdanen van andere landen en stateloze personen.

3. In afwachting van de sluiting van de in lid 2 bedoelde overeenkomst met de Gemeenschap verbindt Kroatië zich ertoe op verzoek van een lidstaat bilaterale overeenkomsten te sluiten met afzonderlijke lidstaten van de Europese Unie waarbij specifieke verplichtingen voor overname tussen Kroatië en de betrokken lidstaat worden geregeld, met inbegrip van een verplichting tot overname van onderdanen van andere landen en stateloze personen.

4. De Stabilisatie- en Associatieraad onderzoekt welke gezamenlijk inspanningen gedaan kunnen worden illegale immigratie, met inbegrip van mensenhandel, te voorkomen en beheersen.

SAMENWERKING INZAKE DE BESTRIJDING VAN HET WITWASSEN VAN GELD EN DE BESTRIJDING VAN DRUGS

Artikel 78 Witwassen van geld

1. De partijen zijn het erover eens dat alle mogelijke inspanningen en samenwerking geboden zijn om te voorkomen dat hun financiële stelsels worden misbruikt voor het witwassen van de opbrengsten van criminele activiteiten in het algemeen en drugsmisdrijven in het bijzonder.

2. De samenwerking op dit gebied omvat administratieve en technische bijstand voor de tenuitvoerlegging van voorschriften en de efficiënte werking van passende normen en mechanismen ter voorkoming van het witwassen van geld, die gelijkwaardig zijn met die welke zijn vastgesteld door de Gemeenschap en internationale fora op dit gebied.

Artikel 79 Samenwerking op het gebied van drugs

1. De partijen werken binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden samen om een evenwichtige en geïntegreerde benadering van drugsbestrijding te waarborgen. Het beleid en de activiteiten ter bestrijding van drugs zijn gericht op het terugdringen van het aanbod van, de handel in en de vraag naar illegale drugs, en een effectievere controle op precursoren.

2. De partijen komen overeen welke samenwerkingsmethoden nodig zijn om deze doelstellingen te bereiken. De activiteiten worden gebaseerd op gezamenlijk overeengekomen principes in overeenstemming met het drugsbeleid van de EU.

De samenwerking tussen de partijen omvat technische en administratieve bijstand, met name op de volgende terreinen:

– opstelling van nationale wetgeving en nationaal beleid;

– oprichting van instellingen en informatiecentra;

– opleiding van personeel;

– onderzoek in verband met drugs;

– preventie van oneigenlijk gebruik van precursoren voor de illegale productie van drugs.

De partijen kunnen overeenkomen de samenwerking tot andere terreinen uit te breiden.

SAMENWERKING OP STRAFRECHTELIJK GEBIED

Artikel 80 Voorkoming en bestrijding van misdrijven en andere illegale activiteiten

1. De partijen komen overeen samen te werken bij de voorkoming en bestrijding van al dan niet georganiseerde criminele en illegale activiteiten, zoals:

– mensenhandel;

– illegale economische activiteiten, en met name corruptie, valsemunterij en illegale transacties waarbij goederen als industrieel afval, radioactief materiaal en illegale en nagemaakte producten betrokken zijn;

– illegale handel in drugs en psychotrope stoffen;

– smokkelarij;

– illegale wapenhandel;

– terrorisme.

Over de samenwerking aangaande voornoemde zaken zullen overleg en nauwe coördinatie tussen de partijen plaatsvinden.

2. De administratieve en technische bijstand op dit gebied kan betrekking hebben op:

– de opstelling van nationale wetgeving op het gebied van het strafrecht;

– vergroting van de efficiëntie van de instellingen die belast zijn met de bestrijding en voorkoming van criminaliteit;

– opleiding van personeel en ontwikkeling van onderzoeksfaciliteiten;

– formulering van maatregelen ter bestrijding van criminaliteit.

TITEL VIII

SAMENWERKINGSBELEID

Artikel 81

1. De Gemeenschap en Kroatië werken nauw samen om de ontwikkeling en het groeipotentieel van Kroatië te bevorderen. Die samenwerking versterkt de bestaande economische banden op een zo breed mogelijke basis, ten voordele van beide partijen.

2. Beleid en andere maatregelen zijn gericht op de economische en sociale ontwikkeling van Kroatië. Daarbij dient ervoor te worden gezorgd dat de milieuaspecten vanaf het begin volledig in het beleid worden geïntegreerd, en moet rekening worden gehouden met de eisen van een harmonieuze sociale ontwikkeling.

3. Het samenwerkingsbeleid moet in een regionaal samenwerkingskader worden geïntegreerd. Bijzondere aandacht moet worden geschonken aan maatregelen die de samenwerking tussen Kroatië en zijn buurlanden, waaronder lidstaten, bevorderen en aldus bijdragen tot de regionale stabiliteit. De Stabilisatie- en Associatieraad kan binnen onderstaande beleidsterreinen voor samenwerking en tussen deze terreinen onderling prioriteiten vaststellen.

Artikel 82 Economisch beleid

1. De Gemeenschap en Kroatië vergemakkelijken het proces van economische hervormingen en integratie door samenwerking die gericht is op beter inzicht in de basisbeginselen van elkaars economie en op de formulering en uitvoering van economisch beleid in het kader van een markteconomie.

2. De Gemeenschap en Kroatië werken daarom samen op de volgende terreinen:

– uitwisseling van informatie over macro-economische prestaties en vooruitzichten en over ontwikkelingsstrategieën;

– gezamenlijke analyse van economische kwesties van wederzijds belang, waaronder de formulering van economisch beleid en de instrumenten voor de uitvoering van dat beleid;

– bevordering van bredere samenwerking om de instroom van kennis en de toegang tot nieuwe technologieën te versnellen.

3. Op verzoek van de Kroatische autoriteiten verstrekt de Gemeenschap technische bijstand ter ondersteuning van het streven van Kroatië naar geleidelijke aanpassing van zijn beleid aan de Economische en Monetaire Unie. De samenwerking op dit gebied omvat onder andere informele uitwisseling van gegevens over de beginselen en het functioneren van de Economische en Monetaire Unie en het Europees Systeem van centrale banken.

Artikel 83 Samenwerking op het gebied van statistiek

1. De samenwerking op het gebied van statistiek is gericht op ontwikkeling van een efficiënt en duurzaam statistisch stelsel dat in staat is tijdig de betrouwbare, objectieve en nauwkeurige gegevens te leveren die nodig zijn om het overgangs- en hervormingsproces in Kroatië te plannen en te volgen. Dit moet het Centrale Bureau voor de Statistiek van Kroatië in staat stellen beter aan de behoeften van zijn afnemers (overheid en particuliere sector) te voldoen. Het statistische stelsel moet voldoen aan de fundamentele beginselen van de statistiek die door de Verenigde Naties zijn uitgevaardigd en aan de vereisten van de Europese statistiekwetgeving, en moet worden aangepast aan het acquis van de Gemeenschap.

2. Met het oog daarop kan de samenwerking vooral gericht zijn op het volgende:

– bevordering van de ontwikkeling van een efficiënte statistische dienst in Kroatië, op basis van een geschikt institutioneel kader;

– harmonisatie met internationale en Europese normen en classificaties, zodat het nationale statistische stelsel het acquis van de Gemeenschap op statistisch gebied kan overnemen;

– verstrekking van geschikte sociaal-economische gegevens aan economische operatoren in de openbare en de particuliere sector en de onderzoeksgemeenschap;

– verstrekking van de gegevens om de economische hervormingen in stand te kunnen houden en te kunnen controleren;

– waarborging van de vertrouwelijkheid van persoonsgegevens;

– geleidelijke intensivering van de verzameling van gegevens en doorgifte daarvan aan het Europees statistisch systeem.

3. De samenwerking in dit verband omvat in het bijzonder uitwisseling van informatie inzake methoden, overdracht van kennis en training.

Artikel 84 Financiële diensten, banksector, verzekeringen

1. De partijen werken samen om een passend kader te creëren en te ontwikkelen voor het stimuleren van het bank- en verzekeringswezen en van de financiële dienstverlening in Kroatië.

De samenwerking is met name gericht op:

– de invoering van een met de Europese normen verenigbaar boekhoudsysteem;

– de versterking en herstructurering van het bank- en verzekeringswezen en van andere financiële sectoren;

– de verbetering van het toezicht op en de reglementering van het bankwezen en andere financiële diensten;

– de uitwisseling van informatie, in het bijzonder in verband met wetsvoorstellen;

– de opstelling van vertalingen en terminologische glossaria.

2. De partijen werken samen met het oog op de ontwikkeling in Kroatië van efficiënte systemen op het gebied van boekhoudcontrole, gebaseerd op de gebruikelijke communautaire methoden en procedures.

De samenwerking is met name gericht op:

– technische bijstand aan de Kroatische Rekenkamer;

– de oprichting van interne afdelingen voor boekhoudcontrole in overheidsinstanties;

– de uitwisseling van informatie over boekhoudcontrolesystemen;

– standaardisering van de documenten voor boekhoudcontroles;

– opleiding en adviesverlening.

Artikel 85 Stimulering en bescherming van investeringen

1. De samenwerking tussen de partijen is gericht op de totstandbrenging van een gunstig klimaat voor binnen- en buitenlandse particuliere investeringen.

2. De samenwerking is in het bijzonder gericht op de volgende doelstellingen:

– het tot stand brengen in Kroatië van een juridisch kader dat investeringen stimuleert en beschermt;

– het sluiten, waar nodig, van bilaterale overeenkomsten met de lidstaten ter bevordering en bescherming van investeringen;

– betere bescherming van investeringen.

Artikel 86 Samenwerking op het gebied van de industrie

1. De samenwerking is gericht op het bevorderen van de modernisering en de herstructurering van de industrie en van individuele sectoren in Kroatië alsmede de samenwerking op het gebied van de industrie tussen het bedrijfsleven aan beide zijden, in het bijzonder om de particuliere sector te versterken, waarbij de bescherming van het milieu gegarandeerd moet worden.

2. Samenwerkingsinitiatieven op het gebied van de industrie dienen een afspiegeling te zijn van prioriteiten die de door de partijen zijn vastgesteld. Rekening wordt gehouden met de regionale aspecten van industriële ontwikkeling, en waar nodig worden transnationale partnerschappen gestimuleerd. De initiatieven dienen in het bijzonder te zijn gericht op het creëren van een passend kader voor het bedrijfsleven, beter management, stimulering van markten, transparantie van de markt en het ondernemingsklimaat. Bijzondere aandacht wordt geschonken aan het opzetten van efficiënte exportpromotieactiviteiten in Kroatië.

Artikel 87 Midden- en kleinbedrijf

De partijen streven ernaar het midden- en kleinbedrijf in de particuliere sector te ontwikkelen en te versterken, nieuwe ondernemingen op te richten op terreinen met groeipotentieel en de samenwerking tussen het midden- en kleinbedrijf in de Gemeenschap en Kroatië te vergroten.

Artikel 88 Toerisme

1. De samenwerking op het gebied van het toerisme is gericht op het vergemakkelijken en bevorderen van het toerisme en de toeristische sector door kennisoverdracht, deelname van Kroatië aan belangrijke Europese organisaties voor toerisme en het onderzoeken van de mogelijkheden voor gemeenschappelijke activiteiten.

2. De samenwerking omvat in het bijzonder:

– uitwisseling van informatie over belangrijke kwesties van wederzijds belang in de toeristische sector en overdracht van kennis;

– stimulering van de totstandbrenging van infrastructuur die tot investeringen in de toeristische sector kan leiden;

– onderzoek naar regionale toerismeprojecten.

Artikel 89 Douane

1. De partijen werken samen om te bewerkstelligen dat alle op goedkeuring wachtende bepalingen betreffende het handelsverkeer worden nageleefd en dat het Kroatische douanesysteem aan dat van de Gemeenschap wordt aangepast, waardoor de in het kader van deze overeenkomst geplande stappen in de richting van liberalisering worden vergemakkelijkt.

2. De samenwerking omvat in het bijzonder:

– de mogelijkheid van koppeling van het douanevervoersysteem van de Gemeenschap aan dat van Kroatië, alsmede het gebruik van het enig document;

– verbetering en vereenvoudiging van de controles en formaliteiten voor het goederenvervoer;

– ontwikkeling van grensoverschrijdende infrastructuur tussen de partijen;

– verlening van steun in het kader van de douanesamenwerking bij de invoering van moderne douane-informatiesystemen;

– uitwisseling van informatie, ook met betrekking tot onderzoeksmethoden;

– invoering door Kroatië van de gecombineerde nomenclatuur;

– opleiding van douanefunctionarissen.

3. Onverminderd de verdere bepalingen inzake samenwerking in deze overeenkomst, in het bijzonder de artikelen 77, 78 en 80, vindt de wederzijdse bijstand tussen de administratieve autoriteiten op douanegebied van de partijen plaats overeenkomstig de bepalingen van Protocol 5.

Artikel 90 Belastingen

De partijen stellen samenwerking in op belastinggebied waaronder maatregelen voor de hervorming van het belastingstelsel, en de herstructurering van de belastingdienst, om te zorgen voor efficiëntie bij het innen van belastingen en de bestrijding van belastingfraude.

Artikel 91 Samenwerking op sociaal gebied

1. Op het gebied van de werkgelegenheid heeft de samenwerking tussen de partijen voornamelijk betrekking op het verbeteren van de diensten voor arbeidsbemiddeling en loopbaanadvies, ondersteuningsmaatregelen en het stimuleren van de plaatselijke ontwikkeling om de herstructurering van industrie en arbeidsmarkt te begeleiden. De samenwerking vindt tevens plaats in de vorm van studies, detachering van deskundigen, voorlichting en opleiding.

2. Op het gebied van de sociale zekerheid is de samenwerking tussen de partijen gericht op het aanpassen van het Kroatische stelsel voor sociale zekerheid aan de nieuwe economische en sociale eisen, in hoofdzaak door terbeschikkingstelling van deskundigen en verstrekking van voorlichting en opleiding.

3. De samenwerking tussen partijen omvat de aanpassing van de Kroatische wetgeving aangaande de arbeidsvoorwaarden en gelijke kansen voor mannen en vrouwen.

4. De partijen werken samen om het peil van de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van werknemers te verbeteren, met als referentiepunt de mate van bescherming die in de Gemeenschap bestaat.

Artikel 92 Landbouw en de agro-industriële sector

De samenwerking op dit terrein is gericht op modernisering en herstructurering van de landbouw en de agro-industriële sector volgens de voorschriften en normen van de Gemeenschap, waterbeheer, plattelandsontwikkeling, geleidelijke harmonisatie van de wetgeving op sanitair en fytosanitair gebied met de communautaire normen, en de ontwikkeling van de visserij en de bosbouw in Kroatië.

Artikel 93 Visserij

De Gemeenschap en Kroatië onderzoeken de mogelijkheid gebieden van wederzijds belang in de visserijsector vast te stellen. Deze dienen naar hun aard tot wederzijds voordeel te strekken.

Artikel 94 Onderwijs en opleiding

1. De partijen werken samen om het peil van het algemene onderwijs en de beroepskwalificaties in Kroatië verhogen.

2. Het Tempus-programma zal bijdragen aan versterking van de samenwerking tussen de partijen op het gebied van onderwijs en opleiding, en zo de democratie, de rechtsstaat en de economische hervormingen bevorderen.

3. Ook de Europese Stichting voor Opleiding zal bijdragen aan de verbetering van de opleidingsstructuren en -activiteiten in Kroatië.

Artikel 95 Samenwerking op cultureel gebied

De partijen verbinden zich ertoe de samenwerking op cultureel gebied te bevorderen. Deze samenwerking beoogt ondermeer het wederzijds begrip en het wederzijds respect voor personen, gemeenschappen en volkeren te doen toenemen.

Artikel 96 Informatie en communicatie

De Gemeenschap en Kroatië nemen de maatregelen die nodig zijn om de onderlinge uitwisseling van informatie te stimuleren. Prioriteit wordt verleend aan programma's die basisinformatie over de Gemeenschap verstrekken aan het algemene publiek en meer gespecialiseerde informatie aan professionele doelgroepen in Kroatië.

Artikel 97 Samenwerking op audiovisueel gebied

1. De partijen werken samen aan de bevordering van de audiovisuele industrie in Europa en stimuleren coproducties voor film en televisie.

2. Kroatië past zijn beleid inzake de reglementering van de inhoudelijke aspecten van grensoverschrijdende uitzendingen aan aan dat van de Gemeenschap, met bijzondere aandacht voor vraagstukken in verband met de verwerving van intellectuele-eigendomsrechten voor satelliet- of kabeluitzendingen, en harmoniseert zijn wetgeving met het acquis van de Gemeenschap.

Artikel 98 Elektronische communicatie-infrastructuur en aanverwante diensten

1. De partijen versterken de samenwerking op het gebied van de elektronische communicatie-infrastructuur, met inbegrip van klassieke telecommunicatienetwerken en de relevante elektronische netwerken voor audiovisuele overdracht, en de geassocieerde diensten, met als doel de uiteindelijke aanpassing aan het communautair acquis door Kroatië vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst.

2. De samenwerking wordt geconcentreerd op de volgende prioritaire terreinen:

– beleidsontwikkeling;

– wet- en regelgeving;

– institutionele opbouw ter ondersteuning van een geliberaliseerd klimaat;

– modernisering van de elektronische infrastructuur van Kroatië en integratie ervan in Europese en wereldomspannende netwerken, waarbij vooral verbeteringen op regionaal niveau aandacht krijgen;

– internationale samenwerking;

– samenwerking binnen Europese structuren, in het bijzonder op het gebied van normalisatie;

– coördinatie van standpunten in internationale organisaties en fora.

Artikel 99 Informatiemaatschappij

De partijen versterken de samenwerking om de informatiemaatschappij in Kroatië verder te ontwikkelen. Algemene doelstellingen zijn: voorbereiding van de samenleving als geheel op het digitale tijdperk, het aantrekken van investeringen en de interoperabiliteit van netwerken en diensten.

De Kroatische autoriteiten evalueren met hulp van de Gemeenschap zorgvuldig alle politieke verbintenissen die in de Europese Unie worden aangegaan, met het doel het Kroatische beleid aan dat van de Unie aan te passen.

De Kroatische autoriteiten stellen een plan op voor de overname van de communautaire wetgeving op het gebied van de informatiemaatschappij.

Artikel 100 Vervoer

1. In aanvulling op het bepaalde in artikel 58 en in Protocol nr. 6 bij deze overeenkomst zullen de partijen de samenwerking op vervoergebied ontwikkelen en versterken, teneinde Kroatië in staat te stellen:

– het vervoer en de daarmee verband houdende infrastructuur te herstructureren en te moderniseren;

– het verkeer van personen en goederen en de toegang tot de vervoersmarkt te verbeteren door het wegnemen van administratieve, technische en andere belemmeringen;

– exploitatienormen tot stand brengen die vergelijkbaar zijn met die in de Gemeenschap;

– een vervoerstelsel te ontwikkelen dat verenigbaar en vergelijkbaar is met dat van de Gemeenschap;

– de bescherming van het milieu in de vervoerssector te verbeteren en de schadelijke effecten en vervuiling terug te dringen.

2. De volgende gebieden zijn prioritair:

– de ontwikkeling van de binnenwateren en de weg-, spoorweg-, haven- en luchthaveninfrastructuur en andere belangrijke routes van gemeenschappelijk belang, alsmede trans-Europese en pan-Europese verkeersassen;

– het beheer van spoorwegen en luchthavens, samenwerking tussen de relevante nationale autoriteiten;

– het wegvervoer, waaronder verkeersbelastingen en -heffingen en sociale en milieuaspecten;

– gecombineerd rail-wegvervoer;

– harmonisatie van internationale vervoersstatistieken;

– modernisering van technische vervoersinstallaties overeenkomstig communautaire normen, bijstand bij het verkrijgen van financiering daarvoor, vooral voor rail-wegvervoer, multimodaal vervoer en overslag;

– bevordering van gezamenlijke technologie- en onderzoeksprogramma's;

– opzetten van een gecoördineerd vervoersbeleid dat verenigbaar is met dat van de Gemeenschap.

Artikel 101 Energie

1. De samenwerking gaat uit van de beginselen van de markteconomie en het Verdrag inzake het Europees Energiehandvest en is gericht op de geleidelijke integratie van de Europese energiemarkten.

2. De samenwerking omvat in het bijzonder:

– formulering en planning van energiebeleid, modernisering van infrastructuur, verbetering en diversificatie van de voorziening, verbetering van de toegang tot de energiemarkt, alsmede vergemakkelijking van doorvoer, transmissie en distributie, en herstel van koppelingen van regionaal belang met de elektriciteitsnetten van de buurlanden;

– management en opleiding in de energiesector en overdracht van technologie en kennis;

bevordering van energiebesparing en efficiënt energiegebruik, duurzame energiebronnen en onderzoek naar de milieueffecten van energieproductie en -verbruik;

– formulering van randvoorwaarden voor de herstructurering van energiebedrijven en samenwerking tussen bedrijven in die sector;

– ontwikkeling van een regelgevingskader voor energie naar het model van het acquis van de Gemeenschap.

Artikel 102 Nucleaire veiligheid

1. De partijen werken samen op het gebied van nucleaire veiligheid en splijtstofbewaking. De samenwerking kan de volgende onderwerpen omvatten:

– verbetering van de wet- en regelgeving van Kroatië inzake nucleaire veiligheid en versterking van de toezichthoudende instanties en hun middelen;

– stralingsbescherming, met inbegrip van meting van straling in het milieu;

– beheer van radioactieve afvalstoffen en waar van toepassing ontmanteling van nucleaire faciliteiten;

– bevordering van het sluiten van overeenkomsten tussen de lidstaten van de EU of Euratom en Kroatië over vroegtijdige kennisgeving en uitwisseling van informatie bij nucleaire ongevallen en over rampenvoorbereiding, alsmede over grensoverschrijdend seismisch onderzoek en waar nodig nucleaire veiligheidskwesties in het algemeen;

– problemen in verband met de splijtstofcyclus;

– splijtstofbewaking;

– versterking van het toezicht op en de controle van het vervoer van stoffen die radioactieve verontreiniging kunnen veroorzaken;

– aansprakelijkheid van derden bij kernrampen.

Artikel 103 Milieu

1. De partijen ontwikkelen en versterken hun samenwerking bij de essentiële taak om de achteruitgang van het milieu te bestrijden en een duurzaam milieubeleid te steunen.

2. De samenwerking kan op de volgende prioriteiten worden toegespitst:

– waterkwaliteit, waaronder de behandeling van afvalwater, met name in grensoverschrijdende wateren;

– bestrijding van plaatselijke, regionale en grensoverschrijdende lucht- en waterverontreiniging (onder meer van drinkwater);

– effectieve controle op verontreinigingsniveau en emissies;

– ontwikkeling van strategieën ten aanzien van wereldwijde en klimatologische problemen;

– efficiënte, duurzame en schone energieproductie en -gebruik;

– classificatie van en veilige omgang met chemische producten;

– veiligheid van industriële installaties;

– vermindering, recyclering en veilige verwijdering van afval, alsmede tenuitvoerlegging van het Verdrag van Bazel van 1989 inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan;

– milieueffect van de landbouw; bodemerosie en verontreiniging door landbouwchemicaliën;

– bescherming van bossen, flora en fauna en instandhouding van de biodiversiteit;

– ruimtelijke ordening, met inbegrip van nieuwbouw- en stadsplanning;

– gebruik van economische en fiscale instrumenten om het milieu te verbeteren;

– uitvoering van milieueffectrapportage en strategische milieueffectbeoordelingen;

– verdere harmonisatie van wet- en regelgeving met de communautaire normen;

– internationale milieuverdragen waarbij de Gemeenschap partij is;

– samenwerking op regionaal en internationaal niveau;

– voorlichting en educatie over milieu en duurzame ontwikkeling.

3. De partijen werken samen met het oog op de bescherming van mensen, dieren, eigendommen en het milieu tegen natuurrampen en door de mens veroorzaakte rampen. Hiertoe kan de samenwerking de volgende terreinen omvatten:

– uitwisseling van resultaten van wetenschappelijke en onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten;

– systemen voor wederzijdse vroegtijdige kennisgeving en waarschuwing voor gevaren en rampen en de gevolgen daarvan;

– reddings- en hulpverleningssystemen bij rampen;

– uitwisseling van ervaring op het gebied van herstel en wederopbouw na rampen.

Artikel 104

Samenwerking op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling

1. De partijen bevorderen de bilaterale samenwerking op het gebied van civiel wetenschappelijk onderzoek en technologische ontwikkeling op basis van wederzijds voordeel en rekening houdend met de beschikbare middelen, de vereiste toegangsmogelijkheden tot elkaars programma's, en met inachtneming van een passende bescherming van intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten.

2. De samenwerking omvat:

– uitwisseling van wetenschappelijke en technische informatie en organisatie van gezamenlijke wetenschappelijke bijeenkomsten;

– gezamenlijke activiteiten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling;

– opleidingsactiviteiten en mobiliteitsprogramma's voor wetenschapsbeoefenaars, onderzoekers en technici van beide partijen die op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling werkzaam zijn.

3. De samenwerking wordt ten uitvoer gelegd door middel van specifieke regelingen die volgens de door elke partij vastgestelde procedures tot stand worden gebracht en gesloten en waarin ook passende bepalingen inzake intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendoms- rechten worden opgenomen.

Artikel 105 Regionale en plaatselijke ontwikkeling

De partijen versterken hun samenwerking op het gebied van regionale ontwikkeling, om bij te dragen tot de economische ontwikkeling en de regionale verschillen te verkleinen.

Specifieke aandacht wordt geschonken aan grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking. Daartoe kunnen deskundigen en informatie worden uitgewisseld.

TITEL IX

FINANCIËLE SAMENWERKING

Artikel 106

Met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van deze overeenkomst en in overeenstemming met de artikelen 3, 107 en 109 komt Kroatië in aanmerking voor financiële steun van de Gemeenschap in de vorm subsidies en leningen, waaronder leningen van de Europese Investeringsbank.

Artikel 107

De financiële bijstand in de vorm van subsidies wordt gedekt door operationele maatregelen die bij een verordening van de Raad worden ingesteld, binnen een indicatief meerjarenkader dat door de Gemeenschap na overleg met Kroatië wordt opgesteld.

In het algemeen dient de bijstand in de vorm van institutionele opbouw en investeringen bij te dragen tot de democratische, economische en institutionele hervormingen in Kroatië, in overeenstemming met het stabilisatie- en associatieproces. De financiële bijstand kan betrekking hebben op alle terreinen van de harmonisatie van wetgeving en het samenwerkingsbeleid waarin deze overeenkomst voorziet, met inbegrip van justitie en binnenlandse zaken. Aandacht dient te worden geschonken aan volledige uitvoering van de in Protocol nr. 6 vastgestelde infrastructuurprojecten van gemeenschappelijk belang.

Artikel 108

In het geval van bijzondere noodzaak kan de Gemeenschap op verzoek van Kroatië, in overleg met de internationale financiële instellingen, onderzoeken of bij wijze van uitzondering macrofinanciële bijstand kan worden verleend, op bepaalde voorwaarden en met inachtneming van de beschikbaarheid van alle financiële middelen.

Artikel 109

Met het oog op optimale benutting van de beschikbare middelen zien de partijen erop toe dat de bijdragen van de Gemeenschap worden verstrekt in nauwe coördinatie met andere financieringsbronnen, zoals lidstaten, andere landen en internationale financiële instellingen.

Hiertoe wisselen de partijen geregeld informatie uit over alle typen bijstand.

TITEL X

INSTITUTIONELE, ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 110

Een Stabilisatie- en Associatieraad wordt opgericht, die toezicht houdt op de toepassing en de tenuitvoerlegging van de overeenkomst. De raad komt op passend niveau bijeen, met regelmatige tussenpozen en telkens wanneer de omstandigheden dat vereisen. De Stabilisatie- en Associatieraad behandelt alle belangrijke vraagstukken die zich in het kader van de overeenkomst voordoen en alle andere bilaterale of internationale vraagstukken van gemeenschappelijk belang.

Artikel 111

1. De Stabilisatie- en Associatieraad bestaat uit enerzijds leden van de Raad van de Europese Unie en leden van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, en anderzijds leden van de regering van Kroatië.

2. De Stabilisatie- en Associatieraad stelt zijn eigen reglement van orde vast.

3. De leden van de Stabilisatie- en Associatieraad mogen zich laten vertegenwoordigen overeenkomstig de daartoe in het reglement van orde vast te leggen voorwaarden.

4. De Stabilisatie- en Associatieraad wordt beurtelings voorgezeten door een vertegenwoordiger van de Europese Gemeenschap en door een vertegenwoordiger van de regering van Kroatië, overeenkomstig de in het reglement van orde vast te leggen bepalingen.

5. De Europese Investeringsbank neemt voor aangelegenheden die onder haar bevoegdheid vallen als waarnemer aan de werkzaamheden van de Stabilisatie- en Associatieraad deel.

Artikel 112

Om de doelstellingen van de overeenkomst te bereiken, krijgt de Stabilisatie- en Associatieraad de bevoegdheid besluiten te nemen binnen de toepassingssfeer van deze overeenkomst voor de in de overeenkomst vermelde gevallen. De besluiten van de Stabilisatie- en Associatieraad zijn bindend voor de partijen, die de nodige maatregelen treffen voor de uitvoering ervan. De Stabilisatie- en Associatieraad kan tevens passende aanbevelingen doen. De besluiten en aanbevelingen van de Stabilisatie- en Associatieraad worden vastgesteld in onderlinge overeenstemming tussen de partijen.

Artikel 113

Elk van de partijen mag ieder geschil dat verband houdt met de toepassing of de interpretatie van deze overeenkomst aan de Stabilisatie- en Associatieraad voorleggen. De Stabilisatie- en Associatieraad kan het geschil door middel van een bindend besluit beslechten.

Artikel 114

1. De Stabilisatie- en Associatieraad wordt bij de vervulling van zijn taken bijgestaan door een Stabilisatie- en Associatiecomité, bestaande uit enerzijds vertegenwoordigers van de Raad van de Europese Unie en vertegenwoordigers van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en anderzijds vertegenwoordigers van Kroatië.

2. In zijn reglement van orde bepaalt de Stabilisatie- en Associatieraad de taken van het Stabilisatie- en Associatiecomité, die onder meer de voorbereiding van de vergaderingen van de Stabilisatie- en Associatieraad omvatten, en stelt hij de werkwijze van het comité vast.

3. De Stabilisatie- en Associatieraad mag elk van zijn bevoegdheden aan het Stabilisatie- en Associatiecomité delegeren. In dat geval neemt het Stabilisatie- en Associatiecomité zijn besluiten volgens de voorwaarden van artikel 112.

Artikel 115

Het Stabilisatie- en Associatiecomité kan subcomités oprichten.

Artikel 116

Een Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité wordt opgericht. Dit dient als forum waar leden van het Kroatische parlement en het Europees Parlement elkaar kunnen ontmoeten en van gedachten kunnen wisselen. Het comité komt bijeen met door het comité zelf te bepalen tussenpozen.

Het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité bestaat uit enerzijds leden van het Europees Parlement en anderzijds leden van het Kroatische parlement.

Het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité stelt zijn reglement van orde vast.

Het Parlementair Stabilisatie- en Associatiecomité wordt beurtelings voorgezeten door het Europees Parlement en het Kroatische parlement, overeenkomstig de in het reglement van orde neer te leggen bepalingen.

Artikel 117

Binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst verbinden beide partijen zich ertoe te waarborgen dat natuurlijke personen en rechtspersonen van de andere partij, zonder discriminatie ten opzichte van haar eigen onderdanen, toegang krijgen tot de ter zake bevoegde gerechtelijke instanties en administratieve lichamen van de partijen, ter verdediging van hun individuele rechten en hun eigendomsrechten.

Artikel 118

Niets in de overeenkomst belet een partij maatregelen te nemen:

  • a. die zij nodig acht om onthulling te beletten van informatie die tegen haar vitale veiligheidsbelangen indruist;

  • b. die verband houden met de productie van of de handel in wapens, munitie of oorlogsmaterieel of met onderzoek, ontwikkeling of productie die onmisbaar zijn voor defensiedoeleinden, mits deze maatregelen geen afbreuk doen aan de concurrentievoorwaarden voor producten die niet voor specifiek militaire doeleinden bestemd zijn;

  • c. die zij van vitaal belang acht voor haar eigen veiligheid in geval van ernstige binnenlandse problemen die de openbare orde bedreigen, in tijden van oorlog of ernstige internationale spanningen die een oorlogsdreiging inhouden, of om verplichtingen na te komen die zij voor de bewaring van de vrede en de internationale veiligheid is aangegaan.

Artikel 119

1. Op de door deze overeenkomst bestreken terreinen en onverminderd eventueel daarin neergelegde bijzondere bepalingen, geldt het volgende:

– de regelingen die Kroatië ten opzichte van de Gemeenschap toepast mogen geen aanleiding geven tot onderlinge discriminatie van de lidstaten, hun onderdanen of hun vennootschappen;

– de regelingen die de Gemeenschap ten opzichte van Kroatië toepast mogen geen aanleiding geven tot onderlinge discriminatie van Kroatische onderdanen of vennootschappen.

2. Het bepaalde in lid 1 doet geen afbreuk aan het recht van de partijen om de desbetreffende bepalingen van hun belastingwetgeving toe te passen op belastingplichtigen die niet in een identieke situatie verkeren ten aanzien van hun woonplaats.

Artikel 120

1. De partijen treffen alle algemene en bijzondere maatregelen die vereist zijn om aan hun verplichtingen krachtens de overeenkomst te voldoen. Zij zien erop toe dat de in de overeenkomst genoemde doelstellingen worden verwezenlijkt.

2. Indien een van de partijen van mening is dat de andere partij een verplichting die uit de overeenkomst voortvloeit niet is nagekomen, kan zij passende maatregelen treffen. Alvorens dit te doen, behalve in bijzonder dringende gevallen, verstrekt zij de Stabilisatie- en Associatieraad alle ter zake doende informatie die nodig is voor een grondig onderzoek van de situatie, om een voor de partijen aanvaardbare oplossing te vinden.

3. Bij de keuze van de maatregelen moet voorrang worden gegeven aan maatregelen die de goede werking van de overeenkomst het minst verstoren. Deze maatregelen worden onmiddellijk ter kennis van de Stabilisatie- en Associatieraad gebracht en op verzoek van de andere partij in de Stabilisatie- en Associatieraad besproken.

Artikel 121

De partijen komen overeen op verzoek van elk van de partijen onmiddellijk overleg te plegen via passende kanalen, om kwesties met betrekking tot de interpretatie of tenuitvoerlegging van deze overeenkomst en andere relevante aspecten van de betrekkingen tussen de partijen te bespreken.

De bepalingen van dit artikel hebben geen invloed op en gelden onverminderd de artikelen 31, 38, 39 en 43.

Artikel 122

Totdat krachtens deze overeenkomst gelijkwaardige rechten voor personen en ondernemers zijn verworven, doet de overeenkomst geen afbreuk aan rechten die hun worden verleend bij bestaande overeenkomsten tussen een of meer lidstaten, enerzijds, en Kroatië, anderzijds.

Artikel 123

De Protocollen nrs. 1, 2, 3, 4, 5 en 6 en de bijlagen I tot en met VIII vormen een integrerend bestanddeel van de overeenkomst.

Artikel 124

De overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd gesloten.

Elk van beide partijen kan deze overeenkomst door kennisgeving aan de andere partij opzeggen. De overeenkomst verstrijkt zes maanden na de datum van genoemde kennisgeving.

Artikel 125

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt onder „partijen" verstaan de Gemeenschap, of haar lidstaten, of de Gemeenschap en haar lidstaten, in overeenstemming met hun respectieve bevoegdheden, enerzijds, en Kroatië, anderzijds.

Artikel 126

De overeenkomst is van toepassing op enerzijds de gebieden waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal van toepassing zijn, op de in die Verdragen neergelegde voorwaarden, en anderzijds het grondgebied van Kroatië.

Artikel 127

De secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie is de depositaris van deze overeenkomst.

Artikel 128

Deze overeenkomst is opgesteld in tweevoud in elk van de officiële talen van de partijen, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Artikel 129

De overeenkomst wordt door de partijen volgens hun eigen procedures goedgekeurd.

Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de in de eerste alinea bedoelde procedures zijn voltooid.

Artikel 130 Interimovereenkomst

De partijen komen overeen dat, indien in afwachting van de voltooiing van de procedures die nodig zijn voor de inwerkingtreding van deze overeenkomst, de bepalingen van bepaalde gedeelten van deze overeenkomst, met name die met betrekking tot het vrije verkeer van goederen, door middel van een interimovereenkomst tussen de Gemeenschap en Kroatië tot uitvoering worden gebracht, voor de toepassing van titel IV, artikelen 70 en 71, van deze overeenkomst en van de Protocollen nrs. 1 tot en met 5 alsmede de relevante bepalingen van Protocol nr. 6, onder de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst wordt verstaan de datum van inwerkingtreding van de interimovereenkomst, voor wat betreft de verplichtingen die in deze artikelen en protocollen zijn opgenomen.


De Overeenkomst is op 29 oktober 2001 ondertekend voor:

België

Denemarken

Duitsland

de Europese Gemeenschap

de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal

Finland

Frankrijk

Griekenland

Ierland

Italië

Luxemburg

het Koninkrijk der Nederlanden

Oostenrijk

Portugal

Spanje

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord Ierland

Zweden

en

Kroatië


1) Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Geweest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

Lijst van bijlagen

Bijlage I(artikel 18, lid 2): Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap
Bijlage II(artikel 18, lid 3): Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap
Bijlage III(artikel 27): EG-definitie van „baby beef"
Bijlage IV a(artikel 27, lid 3, onder a, i): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst)
Bijlage IV b(artikel 27, lid 3, onder a, ii): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht binnen een contingent vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst)
Bijlage IV c(artikel 27, lid 3, onder b, i): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden vanaf één jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst)
Bijlage IV d(artikel 27, lid 3, onder c, i): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke afschaffing van meestbegunstigingsrechten binnen tariefcontingenten)
Bijlage IV e(artikel 27, lid 3, onder c, ii): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten voor onbeperkte hoeveelheden)
Bijlage IV f(artikel 27, lid 3, onder c, iii): Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten binnen tariefcontingenten)
Bijlage V aProducten bedoeld in artikel 28, lid 1
Bijlage V bProducten bedoeld in artikel 28, lid 2
Bijlage VI(artikel 50): Vestiging: Financiële diensten
Bijlage VII(artikel 60, lid 2): Verwerving van onroerend goed door onderdanen van de EU – Lijst van uitzonderingen
Bijlage VIII(artikel 71): Intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten: Lijst van verdragen

Bijlage I

Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap

(artikel 18, lid 2)

De rechten worden als volgt verlaagd:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden de rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden de rechten verminderd tot 30% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden de resterende rechten afgeschaft.

GS 6+Omschrijving van de goederen
25.01Zout (keuken– en tafelzout en gedenatureerd zout daaronder begrepen) en zuiver natriumchloride, ook indien in waterige oplossing of met toegevoegde zelfstandigheden om het klonteren tegen te gaan of om de strooibaarheid te bevorderen; zeewater
2501.001– – – tafelzout en zout voor de voedselindustrie
2501.002– – – zout voor andere industrieën
2501.009– – – ander
25.15Marmer, travertijn, ecaussine en andere kalksteen voor de steenhouwerij of voor het bouwbedrijf, met een schijnbare dichtheid van 2,5 of meer, en albast, ook indien enkel kantrecht behouwen dan wel in blokken of in platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze
2515.1Marmer en travertijn
2515.11– – onbewerkt of enkel kantrecht behouwen
2515.12– – blokken of platen van vierkante of rechthoekige vorm, verkregen door zagen, door splijten of op dergelijke wijze
2515.20– ecaussine en andere kalksteen voor de steenhouwerij of voor het bouwbedrijf; albast
27.10Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70 of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald, elders genoemd noch elders onder begrepen
2710.001– – – motorbenzine en andere lichte oliën
2710.0014– – – speciale benzine (extraheerbare en andere)
2710.0015– – – – white spirit
2710.0017– – – – lichte reactiemotorbrandstof
2710.002– – – kerosine en andere halfzware oliën
2710.0021– – – – kerosine
2710.0022– – – – reactiemotorbrandstof van het kerosinetype
2710.0023– – – – alfa– en normale olefinen (mengsels), normale paraffines (C10–C13)
2710.003– – – – zware oliën, andere dan afgewerkte oliën en oliën die voor verdere verwerking zijn bestemd
2710.0033– – – – lichte, halfzware, zware en zeer zware stookoliën met een laag zwavelgehalte
2710.0034– – – – andere lichte, halfzware, zware en zeer zware stookoliën
2710.0035– – – – basisoliën
2710.0039– – – – andere zware oliën en op basis van zware oliën vervaardigde producten
27.11Aardgas en andere gasvormige koolwaterstoffen
2711.1vloeibaar gemaakt
2711.12– – propaan
2711.13– – butaan
2711.19– – andere
2711.191– mengsels van propaan en butaan
2711.199– – – andere
2711.29– – andere
27.12Vaseline; paraffine, microkristallijne was uit aardolie, „slack wax", ozokeriet, montaanwas, turfwas, andere minerale was en soortgelijke door synthese of op andere wijze verkregen producten, ook indien gekleurd
2712.10– vaseline
2712.20– paraffine bevattende minder dan 0,75 gewichtspercent olie
27.13Petroleumcokes, petroleumbitumen en andere residuen van aardolie of van olie uit bitumineuze mineralen
2713.20– petroleumbitumen
27.15Bitumineuze mengsels van natuurlijk asfalt, van natuurlijk bitumen, van petroleumbitumen, van minerale teer of van minerale teerpek (bijvoorbeeld bitumineuze mastiek, vloeibitumen of koudasfalt ("cut-back"))
2715.009– – – andere
2803.00Koolstof ("carbonblack" en andere vormen van koolstof, elders genoemd noch elders onder begrepen)
2803.001– – – carbonblack
28.06Waterstofchloride (zoutzuur); chlorozwavelzuur
2806.10Waterstofchloride (zoutzuur)
2806.101– – – pro analysi
2808.00Salpeterzuur; nitreerzuren
2808.002– – – ander salpeterzuur
28.14Ammoniak, watervrij of in waterige oplossing (ammonia)
2814.20– – ammoniak in waterige oplossing (ammonia)
2814.201– – – pro analysi
28.15Natriumhydroxide (bijtende soda); kaliumhydroxide (bijtende potas); natriumperoxide en kaliumperoxide
2815.11– – vast
2815.111– – – gegranuleerd, pro analysi
2815.20– kaliumhydroxide (bijtende potas)
2815.201– – – gegranuleerd, pro analysi
29.02Cyclische koolwaterstoffen
2902.4– xylenen
2902.41– – o-xyleen
2902.411– – – pro analysi
2902.42– – m-xyleen
2902.421– – – pro analysi
2902.43– – p-xyleen
2902.431– – – pro analysi
2902.44– – mengsels van xyleenisomeren
2902.441– – – pro analysi
29.05Acyclische alcoholen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro– en nitrosoderivaten daarvan
2905.1– verzadigde eenwaardige alcoholen
2905.11– – methanol (methylalcohol)
2905.111– – – pro analysi
2905.12Propaan-1-ol (propylalcohol) en propaan-2-ol (isopropylalcohol)
2905.121– – – pro analysi
29.14Ketonen en chinonen, ook indien met andere zuurstofhoudende groepen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro– en nitrosoderivaten daarvan
2914.1– acyclische ketonen, zonder andere zuurstofhoudende groepen
2914.11– – aceton
2914.111– – – pro analysi
29.15Verzadigde eenwaardige acyclische carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro– en nitrosoderivaten daarvan
2915.3– esters van azijnzuur
2915.311– – – pro analysi
29.33Heterocyclische verbindingen met uitsluitend één of meer stikstofatomen als heteroatoom
2933.6– verbindingen met een al dan niet gehydrogeneerde, niet-geanelleerde (niet-gecondenseerde) triazinering
2933.691– – – atrazine
30.02Menselijk bloed; dierlijk bloed bereid voor therapeutisch of profylactisch gebruik of voor het stellen van diagnosen; antisera, andere bloedfracties, andere gewijzigde immunologische producten, ook indien op biotechnologische wijze verkregen; vaccins, toxinen, culturen van micro-organismen (andere dan gist) en dergelijke producten
3002.30– vaccins voor dieren
30.03Geneesmiddelen (andere dan producten bedoeld bij de posten 30.02, 30.05 en 30.06), bestaande uit voor therapeutisch of profylactisch gebruik vermengde zelfstandigheden, niet in afgemeten hoeveelheden en niet opgemaakt voor de verkoop in het klein
3003.90– andere
3003.909– – – andere
30.04Geneesmiddelen (andere dan producten bedoeld bij de posten 30.02, 30.05 en 30.06), bestaande uit al dan niet vermengde producten voor therapeutisch of profylactisch gebruik, in afgemeten hoeveelheden, dan wel opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.10– – bevattende penicillinen of derivaten daarvan met een structuur van penicillaanzuur, dan wel streptomycinen of derivaten daarvan
3004.101– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
  
3004.20– – bevattende andere antibiotica
3004.201– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.3– – bevattende hormonen of andere producten bedoeld bij post 29.37, doch geen antibiotica
3004.31– – bevattende insuline
3004.311– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.32– – bevattende hormonen uit de bijnierschors
3004.321– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.39– – andere
3004.391– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.40– – bevattende alkaloïden of derivaten daarvan, doch geen hormonen of andere producten bedoeld bij post 29.37, noch antibiotica
3004.401– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.50– – andere geneesmiddelen, bevattende vitaminen of andere producten bedoeld bij post 29.36
3004.501– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.90– – andere
3004.902– – – bereide geneesmiddelen, opgemaakt voor de verkoop in het klein
3004.909– – – andere
30.06Farmaceutische artikelen, bedoeld bij aantekening 4 op dit hoofdstuk
3006.50– tassen, dozen, trommels en dergelijke, gevuld met artikelen voor eerste hulp bij ongelukken
32.07Bereide pigmenten, bereide opacifieermiddelen en bereide verfstoffen, verglaasbare samenstellingen, engobes (slips), vloeibare glansmiddelen en dergelijke preparaten, van de soort gebruikt voor keramiek, voor het emailleren of voor glaswerk; glasfritten en ander glas, in de vorm van poeder, van korreltjes, van schilfers of van vlokken
3207.10– bereide pigmenten, bereide opacifieermiddelen, bereide verfstoffen en dergelijke preparaten
3207.20– verglaasbare samenstellingen, engobes (slips) en dergelijke preparaten
3207.30– vloeibare glansmiddelen en dergelijke preparaten
3207.40– glasfritten en ander glas, in de vorm van poeder, van korreltjes, van schilfers of van vlokken
32.08Verf en vernis op basis van synthetische polymeren of gewijzigde natuurlijke polymeren, gedispergeerd of opgelost in een niet-waterig medium; oplossingen bedoeld bij aantekening 4 op dit hoofdstuk
3208.10– op basis van polyesters
3208.20– op basis van acryl– of vinylpolymeren
32.09Verf en vernis op basis van synthetische polymeren of gewijzigde natuurlijke polymeren, gedispergeerd of opgelost in een waterig medium
3209.10– op basis van acryl– of vinylpolymeren
3209.90– andere
32.14Stopverf, harscement en ander mastiek (kit); plamuur; niet-vuurvaste preparaten van de soort gebruikt voor het bestrijken of bepleisteren van metselwerk
3214.10– stopverf, harscement en ander mastiek (kit); plamuur
3214.90– andere
32.15Drukinkt, schrijfinkt, tekeninkt en andere inktsoorten, ook indien geconcentreerd of in vaste vorm
3215.1– – drukinkt
3215.11– – zwarte
3215.19– – andere
33.04Schoonheidsmiddelen en producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmiddelen), preparaten tegen zonnebrand en preparaten voor het verkrijgen van een bruine huidskleur daaronder begrepen; producten voor manicure of voor pedicure
3304.99– – andere
3304.999– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
33.07Scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt, deodorantia voor lichaamsverzorging, badpreparaten, ontharingsmiddelen en andere parfumerieën, toiletartikelen en cosmetische producten, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het neutraliseren van geuren in vertrekken (deodorantia), ook indien niet geparfumeerd of met desinfecterende eigenschappen
3307.90– – andere
3307.909– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
34.05Schoensmeer, boenwas, poetsmiddelen voor carrosserieën, glas of metaal, schuurpasta's en -poeders en dergelijke preparaten (ook indien in de vorm van papier, van watten, van vilt, van gebonden textielvlies, van kunststof of rubber met celstructuur, geïmpregneerd of bedekt met deze preparaten), andere dan de was bedoeld bij post 3404
3405.10– schoensmeer, pasta's en dergelijke preparaten voor schoeisel of voor leder
3405.20– boenwas en dergelijke preparaten voor het onderhoud van houten meubelen, houten vloeren en ander houtwerk
3405.30– poetsmiddelen en dergelijke preparaten voor carrosserieën, andere dan poetsmiddelen voor metalen
3405.40– schuurpasta's, schuurpoeders en andere schuurmiddelen
3405.90– andere
3406.00Kaarsen en dergelijke artikelen
3605.00Lucifers, andere dan pyrotechnische artikelen bedoeld bij post 36.04
37.01Fotografische platen en vlakfilm, lichtgevoelig, onbelicht, van andere stoffen dan papier, karton of textiel; vlakfilm voor „direct-klaar"-fotografie, lichtgevoelig, onbelicht, ook indien in cassette
3701.10– voor röntgenopnamen
3814.00Organische oplosmiddelen en verdunners, van gemengde samenstelling, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het verwijderen van verf en vernis
3820.00Antivriespreparaten en vloeibare ontdooiingspreparaten
39.05Polymeren van vinylacetaat of van andere vinylesters, in primaire vormen; andere vinylpolymeren in primaire vormen
3905.1– polyvinylacetaat
3905.12– – in waterige dispersie
3905.19– – andere
39.19Platen, vellen, foliën, stroken, strippen en andere platte producten, van kunststof, zelfklevend, ook indien op rollen
3919.90– andere
39.20Andere platen, vellen, foliën, stroken en strippen, van kunststof zonder celstructuur, niet versterkt, gelaagd of op dergelijke wijze gecombineerd met andere stoffen, niet op een drager
3920.10– – van polymeren van ethyleen
3920.101– – – foliën met een dikte van 12 micrometer, op rollen met een breedte van 50 tot 90 mm
39.23Artikelen voor vervoer of voor verpakking, van kunststof; stoppen, deksels, capsules en andere sluitingen, van kunststof
3923.2– zakken
3923.21– – van polymeren van ethyleen
3923.29– – van andere kunststof
3923.40– spoelen, cops, klossen en dergelijke opwindmiddelen
3923.90– andere
3923.901– – – vaten en tanks
3923.909– – – andere
39.24Vaatwerk, andere huishoudelijke artikelen en toiletartikelen, van kunststof
3924.10– keuken– en tafelgerei
3924.90– andere
39.25Uitrustingsstukken voor gebouwen, van kunststof, elders genoemd noch elders onder begrepen
3925.10– reservoirs, tanks, vaten en dergelijke bergingsmiddelen, met een inhoudsruimte van meer dan 300 l
3925.20– deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor en drempels voor deuren
3925.30– blinden, jaloezieën, rolgordijnen en dergelijke artikelen, alsmede delen daarvan
3925.90– andere
40.09Buizen en slangen, van niet-geharde gevulkaniseerde rubber, ook indien voorzien van hulpstukken (bijvoorbeeld verbindingsstukken, moffen, ellebogen, flenzen)
4009.10– niet versterkt of op andere wijze gecombineerd met andere stoffen, zonder hulpstukken
4009.20– uitsluitend met metaal versterkt of gecombineerd, zonder hulpstukken
4009.40– versterkt of gecombineerd met andere stoffen, zonder hulpstukken
4009.50– met hulpstukken
4009.509– – – andere
42.02Reiskoffers en valiezen, koffers voor toiletbenodigdheden, documentenkoffertjes, aktetassen, school– en boekentassen, etuis, foedralen en kokers voor kijkers, voor camera's, voor wapens, voor muziekinstrumenten of voor brillen, alsmede dergelijke bergingsmiddelen; reistassen, toilettassen, rugzakken, handtassen, boodschappentassen, portefeuilles, portemonnees, kaartentassen, sigarettenkokers, tabakszakken, gereedschapstassen en -zakken, tassen, etuis, foedralen en kokers voor sportartikelen, etuis, foedralen en kokers voor flacons, juwelendoosjes, poederdozen, etuis, foedralen en kokers voor messenmakerswerk, alsmede dergelijke bergingsmiddelen, van leder, van kunstleder, van kunststof in vellen, van textiel, van vulkanfiber of van karton, of geheel of voor het grootste deel bekleed met deze stoffen of met papier
4202.1Reiskoffers en valiezen, koffers voor toiletbenodigdheden, documentenkoffertjes, aktetassen, school– en boekentassen, alsmede dergelijke bergingsmiddelen
4202.11– – met een buitenkant van leder, van kunstleder of van lakleder
4202.12– – met een buitenkant van kunststof of van textiel
4202.19– – andere
4202.2Handtassen, ook indien met schouderband, die zonder handvatten daaronder begrepen
4202.21– – met een buitenkant van leder, van kunstleder of van lakleder
4202.22– – met een buitenkant van kunststof in vellen of van textiel
4202.29– – andere
4202.3– – artikelen van de soort die in de zak of in de handtas worden meegedragen
4202.31– – met een buitenkant van leder, van kunstleder of van lakleder
4202.32– – met een buitenkant van kunststof in vellen of van textiel
4202.39– – andere
4202.9– – andere
4202.91– – met een buitenkant van leder, van kunstleder of van lakleder
4202.92– – met een buitenkant van kunststof in vellen of van textiel
4202.99– – andere
43.02Pelterijen (koppen, staarten, poten en andere delen daaronder begrepen, alsmede afvallen), gelooid of anderszins bereid, ook indien samengevoegd (zonder toevoeging van andere materialen), andere dan die bedoeld bij post 43 .03
4302.1– in gehele vellen, ook indien zonder kop, staart of poten, niet samengevoegd
4302.11– – van nertsen
4302.12– – van konijnen of van hazen
4302.13– – van lammeren van de soorten Astrakan, Breitschwanz, Karakoel, Persianer en dergelijke, alsmede van Indische, Chinese, Mongoolse of Tibetaanse lammeren
4302.19– – andere
4302.20– koppen, staarten, poten en andere delen, alsmede afvallen, niet samengevoegd
4302.30– samengevoegde pelterijen
4304.00Namaakbont en artikelen van namaakbont
4304.009– – – artikelen van namaakbont
44.06Houten dwarsliggers en wisselhouten
4406.10– – niet geïmpregneerd
4406.101– – – eik
4406.102– – – beuk
4406.109– – – andere
4406.90– – andere
4406.901– – – eik
4406.902– – – beuk
4406.909– – – andere
44.18Schrijn– en timmerwerk voor bouwwerken, daaronder begrepen panelen met cellenstructuur, panelen voor parketvloeren en dakspanen ("shingles" en „shakes"), van hout
4418.10– vensters en vensterdeuren, alsmede kozijnen daarvoor
4418.20– deuren en kozijnen daarvoor, alsmede drempels
4418.30– panelen voor parketvloeren
48.05Ander papier en karton, niet gestreken en niet voorzien van een deklaag, op rollen of in bladen, niet verder bewerkt dan bedoeld bij aantekening 2 op dit hoofdstuk
4805.10– halfchemisch papier voor riffels
48.11Papier, karton, cellulosewatten en vliezen van cellulosevezels, gestreken, van een deklaag voorzien, geïmpregneerd, bekleed, aan het oppervlak gekleurd of versierd, dan wel bedrukt, op rollen of in bladen, andere dan de producten omschreven in post 48.03, 48.09 of 48.10
4811.2– papier en karton, voorzien van een kleefmiddel
4811.29– – andere
4811.299– – – andere
4814Behangselpapier en dergelijke wandbekleding; vitrofanies
4814.10– zogeheten ingrain-papier
4814.20– behangselpapier en dergelijke wandbekleding, bestaande uit papier aan de voorzijde voorzien van een deklaag van of bekleed met kunststof die is gegreineerd, gegaufreerd, gekleurd, met motieven bedrukt of op andere wijze versierd
4814.30– behangselpapier en dergelijke wandbekleding bestaande uit papier aan de voorzijde bedekt met vlechtstoffen, ook indien deze zijn samengebonden of plat geweven
4814.90– andere
4817.10– enveloppen
4817.20– postbladen, briefkaarten (andere dan prentbriefkaarten) en correspondentiekaarten
4817.30– assortimenten van papierwaren voor correspondentie, in dozen, in omslagen en in dergelijke verpakkingen, van papier of van karton
48.19Dozen, zakken, hoezen en andere verpakkingsmiddelen, van papier, van karton, van cellulosewatten of van vliezen van cellulosevezels; kartonnagewerk voor kantoorgebruik, voor winkelgebruik en voor dergelijk gebruik
4819.10– dozen van gegolfd papier of van gegolfd karton
4819.20– vouwdozen, andere dan van gegolfd papier of van gegolfd karton
4819.209– – – andere
4819.30– zakken met een bodembreedte van 40 cm of meer
4819.40– andere zakken, puntzakken daaronder begrepen
4819.50– andere verpakkingsmiddelen, hoezen voor grammofoonplaten daaronder begrepen
4819.501– – – cilindervormige dozen, vervaardigd uit twee of meer materialen
4819.60– kartonnagewerk voor kantoorgebruik, voor winkelgebruik en voor dergelijk gebruik
48.20Registers, comptabiliteitsboeken, zakboekjes, orderboekjes, kwitantieboekjes, agenda's, blocnotes en dergelijke artikelen, schriften, onderleggers, opbergmappen, mappen en banden (met losse bladen of andere), omslagen voor dossiers en andere schoolartikelen, kantoorartikelen en dergelijke artikelen (sets kettingformulieren en andere sets formulieren, ook indien voorzien van carbonpapier, daaronder begrepen), van papier of van karton; albums voor monstercollecties of voor verzamelingen, alsmede boekomslagen, van papier of van karton
4820.10– registers, comptabiliteitsboeken, zakboekjes, orderboekjes, kwitantieboekjes, agenda's, blocnotes en dergelijke artikelen
4820.20– schriften
4820.30– opbergmappen, mappen en banden (andere dan boekomslagen), alsmede omslagen voor dossiers
4820.40– sets kettingformulieren en andere sets formulieren, ook indien voorzien van carbonpapier
4820.50– albums voor monstercollecties of voor verzamelingen
4820.90Andere
4820.901– – – formulieren
4820.909– – – andere
48.21Etiketten van alle soorten, van papier of van karton, al dan niet bedrukt
4821.10– bedrukt
4821.90– andere
48.23Ander papier en karton, alsmede andere cellulosewatten en vliezen van cellulosevezels, op maat gesneden; andere werken van papierstof, van papier, van karton, van cellulosewatten of van vliezen van cellulosevezels
4823.1Papier, voorzien van een kleefmiddel, in stroken of op rollen
4823.11– – zelfklevend
4823.19– – ander
4823.40– diagrampapier voor registreerapparaten, op rollen, in bladen of in schijven
4823.5Ander papier en karton, van de soort gebruikt om te worden beschreven of bedrukt of voor andere grafische doeleinden
4823.51– – bedrukt, gegaufreerd, gegreineerd of geperforeerd
4823.59– – ander
4823.60– presenteerbladen, schalen, borden, kopjes, bekers en dergelijke artikelen, van papier of van karton
4823.70– werken van papierstof, gevormd of geperst
4823.90– andere
4823.909– – – andere
64.02Ander schoeisel met buitenzool en bovendeel van rubber of van kunststof
6402.1– sportschoeisel
6402.19– – ander
6402.20– schoeisel waarvan het bovendeel uit riempjes bestaat die met pluggen aan de zool zijn bevestigd
6402.30– ander schoeisel, met beschermende metalen neus
6402.9– ander schoeisel
6402.91– – de enkel bedekkend
6402.99– – ander
64.03Schoeisel met buitenzool van rubber, van kunststof, van leder of van kunstleder en met bovendeel van leder
6403.1Sportschoeisel
6403.19– – ander
6403.20– schoeisel met buitenzool van leder en met bovendeel dat bestaat uit lederen riemen over de wreef en om de grote teen
6403.30– schoeisel met houten basis, niet voorzien van een binnenzool of van een beschermende metalen neus
6403.40– ander schoeisel, met beschermende metalen neus
6403.5– ander schoeisel met buitenzool van leder
6403.51– – de enkel bedekkend
6403.59– – ander
6403.9– ander schoeisel
6403.91– – de enkel bedekkend
6403.99– – ander
64.05Ander schoeisel
6405.10– met bovendeel van leder of van kunstleder
6405.20– met bovendeel van textiel
6504.00Hoeden en andere hoofddeksels, gevlochten uit één stuk of vervaardigd door het aaneenzetten van stroken, ongeacht de stof waarvan die stroken zijn vervaardigd, ook indien gegarneerd
65.05Hoeden en andere hoofddeksels, van brei– of haakwerk of vervaardigd van kant, van vilt of van andere textielproducten (aan het stuk, maar niet in stroken), ook indien gegarneerd; haarnetjes, ongeacht van welke stof, ook indien gegarneerd
6505.10– haarnetjes
6505.90– andere
65.06Andere hoofddeksels, ook indien gegarneerd
6506.10– veiligheidshoofddeksels
6506.9– andere
6506.91– – van rubber of van kunststof
6506.92– – van bont
6506.99– – van andere stoffen
6507.00Binnenranden (zweetbanden), voeringen, overtrekken, karkassen, kleppen en stormbanden, voor hoofddeksels
66.01Paraplu's en parasols (wandelstokparaplu's, tuinparasols en dergelijke artikelen daaronder begrepen)
6601.10– tuinparasols en dergelijke artikelen
6601.9– andere
6601.91– – met telescopische stok of naald
6601.99– – andere
6602.00Wandelstokken, zitstokken, zwepen, rijzwepen en dergelijke artikelen
66.03Delen, garnituren en toebehoren, voor de artikelen bedoeld bij de posten 66.01 en 66.02
6603.10– handvatten en knoppen
6603.20– gemonteerde geraamten voor paraplu's of voor parasols, ook indien voorzien van stok of naald, al dan niet met knop of handvat
6603.90– andere
68.02Werken van steen (andere dan leisteen), bewerkte steen daaronder begrepen, andere dan bedoeld bij post 6801; blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, van natuursteen (leisteen daaronder begrepen), ook indien op een drager; korrels, splinters (scherven) en poeder, van natuursteen (leisteen daaronder begrepen), kunstmatig gekleurd
6802.2– andere werken van steen, bewerkte steen daaronder begrepen, enkel behakt of bezaagd, met platte of met effen vlakken
6802.21– – van marmer, van travertijn of van albast
6802.22– – van andere kalksteen
6802.29– – van andere steen
6802.9– andere
6802.91– – van marmer, van travertijn of van albast
6802.92– – van andere kalksteen
6802.99– – van andere steen
68.04Molenstenen, slijpstenen en dergelijke artikelen, zonder onderstel, om te malen, te vervezelen, te breken, te wetten, te polijsten, te slijpen, te zagen of te snijden, handwetstenen en handpolijststenen, alsmede delen daarvan, van natuursteen, van geagglomereerde natuurlijke of kunstmatige schuur-, slijp– of polijstmiddelen, of van keramiek, ook indien met delen van andere stoffen
6804.2Andere
6804.22– – van andere geagglomereerde schuur-, slijp– of polijstmiddelen of van keramiek
6804.30– handwetstenen en handpolijststenen
6804.309– – – van kunstmatige materialen
68.05Natuurlijke of kunstmatige schuur-, slijp– of polijstmiddelen in poeder of in korrels, op een drager van textiel, van papier, van karton of van andere stoffen, ook indien in een bepaalde vorm gesneden, genaaid of op andere wijze aaneengezet
6805.10– op een drager van uitsluitend textielweefsel
6805.20– op een drager van uitsluitend papier of karton
6805.30– op een drager van andere stoffen
68.06Slakkenwol, steenwol en dergelijke minerale wol; geëxpandeerd vermiculiet, geëxpandeerde klei, slakkenschuim en dergelijke geëxpandeerde minerale producten; mengsels en werken van minerale stoffen voor warmte-isolering, geluiddemping of geluidabsorptie, andere dan de goederen bedoeld bij post 68.11 of 68.12, dan wel bij hoofdstuk 69
6806.10– slakkenwol, steenwol en dergelijke minerale wol, ook indien onderling vermengd, in bulk, in bladen of op rollen
68.07Werken van asfalt of van dergelijke producten (bijvoorbeeld petroleumbitumen, koolteerpek)
6807.10– op rollen
6807.90– andere
6807.909– – ander
6808.00Panelen, platen, tegels, blokken en dergelijke artikelen, van plantaardige vezels, van stro of van krullen, spanen, zaagsel of ander afval van hout, gebonden met cement, met gips of met andere minerale bindmiddelen
68.09Werken van gips of van gipspreparaten
6809.1– platen, panelen, tegels en dergelijke artikelen, niet versierd
6809.11– – uitsluitend met papier of karton bekleed of versterkt
6809.19– – andere
6809.90– andere werken
68.12Bewerkte asbestvezels; mengsels samengesteld met asbest of met asbest en magnesiumcarbonaat; werken van deze mengsels of van asbest (bijvoorbeeld garens, weefsels, kleding, hoofddeksels, schoeisel, pakking), ook indien gewapend, andere dan bedoeld bij post 68.11 of 68.13
6812.10– bewerkte asbestvezels; mengsels samengesteld met asbest of met asbest en magnesiumcarbonaat
6812.20– garens
6812.30– koord, ook indien gevlochten
6812.40– weefsels en brei– of haakwerk, aan het stuk
6812.50– kleding, kledingtoebehoren, schoeisel en hoofddeksels
6812.60– asbestpapier, -karton en -vilt
6812.70– asbestpakking in vellen of op rollen
6812.90– andere
6812.909– – – andere
68.13Wrijvingsmateriaal (bijvoorbeeld platen, rollen, banden, segmenten, schijven, ringen), niet gemonteerd, voor remmen, voor koppelingen en voor frictiemechanismen, samengesteld met asbest, met andere minerale stoffen of met cellulose, ook indien verbonden met textiel of met andere stoffen
6813.10– remvoering
6813.109– – – andere
6813.90– andere
6813.909– – – andere
69.04Baksteen, vloerstroken (hourdis), balkbekleding en dergelijke keramische artikelen
6904.10– baksteen
6904.101– – – massief, afmetingen 250 × 120 × 65
6904.102– – – geperforeerd, afmetingen 250 × 120 × 65
6904.103– – – blokken, afmetingen 290 × 190 × 190
6904.104– – – blokken, afmetingen 250 × 190 × 190
6904.105– – – blokken, afmetingen 250 × 250 × 140
6904.109– – – andere
6904.90– andere
6904.901– – – vultegels voor plafondtoepassingen, afmetingen 250 × 380 × 140
6904.902– – – vultegels voor plafondtoepassingen, afmetingen 390 × 100 × 160
6904.903– – – steuntegels, afmetingen 250 × 120 × 40
6904.909– – – andere
69.05Dakpannen, elementen voor schoorstenen, rookkanalen, bouwkundige ornamenten en ander bouwmateriaal, van keramische stoffen
6905.10– dakpannen
6905.101– – – geperste dakpannen, afmetingen 350 × 200
6905.102– – – geperste dakpannen met sluiting, afmetingen 340 × 200
6905.103– – – vlakke dakpannen, afmetingen 380 × 180
6905.104– – – mediterrane dakpannen, afmetingen 375 × 200
6905.109– – – andere
6905.90– andere
69.10Gootstenen, wasbakken, zuilen voor wasbakken, badkuipen, bidets, closetpotten, stortbakken, urinoirs en dergelijke artikelen voor sanitair gebruik, bestemd om blijvend te worden bevestigd, van keramische stoffen
6910.10– van porselein
6910.90– andere
70.05Vuurgepolijst glas ("float glass") en op één of beide zijden geslepen of gepolijst glas, in platen, ook indien voorzien van een absorberende, reflecterende of niet-reflecterende laag, doch niet op andere wijze bewerkt
7005.30– draadglas
70.17Glaswerk voor laboratoria, voor apotheken of voor hygiënisch gebruik, ook indien voorzien van graad– of maataanwijzingen
7017.10– van gesmolten kwarts of van ander gesmolten siliciumdioxide
7017.109– – – andere
7017.20– van ander glas met een lineaire uitzettingscoëfficiënt van niet meer dan 5 × 10-6 per Kelvin tussen 0 °C en 300 °C
7017.90– andere
73.06Andere buizen, pijpen en holle profielen (bijvoorbeeld gelast, geklonken, genageld, gefelst of met enkel tegen elkaar liggende randen), van ijzer of van staal
7306.20– bekledingsbuizen (casing) en exploitatiebuizen (tubing), van de soort gebruikt bij de olie– of gaswinning
7306.202– – – exploitatiebuizen (tubing) met een uitwendige diameter van minder dan 76,2 mm
7306.209– – – andere
7306.50– andere, gelast, met rond profiel, van ander gelegeerd staal
7306.509– – – andere
7306.90– andere
73.08Constructiewerken en delen van constructiewerken (bij voorbeeld bruggen, brugdelen, sluisdeuren, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapconstructies, deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustraden), van gietijzer, van ijzer of van staal, andere dan de geprefabriceerde bouwwerken bedoeld bij post 94.06; platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, van gietijzer, van ijzer of van staal, gereedgemaakt voor gebruik in constructiewerken
7308.10– bruggen en brugdelen
7308.20– vakwerkmasten en andere masten
7308.40– steiger-, bekistings-, steun– en stutmateriaal
7308.409– – – andere
7309.00Reservoirs, voeders, kuipen en dergelijke bergingsmiddelen, voor ongeacht welke goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van gietijzer, van ijzer of van staal, met een inhoudsruimte van meer dan 300 l, niet voorzien van een mechanische inrichting of van een inrichting om te koelen of te warmen, ook indien inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding
7309.001– – – reservoirs voor het vervoer van goederen
7309.009– – – andere
7311.00Bergingsmiddelen voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas, van gietijzer, van ijzer of van staal
7311.009– – – andere
73.12Kabels, strengen, lengen en dergelijke artikelen, van ijzer of van staal, niet geïsoleerd voor het geleiden van elektriciteit
7312.10– kabels en strengen
7312.109– – – andere
7312.1099– – – andere
7312.90– andere
7312.909– – – andere
7313.00Prikkeldraad en dergelijk afrasteringsmateriaal, bestaande uit getorste draden of uit strippen, al dan niet voorzien van punten, stekels of tanden, van ijzer of van staal
73.14Metaaldoek (eindeloos metaaldoek daaronder begrepen), metaalgaas en traliewerk, van ijzerdraad of van staaldraad; plaatgaas verkregen door het uitrekken van plaatijzer, plaatstaal, bandijzer of bandstaal
7314.4– ander metaaldoek, metaalgaas en traliewerk
7314.41– – verzinkt
7314.42– – bekleed met kunststof
7314.49– – ander
73.15Kettingen en delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal
7315.1– scharnierende kettingen en delen daarvan
7315.11– – rolkettingen
7315.12– – andere kettingen
7315.19– – delen
7315.20– sneeuwkettingen
7315.8– andere kettingen
7315.81– – damkettingen
7315.82– – andere kettingen, met gelaste schakels
7315.89– – andere
7315.90– andere delen
7316.00Ankers, dreggen en delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal
73.17Draadnagels, spijkers, punaises, aangepunte krammen, gegolfde krambanden en dergelijke artikelen, van gietijzer, van ijzer of van staal, ook indien met een kop van andere stoffen, doch met uitzondering van die met een koperen kop
7317.001– – – voor rails
7317.002– – – voor beton
73.18Schroeven, bouten, moeren, kraagschroeven, schroefhaken, massieve klinknagels en klinkbouten, splitpennen en splitbouten, stelpennen en stelbouten, spieën, sluitringen (veerringen en andere verende sluitringen daaronder begrepen) en dergelijke artikelen, van gietijzer, van ijzer of van staal
7318.1– artikelen met schroefdraad
7318.11– – kraagschroeven
7318.12– – andere houtschroeven, met uitzondering van oogschroeven en schroefhaken
7318.13– – oogschroeven en schroefhaken
7318.14– – zelftappende schroeven
7318.19– – andere
7318.2– artikelen zonder schroefdraad
7318.21– – veerringen en andere verende sluitringen
7318.23– – massieve klinknagels en klinkbouten
7318.24– – splitpennen en splitbouten, stelpennen en stelbouten en spieën
7318.29– – andere
73.21Kachels, kookketels met vuurhaard, keukenfornuizen (die welke mede dienen voor centrale verwarming daaronder begrepen), barbecues, vuurpotten, gaskookplaten, bordenwarmers en dergelijke niet-elektrische toestellen voor huishoudelijk gebruik, alsmede delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal
7321.11– – voor gas of voor gas en andere brandstof
7321.13– – voor vaste brandstof
73.23Keukengerei en huishoudelijke artikelen, alsmede delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal; ijzerwol en staalwol; sponsen, schuurlappen, schuurhandjes en dergelijke artikelen voor het schuren, voor het polijsten of voor dergelijke doeleinden, van ijzer of van staal
7323.10– ijzerwol en staalwol; sponsen, schuurlappen, schuurhandjes en dergelijke artikelen voor het schuren, voor het polijsten of voor dergelijke doeleinden
7323.9– andere
7323.93– – van roestvrij staal
7323.931– – – potten
7323.939– – – andere
73.26Andere werken van ijzer of van staal
7326.1– gesmeed of gestampt, doch niet verder bewerkt
7326.19– – andere
7326.20– werken van ijzer– of staaldraad
7326.209– – – andere
7326.90– andere
7326.909– – andere
76.10Constructiewerken en delen van constructiewerken (bijvoorbeeld bruggen, brugdelen, torens, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapconstructies, deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustrades), van aluminium, andere dan de geprefabriceerde bouwwerken bedoeld bij post 94.06; platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, van aluminium, gereedgemaakt voor gebruik in constructiewerken
7610.10– deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor en drempels
7610.109– – andere
7610.90– andere
7610.901– – – elementen voor gebruik in constructiewerken
7610.909– – – andere
7611.00Reservoirs, voeders, kuipen en dergelijke bergingsmiddelen, voor ongeacht welke goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van aluminium, met een inhoudsruimte van meer dan 300 l, niet voorzien van een mechanische inrichting of van een inrichting om te koelen of te warmen, ook indien inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding
7611.001– – – inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding
7611.009– – – andere
76.14Kabels, strengen en dergelijke artikelen, van aluminium, niet geïsoleerd voor het geleiden van elektriciteit
7614.10– met een kern van staal
7614.90– andere
8304.00Bergkastjes voor kantoorbescheiden, kaartenkasten, opberg– en sorteerdozen, kopijstanders (concepthouders), pennenbakjes, stempelhouders en dergelijk kantoormaterieel, van onedel metaal, andere dan kantoormeubelen bedoeld bij post 94.03
83.09Stoppen (kroonkurken, schroefstoppen en schenkkurken daaronder begrepen), flessencapsules, schroefsponnen, sponblikjes, plombeerblikjes en -loodjes en andere benodigdheden voor verpakkingen, van onedel metaal
8309.90– andere
8309.902– – – plombeerblikjes en -loodjes, niet verder bewerkt
8309.903– – – plombeerblikjes en -loodjes, bewerkt
8309.909– – – andere
84.02Stoomketels (stoomgeneratoren), andere dan ketels voor centrale verwarming die zowel heet water als lagedrukstoom kunnen produceren; ketels voor oververhit water
8402.1– stoomketels
8402.11– – waterpijpketels met een stoomproductie van meer dan 45 ton per uur
8402.111– – – hoofdstoomketels voor schepen
8402.112– – – andere, met een stoomproductie van niet meer dan 300 ton per uur
8402.119– – – andere, met een stoomproductie van meer dan 300 ton per uur
8402.12– – waterpijpketels met een stoomproductie van niet meer dan 45 ton per uur
8402.121– – – hoofdstoomketels voor schepen
8402.129– – – andere
8402.19– – andere stoomketels, hybride ketels daaronder begrepen
8402.191– – – hoofdstoomketels voor schepen
8402.192– – – vlampijpketels
8402.193– – – heteolieketels
8402.199– – – andere
8402.20– ketels voor oververhit water
8402.201– – – gestookt met gehakt hout
84.03Ketels voor centrale verwarming, andere dan die bedoeld bij post 84.02
8403.90– delen
84.04Hulptoestellen voor ketels bedoeld bij post 84.02 of 84.03 (bij voorbeeld economisers of voorwarmers, oververhitters, roetblazers, terugvoerinrichtingen voor vliegas); condensors voor stoommachines
  
8404.90– delen
84.06Stoomturbines en andere dampturbines
8406.90– delen
84.16Branders voor het stoken van vuurhaarden met vloeibare brandstof, met verpoederde vaste brandstof of met gas; automatische stookinrichtingen, alsmede daarvoor bestemde werp– en schroefstokers, mechanische roosters, mechanische toestellen voor het verwijderen van as en dergelijke inrichtingen
8416.20– andere branders, branders voor meer dan één soort brandstof daaronder begrepen
8416.209– – – andere
84.18Koelkasten, vrieskasten en andere machines, apparaten en toestellen voor de koeltechniek, al dan niet elektrisch werkend; warmtepompen, andere dan klimaatregelingstoestellen bedoeld bij post 84.15
8418.2– koelkasten voor huishoudelijk gebruik
8418.21– – met compressiekoelmachine
8418.22– – met absorptiekoelmachine, elektrisch
8418.29– – andere
8418.50– andere kisten, kasten, vitrines, toonbanken en dergelijke koel– of vriesmeubelen
84.19Toestellen, apparaten en inrichtingen, ook indien elektrisch verhit, voor de behandeling van stoffen volgens werkwijzen waarbij temperatuurverandering nodig is, zoals verwarmen, koken, branden, roosten, distilleren, rectificeren, steriliseren, pasteuriseren, stomen, drogen, uitdampen, verdampen, condenseren of afkoelen, andere dan toestellen en apparaten voor huishoudelijk gebruik; geisers (doorstroomtoestellen) en andere heetwatertoestellen (voorraadtoestellen of boilers), niet elektrisch
8419.1Geisers (doorstroomtoestellen) en andere heetwatertoestellen (voorraadtoestellen of boilers), niet elektrisch
8419.111– – – voor huishoudelijk gebruik
8419.119– – – andere
8419.191– – – voor huishoudelijk gebruik
8419.199– – – andere
8419.40– distilleertoestellen en rectificeertoestellen
8419.401– – – fractioneerkolommen voor de productie van zuurstof
8419.409– – – andere
8419.8– andere toestellen, apparaten en inrichtingen
8419.81– – voor het bereiden van warme dranken of voor het koken, bakken of opwarmen van spijzen
8419.819– – – andere
8419.89– – andere
8419.899– – – andere
8419.8999– – – – andere
84.20Kalanders en walsmachines, andere dan voor metalen of voor glas, alsmede cilinders daarvoor
8420.10– kalanders en walsmachines
8420.101– – – strijkmachines
8420.1011– – – – voor huishoudelijk gebruik
84.21Centrifuges, centrifugaaldrogers daaronder begrepen; toestellen voor het filtreren of zuiveren van vloeistoffen of van gassen
8421.1– – centrifuges, centrifugaaldrogers daaronder begrepen
8421.121– – – voor huishoudelijk gebruik
8421.2– toestellen voor het filtreren of zuiveren van vloeistoffen
8421.29– – andere
8421.299– – – andere
8421.3– toestellen voor het filtreren of zuiveren van gassen
8421.31– – luchtfilters voor explosiemotoren of voor verbrandingsmotoren
8421.319– – – andere
8421.39– – andere
8421.399– – – andere
8421.9– delen
8421.91– – van centrifuges, met inbegrip van centrifugaaldrogers
8421.919– – van centrifuges, met inbegrip van centrifugaaldrogers
84.23Weegtoestellen en weeginrichtingen, tel– en controletoestellen waarvan de werking op weging berust daaronder begrepen, doch met uitzondering van precisiebalansen met een gevoeligheid van 5 cg of beter; gewichten voor weegtoestellen van alle soorten
8423.30– toestellen voor het afwegen van constante hoeveelheden en weegtoestellen voor het vullen van zakken of andere bergingsmiddelen
8423.8– andere weegtoestellen en weeginrichtingen
8423.81– – met een weegvermogen van niet meer dan 30 kg
8423.82– – met een weegvermogen van meer dan 30 doch niet meer dan 5 000 kg
8423.829– – – andere
8423.89– – andere
8423.891– – – weegbruggen (voor spoorwegmaterieel of voor vrachtwagens en bestelwagens)
8423.899– – – andere
84.24Mechanische toestellen (ook indien voor handkracht) voor het spuiten, verspreiden of verstuiven van vloeistoffen of van poeder; blusapparaten (ook indien gevuld); spuitpistolen en dergelijke toestellen; zandstraaltoestellen, stoomstraaltoestellen en dergelijke straaltoestellen
8424.10– blusapparaten (ook indien gevuld)
8424.109– – – andere
8424.8– andere toestellen
8424.81– – voor de land– of tuinbouw
8424.819– – – andere
84.27Vorkheftrucks; andere transportwagentjes met hef– of hanteerinrichting
8427.20– andere transportwagens met eigen beweegkracht
8427.209– – – andere
8427.90– andere transportwagens
84.28Andere hef-, hijs-, laad– en losmachines en -toestellen, alsmede andere machines en toestellen voor het hanteren van goederen (bijvoorbeeld liften, roltrappen, transportbanden, kabelbanen)
8428.20– pneumatische transportinrichtingen
8428.209– – – andere
8428.3– andere continuwerkende transportinrichtingen voor goederen
8428.39– – andere
8428.399– – – andere
84.32Machines, toestellen en werktuigen voor land-, tuin– of bosbouw, voor de voorbereiding, bewerking of bebouwing van de bodem; rollers voor gras– en sportvelden
8432.10– ploegen
8432.2– eggen, cultivators, extirpators, hak-, schoffel– en wiedmachines
8432.21– – schijfeggen
8432.29– – andere
8432.30– zaai-, plant– en pootmachines
8432.301– – – plantmachines voor de bosbouw
8432.309– – – andere
8432.40– machines voor het strooien of verspreiden van meststoffen
8432.80– andere machines, toestellen en werktuigen
84.33Machines, toestellen en werktuigen voor het oogsten of voor het dorsen van landbouwproducten, stro– en veevoederpersen daaronder begrepen; gazon– en andere grasmaaimachines; machines voor het reinigen of sorteren van eieren, vruchten of andere landbouwproducten, andere dan die bedoeld bij post 84.37
8433.1– gazonmaaimachines, die voor parken en sportvelden daaronder begrepen
8433.11– – met motor en met een in een horizontaal vlak draaiende snijinrichting
8433.19– – andere
8433.20– andere maaimachines, maaibalken voor trekkers daaronder begrepen
84.38Machines en toestellen, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk, voor de industriële bereiding of vervaardiging van voedingsmiddelen of dranken, andere dan machines en toestellen voor de extractie of de bereiding van dierlijke of van vaste plantaardige vetten of oliën
8438.50– machines en toestellen voor het bewerken of verwerken van vlees
8438.60– machines en toestellen voor de bereiding van vruchten of groenten
84.52Naaimachines, andere dan de naaimachines voor het boekbindersbedrijf bedoeld bij post 84.40; meubelen, onderstellen en kappen, speciaal ontworpen voor naaimachines; naalden voor naaimachines
8452.10– naaimachines voor huishoudelijk gebruik
84.57Bewerkingscentra, enkelstationsbewerkingsmachines en meervoudige transferbewerkingsmachines, voor de bewerking van metalen
8457.20– enkelstationsbewerkingsmachines
8457.30– meervoudige transferbewerkingsmachines
84.58Draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) voor het verspanend bewerken van metaal
8458.1– horizontale draaibanken
8458.19– – andere
84.59Machines (bewerkingseenheden op slede daaronder begrepen) voor het boren, ruimen, frezen, draadsnijden of draadtappen in metaal, waarbij metaal wordt weggenomen, andere dan de draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) bedoeld bij post 84.58
8459.2– andere boormachines
8459.29– – andere
8459.299– – – andere
8459.6– andere freesmachines
8459.61– – met numerieke besturing
8459.619– – – andere
8459.69– – andere
8459.699– – – andere
84.60Machines voor het afbramen, slijpen, lappen, polijsten, afslijpen, honen of op andere wijze afwerken van metalen of van cermets, met behulp van slijpmiddelen (slijpstenen, slijpschijven, hoonstenen) of polijstschijven, andere dan de machines voor het frezen, steken, schaven, slijpen of afwerken van tandwielen bedoeld bij post 84.61
8460.2Andere slijpmachines waarbij de instelling in een der assen tot op ten minste 0,01 mm nauwkeurig kan worden geregeld
8460.29– – andere
8460.292– – – voor krukassen
8460.3– machines voor het slijpen van gereedschap
8460.39– – andere
84.61Schaafbanken, sterkearmschaafbanken, steekbanken, trekfreesbanken, machines voor het frezen, steken, schaven, slijpen of afwerken van tandwielen, zaagmachines, afsteekbanken en andere machines voor het verspanend bewerken van metaal of van cermets, elders genoemd noch elders onder begrepen
8461.50– zaagmachines en afsteekbanken
84.81Kranen en dergelijke artikelen (reduceerventielen en thermostatisch werkende kleppen daaronder begrepen), voor leidingen, voor ketels, voor reservoirs, voor bakken of voor dergelijke bergingsmiddelen
8481.10Reduceerventielen
8481.109– – – andere
8481.30– terugslagkleppen
8481.309– – – andere
8481.40– overloopkleppen en veiligheidskleppen
8481.409– – – andere
8481.80– andere artikelen
8481.801– – – elektromechanisch of pneumatisch aangedreven regelkleppen
8481.806– – – toebehoren voor centrale verwarming met enkele of dubbele buizen, met een nominale afmeting van 3/8" of meer, doch niet meer dan 3/4"
85.01Elektromotoren en elektrische generatoren, andere dan generatoraggregaten
8501.3– andere gelijkstroommotoren; gelijkstroomgeneratoren
8501.31– – met een vermogen van niet meer dan 750 W
8501.319– – – andere
8501.33– – met een vermogen van meer dan 75 doch niet meer dan 375 kW
8501.339– – – andere
8501.40– andere eenfasewisselstroommotoren
8501.409– – andere
8501.4099– – – andere
8501.5– andere meerfasewisselstroommotoren
8501.51– met een vermogen van niet meer dan 750 W
8501.519– – – andere
8501.5199– – – andere
8501.52– – met een vermogen van meer dan 750 W doch niet meer dan 75 kW
8501.529– – – andere
8501.5299– – – andere
85.02Elektrische generatoraggregaten en roterende omvormers
8502.1– generatoraggregaten aangedreven door een zuigermotor met zelfontsteking (diesel– of semi-dieselmotor)
8502.11– – met een vermogen van niet meer dan 75 kVA
8502.119– – – andere
8502.12– – met een vermogen van meer dan 75 doch niet meer dan 375 kVA
8502.129– – – andere
8502.13– – met een vermogen van meer dan 375 kVA
8502.139– – – andere
8502.20– generatoraggregaten aangedreven door een zuigermotor met vonkontsteking (explosiemotoren)
8502.209– – – andere
8502.3– andere generatoraggregaten
8502.39– andere
8502.391– – – voor gelijkstroom
8502.3919– – – andere
8502.399– – – voor wisselstroom
8502.3999– – – andere
8502.40– roterende omvormers
8502.409– – – andere
85.04Elektrische transformatoren, statische omvormers (bijvoorbeeld gelijkrichters), smoorspoelen en zelfinductiespoelen
8504.10– ballasten voor ontladingslampen of -buizen
8504.109– – – andere
8504.3– andere transformatoren
8504.34– – met een vermogen van meer dan 500 kVA
8504.349– – – andere
8504.40– statische omvormers
8504.409– – – andere
85.05Elektromagneten; permanente magneten en artikelen bestemd om na magnetisering als permanente magneten te worden gebruikt; magnetische en elektromagnetische opspanplaten en werkstukhouders; elektromagnetische koppelingen, gangwissels en remmen; lastmagneten
8505.20– elektromagnetische koppelingen, gangwissels en remmen
85.30Elektrische signaaltoestellen (andere dan die voor de overbrenging van berichten), veiligheids-, controle– en bedieningstoestellen, voor spoor– en tramwegen, voor verkeers– en waterwegen, voor parkeerterreinen, voor havens of voor vliegvelden (andere dan die bedoeld bij post 86.08)
8530.10– toestellen voor spoor– en tramwegen
8530.80– andere toestellen
85.39Elektrische gloeilampen en -buizen en elektrische gasontladingslampen en -buizen, „sealed beam"-lampen en lampen en buizen voor ultraviolette of voor infrarode stralen daaronder begrepen; booglampen
8539.2– andere gloeilampen en -buizen, met uitzondering van lampen en buizen voor ultraviolette of voor infrarode stralen
8539.29– – andere
85.44Draad, kabels (coaxiale kabels daaronder begrepen) en andere geleiders van elektriciteit, geïsoleerd (ook indien gevernist of gelakt – zogeheten emaildraad – of anodisch geoxideerd), ook indien voorzien van verbindingsstukken; optischevezelkabel bestaande uit individueel omhulde vezels, ook indien elektrische geleiders bevattend of voorzien van verbindingsstukken
8544.1– wikkeldraad
8544.111– – – met een diameter van niet meer dan 2,50 mm
8544.20– coaxiaalkabel en andere coaxiale geleiders van elektriciteit
8605.001– – – ambulances
86.01Elektrische locomotieven en elektrische railtractors (zonder eigen energiebron of met elektrische accumulatoren)
8601.10– zonder eigen energiebron
8601.102– – – voor spoor met normale spoorwijdte
8601.109– – – andere
86.02Andere locomotieven en andere railtractors; tenders
8602.10– dieselelektrische locomotieven
8602.90– andere
8602.901– – – diesel-mechanisch explosieveilig
8602.902– – – diesel-hydraulisch
8602.909– – – andere
86.03Motorwagens voor spoor– en tramwegen en railauto's, andere dan die bedoeld bij post 86.04
8603.10– zonder eigen energiebron
8603.101– – – personenrijtuigen voor tramwegen
8603.102– – – motoreenheden voor personenvervoer
8603.103– – – motorwagens voor personenvervoer
8603.109– – – andere
8603.90– andere
8603.901– – – motoreenheden voor personenvervoer
8603.902– – – motorwagens voor personenvervoer
8603.909– – – andere
8605.00Personenrijtuigen, bagagewagens, postwagens en andere speciale wagens, zonder eigen beweegkracht, voor spoor– en tramwegen (andere dan die bedoeld bij post 86.04)
8605.002– – – personenrijtuigen, postwagens, bagagewagens en officiële rijtuigen voor spoorwegen
8605.009– – – andere
86.06Goederenwagens zonder eigen beweegkracht, voor spoor– en tramwegen
8606.10– tankwagens en dergelijke
8606.20– thermisch geïsoleerde wagens en koelwagens, andere dan die bedoeld bij onderverdeling 8606 10
8606.30– zelflossende wagens, andere dan die bedoeld bij de onderverdelingen 8606 10 en 8606 20
8606.9– andere
8606.91– – gesloten (met wanden en dak)
8606.911– – – voor het vervoer van levende vis
8606.919– – – andere
8606.92– – open wagens met niet-afneembare zijkanten met een hoogte van meer dan 60 cm
8606.99– – andere
8606.991– – – wagens en rijtuigen voor tramwegen
8606.999– – – andere
86.07Delen van rollend spoor– en tramwegmaterieel
8607.1– draaistellen (bogies), bisseldraaistellen, assen en wielen, alsmede delen daarvan
8607.11– – tractiedraaistellen en tractiebisseldraaistellen
8607.12– – andere draaistellen (bogies) en andere bisseldraaistellen
8607.30– koppelhaken en andere koppelingen, buffers, alsmede delen daarvan
8609.00Containers en dergelijke laadkisten (tankcontainers daaronder begrepen), ingericht en uitgerust voor het vervoer met ongeacht welk vervoermiddel
8609.009– – – andere
87.01Tractors (trekkers), andere dan die bedoeld bij post 87.09
8701.20– trekkers (wegtractors) voor opleggers
8701.202– – – gebruikt, met een motorvermogen van niet meer dan 300 kW
8701.204– – – gebruikt, met een motorvermogen van meer dan 300 kW
87.02Automobielen voor het vervoer van tien of meer personen, de bestuurder daaronder begrepen
8702.10– met een motor met zelfontsteking (diesel– of semi-dieselmotor)
8702.101– – – autobussen, nieuw
8702.102– – – autobussen, gebruikt
8702.90– – andere
8702.901– – – andere autobussen, nieuw
8702.902– – – andere autobussen, gebruikt
8702.903– – – trolleybussen
8702.909– – – andere
87.03Automobielen en andere motorvoertuigen hoofdzakelijk ontworpen voor personenvervoer (andere dan die bedoeld bij post 87.02), motorvoertuigen van het type „station-wagon" of „break" en racewagens daaronder begrepen
8703.2– andere voertuigen met een motor met vonkontsteking en met op– en neergaande zuigers
8703.21– – met een cilinderinhoud van niet meer dan 1 000 cm3
8703.212– – – automobielen, gebruikt
8703.219– – – andere, gebruikt
8703.22– – met een cilinderinhoud van meer dan 1 000 doch niet meer dan 1 500 cm3
8703.222– – – automobielen, gebruikt
8703.229– – – andere, gebruikt
8703.23– – met een cilinderinhoud van meer dan 1 500 doch niet meer dan 3 000 cm3
8703.232– – – automobielen, gebruikt
8703.235– – – voor gebruik op of buiten de wegen, gebruikt
8703.239– – – andere, gebruikt
8703.24– – met een cilinderinhoud van meer dan 3 000 cm3
8703.242– – – automobielen, gebruikt
8703.245– – – voor gebruik op of buiten de wegen, gebruikt
8703.249– – – andere, gebruikt
8703.3– andere voertuigen met een motor met zelfontsteking (diesel– of semi-dieselmotor)
8703.31– – met een cilinderinhoud van niet meer dan 1 500 cm3
8703.312– – – automobielen, gebruikt
8703.319– – – andere, gebruikt
8703.32– – met een cilinderinhoud van meer dan 1 500 doch niet meer dan 2 500 cm3
8703.322– – – automobielen, gebruikt
8703.325– – – voor gebruik op of buiten de wegen, gebruikt
8703.329– – – andere, gebruikt
8703.33– met een cilinderinhoud van meer dan 2 500 cm3
8703.332– – – automobielen, gebruikt
8703.335– – – voor gebruik op of buiten de wegen, gebruikt
8703.339– – – andere, gebruikt
8703.90– andere
8703.902– – – automobielen, gebruikt
8703.909– – – andere, gebruikt
87.04Automobielen voor goederenvervoer
8704.2– andere voertuigen met een motor met zelfontsteking (diesel– of semi-dieselmotor)
8704.23– – met een maximaal toegelaten gewicht van meer dan 20 ton
8704.231– – – tankwagens
8706.00Chassis met motor, voor motorvoertuigen bedoeld bij de posten 87.01 tot en met 87.05
8706.002– – – voor tractors (trekkers)
87.07Carrosserieën voor motorvoertuigen bedoeld bij de posten 87.01 tot en met 87.05, cabines daaronder begrepen
8707.10– voor voertuigen bedoeld bij post 87.03
8707.90– andere
8707.901– – – voor autobussen en trolleybussen
8707.902– – – gesloten aluminium carrosserieën voor vrachtwagens
8707.909– – – andere
87.08Delen en toebehoren van motorvoertuigen bedoeld bij de posten 8701 tot en met 87.05
8708.10– bumpers en delen daarvan
8708.2– andere delen en toebehoren van carrosserieën (cabines daaronder begrepen)
8708.291– – – aluminium zijpanelen voor carrosserieën van vrachtwagens
8708.3– remmen en servoremmen, alsmede delen daarvan
8708.39– – andere
8708.9– andere delen en toebehoren
8708.92– – knaldempers en uitlaatpijpen
8708.93– – koppelingen en delen daarvan
8708.99– – andere
8708.991– – – koppelingen, sluitingen en steungeleiders, met uitzondering van beweeglijke koppelingen
8708.992– – – andere delen, bewerkt
8708.999– – – andere delen, niet verder bewerkt
87.11Motorrijwielen en rijwielen met hulpmotor, ook indien met zijspan; zijspanwagens
8711.10– met motor met op– en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud van niet meer dan 50 cm3
8711.20Met motor met op– en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud van meer dan 50 doch niet meer dan 250 cm3
8711.201– – – nieuw
8711.209– – – gebruikt
8711.30Met motor met op– en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud van meer dan 250 doch niet meer dan 500 cm3
8711.301– – – nieuw
8711.309– – – gebruikt
8711.40Met motor met op– en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud van meer dan 500 doch niet meer dan 800 cm3
8711.401– – – nieuw
8711.409– – – gebruikt
8711.50Met motor met op– en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud van meer dan 800 cm3
8711.509– – – gebruikt
8711.90– andere
8711.901– – – zijspanwagens
8711.909– – – andere
87.14Delen en toebehoren van de voertuigen bedoeld bij de posten 87.11 tot en met 87.13
8714.1– van motorrijwielen
8714.11– – zadels
8714.9– andere
8714.92– – velgen en spaken
8714.93– – naven (andere dan remnaven) en tandwielen voor vrijloop (freewheels)
8714.94– – remmen, remnaven daaronder begrepen, alsmede delen daarvan
8714.95– – zadels
87.16Aanhangwagens en opleggers; andere voertuigen zonder eigen beweegkracht; delen daarvan
8716.20– aanhangwagens en opleggers voor landbouwdoeleinden, zelfladend of zelflossend
8716.209– – – andere
8716.3– andere aanhangwagens en opleggers voor goederenvervoer
8716.31– – tankaanhangwagens en tankopleggers
8716.311– – – voor vloeibaar gemaakt gas
8716.40– andere aanhangwagens en opleggers
8716.80– andere voertuigen
89.03Jachten en andere plezier– en sportvaartuigen; roeiboten en kano's
8903.10– opblaasbare boten
8903.9– andere
8903.92– – motorboten, andere dan die met buitenboordmotor
8903.99– – andere
94.01Stoelen, banken en andere zitmeubelen (andere dan die bedoeld bij post 94.02), ook indien zij tot bed kunnen worden omgevormd, alsmede delen daarvan
9401.30– draaistoelen, in de hoogte verstelbaar
9401.90– delen
9401.902– – – van metaal, met uitzondering van schokdempers
9401.903– – – schokdempers
9401.904– – – van kunststof
94.04Springbakken, spiraalmatrassen en dergelijke in een lijst of in een raam gevatte matrassen; artikelen voor bedden en dergelijke (bij voorbeeld matrassen, dekbedden, gewatteerde dekens, kussens, poefs, peluws), met binnenvering of opgevuld met ongeacht welk materiaal, dan wel van rubber of van kunststof, met celstructuur, ook indien overtrokken
9404.10– springbakken, spiraalmatrassen en dergelijke in een lijst of in een raam gevatte matrassen
9404.2– matrassen
9404.21– – van rubber of van kunststof, met celstructuur, ook indien overtrokken
9404.29– – van andere stoffen
9404.30– slaapzakken
9404.90– andere
9406.00Geprefabriceerde bouwwerken
9406.001– – – van kunststof
9406.002– – – van cement, van beton of van kunststeen
9406.004– – – van staal
9406.005– – – van hout
9406.009– – – andere
9602.00Plantaardige of minerale stoffen geschikt om te worden gesneden, bewerkt, alsmede werken van deze stoffen; gevormde of gesneden werken van was, van paraffine, van stearine, van natuurlijke gommen of harsen, van modelleerpasta, alsmede gevormde of gesneden werken, elders genoemd noch elders onder begrepen; bewerkte, niet-geharde gelatine, andere dan die bedoeld bij post 35.03, alsmede werken van niet-geharde gelatine
9602.001– – – gelatinecapsules voor farmaceutisch gebruik
9602.002– – – plantaardige of minerale stoffen, bewerkt, alsmede werken van deze stoffen
9602.009– – – andere
96.06Knopen en drukknopen; knoopvormen en andere delen van knopen of van drukknopen; knopen in voorwerpsvorm
9606.10– drukknopen en delen daarvan
9606.2– knopen
9606.21– – van kunststof, niet overtrokken met textiel
9606.22– – van onedel metaal, niet overtrokken met textiel
9606.29– – andere
9606.30– knoopvormen en andere delen van knopen; knopen in voorwerpsvorm
96.07Treksluitingen en delen daarvan
9607.1– treksluitingen
9607.11– – met haakjes van onedel metaal
9607.19– – andere
9607.20– delen
96.08Kogelpennen; vilt– en merkstiften, alsmede andere pennen met poreuze punt; vulpennen; doorschrijfpennen; vulpotloden; penhouders, potloodhouders en dergelijke artikelen; delen (puntbeschermers en klemmen daaronder begrepen) van deze artikelen, andere dan die bedoeld bij post 96.09
9608.10– kogelpennen
9608.20– vilt– en merkstiften, alsmede andere pennen met poreuze punt
9608.209– – – andere
9608.3– vulpennen
9608.31– – tekenvulpennen voor Oost-Indische of Chinese inkt
9608.39– – andere
9608.40– vulpotloden
9608.50– assortimenten van artikelen bedoeld bij ten minste twee van de voornoemde onderverdelingen
9608.60– vullingen voor kogelpennen met punt
9608.9– andere
9608.91– – schrijfpennen en punten voor schrijfpennen
9608.911– – – schrijfpennen, van goud
9608.912– – – schrijfpennen, andere
9608.913– – – tekenpennen
9608.919– – – punten voor schrijfpennen
9608.99– – andere
9608.992– – – vullingen voor viltstiften
9608.999– – – andere
96.09Potloden (andere dan die bedoeld bij post 96.08), griffels, potloodstiften, pastellen, tekenkool, schrijf– en tekenkrijt, en kleermakerskrijt
9609.10– potloden
9609.20– stiften voor potloden of voor vulpotloden
9609.90– andere

Bijlage II

Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap

(artikel 18, lid 3)

De rechten worden als volgt verlaagd:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 70% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden de rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden de rechten verminderd tot 40% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden de rechten verminderd tot 30% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden de rechten verminderd tot 15% van het basisrecht;

– op 1 januari 2007 worden de resterende rechten afgeschaft.

GS 6+Omschrijving van de goederen
25.22Ongebluste kalk, gebluste kalk en hydraulische kalk, andere dan calciumoxide en calciumhydroxide bedoeld bij post 28.25
2522.10– ongebluste kalk
2522.20– gebluste kalk
2522.30– hydraulische kalk
25.23Hydraulisch cement (cementklinker daaronder begrepen), ook indien gekleurd
2523.10– cementklinker
2523.109– – – andere
2523.2– portlandcement
2523.29– – andere
2523.292– – – portlandcement met toevoegingen
2523.294– – – sulfaatbestendig cement
2523.295– – – cement met lage hydratatietemperatuur
2523.296– – – metallurgisch cement en hoogovencement
2523.299– – – andere
2523.30– aluminiumcement
2523.301– – – aluminiumcement met een Al2O3-gehalte van niet meer dan 50%
2523.90– ander hydraulisch cement
2710.00Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70 of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald, elders genoemd noch elders onder begrepen
2710.001– – – motorbenzine en andere lichte oliën:
2710.0012– – – – loodvrije motorbenzine
2710.0013– – – – andere motorbenzine
2710.0019– – – – andere lichte oliën en op basis van lichte oliën vervaardigde producten
2710.002– – – kerosine en andere halfzware oliën
2710.0024– – – – andere aardolie
2710.0029– – – – andere halfzware oliën en producten op basis van die oliën
2710.003– – – zware oliën, andere dan afgewerkte oliën en oliën die voor verdere verwerking zijn bestemd
2710.0031– – – – gasolie
2710.0032– – – – zeer lichte en lichte speciale stookolie
2710.009– – – andere
2710.0099– – – – afgewerkte olie
2807.00Zwavelzuur; oleum (rokend zwavelzuur)
2807.001– – – zwavelzuur, pro analysi
2808.00Salpeterzuur; nitreerzuren
2808.001– – – nitreerzuren, pro analysi
31.02Minerale of chemische stikstofhoudende meststoffen
3102.90– andere, niet in de bovenstaande onderverdelingen genoemde mengsels daaronder begrepen
31.05Minerale of chemische meststoffen die twee of drie van de vruchtbaarmakende elementen stikstof, fosfor en kalium bevatten; andere meststoffen; producten bedoeld bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een brutogewicht van niet meer dan 10 kg
3105.10– producten bedoeld bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een brutogewicht van niet meer dan 10 kg
32.06Andere kleur– en verfstoffen; preparaten bedoeld bij aantekening 3 op dit hoofdstuk, andere dan die bedoeld bij de posten 32.03, 32.04 en 32.05; anorganische producten van de soort gebruikt als „lichtgevende stoffen" (luminoforen), ook indien chemisch welbepaald
3206.20– pigmenten en preparaten op basis van chroomverbindingen:
3206.201– – – chroomgroen
3206.202– – – zinkgeel (zinkchromaat)
3206.209– – – andere
3206.4– andere kleur– en verfstoffen en andere preparaten:
3206.49– – andere
3206.492– – – geconcentreerde dispersies van pigmenten
3206.494– – – op basis van carbonblack
33.04Schoonheidsmiddelen en producten voor de huidverzorging (andere dan geneesmiddelen), preparaten tegen zonnebrand en preparaten voor het verkrijgen van een bruine huidskleur daaronder begrepen; producten voor manicure of voor pedicure
3304.10– – producten voor het opmaken van de lippen
3304.109– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3304.20– – producten voor het opmaken van de ogen
3304.209– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3304.30– – producten voor manicure of voor pedicure
3304.309– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
33.05Haarverzorgingsmiddelen
3305.10– – shampoo
3305.109– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3305.20– permanent-haargolfpreparaten en preparaten voor het ontkrullen van het haar
3305.209– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3305.30– – haarlak
3305.309– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3305.90– – andere
3305.909– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
33.06Producten voor mondhygiëne en voor tandverzorging, kleefpoeders en -pasta's voor kunstgebitten daaronder begrepen; garens gebruikt voor het schoonmaken tussen te tanden (floszijde), opgemaakt voor de verkoop in het klein
3306.10– – tandreinigingsmiddelen
3306.109– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3306.90– – andere
3306.909– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
33.07Scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt, deodorantia voor lichaamsverzorging, badpreparaten, ontharingsmiddelen en andere parfumerieën, toiletartikelen en cosmetische producten, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het neutraliseren van geuren in vertrekken (deodorantia), ook indien niet geparfumeerd of met desinfecterende eigenschappen
3307.10Scheermiddelen en middelen die voor of na het scheren worden gebruikt
3307.109– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3307.20– – deodorantia voor lichaamsverzorging en antitranspiratiemiddelen
3307.209– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3307.30– geparfumeerde badzouten en andere badpreparaten
3307.309– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
3307.4– preparaten voor het parfumeren van vertrekken of voor het neutraliseren van geuren in vertrekken, preparaten die bij godsdienstige plechtigheden worden gebruikt daaronder begrepen
3307.49– – andere
3307.499– – – opgemaakt voor de verkoop in het klein
34.02Organische tensioactieve producten (andere dan zeep); tensioactieve bereidingen, wasmiddelen (hulppreparaten voor het wassen daaronder begrepen) en reinigingsmiddelen, ook indien zeep bevattend, andere dan die bedoeld bij post 34.01
3402.1– – organische tensioactieve producten, ook indien opgemaakt voor de verkoop in het klein
3402.11– – anionische
3402.111– – – alkylarylsulfonaat
3402.112– – – polyglycolether-laurylalcoholsulfonaat
3402.20– – bereidingen opgemaakt voor de verkoop in het klein
3402.201– – – wasmiddelen in poedervorm
3402.209– – – andere
3402.90– andere
3402.901– – – wasmiddelen in poedervorm
38.08Insectendodende middelen, rattenbestrijdingsmiddelen, schimmelwerende middelen, onkruidbestrijdingsmiddelen, middelen om het kiemen tegen te gaan, middelen om de plantengroei te regelen, ontsmettingsmiddelen en dergelijke producten, opgemaakt in vormen of verpakkingen voor de verkoop in het klein, dan wel voorkomend als bereidingen of in de vorm van artikelen zoals zwavelbanden, zwavellonten, zwavelkaarsen en vliegenvangers
3808.20– schimmelwerende middelen
3808.209– – – andere schimmelwerende middelen, niet bestemd voor de bescherming van planten
39.17Buizen, slangen en hulpstukken daarvoor (bij voorbeeld verbindingsstukken, moffen, ellebogen, flenzen), van kunststof
3917.2– stijve buizen en slangen
3917.21– – van polymeren van ethyleen
3917.211– – – voor onderzeese waterleidingen
3917.219– – – andere
3917.2199– – – andere
3917.22– – van polymeren van propyleen
3917.229– – – andere
3917.23– – van polymeren van vinylchloride
3917.239– – – andere
3917.29– – van andere kunststof
3917.299– – – andere
3917.31– – flexibele buizen en slangen met een minimumdrukweerstand van 27,6 MPa
3917.319– – – andere
3917.32– – andere, niet versterkt of op andere wijze gecombineerd met andere stoffen, zonder hulpstukken
3917.329– – andere
3917.33– – andere, niet versterkt of op andere wijze gecombineerd met andere stoffen, zonder hulpstukken
3917.339– – – andere
3917.39– – andere
3917.399– – – andere
3917.40– hulpstukken
3917.409– – – andere
39.18Vloerbedekking van kunststof, ook indien zelfklevend, op rollen of in tegels; wand– en plafondbekleding van kunststof, als bedoeld bij aantekening 9 op dit hoofdstuk
3918.10– van polymeren van vinylchloride
3918.90– van andere kunststof
39.19Platen, vellen, foliën, stroken, strippen en andere platte producten, van kunststof, zelfklevend, ook indien op rollen
3919.10– op rollen met een breedte van niet meer dan 20 cm
3919.101– – – van polypropyleen
3919.102– – – van polyvinylchloride
3919.103– – – van polyethyleen
3919.109– – – andere
39.20Andere platen, vellen, folies, stroken en strippen, van kunststof zonder celstructuur, niet versterkt, gelaagd of op dergelijke wijze gecombineerd met andere stoffen, niet op een drager
3920.10– van polymeren van ethyleen
3920.109– – – andere
3920.30– van polymeren van styreen
3920.4– van polymeren van vinylchloride
3920.42– – flexibel
40.12Gebruikte of van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden van rubber; massieve of halfmassieve banden, verwisselbare loopvlakken voor banden en velglinten, van rubber
4012.10– van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden
4012.109– – – andere
4012,20– gebruikte luchtbanden
4012.209– – – andere
4012,90– andere
4012.909– – – andere
44.09Hout (niet-ineengezette plankjes voor parketvloeren daaronder begrepen), waarvan ten minste één zijde over de gehele lengte is geprofileerd (geploegd, van sponningen voorzien, afgerond met V-verbinding of dergelijke), ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding
4409.20– ander
4409.202– – – van ander hout
4409.203– – – parketvloeren van beuk
4409.204– – – parketvloeren van ander loofhout
4409.209– – – andere
48.05Ander papier en karton, niet gestreken en niet voorzien van een deklaag, op rollen of in bladen, niet verder bewerkt dan bedoeld bij aantekening 2 op dit hoofdstuk
4805.2– multiplexpapier en -karton
4805.29– – andere
4805.291– – – zogeheten „testliner", bruin
4805.299– – – andere
4805.30– sulfietpakpapier
4805.60– ander papier en karton, met een gewicht van niet meer dan 150 g/m2n®
4805.601– – – papier voor riffels, vervaardigd uit oud papier
4805.609– – – andere
4805.6091– – – – gewoon pakpapier
4805.6099– – – – andere
4805.70– ander papier en karton, met een gewicht van meer dan 150 doch minder dan 225 g/m2n®
48.08Papier en karton, gegolfd (ook indien daarop papier of karton in vlakke bladen is gelijmd), gecrêpt, geplisseerd, gegaufreerd (voorzien van inpersingen), gegreineerd of geperforeerd, op rollen of in bladen, ander dan papier van de soort beschreven in post 48 03
4808.10– gegolfd papier en gegolfd karton, ook indien geperforeerd
64.01Waterdicht schoeisel met buitenzool en bovendeel van rubber of van kunststof, waarvan het bovendeel niet door stikken of klinken of door middel van nagels, schroeven, pluggen of dergelijke is samengevoegd, noch op dergelijke wijze aan de buitenzool is bevestigd
6401.10– schoeisel met beschermende metalen neus
6401.9– ander schoeisel
6401.91– – de knie bedekkend
6401.92– – de enkel bedekkend, doch niet de knie
6401.99– – andere
64.05Ander schoeisel
6405.90– andere
68.10Werken van cement, van beton of van kunststeen, ook indien gewapend
6810.1– dakpannen, tegels, bouwstenen en dergelijke artikelen
6810.11– – blokken en stenen voor het bouwbedrijf
6810.19– – andere
6810.9– andere werken
6810.91– – geprefabriceerde bouwelementen
6810.99– andere
68.11Werken van asbestcement, van cellulosecement en dergelijke
6811.10– golfplaten
6811.20– andere platen, panelen, tegels, dakpannen en dergelijke artikelen
6811.30– buizen en hulpstukken daarvoor
6811.90– andere werken
69.08Plavuizen, vloer– en wandtegels, verglaasd of geglazuurd, van keramische stoffen; blokjes en dergelijke artikelen voor mozaïeken, verglaasd of geglazuurd, van keramische stoffen, ook indien op een drager
6908.10– tegels, blokjes en dergelijke artikelen, ook in andere dan rechthoekige of vierkante vorm, voorzover het grootste vlak kan worden omsloten door een vierkant met een zijde van minder dan 7 cm
70.03Gegoten of gewalst glas in platen of profielen, ook indien voorzien van een absorberende, reflecterende of niet-reflecterende laag, doch niet op andere wijze bewerkt
7003.1– in platen, niet gewapend
7003.12– – in de massa gekleurd of troebel gemaakt, geplateerd of voorzien van een absorberende, reflecterende of niet-reflecterende laag
7003.19– – andere
7003.199– – – andere
7003.20– draadglas in platen
7003.30– profielen
70.07Veiligheidsglas, bestaande uit geharde glasplaten (hardglas) of uit opeengekitte glasplaten
7007.1– veiligheidsglas bestaande uit geharde glasplaten (hardglas):
7007.11– – blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen, voor luchtvaartuigen, voor vaartuigen of voor andere voertuigen
7007.19– andere
7007.2– veiligheidsglas bestaande uit opeengekitte glasplaten
7007.21– – blijkens afmeting en vorm geschikt voor automobielen, voor luchtvaartuigen, voor vaartuigen of voor andere voertuigen
7007.219– – – andere
7007.29– – andere
70.10Flessen, flacons, bokalen, potten, buisjes, ampullen en andere bergingsmiddelen, van glas, voor vervoer of voor verpakking; weckglazen; stoppen, deksels en andere sluitingen, van glas
7010.10– ampullen
7010.20– stoppen, deksels en andere sluitingen
7010.9– andere, met een capaciteit:
7010.91– – van meer dan 1 l
7010.92– – van meer dan 0,33 doch niet meer dan 1 l
73.02Bestanddelen van spoorbanen, van gietijzer, van ijzer of van staal: spoorstaven (rails), contrarails en heugels voor tandradbanen, wisseltongen, puntstukken, wisselstangen en andere bestanddelen van kruisingen en wissels, dwarsliggers, lasplaten, spoorstoelen, wiggen, onderlegplaten, klemplaten, dwarsplaten en dwarsstangen en andere bestanddelen, voor het leggen, het verbinden of het bevestigen van rails
7302.40– lasplaten en onderlegplaten
7302.90– andere
73.04Buizen, pijpen en holle profielen, naadloos, van ijzer
7304.10– buizen en pijpen, van de soort gebruikt voor olie– of gasleidingen
7304.2– bekledingsbuizen (casing), exploitatiebuizen (tubing) en boorpijpen (drill pipes), van de soort gebruikt bij de olie– of gaswinning
7304.29– – andere
7304.292– – – bekledingsbuizen (casing), van ander staal, met een uitwendige diameter van minder dan 406,4 mm
7304.295– – – andere bekledingsbuizen (tubing), van ander staal
7304.299– – – andere
7304.3– andere, met rond profiel, van ijzer of van niet-gelegeerd staal
7304.31– – koud getrokken of koud gewalst
7304.319– – – andere
7304.3199– – – andere
7304.39– – andere
7304.399– – – andere
73.06Andere buizen, pijpen en holle profielen (bijvoorbeeld gelast, geklonken, genageld, gefelst of met enkel tegen elkaar liggende randen), van ijzer of van staal
7306.10– buizen en pijpen, van de soort gebruikt voor olie– of gasleidingen
7306.20– bekledingsbuizen (casing) en exploitatiebuizen (tubing), van de soort gebruikt bij de olie– of gaswinning
7306.201– – – bekledingsbuizen (casing) met een uitwendige diameter van niet meer dan 406,4 mm
7306.30– andere, gelast, met rond profiel, van ijzer of van niet-gelegeerd staal
7306.309– – – andere
7306.60– andere, gelast, ander dan met rond profiel
7306.601– – – van ijzer of van staal, met vierkant of met rechthoekig profiel van niet meer dan 280 mm
7306.6019– – – andere
73.10Reservoirs, fusten, trommels, bussen, blikken en dergelijke bergingsmiddelen, voor ongeacht welke goederen (andere dan voor gecomprimeerd of vloeibaar gemaakt gas), van gietijzer, van ijzer of van staal, met een inhoudsruimte van niet meer dan 300 l, niet voorzien van een mechanische inrichting of van een inrichting om te koelen of te warmen, ook indien inwendig bekleed of voorzien van een warmte-isolerende bekleding
7310.10– met een inhoudsruimte van 50 l of meer
7310.2– met een inhoudsruimte van minder dan 50 l:
7310.21– – blikken die door solderen of door felsen worden gesloten
7310.29– – andere
7310.299– – – andere
73.14Metaaldoek (eindeloos metaaldoek daaronder begrepen), metaalgaas en traliewerk, van ijzerdraad of van staaldraad; plaatgaas verkregen door het uitrekken van plaatijzer, plaatstaal, bandijzer of bandstaal
7314.20– metaalgaas en traliewerk, op de kruispunten gelast, van draad waarvan de grootste afmeting der dwarsdoorsnede 3 mm of meer bedraagt en met een maas van 100 cm2n® of meer
73.21Kachels, kookketels met vuurhaard, keukenfornuizen (die welke mede dienen voor centrale verwarming daaronder begrepen), barbecues, vuurpotten, gaskookplaten, bordenwarmers en dergelijke niet-elektrische toestellen voor huishoudelijk gebruik, alsmede delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal
7321.1– kook– of braadtoestellen en bordenwarmers
7321.12– – voor vloeibare brandstof
7321.8– andere toestellen
7321.81– – voor gas of voor gas en andere brandstof
7321.82– – voor vloeibare brandstof
7321.83– – voor vaste brandstof
7321.90– delen
73.22Radiatoren voor centrale verwarming, niet-elektrisch verwarmd, alsmede delen daarvan, van gietijzer, van ijzer of van staal; luchtverhitters en apparaten voor het verspreiden van warme lucht (andere dan die met een elektrische warmtebron), ook indien deze apparaten tevens geschikt zijn voor het verspreiden van gekoelde of geconditioneerde lucht, voorzien van een door een motor aangedreven ventilator of blaasinrichting, alsmede delen van deze verwarmingsapparaten, van gietijzer, van ijzer of van staal
7322.1– radiatoren en delen daarvan
7322.11– – van gietijzer
7322.19– – andere
7322.90– andere
7322.909– – – andere
76.04Staven en profielen, van aluminium
7604.10– van niet-gelegeerd aluminium
7604.2– van aluminiumlegeringen
7604.21– – holle profielen
7604.211– – – met beschermd oppervlak (geverfd, gevernist of bekleed met kunststof)
7604.219– – – andere
7604.29– – andere
76.05Draad van aluminium
7605.1– van niet-gelegeerd aluminium
7605.11– – waarvan de grootste afmeting der dwarsdoorsnede 7 mm overtreft
7605.119– – – andere
7605.19– – andere
76.06Platen, bladen en strippen, van aluminium, met een dikte van meer dan 0,2 mm
7606.1– vierkant of rechthoekig
7606.11– – van niet-gelegeerd aluminium
7606.119– – – andere
7606.12– – van aluminiumlegeringen
7606.122– – – platen van aluminium, met bewerkt oppervlak (geverfd, gevernist of bekleed met kunststof)
7606.129– – – andere
7606.9– andere
7606.91– – van niet-gelegeerd aluminium
7606.92– – van aluminiumlegeringen
76.07Bladaluminium (ook indien bedrukt of op een drager van papier, van karton, van kunststof of op dergelijke dragers) met een dikte van niet meer dan 0,2 mm (de dikte van de drager niet meegerekend)
7607.1– niet op een drager
7607.19– – andere
7607.199– – – andere
7607.20– op een drager
7607.209– – – andere
76.08Buizen en pijpen, van aluminium
7608.10– van niet-gelegeerd aluminium
7608.109– – – andere
7608.20– van aluminiumlegeringen
7608.209– – andere
7609.00Hulpstukken (fittings) voor buisleidingen (bijvoorbeeld verbindingsstukken, ellebogen, moffen), van aluminium
76.16Andere werken van aluminium
7616.9– andere
7616.99– – andere
7616.991– – – radiatoren
7616.999– – – andere
82.15Lepels, vorken, pollepels, schuimspanen, taartscheppen, vismessen en botermesjes, suikertangen en dergelijke artikelen
8215.10– stellen die ten minste één verzilverd, verguld of geplatineerd artikel bevatten
8215.20– andere stellen
8215.9– andere
8215.91– – verzilverd, verguld of geplatineerd
8215.99– – andere
83.09Stoppen (kroonkurken, schroefstoppen en schenkkurken daaronder begrepen), flessencapsules, schroefsponnen, sponblikjes, plombeerblikjes en -loodjes en andere benodigdheden voor verpakkingen, van onedel metaal
8309.10– kroonkurken
8309.90– andere
8309.901– – – schroefstoppen
83.11Draad, staven, buizen, platen, elektroden en dergelijke artikelen, van onedel metaal of van metaalcarbide, bekleed of gevuld met vloeimiddelen, voor het lassen, solderen of afzetten van metaal of van metaalcarbide; draad en staven van samengekit poeder van onedel metaal, voor het metaalspuiten (schooperen)
8311.10– beklede elektroden voor het elektrisch booglassen, van onedel metaal
8311.20– gevulde draad voor het elektrisch booglassen, van onedel metaal
8311.30– beklede staven en gevulde draad voor het lassen of solderen met de steekvlam, van onedel metaal
8311.90– andere, delen daaronder begrepen
84.03Ketels voor centrale verwarming, andere dan die bedoeld bij post 8402
8403.10– ketels
8403.101– – – voor gas of voor gas en andere brandstof
8403.102– – – voor vloeibare brandstof
8403.103– – – voor vaste brandstof
8403.109– – – andere
84.04Hulptoestellen voor ketels bedoeld bij post 84.02 of 84.03 (bij voorbeeld economisers of voorwarmers, oververhitters, roetblazers, terugvoerinrichtingen voor vliegas); condensors voor stoommachines
8404.10– hulptoestellen voor ketels bedoeld bij post 84.02 of 84.03
8404.101– – – voor ketels bedoeld bij post 8402
8404.109– – – voor ketels bedoeld bij post 8403
8404.20– condensors voor stoommachines
84.06Stoomturbines en andere dampturbines
8406.10– turbines voor de voortstuwing van schepen
8406.101– – – condensatieturbines met een vermogen van 6 000 kW of meer
8406.109– – – andere
8406.8– andere turbines
8406.81– – met een vermogen van meer dan 40 MW
8406.811– – – voor de aandrijving van elektrische generatoren met een vermogen van 200 000 kW of meer, in elektriciteitscentrales of warmtekrachtcentrales
8406.819– – – andere
8406.82– – met een vermogen van niet meer dan 40 MW
8406.821– – – condensatieturbines met een vermogen van 6 000 kW of meer
8406.829– – – andere
84.08Zuigermotoren met zelfontsteking (diesel– en semidieselmotoren)
8408.10– motoren voor de voortstuwing van schepen
8408.102– – – met een vermogen van meer dan 150 doch niet meer dan 400 kW
8408.109– – – andere
84.13Pompen voor vloeistoffen, ook indien voorzien van een meettoestel; elevatoren voor vloeistoffen
8413.11– – distributiepompen voor motorbrandstof of voor smeermiddelen, van de soort gebruikt in benzinestations en garages
8413.30– brandstof-, olie– en koelvloeistofpompen voor explosiemotoren of voor verbrandingsmotoren
8413.309– – – andere
8413.60– – andere roterende verdringerpompen
8413.601– – – schroefvormige monopompen voor agressieve chemische stoffen
8413.602– – – tandwielpompen voor het doseren van polymeren voor het extruderen van synthetische of kunstmatige textielmonofilamenten, voor agressieve stoffen
8413.603– – – hydraulische tandwielpompen
8413.6039– – – andere
8413.604– – – schroefspindelpompen
8413.6049– – – andere
8413.605– – – schottenpompen
8413.6059– – – andere
8413.609– – – andere
8413.6099– – – andere
8413.70– andere centrifugaalpompen
8413.701– – – meertraps-spoelingpompen voor olie– en gasbronnen
84.14Luchtpompen, vacuümpompen, compressoren voor lucht of voor andere gassen, alsmede ventilatoren; damp– of wasemafzuigkappen met ingebouwde ventilator, ook indien met filter
8414.20– hand– en voetpompen, voor lucht
8414.209– – – andere
84.16Branders voor het stoken van vuurhaarden met vloeibare brandstof, met verpoederde vaste brandstof of met gas; automatische stookinrichtingen, alsmede daarvoor bestemde werp– en schroefstokers, mechanische roosters, mechanische toestellen voor het verwijderen van as en dergelijke inrichtingen
8416.10– branders voor vloeibare brandstof
8416.101– – – met een capaciteit van niet meer dan 2 kg per uur
8416.102– – – met een capaciteit van meer dan 300 kg per uur
8416.109– – – andere
8416.20– andere branders, branders voor meer dan één soort brandstof daaronder begrepen
8416.201– – – met een capaciteit van niet meer dan 84 MJ per uur
8416.202– – – voor vaste brandstof
8416.30– automatische stookinrichtingen, alsmede daarvoor bestemde werp– en schroefstokers, mechanische roosters, mechanische toestellen voor het verwijderen van as en dergelijke inrichtingen
8416.301– – – mechanische toestellen voor het verwijderen van as
8416.309– – – andere
8416.90– delen
84.24Mechanische toestellen (ook indien voor handkracht) voor het spuiten, verspreiden of verstuiven van vloeistoffen of van poeder; blusapparaten (ook indien gevuld); spuitpistolen en dergelijke toestellen; zandstraaltoestellen, stoomstraaltoestellen en dergelijke straaltoestellen
8424.20– spuitpistolen en dergelijke toestellen
8424.30– zandstraaltoestellen, stoomstraaltoestellen en dergelijke straaltoestellen
8424.8– andere toestellen
8424.81– voor de land– of tuinbouw
8424.811– – – spuit– of sproeitoestellen voor wijngaarden
8424.813– – – andere verstuivers, met een capaciteit van niet meer dan 400 l
84.26Dirkkranen; hijskranen, vervoerkabels daaronder begrepen; hefportalen, portaalwagens en transportwagens met kraan
8426.1– loopkranen, laadbruggen, bokkranen, hefportalen en portaalwagens
8426.11– – loopkranen
8426.111– – – voor smelterijen
8426.119– – – andere
8426.20– torenkranen
8426.209– – – andere
8426.9– andere machines en toestellen
8426.91– – ontworpen om op een wegvoertuig te worden gemonteerd
8426.99– – andere
8426.999– – – andere
84.28Andere hef-, hijs-, laad– en losmachines en -toestellen, alsmede andere machines en toestellen voor het hanteren van goederen (bijvoorbeeld liften, roltrappen, transportbanden, kabelbanen)
8428.10– personen– en goederenliften, bakkenliften daaronder begrepen
8428.103– – – andere personen– en goederenliften, voor woningen, kantoren en bedrijfsgebouwen, alsmede voor ziekenhuizen
8428.3– andere continuwerkende transportinrichtingen voor goederen
8428.33– – andere, werkend met banden
8426.339– – – andere
8428.40– roltrappen en rolpaden
8428.90– andere machines en toestellen
8428.901– – – machines en toestellen voor het hanteren van bakstenen en dakpannen
8428.909– – – andere
8428.9099– – – andere
84.29Bulldozers, angledozers, egaliseermachines, schrapers, mechanische schoppen, excavateurs (emmergravers), laadschoppen, wegwalsen, schapenpootwalsen en andere bodemverdichtingsmachines, met eigen beweegkracht
8429.5– mechanische schoppen, excavateurs (emmergravers) en laadschoppen
8429.51– – laadschoppen met voorschop
8429.512– – – op wielen, met een motorvermogen van niet meer dan 184 kW
84.33Machines, toestellen en werktuigen voor het oogsten of voor het dorsen van landbouwproducten, stro– en veevoederpersen daaronder begrepen; gazon– en andere grasmaaimachines; machines voor het reinigen of sorteren van eieren, vruchten of andere landbouwproducten, andere dan die bedoeld bij post 84.37
8433.5– andere machines en toestellen voor het oogsten; dorsmachines
8433.51– – maaidorsers
8433.511– – voor graan en maïs
8433.5112– – – – met een motorvermogen van meer dan 45 doch niet meer dan 167 kW
84.58Draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) voor het verspanend bewerken van metaal
8458.1– horizontale draaibanken
8458.11– – met numerieke besturing
84.59Machines (bewerkingseenheden op slede daaronder begrepen) voor het boren, ruimen, frezen, draadsnijden of draadtappen in metaal, waarbij metaal wordt weggenomen, andere dan de draaibanken (draaicentra daaronder begrepen) bedoeld bij post 84.58
8459.10– bewerkingseenheden op slede
8459.5– kniefreesmachines
8459.51– – met numerieke besturing
84.60Machines voor het afbramen, slijpen, lappen, polijsten, afslijpen, honen of op andere wijze afwerken van metalen of van cermets, met behulp van slijpmiddelen (slijpstenen, slijpschijven, hoonstenen) of polijstschijven, andere dan de machines voor het frezen, steken, schaven, slijpen of afwerken van tandwielen bedoeld bij post 84.61
8460.2– andere slijpmachines waarbij de instelling in een der assen tot op ten minste 0,01 mm nauwkeurig kan worden geregeld
8460.29– andere
8460.291– – – voor delen met kogellagers en rollagers
84.81Kranen en dergelijke artikelen (reduceerventielen en thermostatisch werkende kleppen daaronder begrepen), voor leidingen, voor ketels, voor reservoirs, voor bakken of voor dergelijke bergingsmiddelen
8481.10– reduceerventielen
8481.101– – – regelkleppen voor cilinders met samengeperst gas
8481.30– terugslagkleppen
8481.301– – – vacuümpakkingen met klep
8481.40– overloopkleppen en veiligheidskleppen
8481.401– – – met een normale afmeting van 15 mm of meer, doch niet meer dan 1 200 mm, en een normale druk van niet meer dan 16 MPa
8481.80– andere artikelen
8481.802– – – schuifafsluiters en vlinderkleppen met een nominale afmeting van 25 mm of meer, doch niet meer dan 1 200 mm, en een normale druk van niet meer dan 4 MPa; gesmede schuifafsluiters met een nominale afmeting van 12,7 mm of meer, doch niet meer dan 50,8 mm, voor een druk van niet meer dan 16 MPa
8481.803– – – afsluitkleppen met een nominale afmeting van 8 mm of meer, doch niet meer dan 400 mm, voor een druk van niet meer dan 4 MPa; gesmede afsluitkleppen met een nominale afmeting van 12,7 mm of meer, doch niet meer dan 50,8 mm, voor een druk van niet meer dan 16 MPa; afsluitkleppen
8481.804– – – kogelafsluiters met een nominale afmeting van 8 mm of meer, doch niet meer dan 700 mm, voor een druk van niet meer dan 10 MPa;
8481.805– – – ondergrondse en bovengrondse brandkranen, kleppen en aanboorbeugels voor huishoudelijke aansluitingen, luchtoverloopkleppen (met twee kogels); inlaatfilters met kogelafsluiters
85.01Elektromotoren en elektrische generatoren, andere dan generatoraggregaten
8501.3– andere gelijkstroommotoren; gelijkstroomgeneratoren
8501.32– – met een vermogen van meer dan 750 W doch niet meer dan 75 kW
8501.329– – – andere
8501.34– – met een vermogen van meer dan 375 kW
8501.349– – – andere
8501.40– andere eenfasewisselstroommotoren
8501.4099– – – andere
8501.5– andere meerfasewisselstroommotoren
8501.51– met een vermogen van niet meer dan 750 W
8501.511– – – motoren met vertragingsmechanisme voor het openen en voor het sluiten van deuren
8501.53– – met een vermogen van meer dan 75 kW
8501.539– – – andere
8501.6– wisselstroomgeneratoren
8501.61– – met een vermogen van niet meer dan 75 kVA
8501.619– – – andere
8501.62– – met een vermogen van meer dan 75 doch niet meer dan 375 kVA
8501.629– – – andere
8501.63– – met een vermogen van meer dan 375 doch niet meer dan 750 kVA
8501.639– – – andere
8501.64– – met een vermogen van meer dan 750 kVA
85.04Elektrische transformatoren, statische omvormers (bijvoorbeeld gelijkrichters), smoorspoelen en zelfinductiespoelen
8504.2– transformatoren met vloeistofisolatie
8504.21– – met een vermogen van niet meer dan 650 kVA
8504.211– – – meettransformatoren
8504.219– – – andere
8504.22– – met een vermogen van meer dan 650 doch niet meer dan 10 000 kVA
8504.23– – met een vermogen van meer dan 10 000 kVA
8504.3– andere transformatoren
8504.32– – met een vermogen van meer dan 1 doch niet meer dan 16 kVA
8504.329– – – andere
8504.33– met een vermogen van meer dan 16 doch niet meer dan 500 kVA
8504.331– – – met een vermogen van meer dan 20 kVA, voor elektrische ertssmeltovens
8504.339– – – andere
8504.3399– – – andere
8504.34– met een vermogen van meer dan 500 kVA
8504.341– – – voor elektrische ertssmeltovens
8504.50– andere smoorspoelen en andere zelfinductiespoelen
8504.509– – – andere
85.16Elektrische geisers en andere elektrische heetwatertoestellen en elektrische dompelaars; elektrische toestellen voor verwarming van woonruimten, voor bodemverwarming of voor dergelijk gebruik; elektrothermische toestellen voor haarbehandeling (bij voorbeeld haardroogtoestellen, haargolftoestellen, verwarmingsapparaten voor friseerijzers) of voor het drogen van de handen; elektrische strijkijzers; andere elektrothermische toestellen voor huishoudelijk gebruik; verwarmingselementen (verwarmingsweerstanden) andere dan die bedoeld bij post 85.45
8516.10– elektrische geisers en andere elektrische heetwatertoestellen en elektrische dompelaars
8516.2– elektrische toestellen voor verwarming van woonruimten, voor bodemverwarming of voor dergelijk gebruik
8516.29– – andere
8516.80– verwarmingselementen (verwarmingsweerstanden)
8516.809– – – andere
85.25Zendtoestellen voor radiotelefonie, radiotelegrafie, radio-omroep of televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid; televisiecamera's; videocamera's voor stilstaand beeld (zogeheten still image videocamera's) en andere videocameraopnametoestellen
8525.10– zendtoestellen
8525.101– – – voor radio-uitzendingen
85.35Toestellen voor het inschakelen, uitschakelen, omschakelen, aansluiten of verdelen van of voor het beveiligen tegen elektrische stroom (bijvoorbeeld schakelaars, zekeringen, bliksemafleiders, overspanningsveiligheden, golfafvlakkers, contactdozen en contactstoppen (stekkers), aansluitdozen en -kasten), voor een spanning van meer dan 1 000 V
8535.2– vermogensschakelaars
8535.21– – voor een spanning van minder dan 72,5 kV
8535.29– – andere
8535.30– scheidingsschakelaars en lastschakelaars
8535.301– – – scheidingschakelaars
8535.309– – – lastschakelaars
85.36Toestellen voor het inschakelen, uitschakelen, omschakelen, aansluiten of verdelen van of voor het beveiligen tegen elektrische stroom (bijvoorbeeld schakelaars, relais, zekeringen, golfafvlakkers, contactdozen en contactstoppen (stekkers), lamp– en buishouders, aansluitdozen en -kasten), voor een spanning van niet meer dan 1 000 V
8536.10– smeltveiligheden
8536.20– vermogensschakelaars
8536.30– andere toestellen voor het beveiligen tegen elektrische stroom
8536.4– relais
8536.49– – andere
8536.50– andere schakelaars
8536.509– – – andere
8536.6– lamp– en buishouders, contactdozen en contactstoppen (stekkers)
8536.69– – andere
8536.699– – – andere
85.37Borden, panelen, kasten en dergelijke, voorzien van twee of meer toestellen bedoeld bij post 85.35 of 8.536, voor elektrische bediening of voor het verdelen van elektrische stroom, ook indien voorzien van instrumenten of toestellen bedoeld bij hoofdstuk 90, alsmede toestellen voor numerieke besturing, andere dan de schakelapparaten bedoeld bij post 85.17
8537.10– voor een spanning van niet meer dan 1 000 V
8537.20– voor een spanning van meer dan 1 000 V
85.38Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor de toestellen bedoeld bij post 85.35, 85.36 of 85.37
8538.10– borden, panelen, kasten en dergelijke artikelen bedoeld bij post 85.37, niet voorzien van hun toestellen
85.39Elektrische gloeilampen en -buizen en elektrische gasontladingslampen en -buizen, „sealed beam"-lampen en lampen en buizen voor ultraviolette of voor infrarode stralen daaronder begrepen; booglampen
8539.2– andere gloeilampen en -buizen, met uitzondering van lampen en buizen voor ultraviolette of voor infrarode stralen
8539.22– – andere, met een vermogen van niet meer dan 200 W en voor een spanning van meer dan 100 V
8539.3– gasontladingslampen en -buizen, andere dan lampen en buizen voor ultraviolette stralen
8539.32– – kwik– of natriumdamplampen; metaalhalogeenlampen
8539.39– – andere
85.44Draad, kabels (coaxiale kabels daaronder begrepen) en andere geleiders van elektriciteit, geïsoleerd (ook indien gevernist of gelakt – zogeheten emaildraad – of anodisch geoxideerd), ook indien voorzien van verbindingsstukken; optischevezelkabel bestaande uit individueel omhulde vezels, ook indien elektrische geleiders bevattend of voorzien van verbindingsstukken
8544.4– andere geleiders van elektriciteit, voor spanningen van niet meer dan 80 V
8544.41– – voorzien van verbindingsstukken
8544.419– – – andere
8544.49– – andere
8544.491– – – geïsoleerd met papier
8544.4919– – – andere
8544.492– – – geïsoleerd met kunststof
8544.4929– – – andere
8544.499– – – geïsoleerd met andere stoffen
8544.4999– – – andere
8544.5– andere geleiders van elektriciteit, voor spanningen van meer dan 80 doch niet meer dan 1000 V
8544.51– – voorzien van verbindingsstukken
8544.519– – – andere
8544.59– – andere
8544.591– – – geïsoleerd met papier
8544.592– – – geïsoleerd met kunststof
8544.593– – – geïsoleerd met rubber
8544.599– – – geïsoleerd met andere stoffen
8544.60– andere geleiders van elektriciteit, voor spanningen van meer dan 1 000 V
8544.602– – – andere, geïsoleerd met kunststof
8544.603– – – andere, geïsoleerd met rubber
8544.604– – – andere, geïsoleerd met papier
8544.609– – – andere, geïsoleerd met andere stoffen
85.45Koolelektroden, koolborstels, koolspitsen voor lampen, koolstaven voor elementen of batterijen en andere artikelen van grafiet of andere koolstof, ook indien verbonden met metaal, voor elektrisch gebruik
8545.20– koolborstels
85.48Resten en afval van elektrische elementen, van elektrische batterijen en van elektrische accumulatoren; gebruikte elektrische elementen, gebruikte elektrische batterijen en gebruikte elektrische accumulatoren; elektrische delen van machines, van apparaten of van toestellen, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk
8548.10Resten en afval van elektrische elementen, van elektrische batterijen en van elektrische accumulatoren; gebruikte elektrische elementen, gebruikte elektrische batterijen en gebruikte elektrische accumulatoren
8548.109– – – andere
87.01Tractors (trekkers), andere dan die bedoeld bij post 8709
8701.10– motoculteurs
8701.101– – – met een motorvermogen van niet meer dan 10 kW
8701.102– – – met een motorvermogen van meer dan 10 kW
8701.90– andere
8701.901– – – landbouwtractors met een motorvermogen van niet meer dan 50 kW
8701.902– – – landbouwtractors met een motorvermogen van meer dan 50 doch niet meer dan 110 kW
8701.9021– – – – ouder dan 5 jaar
8701.9029– – – – andere
87.09Transportwagens met eigen beweegkracht, niet voorzien van een hefsysteem, van de soort gebruikt in fabrieken, in opslagplaatsen, op haventerreinen of op vliegvelden, voor het vervoer van goederen over korte afstanden; trekkers van de soort gebruikt voor het trekken van perronwagentjes; delen daarvan
8709.1– transportwagens en trekkers
8709.11– – elektrische
90.17Tekeninstrumenten, aftekeninstrumenten en rekeninstrumenten (bijvoorbeeld tekenmachines, pantografen, gradenbogen, passerdozen, rekenlinialen, rekenschijven); handinstrumenten voor lengtemeting (bij voorbeeld maatstokken, micrometers, schuifmaten, kalibers), niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk
9017.30– micrometers en schuifmaten, alsmede kalibers en dergelijke maten
9017.302– – – schuifmaten
90.28Verbruiksmeters en productiemeters voor gassen, voor vloeistoffen of voor elektriciteit, standaardmeters daaronder begrepen
9028.20– vloeistofmeters
9028.201– – – voor brandstof
9028.202– – – voor water
9028.209– – – andere
9028.30– elektriciteitsmeters
9028.309– – – andere
94.01Stoelen, banken en andere zitmeubelen (andere dan die bedoeld bij post 94.02), ook indien zij tot bed kunnen worden omgevormd, alsmede delen daarvan
9401.40– zitmeubelen, andere dan tuin– of campingmeubelen, die tot bed kunnen worden omgevormd
9401.50– zitmeubelen van teen, van rotting, van bamboe of van dergelijke stoffen
9401.6– andere zitmeubelen, met onderstel van hout
9401.61– – opgevuld
9401.611– – – van gebogen hout
9401.619– – – andere
9401.69– – andere
9401.691– – – van gebogen hout
9401.699– – – andere
9401.7– andere zitmeubelen, met onderstel van metaal
9401.71– – opgevuld
9401.79– – andere
9401.80– andere zitmeubelen
9401.90– delen
9401.901– – – van hout
9401.909– – – van andere stoffen
94.03Andere meubelen en delen daarvan
9403.10– meubelen van metaal, van de soort gebruikt in kantoren
9403.20– andere meubelen van metaal
9403.209– – – andere
9403.30– meubelen van hout, van de soort gebruikt in kantoren
9403.40– meubelen van hout, van de soort gebruikt in keukens
9403.50– meubelen van hout, van de soort gebruikt in slaapkamers
9403.60– andere meubelen van hout
9403.70– meubelen van kunststof
9403.709– – – andere
9403.80– meubelen van andere stoffen, teen, rotting en bamboe daaronder begrepen
9403.90– delen
9403.901– – – van hout
9403.902– – – van metaal
9403.903– – – van kunststof
9403.909– – – van andere stoffen

Bijlage III

Omschrijving van de in artikel 27, lid 2, bedoelde „baby beef"-producten

Onverminderd de regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur dient de omschrijving van de goederen slechts als indicatief te worden beschouwd, aangezinen in het kader van deze bijlage de GN-codes bepalend zijn voor de preferentieregeling. Voor ex GN-codes zijn de GN-code en de omschrijving gezamenlijk bepalend.

GN-codeTaric-onderverdelingOmschrijving
  Levende runderen:
  – andere:
  – – huisdieren:
  – – – met een gewicht van meer dan 300 kg:
  – – – – vaarzen (vrouwelijke runderen die nog niet hebben gekalfd):
ex 0102 90 51 – – – – – slachtvaarzen:
 10 
  – nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van ten minste 320 kg doch niet meer dan 470 kg1)
ex 0102 90 59 – – – – – andere:
 11 21 31 91– nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van ten minste 320 kg doch niet meer dan 470 kg1)
  – – – – andere:
ex 0102 90 71 – – – – – slachtvaarzen:
 10– mannelijke runderen, nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van ten minste 350 kg doch niet meer dan 500 kg1)
ex 0102 90 79 – – – – andere:
 21 91– mannelijke runderen, nog zonder vervangingstanden en met een gewicht van ten minste 350 kg doch niet meer dan 500 kg1)
  Vlees van runderen, vers of gekoeld:
ex 0201 10 00 – hele en halve dieren:
 91– hele dieren met een gewicht van ten minste 180 kg en niet meer dan 300 kg en halve dieren met een gewicht van ten minste 90 kg en niet meer dan 150 kg, met een geringe mate van verbening van het kraakbeen (met name van de schaambeenverbinding en van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1)
  – andere delen, met been:
ex 0201 20 20 – – „Compensated quarters":
 91– „Compensated quarters" met een gewicht van ten minste 90 kg en niet meer dan 150 kg, met een geringe mate van verbening van het kraakbeen (met name van de schaambeenverbinding en van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1)
ex 0201 20 30 – – voorvoeten en voorspannen:
 91– voorvoeten met een gewicht van ten minste 45 kg en niet meer dan 75 kg, met een geringe mate van verbening van het kraakbeen (met name van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1)
ex 0201 20 50 – – achtervoeten en achterspannen:
 91– achtervoeten met een gewicht van ten minste 45 kg en niet meer dan 75 kg – welk gewicht ten minste 38 kg en niet meer dan 68 kg bedraagt wanneer het de zogeheten „Pistola"-versnijding betreft – met een geringe mate van verbening van het kraakbeen (met name van de uiteinden van de wervels), met helderroze vlees, en met wit tot heldergeel vet van bijzonder fijne structuur1)

1) Indeling onder deze post is afhankelijk van de voorwaarden van de desbetreffende communautaire voorschriften.

Bijlage IV a)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden, vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst) (artikel 27, onder a), i))

Kroatische tariefcodeOmschrijving van de goederen
01051912– – – eendenkuikens
01051922– – – ganzenkuikens
0105193– – – parelhoenders
0106007– – – bijenvolkeren en bijenkoninginnen
020500Vlees van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren
040700Vogeleieren in de schaal, vers, verduurzaamd of gekookt:
04070059– – – eendeneieren, andere
041000Eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen
050400Darmen, blazen en magen van dieren (andere dan die van vissen), in hun geheel of in stukken, vers, gekoeld, bevroren, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt
0604Loof, bladeren, twijgen, takken en andere delen van planten, zonder bloemen, bloesems of bloemknoppen, alsmede grassen, mossen en korstmossen, voor bloemstukken of voor versiering, vers, gedroogd, gebleekt, geverfd, geïmpregneerd of op andere wijze geprepareerd
0801Kokosnoten, paranoten en cashewnoten, vers of gedroogd, ook zonder dop of schaal
080300Bananen, „plantains" daaronder begrepen, vers of gedroogd
080410– dadels
080430– ananassen
080530– citroenen (Citrus limon, Citrus limonum) en lemmetjes (Citrus aurantifolia)
080540– pompelmoezen en pomelo's
080590– andere
080620– gedroogd
080720– papaja's
081400Schillen van citrusvruchten en van meloenen (watermeloenen daaronder begrepen), vers, bevroren, gedroogd, dan wel in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd
09011– koffie, ongebrand
0902Thee, ook indien gearomatiseerd
0904Peper van het geslacht Piper; vruchten van de geslachten Capsicum en Pimenta, gedroogd, fijngemaakt of gemalen
090500Vanille
0906Kaneel en kaneelknoppen
090700Kruidnagels, moernagels en kruidnagelstelen
0908Muskaatnoten, foelie, amomen en kardemom
0909Anijszaad, steranijszaad, venkelzaad, korianderzaad, komijnzaad en karwijzaad; jeneverbessen
0910Gember, saffraan, kurkuma, tijm, laurierbladeren, kerrie en andere specerijen
100110– harde tarwe
1002001– – – rogge, zaaigoed
1003001– – – gerst, zaaigoed
1004001– – – haver, zaaigoed
100510– – maïs, zaaigoed
1006Rijst
100700Graansorgho
1008Boekweit, gierst (andere dan sorgho) en kanariezaad; andere granen
1106Meel, gries en poeder, van gedroogde zaden van peulgroenten bedoeld bij post 0713, van sago en van wortels of knollen bedoeld bij post 0714 en van vruchten bedoeld bij hoofdstuk 8
1108Zetmeel; inuline;
110900Tarwegluten, ook indien gedroogd
1210Hopbellen, vers of gedroogd, ook indien fijngemaakt, gemalen of in pellets; lupuline
1211Planten, plantendelen, zaden en vruchten, van de soort hoofdzakelijk gebruikt in de reukwerkindustrie, in de geneeskunde of voor insecten– of parasietenbestrijding of voor dergelijke doeleinden, vers of gedroogd, ook indien gesneden, gebroken of in poedervorm
121210– sint-jansbrood, sint-jansbroodpitten daaronder begrepen
121230– pitten van abrikozen, van perziken of van pruimen, ook indien in de steen
121299– – andere
121300Stro en kaf van graangewassen, onbewerkt, ook indien gehakt, gemalen, geperst of in pellets
1214Koolrapen, voederbieten, voederwortels, hooi, luzerne, klaver, hanenkammetjes (esparcette), mergkool, lupine, wikke en dergelijke voedergewassen, ook indien in pellets
1301Gomlak (schellak); gommen, harsen, gomharsen en oleoharsen (bij voorbeeld balsems), van natuurlijke oorsprong
1302Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige producten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd
1501001– – – varkensvet, voor technisch gebruik (niet geschikt voor menselijke consumptie)
1501003– – – vet van gevogelte, voor technisch gebruik
1501004– – – vet van gevogelte, geschikt voor menselijke consumptie
1501009– – – andere
150200Rund-, schapen– of geitenvet, andere dan dat bedoeld bij post 1503
150300Varkensstearine, spekolie, oleostearine, oleomargarine en talkolie, niet geëmulgeerd, niet vermengd, noch op andere wijze bereid
1504Vetten en oliën, van vis of van zeezoogdieren, alsmede fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd
151610– dierlijke vetten en oliën, alsmede fracties daarvan
17021– lactose (melksuiker) en melksuikerstroop:
170260– andere fructose en fructosestroop, in droge toestand meer dan 50 gewichtspercenten fructose bevattend
170310– melasse, van rietsuiker
200320– truffels
200911– – sinaasappelsap, bevroren
2009191– – sinaasappelsap, geconcentreerd
2009201– – – sap van pompelmoezen of van pomelo's, geconcentreerd
2009301– – – sap van andere citrusvruchten, niet onderling vermengd, geconcentreerd
2009401– – – ananassap, geconcentreerd
2009701– – – appelsap, geconcentreerd
2009801– – – wortelsap, geconcentreerd
2009802– – – sap van andere vruchten of groenten, niet onderling vermengd, geconcentreerd
2009901– – mengsels van sappen, geconcentreerd
2301Meel, poeder en pellets van vlees, van slachtafvallen, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren, ongeschikt voor menselijke consumptie; kanen
230210– van maïs
230220– van rijst
230240– van andere granen
230310– afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen
230500Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van grondnotenolie, ook indien fijngemaakt of in pellets
230670– van maïskiemen
230700Wijnmoer; ruwe wijnsteen
2308Plantaardige zelfstandigheden en plantaardig afval, plantaardige residuen en bijproducten, ook indien in pellets, van de soort gebruikt voor het voederen van dieren, elders genoemd noch elders onder begrepen
230910– honden– en kattenvoer, opgemaakt voor de verkoop in het klein

Bijlage IV b)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(met nulrecht binnen een contingent, vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst) (artikel 27, lid 3, onder a), ii))

Kroatische tariefcodeOmschrijving van de goederentarief-contingent tonJaarlijkse verhoging ton
0204Vlees van schapen of van geiten, vers, gekoeld of bevroren1005
0207Vlees en eetbare slachtafvallen van pluimvee (bedoeld bij post 0105), vers, gekoeld of bevroren55030
0805 10Sinaasappelen25 0001 250
0809 10Abrikozen1 00050
0810 10Aardbeien20010
1002 00 9Rogge500100
1206 009Zonnebloempitten, ook indien gebroken1005
1507Sojaolie en fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd20010
2004 90– andere groenten en mengsels van groenten1005
2009 80 9– sap van andere vruchten of groenten, niet onderling vermengd30015

Bijlage IV c)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden, vanaf één jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst) (artikel 27, lid 3, onder b), i))

Kroatische tariefcodeOmschrijving van de goederen
0206Eetbare slachtafvallen van runderen, van varkens, van schapen, van geiten, van paarden, van ezels, van muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren
0208Ander vlees en andere eetbare slachtafvallen, vers, gekoeld of bevroren
04070069– – – ganzeneieren, andere
0407009– – – andere eieren
0714Maniokwortel, arrowroot (pijlwortel), salepwortel, aardperen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke wortels en knollen met een hoog gehalte aan zetmeel of aan inuline, vers, gekoeld, bevroren of gedroogd, ook indien in stukken of in pellets; merg van de sagopalm
0802Andere noten, vers of gedroogd, ook zonder dop of schaal, al dan niet gepeld
0811Vruchten, ook indien gestoomd of in water gekookt, bevroren, al dan niet met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen
0812Vruchten, voorlopig verduurzaamd (bijvoorbeeld door middel van zwaveldioxide of in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd), doch als zodanig niet geschikt voor dadelijke consumptie
0813Vruchten, andere dan bedoeld bij de posten 0801 tot en met 0806, gedroogd; mengsels van noten of gedroogde vruchten, bedoeld bij dit hoofdstuk
1209Zaaigoed, sporen daaronder begrepen
160300Extracten en sappen van vlees, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren
200310– paddestoelen
200560– asperges
200791– – citrusvruchten
200819– andere, mengsels daaronder begrepen
200820– ananassen
200830– citrusvruchten
200880– aardbeien
2008991– – – bananen en kokosnoten
230320– bietenpulp, uitgeperst suikerriet (ampas) en andere afvallen van de suikerindustrie
230330– bostel (brouwerijafval) en afvallen van branderijen
230400Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van sojaolie, ook indien fijngemaakt of in pellets
230640– van raap– of van koolzaad

Bijlage IV d)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(geleidelijke afschaffing van meestbegunstigingsrechten binnen tariefcontingenten) (artikel 27, lid 3, onder c), i))

De douanerechten voor de goederen in deze bijlage worden verlaagd en afgeschaft volgens onderstaand tijdschema:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 80% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden alle rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden alle rechten verminderd tot 40% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden alle rechten verminderd tot 20% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden de resterende rechten afgeschaft.

Kroatische tariefcodeOmschrijving van de goederenTarief-contingent tonJaarlijkse verhoging ton
0103 9Levende varkens50025
0210Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie30015
0401Melk en room, niet ingedikt, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen3 000150
0402Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen14 000700
0405 10Boter20010
0702Tomaten, vers of gekoeld7 500375
0703 20Knoflook1 00050
0805 20– mandarijnen (tangerines en satsuma's daaronder begrepen); clementines, wilkings en dergelijke kruisingen van citrusvruchten2 400120
0806 10Druiven, voor tafelgebruik8 000400
1509Olijfolie35020
1602 41 t/m 1602 49Bereidingen en conserven van varkensvlees30015
1701Rietsuiker en beetwortelsuiker, alsmede chemisch zuivere sacharose, in vaste vorm5 700285 
2002Tomaten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur4 800240
2009 19 9– sinaasappelsap: ander1 80090

Bijlage IV e)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten, voor onbeperkte hoeveelheden) (artikel 27, lid 3, onder c), ii))

De douanerechten voor de goederen in deze bijlage worden verlaagd volgens onderstaand tijdschema:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 90% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden alle rechten verminderd tot 80% van het basisrecht; – op 1 januari 2004 worden alle rechten verminderd tot 70% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden alle rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden alle rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

0104Levende schapen en geiten
0105Levend pluimvee (hanen, kippen, eenden, ganzen, kalkoenen en parelhoenders):
010512– – kalkoenen
010592– – hanen en kippen, met een gewicht van niet meer dan 2 000 g
0105922– – – andere
0209Spek (ander dan doorregen spek), alsmede varkensvet en vet van gevogelte, niet gesmolten noch anderszins geëxtraheerd, vers, gekoeld, bevroren, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt
0404Wei, ook indien ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen; producten bestaande uit natuurlijke bestanddelen van melk, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, elders genoemd noch elders onder begrepen
040700Vogeleieren in de schaal, vers, verduurzaamd of gekookt
0407004– – – kalkoeneieren
0601Bollen, knollen en wortelstokken, ook indien in blad of in bloei; cichoreiplanten en -wortels, andere dan die bedoeld bij post 12.12:
0602Andere levende planten (wortels daaronder begrepen), stekken en enten; champignonbroed
0603Afgesneden bloemen, bloesems en bloemknoppen, voor bloemstukken of voor versiering, vers, gedroogd, gebleekt, geverfd, geïmpregneerd of op andere wijze geprepareerd
0708Peulgroenten, ook indien gedopt, vers of gekoeld
0710Groenten, ook indien gestoomd of in water gekookt, bevroren
0711Groenten, voorlopig verduurzaamd (bijvoorbeeld door middel van zwaveldioxide of in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd), doch als zodanig niet geschikt voor dadelijke consumptie
0712Gedroogde groenten, ook indien in stukken of in schijven gesneden, dan wel fijngemaakt of in poedervorm, doch niet op andere wijze bereid
0713Gedroogde zaden van peulgroenten, ook indien gepeld (bijvoorbeeld spliterwten)
0901Koffie, ook indien gebrand of cafeïnevrij; bolsters en schillen van koffie; koffiesurrogaten die koffie bevatten, ongeacht de mengverhouding
09012– koffie, gebrand
100300Gerst
1003002– – – voor het brouwen
100400Haver
1004009– – – andere
1005Maïs
100590– andere
1104Op andere wijze bewerkte granen (bijvoorbeeld gepeld, geplet, in vlokken, gepareld, gesneden of gebroken), andere dan rijst bedoeld bij post 10.06; graankiemen, ook indien geplet, in vlokken of gemalen
1105Meel, gries, poeder, vlokken, korrels en pellets, van aardappelen
170230– glucose en glucosestroop, in droge toestand geen of minder dan 20 gewichtspercenten fructose bevattend
170240– glucose en glucosestroop, in droge toestand 20 of meer doch minder dan 50 gewichtspercenten fructose bevattend
2005Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 20.06
200540– erwten (Pisum sativum):
200551– – bonen, gedopt
2008Vruchten en andere eetbare plantendelen, op andere wijze bereid of verduurzaamd, ook indien met toegevoegde suiker, andere zoetstoffen of alcohol, elders genoemd noch elders onder begrepen
200850– abrikozen
200870– perziken
2009Ongegiste vruchten– of groentesappen (druivenmost daaronder begrepen), zonder toegevoegde alcohol, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen
200940– ananassap
2009409– – – andere
200960– druivensap (druivenmost daaronder begrepen)
2206Andere gegiste dranken (bijvoorbeeld appelwijn, perenwijn, honingdrank); mengsels van gegiste dranken en mengsels van gegiste dranken met alcoholvrije dranken, elders genoemd noch elders onder begrepen
2302Zemelen, slijpsel en andere resten van het zeven, van het malen of van andere bewerkingen van granen of van peulvruchten, ook indien in pellets
230230– van tarwe
2306Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van plantaardige vetten of oliën, ook indien fijngemaakt of in pellets, andere dan die bedoeld bij post 23.04 of 23.05
230690– andere
2309Bereidingen van de soort gebruikt voor het voederen van dieren
230990– andere

Bijlage IV f)

Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten

(geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten, binnen tariefcontingenten) (artikel 27, lid 3, onder c), iii))

De douanerechten voor de goederen in deze bijlage worden verlaagd volgens onderstaand tijdschema:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 90% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden alle rechten verminderd tot 80% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden alle rechten verminderd tot 70% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden alle rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden alle rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

Kroatische tariefcodeOmschrijving van de goederentarief-contingent tonJaarlijkse verhoging ton
0102 90Levende runderen20010
0202Vlees van runderen, bevroren3 000150
0203Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren7 300365
0406Kaas en wrongel2 000100
0701Aardappelen, vers of gekoeld12 000600
0703 10uien en sjalotten  
0703 90prei en andere eetbare looksoorten10 000500
0807 1– meloenen (watermeloenen daaronder begrepen),5 500275
0808 10Appelen, vers5 400300
1101Meel van tarwe of van mengkoren90045
1103Gries, griesmeel en pellets van granen7 800390
1107Mout, ook indien gebrand15 000750
1601 00Worst van alle soorten1 80090
1602 10 t/m 1602 39 1602 50 t/m 1602 90 Bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed, andere dan van varkens 500 30
2401Ruwe en niet tot verbruik bereide tabak; afvallen van tabak20010

Bijlage V a)

Producten bedoeld in artikel 28, lid 1

Voor invoer van de volgende producten van oorsprong uit Kroatië in de Europese Gemeenschap gelden onderstaande concessies:

  jaar 1jaar 2jaar 3
GN-codeOmschrijving van de goederenrecht %recht %recht %
0301 91 10 0301 91 90 0302 11 10 0302 11 90 0303 21 10 0303 21 90 0304 10 11 ex 0304 10 19 ex 0304 10 91 0304 20 11 ex 0304 20 19 ex 0304 90 10 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 0305 49 45 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Forel (Salmo trutta, Oncorhynchus mykiss, Oncorhynchus clarki, Oncorhynchus aguabonita, Oncorhynchus gilae, Oncorhynchus apache en Oncorhynchus chrysogaster): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 30 t tegen 0%Meer dan TC: 90% van MFNTC: 30 t tegen 0%Meer dan TC: 80% van MFNTC: 30 t tegen 0% Meer dan TC: 70% van MFN
0301 93 00 0302 69 11 0303 79 11 ex 0304 10 19 ex 0304 10 91 ex 0304 20 19 ex 0304 90 10 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Karper: levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 210t tegen 0% Meer dan TC: 70% van MFNTC: 210 t tegen 0%Meer dan TC: 90% van MFNTC: 210 t tegen 0% Meer dan TC: 80% van MFNTC: 210 t tegen 0% Meer dan TC:70% van MFN
ex 0301 99 90 0302 69 61 0303 79 71 ex 0304 10 38 ex 0304 10 98 ex 0304 20 95 ex 0304 90 97 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Zeebrasem (Dentex dentex, Pagellus spp.): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 80% van MFNTC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 55% van MFNTC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 30% van MFN
ex 0301 99 90 0302 69 94 ex 0303 77 00 ex 0304 10 38 ex 0304 10 98 ex 0304 20 95 ex 0304 90 97 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Zeebaars (Dicentrarchus labrax): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 550 t tegen 0% Meer dan TC: 80% van MFNTC: 550 t tegen 0% Meer dan TC: 55% van MFNTC: 550 t tegen 0%Meer dan TC: 30% van MFN
GN-codeOmschrijving van de goederenOmvang contingent per jaarRecht
1604 13 11 1604 13 19 ex 1604 20 50Bereidingen en conserven van sardines, sardinella's en sprot180 ton6%
1604 16 00 1604 20 40Bereidingen en conserven van ansjovis40 ton12,5%

Wanneer de omvang van het contingent is overschreden, is het meestbegunstigingsrecht (MFN) van toepassing.

De rechten op alle producten van GS-post 1604, met uitzondering van bereidingen en conserven van sardines, sardinella's en sprot en bereidingen en conserven van ansjovis, worden volgens onderstaand tijdschema verlaagd tot de volgende niveaus:

JaarJaar 1 (recht %)Jaar 2 (recht %)Jaar 3 (recht %)Jaar 4 en volgende (recht %)
Recht80% van MFN70% van MFN60% van MFN50% van MFN

Bijlage V b)

Producten bedoeld in artikel 28, lid 2

Voor invoer van de volgende producten van oorsprong uit de Europese Gemeenschap in Kroatië gelden onderstaande concessies:

  jaar 1jaar 2jaar 3
GN-CodeOmschrijving van de goederenrecht %recht %recht %
0301 91 10 0301 91 90 0302 11 10 0302 11 90 0303 21 10 0303 21 90 0304 10 11 ex 0304 10 19 ex 0304 10 91 0304 20 11 ex 0304 20 19 ex 0304 90 10 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 0305 49 45 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Forel (Salmo trutta, Oncorhynchus mykiss, Oncorhynchus clarki, Oncorhynchus aguabonita, Oncorhynchus gilae, Oncorhynchus apache en Oncorhynchus chrysogaster): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 25 t tegen 0%Meer dan TC: 90% van MFNTC: 25 t tegen 0%Meer dan TC: 80% van MFNTC: 25 t tegen 0% Meer dan TC: 70% van MFN
0301 93 00 0302 69 11 0303 79 11 ex 0304 10 19 ex 0304 10 91 ex 0304 20 19 ex 0304 90 10 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Karper: levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 30 t tegen 0%Meer dan TC: 90% van MFNTC: 30 t tegen 0%Meer dan TC: 80% van MFNTC: 30 t tegen 0%Meer dan TC: 70% van MFN
ex 0301 99 90 0302 69 61 0303 79 71 ex 0304 10 38 ex 0304 10 98 ex 0304 20 95 ex 0304 90 97 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Zeebrasem (Dentex dentex, Pagellus spp.): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 80% van MFNTC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 55% van MFNTC: 35 t tegen 0% Meer dan TC: 30% van MFN
ex 0301 99 90 0302 69 94 ex 0303 77 00 ex 0304 10 38 ex 0304 10 98 ex 0304 20 95 ex 0304 90 97 ex 0305 10 00 ex 0305 30 90 ex 0305 49 80 ex 0305 59 90 ex 0305 69 90Zeebaars (Dicentrarchus labrax): levend; vers of gekoeld; bevroren; gedroogd, gezouten of gepekeld, gerookt; filets en ander visvlees; meel, poeder en pellets, geschikt voor menselijke consumptie.TC: 60 t tegen 0% Meer dan TC: 80% van MFNTC: 60 t tegen 0% Meer dan TC: 55% van MFNTC: 60 t tegen 0% Meer dan TC: 30% van MFN
GN-codeOmschrijving van de goederenOmvang contingent per jaarRecht
1604 13 11 1604 13 19 ex 1604 20 50Bereidingen en conserven van sardines, sardinella's en sprot70 ton12,5%
1604 16 00 1604 20 40 Bereidingen en conserven van ansjovis25 ton10,5%

Wanneer de omvang van het contingent is overschreden, is het meestbegunstigingsrecht (MFN) van toepassing.

De rechten op alle producten van GS-post 1604, met uitzondering van bereidingen en conserven van sardines, sardinella's en sprot en bereidingen en conserven van ansjovis, worden volgens onderstaand tijdschema verlaagd tot de volgende niveaus:

JaarJaar 1 (recht %)Jaar 2 (recht %)Jaar 3 (recht %)Jaar 4 en volgende (recht %)
Recht80% van MFN70% van MFN60% van MFN50% van MFN

Bijlage VI

Vestiging: financiële diensten als bedoeld in Titel V, Hoofdstuk II

1. Financiële diensten: definities

Een financiële dienst is een dienst van financiële aard die door een financieel dienstverlener van een partij wordt aangeboden.

Financiële diensten omvatten de volgende activiteiten:

A. Alle verzekeringsdiensten en daarmee verband houdende diensten

1. Directe verzekering (met inbegrip van medeverzekering)

    • i. levensverzekering

    • ii. schadeverzekering

2. Wederverzekering en retrocessie

3. Verzekeringsbemiddeling, zoals diensten van makelaars en agenten

4. Ondersteunende diensten in de verzekeringssector, zoals adviesverstrekking, actuariaat, risicobeoordeling en regeling van schade-eisen

B. Bankwezen en andere financiële diensten (verzekeringen niet inbegrepen)

1. Acceptatie van depositos en andere terugbetaalbare middelen van het publiek

2. Alle soorten leningen, onder meer consumentenkrediet, hypotheekleningen, factorkrediet en financiering van commerciële transacties

3. Financiële leasing

4. Alle betalings- en geldovermakingsdiensten, met inbegrip van krediet- en betaalkaarten, reischeques en bankwissels

5. Garanties en verbintenissen

6. Verhandelen, voor eigen rekening of voor rekening van derden, op de beurs of buiten de beurs, hetzij anderszins, van de volgende producten:

  • a. geldmarktinstrumenten (cheques, wissels, depositobewijzen, enz.)

  • b. deviezen

  • c. afgeleide producten, zoals bij voorbeeld futures en opties

  • d. wisselkoers- en rentevoetinstrumenten, met inbegrip van producten zoals ruiltransacties, termijnkoerstransacties, enz.

  • e. verhandelbare effecten

  • f. andere verhandelbare stukken en financiële activa, met inbegrip van ongemunt goud en zilver

7. Deelneming in de uitgifte van diverse soorten effecten, met inbegrip van het garanderen en plaatsen van effecten als agent (openbaar of particulier) en het verlenen van daarmee verband houdende diensten

8. Geldmakelaarsdiensten

9. Beheer van activa, bij voorbeeld van kasmiddelen of beleggingsportefeuilles, alle vormen van gezamenlijk investeringsbeheer, beheer van pensioenfondsen alsmede bewaargevings-, deposito- en trustdiensten

10. Vereffenings- en verrekeningsdiensten voor financiële activa met inbegrip van effecten, afgeleide producten en andere verhandelbare stukken

11. Verstrekken en overdragen van financiële informatie, financiële gegevensverwerking en bijbehorende software door andere financiële dienstverleners

12. Advies en bemiddeling en andere ondersteunende financiële diensten in verband met de in de punten 1 tot en met 11 genoemde activiteiten, met inbegrip van kredietreferenties en -analyse, onderzoek en advies in verband met investeringen en beleggingsportefeuilles, alsmede advies over aankopen en over bedrijfsreorganisatie en -strategie.

De volgende activiteiten zijn van de definitie van financiële diensten uitgesloten:

  • a. activiteiten van centrale banken of andere overheidsinstellingen voor de tenuitvoerlegging van het monetair beleid of het wisselkoersbeleid;

  • b. activiteiten van centrale banken, overheidsinstanties, ministeries of openbare instellingen, voor rekening van of gegarandeerd door de overheid, tenzij deze activiteiten door financiële dienstverleners in concurrentie met die overheidsorganen worden uitgevoerd;

  • c. activiteiten die deel uitmaken van een wettelijk stelsel van sociale zekerheid of van wettelijke pensioenregelingen, tenzij die activiteiten door financiële dienstverleners in concurrentie met overheidsorganen of particuliere instellingen mogen worden uitgevoerd.


Bijlage VII

Verwerving van onroerend goed door onderdanen van de EU

Lijst van uitzonderingen bedoeld in artikel 60, lid 2

Uitgesloten sector

– Landbouwgrond, zoals gedefinieerd bij de Wet Landbouwgrond (Narodne novine 54/1994, geconsolideerde tekst 48/1995, 19/1998 en 105/1999)

– Door de Wet Milieubescherming (Narodne novine 30/1994) beschermde gebieden


Bijlage VIII

Intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten, bedoeld in artikel 71

1. De partijen bevestigen het belang dat zij hechten aan de verplichtingen die voortvloeien uit de hiernavolgende multilaterale overeenkomsten:

– Internationaal Verdrag inzake de bescherming van uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties (Rome, 1961);

– Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom (Akte van Stockholm 1967, geamendeerd 1979);

– Schikking van Madrid betreffende de internationale inschrijving van merken (Akte van Stockholm 1967, geamendeerd 1979);

– Verdrag tot samenwerking inzake octrooien (Washington 1970, geamendeerd 1979 en gewijzigd 1984);

– Overeenkomst ter bescherming van producenten van fonogrammen tegen het ongeoorloofd kopiëren van hun fonogrammen (Genève 1971);

– Berner conventie voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst (Akte van Parijs 1971);

– Overeenkomst van Nice betreffende de internationale classificatie van de waren en diensten ten behoeve van de inschrijving van merken (Genève 1977, geamendeerd 1979);

– WIPO-verdrag inzake auteursrecht (Genève 1996);

– WIPO-verdrag inzake uitvoeringen en fonogrammen (Genève 1996).

2. Vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst kennen de partijen, overeenkomstig de TRIPs-overeenkomst, aan de vennootschappen en onderdanen van de andere partij, wat de erkenning en de bescherming van intellectuele, industriële en commerciële eigendom betreft, een behandeling toe die niet minder gunstig is dan die welke zij uit hoofde van bilaterale overeenkomsten aan derde landen toekennen.


Lijst van protocollen

Protocol nr. 1 – inzake textiel- en kledingproducten

Protocol nr. 2 – inzake staalproducten

Protocol nr. 3 – inzake de handel tussen Kroatië en de Gemeenschap in bewerkte landbouwproducten

Protocol nr. 4 – inzake de definitie van het begrip producten van oorsprong en regelingen voor administratieve samenwerking

Protocol nr. 5 – inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken

Protocol nr. 6 – inzake het vervoer over land


Protocol nr. 1

Inzake textiel en kledingproducten

Artikel 1

Dit protocol heeft betrekking op textiel en kledingproducten (hierna „textielproducten" genoemd) die zijn vermeld in afdeling XI (hoofdstuk 50 tot en met 63) van de gecombineerde nomenclatuur van de Gemeenschap.

Artikel 2

1. De in afdeling XI (hoofdstuk 50 tot en met 63) van de gecombineerde nomenclatuur vermelde textielproducten van oorsprong uit Kroatië, zoals gedefinieerd in Protocol nr. 4 bij deze overeenkomst, zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst bij binnenkomst in de Gemeenschap van douanerechten vrijgesteld.

2. De rechten die van toepassing zijn op de onder afdeling XI (hoofdstuk 50 tot en met 63) van de gecombineerde nomenclatuur vallende producten van oorsprong uit de Gemeenschap, zoals gedefinieerd in Protocol nr. 4 bij deze overeenkomst, die rechtstreeks in Kroatië worden ingevoerd, vervallen op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst, met uitzondering van de rechten die van toepassing zijn op de in de bijlagen I en II bij dit protocol bedoelde producten die op de daarin vermelde wijze geleidelijk worden verminderd.

3. Onder voorbehoud van het bepaalde in dit protocol zijn de bepalingen van de overeenkomst, in het bijzonder de artikelen 19 en 20 van de overeenkomst, van toepassing op de handel in textielproducten tussen de partijen.

Artikel 3

De regeling voor dubbele controle en aanverwante kwesties in verband met de uitvoer van textielproducten van oorsprong uit Kroatië naar de Gemeenschap en van textielproducten van oorsprong uit de Gemeenschap naar Kroatië zijn onderworpen aan de bepalingen van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kroatië inzake de handel in textielproducten, die op 8 november 2000 is geparafeerd en sinds 1 januari 2001 wordt toegepast.

Artikel 4

Vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst worden geen nieuwe kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking ingesteld, tenzij dit op grond van bovengenoemde overeenkomst en de daarbij behorende protocollen is toegestaan.

Bijlage I

De rechten worden als volgt verlaagd:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden alle rechten verminderd tot 60% van het basisrecht;

- op 1 januari 2003 worden de rechten verminderd tot 30% van het basisrecht;

- op 1 januari 2004 worden de resterende rechten afgeschaft.

GS 6+ Omschrijving van de goederen
51.11 Weefsels van gekaarde wol of van gekaard fijn haar
5111.20 – andere, enkel of hoofdzakelijk met synthetische of kunstmatige filamenten gemengd
52.07 Garens van katoen (andere dan naaigarens), opgemaakt voor de verkoop in het klein
5207.10 – bevattende 85 of meer gewichtspercenten katoen
5207.101– – – niet gemerceriseerd
5207.109 – – – gemerceriseerd
52.08 Weefsels van katoen, bevattende 85 of meer gewichtspercenten katoen, met een gewicht van niet meer dan 200 g/m2n®
5208.3 – geverfd:
5208.31 – – met platbinding, met een gewicht van niet meer dan 100 g/m2
5208.32– – met platbinding, met een gewicht van meer dan 100 g/m2
5208.39 – – andere weefsels
5208.5 – bedrukt:
5208.51 – – met platbinding, met een gewicht van niet meer dan 100 g/m2
5208.52 – – met platbinding, met een gewicht van meer dan 100 g/m2
5208.53 – – met drie– of vierschachtskeperbinding, gelijkzijdige keperbinding daaronder begrepen
52.09 Weefsels van katoen, bevattende 85 of meer gewichtspercenten katoen, met een gewicht van meer dan 200 g/m2
5209.2 – gebleekt:
5209.22 – – met drie– of vierschachtskeperbinding, gelijkzijdige keperbinding daaronder begrepen
5209.29– – andere weefsels
5209.3 – geverfd:
5209.39 – – andere weefsels
5209.4– van verschillend gekleurd garen:
5209.49 – – andere weefsels
5209.5 – bedrukt:
5209.59 – – andere weefsels
52.10Weefsels van katoen, bevattende minder dan 85 gewichtspercenten katoen, enkel of hoofdzakelijk met synthetische of kunstmatige vezels gemengd, met een gewicht van niet meer dan 200 g/m2n®
5210.2 – gebleekt:
5210.29 – – andere weefsels
5210.3– geverfd:
5210.39 – – andere weefsels
5210.5 – bedrukt:
5210.59 – – andere weefsels
54.02 Synthetische filamentgarens (andere dan naaigarens), niet opgemaakt voor de verkoop in het klein, synthetische monofilamenten van minder dan 67 decitex daaronder begrepen
5402.3 – getextureerde garens
5402.33 – – van polyesters
5402.339– – – van meer dan 50 tex per enkelvoudige draad
55.14 Weefsels van synthetische stapelvezels, bevattende minder dan 85 gewichtspercenten van deze vezels, enkel of hoofdzakelijk met katoen gemengd, met een gewicht van meer dan 170 g/m2
5514.1 – ongebleekt of gebleekt:
5514.12 – – met drie– of vierschachtskeperbinding, gelijkzijdige keperbinding daaronder begrepen, van stapelvezels van polyesters
5514.2 – geverfd:
5514.21– – met platbinding, van stapelvezels van polyesters
5514.22 – – met drie– of vierschachtskeperbinding, gelijkzijdige keperbinding daaronder begrepen, van stapelvezels van polyesters
5514.29 – – andere weefsels
55.15 Andere weefsels van synthetische stapelvezels
5515.1 – van stapelvezels van polyesters:
5515.11 – – enkel of hoofdzakelijk met stapelvezels van viscoserayon gemengd
5515.12 – – enkel of hoofdzakelijk met synthetische of kunstmatige filamenten gemengd
5515.13 – – enkel of hoofdzakelijk met wol of met fijn haar gemengd
5515.19 – – andere
55.16 Weefsels van kunstmatige stapelvezels
5516.1 – bevattende 85 of meer gewichtspercenten kunstmatige stapelvezels:
5516.11 – – ongebleekt of gebleekt
5516.12 – geverfd
5516.13– – van verschillend gekleurd garen
5516.2 – bevattende minder dan 85 gewichtspercenten kunstmatige stapelvezels, enkel of hoofdzakelijk met synthetische of met kunstmatige filamenten gemengd:
5516.21 – – ongebleekt of gebleekt
5516.22 – geverfd
5516.23 – – van verschillend gekleurd garen
5516.24 – – bedrukt
5516.3 – bevattende minder dan 85 gewichtspercenten kunstmatige stapelvezels, enkel of hoofdzakelijk met wol of met fijn haar gemengd:
5516.31 – – ongebleekt of gebleekt
5516.32 – geverfd
5516.33 – – van verschillend gekleurd garen
5516.34 – – bedrukt
56.01 Watten van textielstof en artikelen daarvan; textielvezels met een lengte van niet meer dan 5 mm (scheerbaar), noppen van textielstof
5601.2 – watten; andere artikelen van watten
5601.21 – – van katoen
5601.211 – – – watten
5601.219– – – artikelen van watten
56.03 Gebonden textielvlies, ook indien geïmpregneerd, bekleed, bedekt of met inlagen:
5603.1 – van synthetische of kunstmatige filamenten:
5603.13 – – met een gewicht van meer dan 70 doch niet meer dan 150 g/m2
5603.14– – met een gewicht van meer dan 150 g/m2
5603.9 – andere:
5603.93 – – met een gewicht van meer dan 70 doch niet meer dan 150 g/m2
5603.94 – – met een gewicht van meer dan 150 g/m2
57.01 Tapijten, geknoopt of met opgerolde polen, ook indien geconfectioneerd
5701.90– van andere textielstoffen
57.03 Tapijten, getuft, ook indien geconfectioneerd
5703.20 – van nylon of van andere polyamiden
5703.30 – van andere synthetische of kunstmatige textielstoffen
5703.90 – van andere textielstoffen
5705.00 Andere tapijten, ook indien geconfectioneerd
58.03 Weefsel met gaasbinding, ander dan bedoeld bij post 5806
5803.10– van katoen
58.07 Etiketten, insignes en dergelijke artikelen van textiel, aan het stuk, in banden of gesneden, niet geborduurd
5807.90 – andere
59.03Weefsels, geïmpregneerd, bekleed of bedekt met, dan wel met inlagen van kunststof, andere dan die bedoeld bij post 5902
5903.10 – met polyvinylchloride
5903.20 – met polyurethaan
5903.90– andere
59.06 Gegummeerde weefsels, andere dan die bedoeld bij post 5902
5906.10 – plakband met een breedte van niet meer dan 20 cm
5906.9 – andere:
5906.91 – – van brei– of haakwerk
5906.99 – – andere
5909.00 Brandslangen en dergelijke slangen, van textielstoffen, ook indien gewapend, met beslag of met toebehoren van andere stoffen
5909.001 – – – brandslangen en dergelijke slangen
5909.009 – – – andere
61.03 Kostuums, ensembles, colbertjassen, blazers en dergelijke, lange en korte broeken (andere dan zwembroeken) en zogeheten Amerikaanse overalls, van brei– of haakwerk, voor heren of voor jongens
6103.1 – kostuums:
6103.11 – – van wol of van fijn haar
6103.12 – – van synthetische vezels
6103.19 – – van andere textielstoffen
6103.2 – ensembles:
6103.21 – – van wol of van fijn haar
6103.22 – – van katoen
6103.23 – – van synthetische vezels
6103.29 – – van andere textielstoffen
6103.3 – colbertjassen, blazers en dergelijke:
6103.31 – – van wol of van fijn haar
6103.32 – – van katoen
6103.33 – – van synthetische vezels
6103.39 – – van andere textielstoffen
6103.4 – lange en korte broeken en zogeheten Amerikaanse overalls:
6103.41 – – van wol of van fijn haar
6103.42 – – van katoen
6103.43 – – van synthetische vezels
6103.49 – – van andere textielstoffen
63.01 Dekens
6301.20 – dekens (andere dan elektrisch verwarmde dekens) van wol of van fijn haar
6301.30 – dekens (andere dan elektrisch verwarmde dekens) van katoen
6301.40 – dekens (andere dan elektrisch verwarmde dekens) van synthetische vezels
6301.90 – andere dekens
63.02Tafel-, bedden– en huishoudlinnen
6302.10 – beddenlinnen van brei– of haakwerk
6302.2 – ander beddenlinnen, bedrukt:
6302.21 – – van katoen
6302.22 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6302.29 – – van andere textielstoffen
6302.3 – ander beddenlinnen:
6302.31 – – van katoen
6302.319 – – – andere
6302.39 – – van andere textielstoffen
6302.40 – tafellinnen van brei– of haakwerk
6302.5 – ander tafellinnen:
6302.51 – – van katoen
6302.59 – – van andere textielstoffen

Bijlage II

De rechten worden als volgt verlaagd:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden de rechten verminderd tot 65% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden de rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden de rechten verminderd tot 35% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden de rechten verminderd tot 20% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden de resterende rechten afgeschaft.

GS 6+ Omschrijving van de goederen
51.09 Garens van wol of van fijn haar, opgemaakt voor de verkoop in het klein
5109.10 – bevattende 85 of meer gewichtspercenten wol of fijn haar
5109.90 – andere
61.04Mantelpakken, broekpakken, ensembles, blazers en andere jasjes, japonnen, rokken, broekrokken, lange en korte broeken (andere dan zwembroeken) en zogeheten Amerikaanse overalls, van brei– of haakwerk, voor dames of voor meisjes
6104.3 – blazers en andere jasjes:
6104.32 – – van katoen
6104.33 – – van synthetische vezels
6104.39 – – van andere textielstoffen
6104.4 – japonnen:
6104.41 – – van wol of van fijn haar
6104.42 – – van katoen
6104.43 – – van synthetische vezels
6104.44 – – van kunstmatige vezels
6104.49 – – van andere textielstoffen
6104.5 – rokken en broekrokken:
6104.51 – – van wol of van fijn haar
6104.52 – – van katoen
6104.53 – – van synthetische vezels
6104.59 – – van andere textielstoffen
6104.6 – lange en korte broeken en zogeheten Amerikaanse overalls:
6104.62 – – van katoen
6104.63 – – van synthetische vezels
6104.69 – – van andere textielstoffen
61.05 Overhemden van brei– of haakwerk, voor heren of voor jongens
6105.10 – van katoen
6105.20 – van synthetische of kunstmatige vezels
6105.90 – van andere textielstoffen
61.06 Blouses en hemdblouses, van brei– of haakwerk, voor dames of voor meisjes
6106.10 – van katoen
6106.20 – van synthetische of kunstmatige vezels
6106.90 – van andere textielstoffen
61.07 Slips, onderbroeken, nachthemden, pyjama's, badjassen, kamerjassen en dergelijke artikelen, van brei– of haakwerk, voor heren of voor jongens
6107.1– slips en onderbroeken:
6107.11 – – van katoen
6107.12 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6107.19 – – van andere textielstoffen
6107.2 – nachthemden en pyjama's:
6107.21 – – van katoen
6107.22 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6107.29 – – van andere textielstoffen
6107.9 – andere:
6107.91 – – van katoen
6107.92 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6107.99 – – van andere textielstoffen
61.08 Onderjurken, onderrokken, slips, nachthemden, pyjama's, negligés, badjassen, kamerjassen en dergelijke artikelen, van brei– of haakwerk, voor dames of voor meisjes
6108.2 – slips en onderbroeken:
6108.21 – – van katoen
6108.22 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6108.29 – – van andere textielstoffen
6108.3 – nachthemden en pyjama's:
6108.31 – – van katoen
6108.32 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6108.39 – – van andere textielstoffen
6108.9 – andere:
6108.91 – – van katoen
6108.92 – – van synthetische of kunstmatige vezels
6108.99 – – van andere textielstoffen
61.09 T-shirts, borstrokken en onderhemden, van brei– of haakwerk
6109.10 – van katoen
6109.90 – van andere textielstoffen
61.10 Truien, jumpers, pull-overs, slip-overs, vesten en dergelijke artikelen, van brei– of haakwerk
6110.10 – van wol of van fijn haar
6110.20 – van katoen
6110.30 – van synthetische of kunstmatige vezels
6110.90 – van andere textielstoffen
62.03 Kostuums, ensembles, colbertjassen, blazers en dergelijke, lange en korte broeken (andere dan zwembroeken) en zogeheten Amerikaanse overalls, voor heren of voor jongens
6203.1 – kostuums:
6203.11– – van wol of van fijn haar
6203.12 – – van synthetische vezels
6203.129 – – – andere
6203.19 – – van andere textielstoffen
6203.192 – – – andere, van katoen
6203.199 – – – andere
6203.2 – ensembles:
6203.21 – – van wol of van fijn haar
6203.22 – – van katoen
6203.229– – – andere
6203.23 – – van synthetische vezels
6203.239 – – – andere
6203.29– – van andere textielstoffen
6203.299 – – – andere
6203.3 – colbertjassen, blazers en dergelijke:
6203.32 – – van katoen
6203.329 – – – andere
6203.33 – – van synthetische vezels
6203.339 – – – andere
6203.39 – – van andere textielstoffen
6203.399 – – – andere
6203.4 – lange en korte broeken en zogeheten Amerikaanse overalls:
6203.42 – – van katoen
6203.429– – – andere
6203.43 – – van synthetische vezels
6203.439 – – – andere
6203.49 – – van andere textielstoffen
6203.499 – – – andere
62.04 Mantelpakken, broekpakken, ensembles, blazers en andere jasjes, japonnen, rokken, broekrokken, lange en korte broeken (andere dan zwembroeken) en zogeheten Amerikaanse overalls, voor dames of voor meisjes
6204.1 – mantelpakken en broekpakken:
6204.12 – – van katoen
6204.13 – – van synthetische vezels
6204.19 – – van andere textielstoffen
6204.2 – ensembles:
6204.22 – – van katoen
6204.229 – – – andere
6204.23 – – van synthetische vezels
6204.239 – – – andere
6204.29 – – van andere textielstoffen
6204.299 – – – andere
6204.3 – blazers en andere jasjes:
6204.32 – – van katoen
6204.329– – – andere
6204.33 – – van synthetische vezels
6204.339 – – – andere
6204.39– – van andere textielstoffen
6204.399 – – – andere
6204.4 – japonnen:
6204.42– – van katoen
6204.43 – – van synthetische vezels
6204.44 – – van kunstmatige vezels
6204.49 – – van andere textielstoffen
6204.5 – rokken en broekrokken:
6204.52 – – van katoen
6204.53 – – van synthetische vezels
6204.59 – – van andere textielstoffen
6204.6 – lange en korte broeken en zogeheten Amerikaanse overalls:
6204.61 – – van wol of van fijn haar
6204.62 – – van katoen
6204.629 – – – andere
6204.63 – – van synthetische vezels
6204.639 – – – andere
6204.69 – – van andere textielstoffen
6204.699 – – – andere
62.05Overhemden voor heren of voor jongens
6205.10 – van wol of van fijn haar
6205.20 – van katoen
6205.30 – van synthetische of kunstmatige vezels
6205.90 – van andere textielstoffen
62.06 Blouses en hemdblouses voor dames of voor meisjes
6206.30 – van katoen
6206.40– van synthetische of kunstmatige vezels
6206.90– van andere textielstoffen
6309.00 Oude kleren en dergelijke

Protocol nr. 2

Inzake ijzer- en staalproducten

Artikel 1

Dit protocol is van toepassing op de producten die zijn vermeld in hoofdstuk 72 van het gemeenschappelijk douanetarief. Het is eveneens van toepassing op andere onder dit hoofdstuk vallende eindproducten van ijzer en staal die in de toekomst uit Kroatië van oorsprong kunnen zijn.

Artikel 2

Douanerechten die bij invoer in de Gemeenschap van toepassing zijn op ijzer- en staalproducten van oorsprong uit Kroatië worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.

Artikel 3

1. De douanerechten die van toepassing zijn bij de invoer in Kroatië van producten van oorsprong uit de Gemeenschap, andere dan die genoemd in bijlage I, worden bij de inwerkingtreding van de overeenkomst afgeschaft.

2. Douanerechten die bij invoer in Kroatië van toepassing zijn op de ijzer- en staalproducten genoemd in bijlage I, worden volgens onderstaand tijdschema geleidelijk afgeschaft:

– bij de inwerkingtreding van de overeenkomst worden de rechten verminderd tot 65% van het basisrecht;

– op 1 januari 2003 worden de rechten verminderd tot 50% van het basisrecht;

– op 1 januari 2004 worden de rechten verminderd tot 35% van het basisrecht;

– op 1 januari 2005 worden de rechten verminderd tot 20% van het basisrecht;

– op 1 januari 2006 worden de resterende rechten afgeschaft.

Artikel 4

1. De kwantitatieve beperkingen op de invoer in de Gemeenschap van ijzer- en staalproducten van oorsprong uit Kroatië en maatregelen van gelijke werking worden op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst opgeheven.

2. De kwantitatieve beperkingen op de invoer in Kroatië van ijzer- en staalproducten van oorsprong uit de Gemeenschap en maatregelen van gelijke werking worden op de datum van inwerkingtreding van de overeenkomst opgeheven.

Artikel 5

1. In verband met het bepaalde in artikel 70 van de overeenkomst erkennen de partijen dat het noodzakelijk en urgent is dat elke partij terstond maatregelen neemt om eventuele structurele zwakheden van haar ijzer- en staalsector te verhelpen ter waarborging van het algemene concurrentievermogen van haar industrie. Kroatië stelt daarom binnen twee jaar een herstructurerings- en omschakelingsprogramma voor haar ijzer- en staalindustrie op om ervoor te zorgen dat deze industrie op normale marktvoorwaarden kan voortbestaan. De Gemeenschap zal Kroatië op verzoek technische bijstand verlenen om dit doel te bereiken.

2. In verband met het bepaalde in artikel 70 van de overeenkomst worden voorts alle praktijken die strijdig zijn met dit artikel beoordeeld op grond van specifieke criteria die voortvloeien uit de toepassing van de wetgeving van de Gemeenschap inzake overheidssteun, met inbegrip van de afgeleide wetgeving, en van bijzondere voorschriften inzake het toezicht op overheidssteun die na het vervallen van het EGKS-verdrag op de ijzer- en staalsector van toepassing zijn.

3. Voor de toepassing van lid 1, onder iii) van artikel 70 van de overeenkomst op staalproducten, erkent de Gemeenschap dat Kroatië gedurende vijf jaar na de inwerkingtreding van de overeenomst bij wijze van uitzondering overheidssteun voor herstructureringsdoeleinden kan verlenen, mits:

– de steun ertoe leidt dat de begunstigde ondernemingen aan het einde van de herstructureringsperiode op normale marktvoorwaarden kunnen voortbestaan;

– het bedrag en de intensiteit van de steun strikt beperkt zijn tot hetgeen voor het herstel van een normaal voortbestaan absoluut noodzakelijk is, en dat deze geleidelijk worden verminderd; en

– het herstructureringsprogramma aan een algemene rationalisatie en capaciteitsvermindering in Kroatië is gekoppeld.

4. Elke partij ziet toe op volledige transparantie bij de tenuitvoerlegging van het noodzakelijke herstructurerings- en omschakelingsprogramma, door de andere partij voortdurend volledig in te lichten, waarbij met name gegevens worden medegedeeld over het herstructureringsplan en de bedragen, de intensiteit en het doel van de overheidssteun die op grond van de leden 2 en 3 van dit artikel wordt verleend.

5. De Stabilisatie- en Associatieraad houdt toezicht op de naleving van het bepaalde in de leden 1 tot en met 4.

6. Indien een partij van oordeel is dat een praktijk van de andere partij met dit artikel in strijd is, en indien die praktijk nadelig is of dreigt te zijn voor de belangen van de eerste partij of indien de binnenlandse industrie van die partij aanmerkelijke schade ondervindt of dreigt te ondervinden, kan deze partij de nodige maatregelen nemen na raadpleging van de in artikel 7 genoemde contactgroep of dertig werkdagen nadat om deze raadpleging is verzocht.

Artikel 6

De artikelen 19, 20 en 21 van de overeenkomst zijn van toepassing op de handel in ijzer- en staalproducten tussen de partijen.

Artikel 7

De partijen komen overeen dat overeenkomstig het bepaalde in artikel 115 van de overeenkomst een contactgroep zal worden opgericht, die als taak heeft de tenuitvoerlegging van dit protocol te volgen en te evalueren.


Bijlage I

GS 6+ Omschrijving van de goederen
72.13 Walsdraad van ijzer of van niet-gelegeerd staal
7213.10 – voorzien van inkepingen, verdikkingen, ribbels of andere bij het walsen verkregen vervormingen
7213.101 – – - met een diameter van 8 mm of meer doch niet meer dan 14 mm
7213.109 – – – andere
7213.9 – andere:
7213.912– – met een cirkelvormige dwarsdoorsnede met een diameter van minder dan 14 mm
7213.912 – – – andere, met een diameter van 8 mm of meer
72.14 Staven van ijzer of van niet-gelegeerd staal, enkel gesmeed, warm gewalst, warm getrokken of warm geperst, ook indien na het walsen getordeerd
7214.20 – voorzien van inkepingen, verdikkingen, ribbels of andere bij het walsen verkregen vervormingen
7214.201 – – – met een diameter van 8 mm of meer doch niet meer dan 25 mm
7214.9 – andere
7214.99 – – andere
7214.991 – – – met een cirkelvormige dwarsdoorsnede met een diameter van 8 mm of meer doch niet meer dan 25 mm
72.17 Draad van ijzer of van niet-gelegeerd staal
7217.10 – niet bekleed, ook indien gepolijst
7217.109 – – – andere

Protocol nr. 3

Inzake de handel tussen Kroatië en de gemeenschap in bewerkte landbouwproducten

Artikel 1

1. De Gemeenschap en Kroatië passen op verwerkte landbouwproducten de in bijlage I respectievelijk bijlage II vermelde rechten toe in overeenstemming met de daarin vermelde voorwaarden.

2. De Stabilisatie- en Associatieraad kan:

– de lijst van de onder dit protocol vallende verwerkte landbouwproducten uitbreiden;

– de in de bijlagen I en II vermelde rechten wijzigen;

– de tariefcontingenten verhogen of afschaffen.

3. De Stabilisatie- en Associatieraad kan de door dit protocol vastgestelde rechten vervangen door een stelsel, vastgesteld op basis van de respectieve marktprijzen van de Gemeenschap en Kroatië voor landbouwproducten die daadwerkelijk bij de vervaardiging van de onder dit protocol vallende verwerkte landbouwproducten zijn gebruikt.

Artikel 2

De overeenkomstig artikel 1 toegepaste rechten kunnen bij besluit van de Stabilisatie- en Associatieraad worden verlaagd:

– wanneer in het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Kroatië de op basislandbouwproducten toegepaste rechten worden verlaagd, of

– naar aanleiding van verlagingen die het gevolg zijn van wederzijdse concessies voor verwerkte landbouwproducten.

Artikel 3

De Gemeenschap en Kroatië stellen elkaar in kennis van de administratieve regelingen die zijn vastgesteld voor de onder dit protocol vallende producten. Deze regelingen dienen een gelijke behandeling van alle betrokken partijen te waarborgen en dienen zo eenvoudig en soepel mogelijk te zijn.


Bijlage I

Rechten die bij invoer in de Gemeenschap van toepassing zijn op goederen van oorsprong uit Kroatië

De rechten bij invoer in de Gemeenschap zijn nul voor de hierna genoemde verwerkte landbouwproducten van oorsprong uit Kroatië

GN-code Omschrijving van de goederen
(1) (2)
0403 Karnemelk, gestremde melk en room, yoghurt, kefir en andere gegiste of aangezuurde melk en room, ook indien ingedikt, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao:
0403 10 – Yoghurt:
0403 10 51 t/m 0403 10 99 – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao:
0403 90 – andere:
0403 90 71 t/m 0403 90 99 – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao
0405 Boter en andere van melk afkomstige vetstoffen; zuivelpastas:
0405 20 – Zuivelpastas:
0405 20 10 – – met een vetgehalte van 39 of meer gewichtspercenten doch minder dan 60 gewichtspercenten
0405 20 30 – – met een vetgehalte van 60 of meer gewichtspercenten doch niet meer dan 75 gewichtspercenten
0509 00 Echte sponzen:
0509 00 90– andere
0710 Groenten, ook indien gestoomd of in water gekookt, bevroren:
0710 40 00– suikermaïs
0711 Groenten, voorlopig verduurzaamd (bij voorbeeld door middel van zwaveldioxide of in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd), doch als zodanig niet geschikt voor dadelijke consumptie:
0711 90 – andere groenten; mengsels van groenten:
 – – groenten
0711 90 30– – – suikermaïs
1302 Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige producten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd:
 – plantensappen en plantenextracten:
1302 12 00 – – van zoethout
1302 13 00 – – van hop
1302 20– pectinestoffen, pectinaten en pectaten:
1302 20 10 – – in droge toestand
1302 20 90 – – andere
1505 Wolvet en daaruit verkregen vetstoffen, lanoline daaronder begrepen:
1505 10 00 – ruw wolvet
1516 Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdiniseerd, ook indien geraffineerd, doch niet verder bereid:
1516 20 – plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan:
1516 20 10 – – gehydrogeneerde ricinusolie, zogeheten opal wax
1517 Margarine; mengsels en bereidingen, voor menselijke consumptie, van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, andere dan de vetten en oliën of fracties daarvan, bedoeld bij post 1516:
1517 10– Margarine, andere dan vloeibare margarine:
1517 10 10 – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichtspercenten
1517 90 – andere:
1517 90 10 – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichtspercenten
 – – andere:
1517 90 93 – – – mengsels en bereidingen voor menselijke consumptie van de soorten gebruikt als preparaten voor het insmeren van bakvormen
1518 00 Standolie en andere dierlijke of plantaardige oliën, alsmede fracties daarvan, gekookt, geoxideerd, gedehydreerd, gezwaveld, geblazen op andere wijze chemisch gewijzigd, andere dan die bedoeld bij post 1516; mengsels en bereidingen van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, niet geschikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen:
1518 00 10 – Linoxyne
 – andere:
1518 00 91 – – standolie en andere dierlijke of plantaardige oliën, alsmede fracties daarvan, gekookt, geoxideerd, gedehydreerd, gezwaveld, geblazen of op andere wijze chemisch gewijzigd, andere dan die bedoeld bij post 1516
 – – andere:
1518 00 95 – – – mengsels en bereidingen van dierlijke vetten en oliën of van dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, niet geschikt voor menselijke consumptie
1518 00 99 – – – andere
1521 Plantaardige was (andere dan triglyceriden), bijenwas, was van andere insecten, alsmede walschot (spermaceti), ook indien geraffineerd of gekleurd:
1521 90 – andere:
 – – bijenwas, was van andere insecten, ook indien geraffineerd of gekleurd
1521 90 99 – – – andere
1522 00 Dégras; afvallen, afkomstig van de behandeling van vetstoffen of van dierlijke of plantaardige was:
1522 00 10 – dégras
1702 Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthoning, ook indien met natuurhoning vermengd; karamel:
1702 50 00– chemisch zuivere fructose
1702 90 – andere, invertsuiker daaronder begrepen:
1702 90 10 – – chemisch zuivere maltose
1704 Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder begrepen)
1803 Cacaopasta, ook indien ontvet
1804 00 00 Cacaoboter, cacaovet en cacao-olie
1805 00 00 Cacaopoeder, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen
1806 Chocolade en andere bereidingen voor menselijke consumptie die cacao bevatten
1901 Moutextract; bereidingen voor menselijke consumptie van meel, gries, griesmeel, zetmeel of moutextract, geen of minder dan 40 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen; bereidingen voor menselijke consumptie van producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404, geen of minder dan 5 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen
1902 Deegwaren, ook indien gekookt of gevuld (met vlees of andere zelfstandigheden) dan wel op andere wijze bereid, zoals spaghetti, macaroni, noedels, lasagne, gnocchi, ravioli en cannelloni; koeskoes, ook indien bereid:
 – deegwaren, niet gekookt, noch gevuld of op andere wijze bereid:
1902 11 00 – – waarin ei is verwerkt
1902 19 – – andere
1902 20– gevulde deegwaren (ook indien gekookt of op andere wijze bereid):
 – – andere:
1902 20 91– – – gekookt of gebakken
1902 20 99 – – – andere
1902 30 – andere deegwaren
1902 40 – koeskoes
1903 00 00Tapioca en soortgelijke producten bereid uit zetmeel, in de vorm van vlokken, korrels, parels en dergelijke
1904Graanpreparaten verkregen door poffen of door roosteren (bij voorbeeld cornflakes); granen, andere dan maïs, in de vorm van korrels of in de vorm van vlokken of van andere bewerkte korrels (met uitzondering van meel en gries), voorgekookt of op andere wijze bereid, elders genoemd noch elders onder begrepen
1905 Brood, gebak, biscuits en andere bakkerswaren, ook indien deze producten cacao bevatten; ouwel in bladen, hosties, ouwels voor geneesmiddelen, plakouwels en dergelijke producten van meel of van zetmeel
2001 Groenten, vruchten en andere eetbare plantendelen, bereid of verduurzaamd in azijn of in azijnzuur:
2001 90 – andere:
2001 90 30 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)
2001 90 40 – – broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke eetbare plantendelen met een zetmeelgehalte van 5 of meer gewichtspercenten
2001 90 60 – – palmharten
2004Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006:
2004 10 – aardappelen:
 – – andere:
2004 10 91 – – – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken
2004 90 – andere groenten en mengsels van groenten:
2004 90 10 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)
2005 Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006:
2005 20 – aardappelen:
2005 20 10 – – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken
2005 80 00 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)
2008 Vruchten en andere eetbare plantendelen, op andere wijze bereid of verduurzaamd, ook indien met toegevoegde suiker, andere zoetstoffen of alcohol, elders genoemd noch elders onder begrepen:
 – noten, grondnoten en andere zaden, ook indien onderling vermengd:
2008 11– – grondnoten
2008 11 10 – – – pindakaas
 – andere, mengsels met andere dan die van post 2008 19 daaronder begrepen:
2008 91 00 – – palmharten
2008 99 – – andere:
 – – – zonder toegevoegde alcohol:
 – – – – zonder toegevoegde suiker:
2008 99 85 – – – – - maïs, andere dan suikermaïs (Zea mays var. saccharata)
2008 99 91 – – – – - broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke eetbare plantendelen met een zetmeelgehalte van 5 of meer gewichtspercenten
2101 Extracten, essences en concentraten, van koffie, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van koffie, van thee of van maté; gebrande cichorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede extracten, essences en concentraten daarvan
2102Gist, ook indien inactief; andere eencellige micro-organismen, dood (andere dan de vaccins bedoeld bij post 3002); samengesteld bakpoeder:
2102 10 – levende gist
2102 20– inactieve gist; andere eencellige micro-organismen, dood:
 – – inactieve gist:
2102 20 11 – – – in tabletten, in blokken of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een netto-inhoud per onmiddellijke verpakking van niet meer dan 1 kg
2102 20 19 – – – andere
2102 30 00 – samengesteld bakpoeder
2103 Sauzen en preparaten voor sauzen; samengestelde kruiderijen en dergelijke producten; mosterdmeel en bereide mosterd:
2103 10 00 – sojasaus
2103 20 00– tomatenketchup en andere tomatensauzen
2103 30– mosterdmeel en bereide mosterd:
2103 30 90 – – bereide mosterd
2103 90 – – andere:
2103 90 90 – – andere
2104Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon; samengestelde gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie
2105 00 Consumptie-ijs, ook indien cacao bevattend
2106 Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen:
2106 10– proteïneconcentraten en getextureerde proteïnestoffen
2106 90 – andere:
2106 90 10 – – preparaten fondues genaamd
2106 90 20 – – samengestelde alcoholhoudende preparaten, andere dan op basis van reukstoffen, van de soort gebruikt voor de vervaardiging van dranken
 – – andere:
2106 90 92 – – – bevattende geen van melk afkomstige vetstoffen, sacharose, isoglucose, glucose of zetmeel, of bevattende minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, minder dan 5 gewichtspercenten sacharose of isoglucose, minder dan 5 gewichtspercenten glucose of zetmeel
2106 90 98 – – – andere
2202Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009
2203 00 Bier van mout
2205 Vermout en andere wijn van verse druiven, bereid met aromatische planten of met aromatische stoffen
2207 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80% vol of meer; ethylalcohol en gedistilleerde dranken, gedenatureerd, ongeacht het gehalte
2208 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten:
2208 40 – rum en tafia
2208 90– andere:
2208 90 91 t/m 2208 90 99 – – ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol
2402 Sigaren, cigarillos en sigaretten, van tabak of van tabaksurrogaten
2403 Andere tabak en tabakssurrogaten, tot verbruik bereid; gehomogeniseerde en gereconstitueerde tabak; tabaksextracten en tabakssausen
2905 Acyclische alcoholen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan:
 – andere meerwaardige alcoholen:
2905 43 00 – – mannitol
2905 44 – – D-glucitol (sorbitol)
2905 45 00 – – glycerol
3301Etherische oliën (ook indien daaruit de terpenen zijn afgesplitst), vast of vloeibaar; harsaromas; door extractie verkregen oleoharsen; geconcentreerde oplossingen van etherische oliën in vet, in vette oliën, in was of in dergelijke stoffen, verkregen door enfleurage of door maceratie; terpeenhoudende bijproducten, afgesplitst uit etherische oliën; gedistilleerd aromatisch water en waterige oplossingen van etherische oliën:
3301 90– andere:
3301 90 21 – – – van zoethout en van hop
3302 Mengsels van reukstoffen en mengsels (oplossingen in alcohol daaronder begrepen) op basis van een of meer van deze zelfstandigheden met andere stoffen, van de soort gebruikt als grondstof voor de industrie; andere bereidingen op basis van reukstoffen van de soort gebruikt voor de vervaardiging van dranken:
3302 10 – van de soort gebruikt in de voedingsmiddelen- en drankenindustrie
 – – van de soort gebruikt in de drankenindustrie:
 – – – bereidingen die alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten:
3302 10 10 – – – – met een effectief alcohol-volumegehalte van meer dan 0,5% vol
 – – – – andere:
3302 10 21 – – – – - bevattende geen van melk afkomstige vetstoffen, sacharose, isoglucose, glucose of zetmeel, of bevattende minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, minder dan 5 gewichtspercenten sacharose of isoglucose, minder dan 5 gewichtspercenten glucose of zetmeel
3302 10 29 – – – – - andere
3501 Caseïne, caseïnaten en andere derivaten van caseïne; lijm van caseïne:
3501 10– caseïne:
3501 10 50 – – bestemd voor andere industriële doeleinden dan voor de vervaardiging van producten voor menselijke consumptie of van veevoeder
3501 10 90– – andere
3501 90 – andere:
3501 90 90 – – andere
3505Dextrine en ander gewijzigd zetmeel (bijvoorbeeld voorgegelatineerd of veresterd zetmeel); lijm op basis van zetmeel, van dextrine of van ander gewijzigd zetmeel:
3505 10 – dextrine en ander gewijzigd zetmeel:
3505 10 10 – – dextrine
 – – ander gewijzigd zetmeel:
3505 10 90 – – – andere
3505 20 – lijm
3809Appreteermiddelen, middelen voor het versnellen van het verfproces of van het fixeren van kleurstoffen, alsmede andere producten en preparaten (bij voorbeeld preparaten voor het beitsen), van de soort gebruikt in de textielindustrie, in de papierindustrie, in de lederindustrie of in dergelijke industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:
3809 10 – op basis van zetmeel of van zetmeelhoudende stoffen
3823Industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils; industriële vetalcoholen:
 – industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils
3823 11 00 – – stearinezuur
3823 12 00 – – oliezuur
3823 13 00– – tallvetzuren
3823 19 – – andere
3823 70 00 – industriële vetalcoholen
3824 Bereide bindmiddelen voor gietvormen of voor gietkernen; chemische producten en preparaten van de chemische of van aanverwante industrieën (mengsels van natuurlijke producten daaronder begrepen), elders genoemd noch elders onder begrepen; residuen van de chemische of van aanverwante industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:
3824 60 – Sorbitol andere dan die bedoeld bij onderverdeling 2905 44

Bijlage II

Lijst 1: Goederen van oorsprong uit de Gemeenschap waarvoor Kroatië de rechten (onmiddellijk of geleidelijk) afschaft

GN-code Omschrijving van de goederen Recht (% van MFN)
200220032004200520062007
(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7)(8)
0501 00 00 Mensenhaar, onbewerkt, ook indien gewassen of ontvet; afval van mensenhaar0     
0502 Haar van varkens of van wilde zwijnen; dassenhaar en ander dierlijk haar, voor borstelwerk; afval van dit haar0     
0503 00 00 Paardenhaar (crin) en afval van paardenhaar, ook indien in vliezen, al dan niet op een onderlaag0     
0505Vogelhuiden en andere delen van vogels, met veren of dons bezet, veren en delen van veren (ook indien bijgesneden) en dons, ruw, gereinigd, ontsmet of op andere wijze behandeld ter voorkoming van bederf, doch niet verder bewerkt; poeder en afval, van veren of van delen van veren0     
0506Beenderen en hoornpitten, ruw, ontvet of eenvoudig voorbehandeld (doch niet in vorm gesneden), met zuur behandeld of ontdaan van gelatine; poeder en afval van deze stoffen0     
0507 Ivoor, schildpad, walvisbaarden (walvisbaardhaar daaronder begrepen), horens, geweien, hoeven, nagels, klauwen en snavels, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet in vorm gesneden; poeder en afval van deze stoffen0     
0508 00 00 Koraal en dergelijke stoffen, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet verder bewerkt; schelpen en schalen, van schaaldieren, van weekdieren of van stekelhuidigen, alsmede rugplaten van inktvissen, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet in vorm gesneden, alsmede poeder en afval van deze stoffen0     
0509 00 Echte sponzen0     
0510 00 00 Grijze amber, bevergeil, civet en muskus; Spaanse vlieg; gal, ook indien gedroogd; klieren en andere stoffen van dierlijke oorsprong, die worden gebruikt voor het bereiden van farmaceutische producten, vers, gekoeld, bevroren of anderszins voorlopig geconserveerd0     
0710 Groenten, ook indien gestoomd of in water gekookt, bevroren:      
0710 40 00– suikermaïs0     
0711Groenten, voorlopig verduurzaamd (bij voorbeeld door middel van zwaveldioxide of in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd), doch als zodanig niet geschikt voor dadelijke consumptie:      
0711 90 – andere groenten; mengsels van groenten:      
 – – groenten      
0711 90 30 – – – suikermaïs0     
0903 00 00Maté0     
1212Sint-jansbrood, zeewier en andere algen, suikerbieten en suikerriet, vers, gekoeld, bevroren of gedroogd, ook indien in poedervorm; vruchtenpitten, ook indien in de steen en andere plantaardige producten (ongebrande cichoreiwortels van de variëteit Cichorium intybus sativum daaronder begrepen) hoofdzakelijk gebruikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
1212 20 00– zeewier en andere algen0     
1302 Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige producten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd:      
 – plantensappen en plantenextracten:      
1302 12 00– – van zoethout0     
1302 13 00– – van hop0     
1302 14 00– – van pyretrum of van wortels van rotenon bevattende planten0     
1302 19 – – andere:      
1302 19 30 – – – plantenextracten, onderling vermengd, voor de vervaardiging van dranken of van producten voor menselijke consumptie0     
 – – – andere:      
1302 19 91 – – – – voor geneeskundig gebruik0     
1302 20– pectinestoffen, pectinaten en pectaten0     
 – plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd, verkregen uit plantaardige producten:      
1302 31 00 – – agar-agar0     
1302 32 – – plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd, uit sint-jansbrood, uit sint-jansbroodpitten of uit guarzaden:      
1302 32 10 – – – uit sint-jansbrood of uit sint-jansbroodpitten0     
1401Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt in de mandenmakerij of voor vlechtwerk (bij voorbeeld bamboe, rotan, riet, bies, teen, raffia, lindebast, alsmede gezuiverd, gebleekt of geverfd stro van graangewassen)0     
1402Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt als opvulmateriaal (bij voorbeeld kapok, plantenhaar (crin végétal), zeegras), ook indien in vliezen, al dan niet bevestigd op een onderlaag of tussen twee lagen, van andere stof0     
1403 Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt voor het vervaardigen van bezems en van borstels (bij voorbeeld sorghopluimen en -stro, piassava, hondsgras, istle), ook indien in wrongen of in bosjes0     
1404 Plantaardige producten, elders genoemd noch elders onder begrepen0     
1505 Wolvet en daaruit verkregen vetstoffen, lanoline daaronder begrepen0     
1506 00 00 Andere dierlijke vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd0     
1515 Andere plantaardige vetten en vette oliën (jojobaolie daaronder begrepen), alsmede fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd:      
1515 60 00– jojobaolie en fracties daarvan0     
1516 Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdiniseerd, ook indien geraffineerd, doch niet verder bereid:      
1516 20– plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan:      
1516 20 10 – – gehydrogeneerde ricinusolie, zogeheten opal wax0     
1518 00 Standolie en andere dierlijke of plantaardige oliën, alsmede fracties daarvan, gekookt, geoxideerd, gedehydreerd, gezwaveld, geblazen op andere wijze chemisch gewijzigd, andere dan die bedoeld bij post 1516; mengsels en bereidingen van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, niet geschikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
1518 00 10– Linoxyne0     
 – mengsels van plantaardige oliën, vloeibaar, voor ander technisch of industrieel gebruik dan voor de vervaardiging van producten voor menselijke consumptie      
1518 00 91 t/m 1518 00 99– andere0     
1520 00 00Ruwe glycerol; glycerolwater en glycerollogen0     
1521Plantaardige was (andere dan triglyceriden), bijenwas, was van andere insecten, alsmede walschot (spermaceti), ook indien geraffineerd of gekleurd0     
1522 00 Dégras; afvallen, afkomstig van de behandeling van vetstoffen of van dierlijke of plantaardige was:      
1522 00 10– dégras0     
1702 Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthoning, ook indien met natuurhoning vermengd; karamel:      
1702 50 00– chemisch zuivere fructose0     
1702 90 – andere, invertsuiker daaronder begrepen:      
1702 90 10 – – chemisch zuivere maltose0     
1704Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder begrepen):      
170410 – kauwgom, ook indien bedekt met een laagje suiker0     
1803 Cacaopasta, ook indien ontvet0     
1804 00 00Cacaoboter, cacaovet en cacao-olie0     
1805 00 00 Cacaopoeder, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen0     
1901Moutextract; bereidingen voor menselijke consumptie van meel, gries, griesmeel, zetmeel of moutextract, geen of minder dan 40 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen; bereidingen voor menselijke consumptie van producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404, geen of minder dan 5 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
1901 10 00– bereidingen voor de voeding van kinderen, opgemaakt voor de verkoop in het klein0     
1901 20 00– mengsels en deeg, voor de bereiding van bakkerswaren bedoeld bij post 19050     
1901 90– andere80604030150
1902Deegwaren, ook indien gekookt of gevuld (met vlees of andere zelfstandigheden) dan wel op andere wijze bereid, zoals spaghetti, macaroni, noedels, lasagne, gnocchi, ravioli en cannelloni; koeskoes, ook indien bereid:      
 – deegwaren, niet gekookt, noch gevuld of op andere wijze bereid:      
1902 11 00 – – waarin ei is verwerkt806040300 
1902 19 – – andere806040300 
1902 20– gevulde deegwaren (ook indien gekookt of op andere wijze bereid):      
 – – andere:      
1902 20 91 – – – gekookt of gebakken806040300 
1902 20 99 – – – andere806040300 
1902 30– andere deegwaren806040300 
1902 40– koeskoes806040300 
1903 00 00 Tapioca en soortgelijke producten bereid uit zetmeel, in de vorm van vlokken, korrels, parels en dergelijke0     
1904 Graanpreparaten verkregen door poffen of door roosteren (bij voorbeeld cornflakes); granen, andere dan maïs, in de vorm van korrels of in de vorm van vlokken of van andere bewerkte korrels (met uitzondering van meel en gries), voorgekookt of op andere wijze bereid, elders genoemd noch elders onder begrepen0     
2001 Groenten, vruchten en andere eetbare plantendelen, bereid of verduurzaamd in azijn of in azijnzuur:      
2001 90– andere:      
2001 90 30 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)0     
2001 90 40 – – broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke eetbare plantendelen met een zetmeelgehalte van 5 of meer gewichtspercenten0     
2001 90 60– – palmharten0     
2004Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006:      
2004 10– aardappelen:      
 – – andere:      
2004 10 91 – – – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken0     
2004 90 – andere groenten en mengsels van groenten:      
2004 90 10 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)0     
2005 Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006:      
2005 20– aardappelen:      
2005 20 10– – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken0     
2005 80 00 – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata)0     
2008 Vruchten en andere eetbare plantendelen, op andere wijze bereid of verduurzaamd, ook indien met toegevoegde suiker, andere zoetstoffen of alcohol, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
 – noten, grondnoten en andere zaden, ook indien onderling vermengd:      
2008 11 – – grondnoten      
2008 11 10 – – – pindakaas0     
 – andere, mengsels met andere dan die van post 2008 19 daaronder begrepen:      
2008 91 00 – – palmharten0     
2008 99 – – andere:      
 – – – zonder toegevoegde alcohol:      
 – – – – zonder toegevoegde suiker:      
2008 99 85 – – – – - maïs, andere dan suikermaïs (Zea mays var. saccharata)0     
2008 99 91 – – – – - broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke eetbare plantendelen met een zetmeelgehalte van 5 of meer gewichtspercenten0     
2101Extracten, essences en concentraten, van koffie, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van koffie, van thee of van maté; gebrande cichorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede extracten, essences en concentraten daarvan0     
2102 Gist, ook indien inactief; andere eencellige micro-organismen, dood (andere dan de vaccins bedoeld bij post 3002); samengesteld bakpoeder80604030150
2103Sauzen en preparaten voor sauzen; samengestelde kruiderijen en dergelijke producten; mosterdmeel en bereide mosterd:      
2103 10 00– sojasaus0     
2103 20 00– tomatenketchup en andere tomatensauzen0     
2103 30– mosterdmeel en bereide mosterd0     
2103 90 – – andere:      
2103 90 10 – – mangochutney, vloeibaar0     
2103 90 30 – – aromatische bitters met een alcohol-volumegehalte van 44,2 of meer doch niet meer dan 49,2% vol, bevattende 1,5 of meer doch niet meer dan 6 gewichtspercenten gentianine, kruiden en diverse ingrediënten en met een suikergehalte van 4 of meer doch niet meer dan 10 gewichtspercenten, in verpakkingen met een inhoudsruimte van niet meer dan 0,5 l80604030150
2103 90 90 – – andere80604030150
2104 Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon; samengestelde gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie80604030150
2106 Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
2106 10– proteïneconcentraten en getextureerde proteïnestoffen0     
2106 90– andere:      
2106 90 10 – – preparaten „fondues" genaamd0     
2106 90 20 – – samengestelde alcoholhoudende preparaten, andere dan op basis van reukstoffen, van de soort gebruikt voor de vervaardiging van dranken0     
 – – andere:      
2106 90 92 – – – bevattende geen van melk afkomstige vetstoffen, sacharose, isoglucose, glucose of zetmeel, of bevattende minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, minder dan 5 gewichtspercenten sacharose of isoglucose, minder dan 5 gewichtspercenten glucose of zetmeel0     
2106 90 98 – – – andere80604030150
2201 Water, natuurlijk of kunstmatig mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, noch gearomatiseerd; ijs en sneeuw:      
2201 90 00– andere0     
2203 00 Bier van mout8065500  
2207Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80% vol of meer; ethylalcohol en gedistilleerde dranken, gedenatureerd, ongeacht het gehalte8065500  
2208Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten:      
2208 20 – dranken, gedistilleerd uit wijn of druivenmoer8065500  
2208 30– whisky80500   
2208 40– rum en tafia8065500  
2208 50 – gin en jenever8065500  
2208 60– wodka8065500  
2208 70– likeuren8065500  
2208 90– andere:      
2208 90 11 t/m 2208 90 19 – – arak8065500  
 – – perenbrandewijn en kersenbrandewijn, doch geen pruimenbrandewijn (slivovitz of ljivovica), in verpakkingen inhoudende:      
ex 2208 90 33 – – – niet meer dan 2 l8065500  
ex 2208 90 38 – – – meer dan 2 l8065500  
2208 90 41 t/m 2208 90 78 – – andere gedistilleerde dranken en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten8065500  
2208 90 91 t/m 2208 90 99 – – ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol8065500  
2402 Sigaren, cigarillos en sigaretten, van tabak of van tabakssurrogaten:      
2402 10 00– sigaren en cigarillos, tabak bevattend0     
2403 Andere tabak en tabakssurrogaten, tot verbruik bereid; gehomogeniseerde en gereconstitueerde tabak; tabaksextracten en tabakssausen:      
 – andere:      
2403 91 00 – – gehomogeniseerde en gereconstitueerde tabak0     
2403 99 – – andere0     
2905 Acyclische alcoholen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan:      
 – andere meerwaardige alcoholen:      
2905 43 00– – mannitol0     
2905 44 – – D-glucitol (sorbitol)0     
2905 45 00 – – glycerol0     
3301 Etherische oliën (ook indien daaruit de terpenen zijn afgesplitst), vast of vloeibaar; harsaromas; door extractie verkregen oleoharsen; geconcentreerde oplossingen van etherische oliën in vet, in vette oliën, in was of in dergelijke stoffen, verkregen door enfleurage of door maceratie; terpeenhoudende bijproducten, afgesplitst uit etherische oliën; gedistilleerd aromatisch water en waterige oplossingen van etherische oliën:      
3301 90– andere:      
 – – door extractie verkregen oleoharsen:      
3301 90 21 – – – van zoethout en van hop0     
3301 90 30 – – – andere0     
3302Mengsels van reukstoffen en mengsels (oplossingen in alcohol daaronder begrepen) op basis van een of meer van deze zelfstandigheden met andere stoffen, van de soort gebruikt als grondstof voor de industrie; andere bereidingen op basis van reukstoffen van de soort gebruikt voor de vervaardiging van dranken:      
3302 10 – van de soort gebruikt in de voedingsmiddelen- en drankenindustrie      
 – – van de soort gebruikt in de drankenindustrie:      
 – – – bereidingen die alle essentiële aromatische stoffen van een bepaalde drank bevatten:      
3302 10 10 – – – – met een effectief alcohol-volumegehalte van meer dan 0,5% vol0     
 – – – – andere:      
3302 10 21 – – – – - bevattende geen van melk afkomstige vetstoffen, sacharose, isoglucose, glucose of zetmeel, of bevattende minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, minder dan 5 gewichtspercenten sacharose of isoglucose, minder dan 5 gewichtspercenten glucose of zetmeel0     
3302 10 29 – – – – - andere0     
3501 Caseïne, caseïnaten en andere derivaten van caseïne; lijm van caseïne:      
3501 10– caseïne0     
3501 90– andere:      
3501 90 90 – – andere0     
3505 Dextrine en ander gewijzigd zetmeel (bijvoorbeeld voorgegelatineerd of veresterd zetmeel); lijm op basis van zetmeel, van dextrine of van ander gewijzigd zetmeel:      
3505 10 – dextrine en ander gewijzigd zetmeel:      
3505 10 10 – – dextrine0     
 – – ander gewijzigd zetmeel:      
3505 10 90 – – – andere0     
3505 20– lijm0     
3809Appreteermiddelen, middelen voor het versnellen van het verfproces of van het fixeren van kleurstoffen, alsmede andere producten en preparaten (bij voorbeeld preparaten voor het beitsen), van de soort gebruikt in de textielindustrie, in de papierindustrie, in de lederindustrie of in dergelijke industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
3809 10– op basis van zetmeel of van zetmeelhoudende stoffen0     
3823 Industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils; industriële vetalcoholen:      
 – industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils      
3823 11 00 – – stearinezuur0     
3823 12 00 – – oliezuur0     
3823 13 00 – – tallvetzuren0     
3823 19 – – andere0     
3823 70 00– industriële vetalcoholen0     
3824 Bereide bindmiddelen voor gietvormen of voor gietkernen; chemische producten en preparaten van de chemische of van aanverwante industrieën (mengsels van natuurlijke producten daaronder begrepen), elders genoemd noch elders onder begrepen; residuen van de chemische of van aanverwante industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:      
3824 60 – Sorbitol andere dan die bedoeld bij onderverdeling 2905 440     

Lijst 2: Contingenten en rechten die bij invoer in Kroatië van toepassing zijn op goederen van oorsprong uit de Gemeenschap

Aantekening: De producten in deze tabel komen binnen de hieronder vermelde contingenten voor een nulrecht in aanmerking. De omvang van deze contingenten wordt in de jaren 2003, 2004, 2005 en 2006 telkens verhoogd met 10% van de omvang voor het jaar 2002. Het toepasselijk recht voor hoeveelheden die deze omvang overschrijden wordt in de jaren 2002, 2003, 2004, 2005 en 2006 verlaagd tot respectievelijk 90%, 80%, 70%, 60% en 50% van het meestbegunstigingsrecht.

GN-code Omschrijving van de goederen Contingent voor 2002
(1) (2)(3)
0403 Karnemelk, gestremde melk en room, yoghurt, kefir en andere gegiste of aangezuurde melk en room, ook indien ingedikt, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao:1 600 ton
0403 10 – Yoghurt: 
0403 10 51 t/m 0403 10 99 – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao 
0403 90 – andere: 
0403 90 71 t/m 0403 90 99 – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao 
0405 Boter en andere van melk afkomstige vetstoffen; zuivelpastas:40 ton
0405 20– Zuivelpastas: 
0405 20 10 – – met een vetgehalte van 39 of meer gewichtspercenten doch minder dan 60 gewichtspercenten 
0405 20 30 – – met een vetgehalte van 60 of meer gewichtspercenten doch niet meer dan 75 gewichtspercenten 
1517 Margarine; mengsels en bereidingen, voor menselijke consumptie, van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, andere dan de vetten en oliën of fracties daarvan, bedoeld bij post 1516:500 ton
1517 10– Margarine, andere dan vloeibare margarine: 
1517 10 10 – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichtspercenten 
1517 90– andere: 
1517 90 10 – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichtspercenten  
 – – andere 
1517 90 93 – – – mengsels en bereidingen voor menselijke consumptie van de soorten gebruikt als preparaten voor het insmeren van bakvormen 
2201 Water, natuurlijk of kunstmatig mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, noch gearomatiseerd; ijs en sneeuw:3 500 ton
2201 10 – mineraalwater en spuitwater 
2205 Vermout en andere wijn van verse druiven, bereid met aromatische planten of met aromatische stoffen300 hl
2208 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten:50 hl
ex 2208 90 33 ex 2208 90 38– – – – pruimenbrandewijn (slivovitz of ljivovica) 
2402 Sigaren, cigarillos en sigaretten, van tabak of van tabakssurrogaten:25 ton
2402 20– sigaretten, tabak bevattend 
2402 90 00– andere 
2403 Andere tabak en tabakssurrogaten, tot verbruik bereid; gehomogeniseerde en gereconstitueerde tabak; tabaksextracten en tabakssausen:30 ton
2403 10 – rooktabak, ook indien tabakssurrogaten bevattend, ongeacht in welke verhouding: 

Lijst 3: Contingenten en rechten die bij invoer in Kroatië van toepassing zijn op goederen van oorsprong uit de Gemeenschap

Aantekening: Op de producten in deze tabel zijn onderstaande concessies van toepassing. De omvang van de tariefcontingenten wordt in de jaren 2003, 2004, 2005 en 2006 telkens verhoogd met 10% van de omvang voor het jaar 2002. Het toepasselijk recht voor hoeveelheden die deze omvang overschrijden wordt in de jaren 2002, 2003, 2004, 2005 en 2006 verlaagd tot respectievelijk 90%, 80%, 65%, 55% en 40% van het meestbegunstigingsrecht.

GN-code Omschrijving van de goederen Contingent voor 2002 (ton) Recht binnen contingent (% van MFN)
200220032004
(1) (2) (3) (4) (5) (6)
1704 Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder begrepen):    
170490– andere5005000
1806 Chocolade en andere bereidingen voor menselijke consumptie die cacao bevatten1 4004522,50
1905 Brood, gebak, biscuits en andere bakkerswaren, ook indien deze producten cacao bevatten; ouwel in bladen, hosties, ouwels voor geneesmiddelen, plakouwels en dergelijke producten van meel of van zetmeel1 6004522,50
2105 00Consumptie-ijs, ook indien cacao bevattend7004522,50
2202 Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 20099 00050250

Protocol nr. 4

Definitie van het begrip „producten van oorsprong" en regelingen voor administratieve samenwerking

TITEL I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Definities

Voor de toepassing van dit protocol wordt verstaan onder:

  • a. „vervaardiging": elke soort be- of verwerking, met inbegrip van assemblage of speciale behandelingen;

  • b. „materiaal": alle ingrediënten, grondstoffen, componenten, delen en dergelijke die bij de vervaardiging van het product worden gebruikt;

  • c. „product": het verkregen product, ook indien dit bestemd is om later bij de vervaardiging van een ander product te worden gebruikt;

  • d. „goederen": zowel materialen als producten;

  • e. „douanewaarde": de waarde zoals bepaald bij de Overeenkomst inzake de toepassing van artikel VII van de Algemene Overeenkomst betreffende tarieven en handel van 1994 (Overeenkomst inzake de douanewaarde van de WTO);

  • f. „prijs af fabriek": de prijs die voor het product af fabriek is betaald aan de fabrikant in de Gemeenschap of in Kroatië in wiens bedrijf de laatste be- of verwerking is verricht, mits in die prijs de waarde van alle gebruikte materialen is inbegrepen, verminderd met alle binnenlandse belastingen die worden of kunnen worden terugbetaald wanneer het verkregen product wordt uitgevoerd;

  • g. „waarde van de materialen": de douanewaarde ten tijde van de invoer van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, of, indien deze niet bekend is en niet kan worden vastgesteld, de eerste controleerbare prijs die voor de materialen in de Gemeenschap of in Kroatië is betaald;

  • h. „waarde van de materialen van oorsprong": de waarde van deze materialen als omschreven onder g), welke omschrijving van dienovereenkomstige toepassing is;

  • i. „toegevoegde waarde": de prijs af fabriek verminderd met de douanewaarde van alle gebruikte materialen van oorsprong uit de andere partij of, indien de douanewaarde niet bekend is of niet kan worden vastgesteld, de eerste verifieerbare prijs die in de Gemeenschap of in Kroatië voor deze materialen werd betaald;

  • j. „hoofdstukken" en „posten": de hoofdstukken en posten (viercijfercodes) van de nomenclatuur die het geharmoniseerde systeem inzake de omschrijving en codering van goederen vormt, in dit protocol „geharmoniseerd systeem" of „GS" genoemd;

  • k. „ingedeeld": de indeling van een product of materiaal onder een bepaalde post;

  • l. „zending": producten die gelijktijdig van één exporteur naar één geadresseerde worden verzonden of vergezeld gaan van één vervoersdocument dat de verzending van de exporteur naar de geadresseerde dekt, of bij gebreke daarvan, één factuur;

  • m. „gebieden": ook de territoriale wateren.

TITEL II

DEFINITIE VAN HET BEGRIP „PRODUCTEN VAN OORSPRONG"

Artikel 2 Algemene voorwaarden

1. Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de volgende producten beschouwd als van oorsprong uit de Gemeenschap:

  • a. geheel en al in de Gemeenschap verkregen producten in de zin van artikel 5 van dit protocol;

  • b. in de Gemeenschap verkregen producten waarin materialen zijn verwerkt die daar niet geheel en al zijn verkregen, mits deze materialen in de Gemeenschap een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 6 van dit protocol.

2. Voor de toepassing van deze overeenkomst worden de volgende producten beschouwd als van oorsprong uit Kroatië:

  • a. geheel en al in de Gemeenschap verkregen producten in de zin van artikel 5 van dit protocol;

  • b. in Kroatië verkregen producten waarin materialen zijn verwerkt die daar niet geheel en al zijn verkregen, mits deze materialen in Kroatië een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 6 van dit protocol.

Artikel 3 Bilaterale cumulatie in de Gemeenschap

Materialen van oorsprong uit Kroatië worden beschouwd als materialen van oorsprong uit de Gemeenschap, indien ze in een aldaar verkregen product zijn opgenomen. Het is niet noodzakelijk dat deze materialen een toereikende be- of verwerking hebben ondergaan, mits ze evenwel een be- of verwerking hebben ondergaan die meer omvat dan de in artikel 7, lid 1, genoemde be- of verwerkingen.

Artikel 4 Bilaterale cumulatie in Kroatië

Materialen van oorsprong uit de Gemeenschap worden beschouwd als materialen van oorsprong uit Kroatië, indien ze in een aldaar verkregen product zijn opgenomen. Het is niet noodzakelijk dat deze materialen een toereikende be- of verwerking hebben ondergaan, mits ze evenwel een be- of verwerking hebben ondergaan die meer omvat dan de in artikel 7, lid 1, genoemde be- of verwerkingen.

Artikel 5 Geheel en al verkregen producten

1. Als geheel en al in de Gemeenschap of in Kroatië verkregen worden beschouwd:

  • a. aldaar uit de bodem of zeebodem gewonnen producten;

  • b. aldaar geoogste producten van het plantenrijk;

  • c. aldaar geboren en opgefokte levende dieren;

  • d. producten afkomstig van aldaar opgefokte levende dieren;

  • e. voortbrengselen van de aldaar bedreven jacht en visserij;

  • f. producten van de zeevisserij en andere buiten de territoriale wateren van de Gemeenschap of van Kroatië door hun schepen uit de zee gewonnen producten;

  • g. producten uitsluitend uit de onder f) bedoelde producten aan boord van hun fabrieksschepen vervaardigd;

  • h. aldaar verzamelde gebruikte artikelen die slechts voor de terugwinning van grondstoffen kunnen dienen, met inbegrip van gebruikte banden die uitsluitend geschikt zijn om van een nieuw loopvlak te worden voorzien of slechts als afval kunnen worden gebruikt;

  • i. afval en schroot afkomstig van aldaar verrichte fabrieksbewerkingen;

  • j. producten, gewonnen uit de zeebodem of -ondergrond buiten de territoriale wateren, mits zij alleen het recht hebben op ontginning van deze bodem of ondergrond;

  • k. goederen die aldaar uitsluitend uit de onder a) tot en met j) bedoelde producten zijn vervaardigd.

2. De termen „hun schepen" en „hun fabrieksschepen" in lid 1, onder f) en g), zijn slechts van toepassing op schepen en fabrieksschepen

  • a. die in een lidstaat of in Kroatië zijn ingeschreven of geregistreerd;

  • b. die de vlag van een lidstaat of van Kroatië voeren;

  • c. die voor ten minste 50 percent toebehoren aan onderdanen van lidstaten of van Kroatië of aan een onderneming die haar hoofdkantoor in een van deze staten heeft en waarvan de bedrijfsvoerder(s), de voorzitter van de raad van bestuur of van toezicht en de meerderheid van de leden van deze raden onderdanen zijn van een lidstaat of van Kroatië, en waarvan bovendien, in het geval van personenvennootschappen of vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid, ten minste de helft van het kapitaal aan deze staten of aan openbare lichamen of onderdanen van deze staten toebehoort;

  • d. waarvan de kapitein en de officieren allen onderdanen zijn van een lidstaat of van Kroatië;

    alsmede

  • e. waarvan de bemanning voor ten minste 75 percent uit onderdanen van lidstaten of van Kroatië bestaat.

Artikel 6 Toereikende bewerking of verwerking

1. Niet geheel en al verkregen producten worden geacht een toereikende bewerking of verwerking te hebben ondergaan in de zin van artikel 2, indien aan de voorwaarden van de lijst in bijlage II is voldaan.

Deze voorwaarden geven voor alle onder deze overeenkomst vallende producten aan welke be- of verwerkingen niet van oorsprong zijnde materialen moeten ondergaan om het karakter van product van oorsprong te verkrijgen, en zijn slechts op deze materialen van toepassing. Dit betekent dat indien een product dat de oorsprong heeft verkregen doordat het aan de voorwaarden in die lijst voor dat product heeft voldaan, als materiaal gebruikt wordt bij de vervaardiging van een ander product, de voorwaarden die van toepassing zijn op het product waarin het wordt verwerkt daarvoor niet gelden. Er wordt dan geen rekening gehouden met niet van oorsprong zijnde materialen die bij de vervaardiging ervan zijn gebruikt.

2. In afwijking van lid 1 kunnen niet van oorsprong zijnde materialen die volgens de voorwaarden in de lijst bij de vervaardiging van een bepaald product niet mogen worden gebruikt, in de volgende gevallen toch worden gebruikt:

  • a. wanneer de totale waarde ervan niet hoger is dan 10 percent van de prijs af fabriek van het product;

  • b. wanneer in de lijst een of meer percentages zijn gegeven voor de maximumwaarde van de materialen die niet van oorsprong zijn, en deze percentages door de toepassing van dit lid niet worden overschreden.

Dit lid is niet van toepassing op producten die zijn ingedeeld onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 van het geharmoniseerd systeem.

3. De leden 1 en 2 zijn van toepassing onder voorbehoud van het bepaalde in artikel 7.

Artikel 7 Ontoereikende bewerking of verwerking

1. Behoudens het bepaalde in lid 2 worden de volgende be- of verwerkingen als ontoereikend beschouwd om de oorsprong te verlenen, ongeacht of aan de voorwaarden van artikel 6 is voldaan:

  • a. behandelingen om de producten tijdens vervoer en opslag in goede staat te bewaren;

  • b. splitsen en samenvoegen van colli;

  • c. wassen, schoonmaken; stofvrij maken, verwijderen van roest, olie, verf of dergelijke;

  • d. strijken of persen van textiel;

  • e. schilderen of polijsten;

  • f. ontvliezen of doppen, geheel of gedeeltelijk bleken, polijsten of vlampolijsten van granen of rijstdoppen;

  • g. kleuren van suiker of vormen van suikerklonten;

  • h. pellen, ontpitten of schillen van noten, vruchten of groenten;

  • i. aanscherpen, vermalen of versnijden;

  • j. zeven, sorteren, classificeren, assorteren; (daaronder begrepen het samenstellen van sets van artikelen);

  • k. bottelen, verpakken in blikken, flesjes, zakken, dozen of andere omhulsels, bevestigen op kaarten of platen, en alle andere eenvoudige verrichtingen in verband met de opmaak;

  • l. aanbrengen of opdrukken op de producten zelf of hun verpakking van merken, etiketten, beeldmerken of andere soortgelijke onderscheidende tekens;

  • m. mengen van producten, ook van verschillende soorten;

    n. samenvoegen van delen van artikelen tot een volledig artikel dan wel uit elkaar nemen van artikelen in onderdelen;

  • o. twee of meer van de onder (a) tot en met (n) vermelde behandelingen tezamen;

  • p. het slachten van dieren.

2. Om te bepalen of de be- of verwerkingen die een bepaald product heeft ondergaan ontoereikend zijn in de zin van lid 1 worden alle be- of verwerkingen die dit product in de Gemeenschap of in Kroatië heeft ondergaan tezamen genomen.

Artikel 8 Determinerende eenheid

1. De determinerende eenheid voor de toepassing van de bepalingen van dit protocol is het product dat volgens de nomenclatuur van het geharmoniseerde systeem als de basiseenheid wordt beschouwd.

Hieruit volgt:

  • a. wanneer een product, bestaande uit een groep of verzameling van artikelen, onder één enkele post van het geharmoniseerde systeem wordt ingedeeld, vormt het geheel de in aanmerking te nemen eenheid;

  • b. wanneer een zending bestaat uit een aantal identieke producten die onder dezelfde post van het geharmoniseerde systeem worden ingedeeld, moet elk product voor de toepassing van de bepalingen van dit protocol afzonderlijk worden genomen.

2. Wanneer volgens algemene regel 5 voor de interpretatie van het geharmoniseerde systeem de verpakking meetelt voor het vaststellen van de indeling, telt deze ook mee voor het vaststellen van de oorsprong.

Artikel 9 Accessoires, vervangingsonderdelen en gereedschappen

Accessoires, vervangingsonderdelen en gereedschappen die samen met materieel, machines, apparaten of voertuigen worden geleverd en deel uitmaken van de normale uitrusting daarvan en in de prijs daarvan zijn inbegrepen of niet afzonderlijk in rekening worden gebracht, worden geacht één geheel te vormen met het materieel en de machines, apparaten of voertuigen in kwestie.

Artikel 10 Stellen of assortimenten

Stellen of assortimenten in de zin van algemene regel 3 voor de interpretatie van het geharmoniseerde systeem, worden als van oorsprong beschouwd indien alle samenstellende delen van oorsprong zijn. Een stel of assortiment bestaande uit producten van oorsprong en producten die niet van oorsprong zijn, wordt evenwel als van oorsprong beschouwd indien de waarde van de producten die niet van oorsprong zijn niet meer dan 15 procent van de prijs af fabriek van het stel of assortiment bedraagt.

Artikel 11 Neutrale elementen

Om te bepalen of een product van oorsprong is, is het niet noodzakelijk de oorsprong na te gaan van:

  • a. energie en brandstof;

  • b. fabrieksuitrusting;

  • c. machines en werktuigen;

  • d. goederen die in de uiteindelijke samenstelling van het product niet voorkomen en ook niet bedoeld waren daarin voor te komen.

TITEL III

TERRITORIALE VOORWAARDEN

Artikel 12 Territorialiteitsbeginsel

1. Aan de in titel II genoemde voorwaarden met betrekking tot het verkrijgen van de oorsprong moet zonder onderbreking in de Gemeenschap of in Kroatië zijn voldaan.

2. Producten van oorsprong die uit de Gemeenschap of Kroatië naar een ander land worden uitgevoerd en daarna weer worden ingevoerd, kunnen niet langer als producten van oorsprong worden beschouwd, tenzij ten genoegen van de douaneautoriteiten kan worden aangetoond dat:

  • a. de wederingevoerde goederen dezelfde goederen zijn als de eerder uitgevoerde goederen;

en

  • b. dat zij tijdens de periode dat ze waren uitgevoerd geen andere be- of verwerkingen hebben ondergaan dan die welke noodzakelijk waren om ze in goede staat te bewaren.

3. Een buiten de Gemeenschap of Kroatië verrichte be- of verwerking van de uit de Gemeenschap of Kroatië uitgevoerde en later wederingevoerde materialen verleent niet het karakter van product van oorsprong overeenkomstig het bepaalde in titel II indien:

  • a. de genoemde materialen geheel en al in de Gemeenschap of Kroatië zijn verkregen dan wel, voorafgaand aan de uitvoer, aldaar een meer ingrijpende be- of verwerking dan de in artikel 7 vermelde ontoereikende be- of verwerkingen hebben ondergaan, en

  • b. ten genoegen van de douaneautoriteiten kan worden aangetoond dat:

    • i. de wederingevoerde goederen het resultaat zijn van de be- of verwerking van de uitgevoerde materialen,

en

    • ii. de totale buiten de Gemeenschap of Kroatië toegevoegde waarde niet meer dan 10% bedraagt van de prijs af fabriek van het als product van oorsprong aangemerkte eindproduct.

4. Voor de toepassing van lid 3 is het bepaalde in titel II betreffende het verlenen van de oorsprong niet van toepassing op buiten de Gemeenschap of Kroatië verrichte be- of verwerkingen. Wanneer evenwel, in de lijst van bijlage II, voor de vaststelling van het karakter van product van oorsprong van het betrokken eindproduct een regel is opgenomen die de maximumwaarde van alle gebruikte niet van oorsprong zijnde materialen vaststelt, mogen de totale waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen die in de betrokken partij worden verwerkt en de totale buiten de Gemeenschap of Kroatië overeenkomstig dit artikel toegevoegde waarde het vermelde percentage niet overschrijden.

5. Voor de toepassing van het bepaalde in de leden 3 en 4 wordt onder „totale toegevoegde waarde" verstaan alle buiten de Gemeenschap of Kroatië gemaakte kosten, met inbegrip van de waarde van de toegevoegde materialen.

6. Het bepaalde in de leden 3 en 4 is niet van toepassing op producten die niet aan de in de lijst van bijlage II genoemde voorwaarden voldoen en die uitsluitend krachtens de algemene afwijking van artikel 6, lid 2, kunnen worden aangemerkt als producten die een toereikende be- of verwerking hebben ondergaan.

7. Het bepaalde in de leden 3 en 4 is niet van toepassing op producten van de hoofdstukken 50 tot en met 63 van het geharmoniseerd systeem.

8. Buiten de Gemeenschap of Kroatië verrichte be- of verwerkingen als bedoeld in dit artikel vinden plaats in het kader van de regeling passieve veredeling of een soortgelijke regeling.

Artikel 13 Rechtstreeks vervoer

1. De bij deze overeenkomst vastgestelde preferentiële regeling is uitsluitend van toepassing op producten die aan de voorwaarden van dit protocol voldoen en die rechtstreeks tussen de Gemeenschap en Kroatië zijn vervoerd. Producten die één zending vormen, kunnen via een ander grondgebied worden vervoerd, eventueel met overslag of tijdelijke opslag op dit grondgebied, mits ze in het land van doorvoer of opslag onder toezicht van de douane blijven en aldaar geen andere behandelingen ondergaan dan lossen en opnieuw laden of behandelingen om ze in goede staat te bewaren.

Producten van oorsprong mogen via een pijpleiding door een ander grondgebied dan dat van de Gemeenschap of van Kroatië worden vervoerd.

2. Het bewijs dat aan de in lid 1 bedoelde voorwaarden is voldaan, wordt geleverd door overlegging van de volgende stukken aan de douaneautoriteiten van het land van invoer:

  • a. één vervoersdocument dat in het land van uitvoer is opgesteld ter dekking van het vervoer door het land van doorvoer; of

  • b. een door de douaneautoriteiten van het land van doorvoer afgegeven certificaat, waarin:

    • i. de producten nauwkeurig zijn omschreven;

    • ii. de data zijn vermeld waarop de producten gelost en opnieuw geladen zijn, in voorkomend geval onder opgave van de naam van de gebruikte schepen, of van de andere gebruikte vervoermiddelen;

    • en

    • iii. een verklaring betreffende de voorwaarden waarop de producten in het land van doorvoer zijn verbleven;

    • of

  • c. bij gebreke van bovengenoemde stukken, enig ander bewijsstuk.

Artikel 14 Tentoonstellingen

1. De overeenkomst is van toepassing bij de invoer van producten van oorsprong die naar een tentoonstelling in een ander land dan een lidstaat van de Gemeenschap of Kroatië zijn verzonden, mits ten genoegen van de douaneautoriteiten wordt aangetoond dat:

  • a. een exporteur deze producten vanuit de Gemeenschap of Kroatië naar het land van de tentoonstelling heeft verzonden en ze daar heeft tentoongesteld;

  • b. deze exporteur de producten heeft verkocht of op andere wijze afgestaan aan een geadresseerde in de Gemeenschap of Kroatië;

  • c. de producten tijdens of onmiddellijk na de tentoonstelling in dezelfde staat als waarin zij naar de tentoonstelling zijn gegaan zijn verzonden;

en

  • d. de producten, vanaf het moment dat zij naar de tentoonstelling werden verzonden, niet voor andere doeleinden zijn gebruikt dan om op die tentoonstelling te worden vertoond.

2. Een bewijs van de oorsprong wordt overeenkomstig de bepalingen van titel V afgegeven of opgesteld en op de normale wijze bij de douaneautoriteiten van het land van invoer ingediend. Op dit bewijs worden de naam en het adres van de tentoonstelling vermeld. Indien nodig kunnen aanvullende bewijsstukken worden verlangd ten aanzien van de aard van de producten en de omstandigheden waaronder zij zijn tentoongesteld.

3. Lid 1 is van toepassing op alle tentoonstellingen, beurzen of soortgelijke openbare evenementen met een commercieel, industrieel, agrarisch of ambachtelijk karakter die niet voor particuliere doeleinden in winkels of bedrijfsruimten met het oog op de verkoop van buitenlandse producten worden gehouden, en gedurende welke de producten onder douanetoezicht zijn gebleven.

TITEL IV

TERUGGAVE OF VRIJSTELLING

Artikel 15 Verbod op teruggave en vrijstelling van douanerechten

1. Niet van oorsprong zijnde materialen die gebruikt zijn bij de vervaardiging van producten van oorsprong uit de Gemeenschap of Kroatië waarvoor overeenkomstig de bepalingen van Titel V een bewijs van oorsprong is afgegeven of opgesteld, komen in de Gemeenschap of in Kroatië niet in aanmerking voor de teruggave of vrijstelling van douanerechten in welke vorm dan ook.

2. Het verbod in lid 1 is van toepassing op elke regeling voor gehele of gedeeltelijke terugbetaling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking die in de Gemeenschap of in Kroatië van toepassing is op materialen die bij de vervaardiging worden gebruikt, indien een dergelijke terugbetaling of vrijstelling uitdrukkelijk of feitelijk wordt toegekend indien de producten die uit genoemde materialen zijn verkregen worden uitgevoerd, doch niet van toepassing is indien deze producten voor binnenlands gebruik zijn bestemd.

3. De exporteur van producten die door een bewijs van oorsprong zijn gedekt, dient steeds bereid te zijn op verzoek van de douaneautoriteiten alle stukken over te leggen waaruit blijkt dat geen teruggave of vrijstelling van rechten is verkregen ten aanzien van de bij de vervaardiging van de betrokken producten gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn en dat alle douanerechten en heffingen van gelijke werking die op deze materialen van toepassing zijn, daadwerkelijk zijn betaald.

4. De leden 1, 2 en 3 zijn ook van toepassing op de verpakking in de zin van artikel 8, lid 2, op accessoires, vervangingsonderdelen en gereedschappen in de zin van artikel 9 en op artikelen die deel uitmaken van een stel of assortiment in de zin van artikel 10, wanneer dergelijke artikelen niet van oorsprong zijn.

5. De leden 1 tot en met 4 zijn uitsluitend van toepassing op materialen van de soort waarop de overeenkomst van toepassing is. Zij doen geen afbreuk aan het stelsel van restituties bij de uitvoer van landbouwproducten overeenkomstig de bepalingen van de overeenkomst.

6. In afwijking van lid 1 mag Kroatië regelingen voor de vrijstelling of teruggave van douanerechten en heffingen van gelijke werking toepassen op materialen die bij de vervaardiging van producten van oorsprong zijn gebruikt, onder het volgende voorbehoud:

  • a. een douanerecht van 5%, of een lager recht indien dit in Kroatië van toepassing is, wordt geheven op producten die onder de hoofdstukken 25 tot en met 49 en 64 tot en met 97 van het geharmoniseerd systeem zijn ingedeeld;

  • b. een douanerecht van 10%, of een lager recht indien dit in Kroatië van toepassing is, wordt geheven op producten die onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 van het geharmoniseerd systeem zijn ingedeeld.

7. Dit artikel is vanaf 1 januari 2003 van toepassing; lid 6 is van toepassing tot en met 31 december 2005 en kan in onderling overleg worden herzien.

TITEL V

BEWIJS VAN DE OORSPRONG

Artikel 16 Algemene voorwaarden

1. Deze overeenkomst is van toepassing op producten van oorsprong uit de Gemeenschap die in Kroatië worden ingevoerd en op producten van oorsprong uit Kroatië die in de Gemeenschap worden ingevoerd, op vertoon van:

  • a. een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1, waarvan het model in bijlage III is opgenomen;

of

  • b. in de in artikel 21, lid 1, bedoelde gevallen, een verklaring van de exporteur, waarvan de tekst in bijlage IV is opgenomen, op een factuur, pakbon of een ander handelsdocument en waarin de producten duidelijk genoeg zijn omschreven om geïdentificeerd te kunnen worden (hierna „factuurverklaring" genoemd).

2. In afwijking van lid 1 vallen producten van oorsprong in de zin van dit protocol in de in artikel 26 bedoelde gevallen onder de toepassing van deze overeenkomst zonder dat een van de hierboven genoemde documenten behoeft te worden overgelegd.

Artikel 17 Procedure voor de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1. Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt afgegeven door de douaneautoriteiten van het land van uitvoer op schriftelijke aanvraag van de exporteur of, onder diens verantwoordelijkheid, van zijn gemachtigde vertegenwoordiger.

2. Te dien einde vult de exporteur of diens gemachtigde vertegenwoordiger zowel het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 als het aanvraagformulier in. Modellen van beide formulieren zijn in bijlage III opgenomen. Deze formulieren worden ingevuld in een van de talen waarin de overeenkomst is opgesteld, overeenkomstig de bepalingen van het nationale recht van het land van uitvoer. Indien de formulieren met de hand worden ingevuld, dient dit met inkt en in blokletters te gebeuren. De producten moeten worden omschreven in het daartoe bestemde vak en er mogen geen regels worden opengelaten. Indien dit vak niet volledig is ingevuld, wordt onder de laatste regel een horizontale lijn getrokken en het niet-ingevulde gedeelte doorgekruist.

3. Exporteurs die om de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 verzoeken, dienen steeds bereid te zijn, op verzoek van de douaneautoriteiten van het land van uitvoer waar dit certificaat wordt afgegeven, alle nodige documenten over te leggen waaruit blijkt dat de betrokken producten van oorsprong zijn en dat aan alle andere voorwaarden van dit protocol is voldaan.

4. Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt afgegeven door de douaneautoriteiten van een lidstaat of van Kroatië, indien de uit te voeren goederen kunnen worden beschouwd als producten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië en tevens aan de andere voorwaarden van dit protocol is voldaan.

5. De met de afgifte belaste douaneautoriteiten nemen alle nodige maatregelen om te controleren of de producten daadwerkelijk van oorsprong zijn, en gaan na of aan alle andere voorwaarden van dit protocol is voldaan. Deze zijn in dit verband gerechtigd bewijsmateriaal op te vragen, de administratie van de exporteur in te zien en elke andere controle te verrichten die zij dienstig achten. De met de afgifte belaste douaneautoriteiten zien er ook op toe dat de in lid 2 bedoelde formulieren correct zijn ingevuld. Met name wordt nagegaan of het voor de omschrijving van de goederen bestemde vak zodanig is ingevuld dat frauduleuze toevoegingen niet mogelijk zijn.

6. De datum van afgifte van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt vermeld in vak 11 van het certificaat.

7. Een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt door de douaneautoriteiten afgegeven en ter beschikking van de exporteur gesteld zodra de goederen werkelijk worden uitgevoerd of wanneer het zeker is dat ze zullen worden uitgevoerd.

Artikel 18 Afgifte achteraf van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1. In afwijking van artikel 17, lid 7, kan een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 bij wijze van uitzondering na de uitvoer van de goederen waarop het betrekking heeft worden afgegeven, indien

  • a. dit door een vergissing, onopzettelijk verzuim of bijzondere omstandigheden niet bij de uitvoer is gebeurd;

of

  • b. ten genoegen van de douaneautoriteiten wordt aangetoond dat het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wel is afgegeven, maar bij invoer om technische redenen niet is aanvaard.

2. Met het oog op de toepassing van lid 1 dient de exporteur in zijn aanvraag de plaats en de datum van uitvoer te vermelden van de producten waarop het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 betrekking heeft, onder opgave van de redenen van zijn aanvraag.

3. Vóór de douaneautoriteiten tot afgifte achteraf van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 overgaan, dienen zij te hebben vastgesteld dat de gegevens in de aanvraag van de exporteur overeenstemmen met die in het desbetreffende dossier.

4. Op een achteraf afgegeven certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt een van de volgende aantekeningen aangebracht:

„NACHTRÄGLICH AUSGESTELLT", „DÉLIVRÉ A POSTERIORI", „RILASCIATO A POSTERIORI", „AFGEGEVEN A POSTERIORI", „ISSUED RETROSPECTIVELY", „UDSTEDT EFTERFØLGENDE", „ΕΚΔΟΘΕΝ ΕΚ ΤΩΝ ϒΣΤΕΡΩΝ ", „EXPEDIDO A POSTERIORI", „EMITADO A POSTERIORI", „ANNETTU JALKIKÄTEEN", „UTFÄRDAT I EFTERHAND", „NAKNADNO IZDANO".

5. De in lid 4 bedoelde aantekening wordt aangebracht in het vak „Opmerkingen" van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.

Artikel 19 Afgifte van een duplicaat van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1

1. In geval van diefstal, verlies of vernietiging van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 kan de exporteur de douaneautoriteiten die het certificaat hebben afgegeven, verzoeken een duplicaat op te maken aan de hand van de uitvoerdocumenten die in hun bezit zijn.

2. Op het aldus afgegeven duplicaat wordt een van de volgende aantekeningen aangebracht:

„DUPLIKAT", „DUPLICATA", „DUPLICATO", „DUPLICAAT", „DUPLICATE", „ΑΝΤΙΓΡΑΦΩ", „DUPLICADO", „SEGUNDA VIA", „KAKSOISKAPPALE".

3. De in lid 2 bedoelde aantekening wordt aangebracht in het vak „Opmerkingen" van het duplicaat van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1.

4. Het duplicaat, dat dezelfde datum van afgifte draagt als het oorspronkelijke certificaat inzake goederenverkeer EUR.1, is vanaf die datum geldig.

Artikel 20 Afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 aan de hand van een eerder opgesteld of afgegeven bewijs van oorsprong

Voor producten van oorsprong die in de Gemeenschap of in Kroatië onder toezicht van een douanekantoor zijn geplaatst, kan het oorspronkelijke bewijs van oorsprong door een of meer certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 worden vervangen bij verzending van deze producten of een gedeelte daarvan naar een andere plaats in de Gemeenschap of in Kroatië. Dit certificaat of deze certificaten worden afgegeven door het douanekantoor dat op de producten toezicht houdt.

Artikel 21 Voorwaarden voor het opstellen van een factuurverklaring

1. Factuurverklaringen als bedoeld in artikel 16, lid 1, onder b), kunnen worden opgesteld door:

  • a. toegelaten exporteurs in de zin van artikel 22,

of

  • b. alle exporteurs, voor zendingen bestaande uit een of meer colli die producten van oorsprong bevatten waarvan de totale waarde niet meer dan EUR 6000 bedraagt.

2. Een factuurverklaring kan worden opgesteld indien de producten als van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië kunnen worden beschouwd en aan de andere voorwaarden van dit protocol voldoen.

3. Exporteurs die een factuurverklaring opstellen, moeten steeds bereid zijn op verzoek van de douaneautoriteiten van het land van uitvoer de nodige documenten te overleggen waaruit blijkt dat de betrokken producten van oorsprong zijn en dat aan de andere voorwaarden van dit protocol is voldaan.

4. Factuurverklaringen, waarvan de tekst in bijlage IV is opgenomen, worden door de exporteur op de factuur, de pakbon of een ander handelsdocument getypt, gestempeld of gedrukt in een van de in die bijlage opgenomen talenversies, overeenkomstig de bepalingen van het nationale recht van het land van uitvoer. Factuurverklaringen mogen ook met de hand, met inkt en in blokletters, worden geschreven.

5. Factuurverklaringen worden door de exporteur eigenhandig ondertekend. Toegelaten exporteurs in de zin van artikel 22 behoeven deze verklaring echter niet te ondertekenen, mits zij de douaneautoriteiten een schriftelijke verklaring doen toekomen waarin zij de volle verantwoordelijkheid op zich nemen voor alle factuurverklaringen waaruit hun identiteit blijkt, alsof zij deze eigenhandig hadden ondertekend.

6. Een factuurverklaring kan door de exporteur worden opgesteld bij de uitvoer van de producten waarop zij betrekking heeft of later, maar moet uiterlijk twee jaar na de invoer van de producten waarop ze betrekking heeft in het land van invoer worden aangeboden.

Artikel 22 Toegelaten exporteurs

1. De douaneautoriteiten van het land van uitvoer kunnen exporteurs die veelvuldig producten verzenden waarop deze overeenkomst van toepassing is vergunning verlenen factuurverklaringen op te stellen, ongeacht de waarde van de betrokken producten. Exporteurs die voor een dergelijke vergunning in aanmerking wensen te komen, moeten naar het oordeel van de douaneautoriteiten de nodige waarborgen bieden met betrekking tot de controle op de oorsprong van de producten en de naleving van alle andere voorwaarden van dit protocol.

2. De douaneautoriteiten kunnen het verlenen van de status van toegelaten exporteur afhankelijk stellen van de door hen noodzakelijk geachte voorwaarden.

3. De douaneautoriteiten kennen de toegelaten exporteur een nummer toe dat in de factuurverklaringen wordt vermeld.

4. De douaneautoriteiten houden toezicht op het gebruik van de vergunning door de toegelaten exporteur.

5. De douaneautoriteiten kunnen de vergunning steeds intrekken. Zij zijn verplicht dit te doen wanneer de toegelaten exporteur niet langer de in lid 1 bedoelde garanties biedt, niet langer aan de in lid 2 bedoelde voorwaarden voldoet of de vergunning niet op de juiste wijze gebruikt.

Artikel 23 Geldigheid van het bewijs van oorsprong

1. Een bewijs van oorsprong is vier maanden geldig vanaf de datum van afgifte in het land van uitvoer. Het moet binnen deze periode worden ingediend bij de douaneautoriteiten van het land van invoer.

2. Bewijzen van oorsprong die na het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn bij de douaneautoriteiten van het land van invoer worden ingediend, kunnen met het oog op de toepassing van de preferentiële behandeling worden aanvaard wanneer de verlate indiening het gevolg is van overmacht of buitengewone omstandigheden.

3. In andere gevallen van verlate indiening kunnen de douaneautoriteiten van het land van invoer de bewijzen van oorsprong aanvaarden indien de producten vóór het verstrijken van genoemde termijn bij hen zijn aangebracht.

Artikel 24 Overlegging van het bewijs van oorsprong

Bewijzen van oorsprong worden bij de douaneautoriteiten van het land van invoer ingediend overeenkomstig de aldaar geldende procedures. Deze autoriteiten kunnen een vertaling van het bewijs van oorsprong verlangen. Zij kunnen voorts eisen dat de aangifte ten invoer vergezeld gaat van een verklaring van de importeur dat de producten aan de voorwaarden voor de toepassing van de overeenkomst voldoen.

Artikel 25 Invoer in deelzendingen

Wanneer, op verzoek van de importeur en op de door de douaneautoriteiten van het land van invoer vastgestelde voorwaarden, gedemonteerde of niet-gemonteerde producten in de zin van algemene regel 2 a) voor de interpretatie van het geharmoniseerd systeem, vallende onder de afdelingen XVI en XVII of de posten 7308 en 9406 van het geharmoniseerd systeem, in deelzendingen worden ingevoerd, wordt één enkel bewijs van oorsprong bij de douaneautoriteiten ingediend bij de invoer van de eerste deelzending.

Artikel 26 Vrijstelling van bewijs van oorsprong

1. Producten die in kleine zendingen door particulieren aan particulieren worden verzonden of die deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers, worden als producten van oorsprong toegelaten zonder dat het nodig is een formeel bewijs van oorsprong over te leggen, mits aan zulke producten ieder handelskarakter vreemd is en verklaard wordt dat zij aan de voorwaarden voor de toepassing van dit protocol voldoen en er over de juistheid van deze verklaring geen twijfel bestaat. Voor postzendingen kan deze verklaring op het douaneaangifteformulier CN22/CN23 of op een daaraan gehecht blad worden gesteld.

2. Als invoer waaraan ieder handelskarakter vreemd is wordt beschouwd de invoer van incidentele aard van producten die uitsluitend bestemd zijn voor het persoonlijke gebruik van de geadresseerde, de reiziger of de leden van zijn gezin, mits noch de aard noch de hoeveelheid van de producten op commerciële doeleinden wijzen.

3. Voorts mag de totale waarde van deze producten niet meer bedragen dan EUR 500 voor kleine zendingen of EUR 1 200 voor producten die deel uitmaken van de persoonlijke bagage van reizigers.

Artikel 27 Ondersteunende documenten

De in artikel 17, lid 3, en artikel 21, lid 3, bedoelde documenten aan de hand waarvan wordt aangetoond dat producten die worden gedekt door een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of een factuurverklaring, producten van oorsprong uit de Gemeenschap of Kroatië zijn en aan de andere voorwaarden van dit protocol voldoen, kunnen onder meer de volgende zijn:

  • a. een rechtstreeks bewijs, bijvoorbeeld aan de hand van de boekhouding of de interne administratie van de exporteur of leverancier, van de door deze uitgevoerde be- of verwerkingen om de producten te verkrijgen;

  • b. in de Gemeenschap of in Kroatië afgegeven of opgestelde en volgens het nationale recht gebruikte documenten waaruit de oorsprong van de gebruikte materialen blijkt;

  • c. in de Gemeenschap of in Kroatië afgegeven of opgestelde en volgens het nationale recht gebruikte documenten waaruit be- of verwerking in de Gemeenschap of in Kroatië blijkt;

  • d. certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 of factuurverklaringen waaruit blijkt dat de gebruikte materialen van oorsprong zijn, die overeenkomstig dit protocol in de Gemeenschap of in Kroatië zijn afgegeven of opgesteld.

Artikel 28 Bewaring van het bewijs van oorsprong en de ondersteunende documenten

1. Exporteurs die om de afgifte van een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 verzoeken, dienen de in artikel 17, lid 3 bedoelde ondersteunende documenten ten minste drie jaar te bewaren.

2. Exporteurs die een factuurverklaring opstellen, dienen een kopie van deze factuurverklaring en van de in artikel 21, lid 3, bedoelde documenten gedurende ten minste drie jaar te bewaren.

3. De douaneautoriteiten van het land van uitvoer die een EUR.1-certificaat afgeven, bewaren het in artikel 17, lid 2, bedoelde aanvraagformulier ten minste drie jaar.

4. De douaneautoriteiten van het land van invoer bewaren de certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 en factuurverklaringen die bij hen worden ingediend gedurende ten minste drie jaar.

Artikel 29 Verschillen en vormfouten

1. Worden geringe verschillen vastgesteld tussen de gegevens in het bewijs van oorsprong en de gegevens in de documenten die in verband met de formaliteiten bij invoer bij het douanekantoor worden ingediend, dan is het bewijs van oorsprong daardoor niet automatisch ongeldig, indien blijkt dat het wel degelijk met de aangebrachte producten overeenstemt.

2. Kennelijke vormfouten zoals typefouten op het bewijs van oorsprong maken dit document niet ongeldig, indien deze fouten niet van dien aard zijn dat zij twijfel doen rijzen over de juistheid van de in daarin vermelde gegevens.

Artikel 30 In euro uitgedrukte bedragen

1. Voor de toepassing van artikel 21, lid 1, onder b), en artikel 26, lid 3, wordt, in gevallen waarin de producten gefactureerd zijn in een andere valuta dan de euro, de tegenwaarde in de nationale valuta van Kroatië die overeenstemt met de in euro uitgedrukte bedragen, jaarlijks vastgesteld.

2. Artikel 21, lid 1, onder b), en artikel 26, lid 3, zijn van toepassing op een zending op basis van de valuta waarin de factuur is opgesteld, overeenkomstig het bedrag dat door de Gemeenschap of Kroatië is vastgesteld.

3. De in een bepaalde nationale valuta te gebruiken bedragen zijn de tegenwaarde in die valuta van de in euro uitgedrukte bedragen op de eerste werkdag van oktober. De bedragen worden de Commissie van de Europese Gemeenschappen uiterlijk op 15 oktober medegedeeld en zijn van toepassing vanaf 1 januari van het daaropvolgende jaar. De Commissie van de Europese Gemeenschappen stelt Kroatië in kennis van het desbetreffende bedrag.

4. Kroatië mag het bedrag dat is verkregen door omrekening van een in euro uitgedrukt bedrag in de nationale valuta naar boven of naar beneden afronden. Het afgeronde bedrag mag niet meer dan 5 procent afwijken van het door omrekening verkregen bedrag. Kroatië kan de tegenwaarde in zijn nationale valuta van een in euro uitgedrukt bedrag ongewijzigd handhaven, indien bij de omrekening van dit bedrag, ten tijde van de in lid 3 bedoelde jaarlijkse aanpassing, vóór afronding, een stijging van minder dan 15 procent van die tegenwaarde wordt verkregen. De tegenwaarde in nationale valuta kan ongewijzigd blijven, indien de omrekening tot een daling van de tegenwaarde leidt.

5. De in euro uitgedrukte bedragen worden door het Stabilisatie- en Associatiecomité op verzoek van de Gemeenschap of Kroatië herzien. Bij deze herziening onderzoekt het Stabilisatie- en Associatiecomité of het wenselijk is de betreffende limieten in reële termen te handhaven. Het kan in dit verband besluiten de in euro uitgedrukte bedragen te wijzigen.

TITEL VI

REGELINGEN VOOR ADMINISTRATIEVE SAMENWERKING

Artikel 31 Wederzijdse bijstand

1. De douaneautoriteiten van de lidstaten en van Kroatië doen elkaar via de Commissie van de Europese Gemeenschappen afdrukken toekomen van de stempels die in hun douanekantoren worden gebruikt bij de afgifte van certificaat inzake goederenverkeer EUR.1, alsmede de adressen van de douaneautoriteiten die belast zijn met de controle van deze certificaten en de factuurverklaringen.

2. Met het oog op de correcte toepassing van dit protocol verlenen de Gemeenschap en Kroatië elkaar via de bevoegde douane-instanties bijstand bij de controle op de echtheid van certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 en factuurverklaringen en de juistheid van de daarop vermelde gegevens.

Artikel 32 Controle van bewijzen van oorsprong

1. Bewijzen van oorsprong worden achteraf steekproefsgewijs gecontroleerd, en tevens wanneer de douaneautoriteiten van het land van invoer redenen hebben om te twijfelen aan de echtheid van deze documenten, de oorsprong van de betrokken producten of de naleving van de andere voorwaarden van dit protocol.

2. Ten behoeve van de toepassing van lid 1 zenden de douaneautoriteiten van het land van invoer het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 en de factuur, indien deze werd voorgelegd, de factuurverklaring of een kopie van deze documenten, terug aan de douaneautoriteiten van het land van uitvoer, eventueel onder vermelding van de redenen waarom een onderzoek wordt aangevraagd. Zij verstrekken bij deze aanvraag om controle alle documenten en gegevens die het vermoeden hebben doen rijzen dat de gegevens op het bewijs van oorsprong onjuist zijn.

3. De controle wordt verricht door de douaneautoriteiten van het land van uitvoer. Deze zijn in dit verband gerechtigd bewijsmateriaal op te vragen, de administratie van de exporteur in te zien en elke andere controle te verrichten die zij dienstig achten.

4. Indien de douaneautoriteiten van het land van invoer besluiten de preferentiële behandeling niet toe te kennen zolang de uitslag van de controle niet bekend is, doen zij de importeur het voorstel de producten vrij te geven onder voorbehoud van de noodzakelijk geachte conservatoire maatregelen.

5. De resultaten van de controle worden zo spoedig mogelijk medegedeeld aan de douaneautoriteiten die de controle hebben aangevraagd. In deze mededeling moet duidelijk worden aangegeven of de documenten al dan niet echt zijn, of de betrokken producten als producten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië beschouwd kunnen worden en of aan de andere voorwaarden van dit protocol is voldaan. Indien de cumulatiebepalingen van de artikelen 3 en 4 van dit protocol worden toegepast en in samenhang met artikel 17, lid 3, dient bij het antwoord een kopie van het desbetreffende certificaat inzake goederenverkeer of de desbetreffende certificaten inzake goederenverkeer of de factuurverklaring of factuurverklaringen te worden gevoegd.

6. Indien bij gegronde twijfel binnen tien maanden na het verzoek om controle geen antwoord is ontvangen, of indien het antwoord niet voldoende gegevens bevat om de echtheid van het betrokken document of de werkelijke oorsprong van de producten vast te stellen, kennen de aanvragende douaneautoriteiten de preferentiële behandeling niet toe, behoudens buitengewone omstandigheden.

Artikel 33 Beslechting van geschillen

Geschillen ten aanzien van de in artikel 32 bedoelde controles die niet onderling geregeld kunnen worden tussen de douaneautoriteiten die de controle hebben aangevraagd en de douaneautoriteiten die deze hebben moeten uitvoeren, en problemen in verband met de interpretatie van dit Protocol worden aan de Stabilisatie- en Associatiecomité voorgelegd.

In alle gevallen is de wetgeving van het land van invoer van toepassing op de regeling van geschillen tussen een importeur en de douaneautoriteiten van het land van invoer.

Artikel 34 Sancties

Tegen eenieder die een document met onjuiste gegevens opstelt of laat opstellen met het doel producten onder de preferentiële regeling te doen vallen, worden sancties getroffen.

Artikel 35 Vrije zones

1. De Gemeenschap en Kroatië nemen alle nodige maatregelen om te voorkomen dat producten die onder geleide van een bewijs van oorsprong worden verhandeld en die tijdens het vervoer in een op hun grondgebied gelegen vrije zone verblijven, door andere goederen worden vervangen of andere behandelingen ondergaan dan die welke gebruikelijk zijn om ze in goede staat te bewaren.

2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 geven de bevoegde douaneautoriteiten, wanneer producten van oorsprong uit de Gemeenschap of uit Kroatië die onder dekking van een bewijs van oorsprong in een vrije zone zijn ingevoerd, een be- of verwerking ondergaan, op verzoek van de exporteur een nieuw certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 af, mits deze be- of verwerking met de bepalingen van dit protocol overeenstemt.

TITEL VII

CEUTA EN MELILLA

Artikel 36 Toepassing van het protocol

1. De in artikel 2 gebruikte term „Gemeenschap" heeft geen betrekking op Ceuta en Melilla.

2. Producten van oorsprong uit Kroatië die in Ceuta of Melilla worden ingevoerd, vallen in elk opzicht onder dezelfde douaneregeling als de regeling die op grond van Protocol nr. 2 bij de Akte van Toetreding van het Koninkrijk Spanje en de Republiek Portugal tot de Europese Gemeenschappen van toepassing is op producten van oorsprong uit het douanegebied van de Gemeenschap. Kroatië past op onder de overeenkomst vallende producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla dezelfde regeling toe als op producten van oorsprong uit de Gemeenschap die uit de Gemeenschap worden ingevoerd.

3. Bij toepassing van lid 2 op producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla is dit protocol van overeenkomstige toepassing, met inachtneming van de bijzondere voorwaarden van artikel 37.

Artikel 37 Bijzondere voorwaarden

1. Mits zij rechtstreeks zijn vervoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, worden beschouwd als:

1) producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla:

  • a. geheel en al in Ceuta en Melilla verkregen producten;

  • b. in Ceuta en Melilla verkregen producten bij de vervaardiging waarvan andere dan de onder a) bedoelde producten zijn gebruikt, mits:

    • i. deze producten een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 6, of

    • ii. deze producten van oorsprong zijn uit Kroatië of uit de Gemeenschap in de zin van dit protocol, en be- of verwerkingen hebben ondergaan die meer omvatten dan de in artikel 7, lid 1, bedoelde ontoereikende be- of verwerkingen;

  • 2) producten van oorsprong uit Kroatië:

  • a. geheel en al in Kroatië verkregen producten;

  • b. in Kroatië verkregen producten bij de vervaardiging waarvan andere dan de onder a) bedoelde producten zijn gebruikt, mits:

    • i. deze producten een be- of verwerking hebben ondergaan die toereikend is in de zin van artikel 6,

  • of

    • ii. deze producten van oorsprong zijn uit Ceuta en Melilla of de Gemeenschap in de zin van dit protocol, en be- of verwerkingen hebben ondergaan die meer omvatten dan de in artikel 7, lid 1, bedoelde ontoereikende be- of verwerkingen.

2. Ceuta en Melilla worden als één enkel grondgebied beschouwd.

3. De exporteur of zijn gemachtigde vertegenwoordiger vermeldt „Kroatië" en „Ceuta en Melilla" in vak 2 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of op de factuurverklaring. Voor producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla wordt dit bovendien vermeld in vak 4 van het certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of op de factuurverklaring.

4. De Spaanse douaneautoriteiten zijn belast met de toepassing van dit protocol in Ceuta en Melilla.

TITEL VIII

SLOTBEPALINGEN

Artikel 38 Wijziging van het protocol

De Stabilisatie- en Associatieraad kan besluiten bepalingen van dit protocol te wijzigen.


Bijlage I

Aantekeningen bij de lijst in bijlage II

Aantekening 1:

In deze lijst is vermeld aan welke voorwaarden een product moet voldoen om als voldoende be- of verwerkt in de zin van artikel 6 te worden beschouwd.

Aantekening 2:

2.1. In de eerste twee kolommen van de lijst wordt het verkregen product omschreven. Kolom 1 vermeldt het nummer van de post of het hoofdstuk volgens het geharmoniseerde systeem en kolom 2 de omschrijving van de goederen die volgens dat systeem onder die post of dat hoofdstuk vallen. Voor ieder product dat in de kolommen 1 en 2 is omschreven, wordt in kolom 3 en/of 4 een regel gegeven. Een nummer in kolom 1 voorafgegaan door „ex" betekent dat de regel in kolom 3 of 4 alleen geldt voor het gedeelte van die post of dat hoofdstuk dat in kolom 2 is omschreven.

2.2. Wanneer in kolom 1 verscheidene postnummers zijn gegroepeerd of wanneer een hoofdstuknummer is vermeld en de omschrijving van het product in kolom 2 derhalve in algemene bewoordingen is gesteld, dan is de regel daarnaast in kolom 3 of 4 van toepassing op alle producten die volgens het geharmoniseerd systeem onder de posten van het hoofdstuk of onder elk van de in kolom 1 gegroepeerde posten zijn ingedeeld.

2.3. Wanneer in de lijst verschillende regels worden gegeven voor verschillende producten die onder dezelfde post vallen, wordt na elk streepje dat deel van de post omschreven waarop de daarnaast in kolom 3 of 4 vermelde voorwaarde van toepassing is.

2.4. Wanneer voor een in kolom 1 en 2 vermeld product zowel in kolom 3 als in kolom 4 een regel wordt gegeven, kan de exporteur kiezen welke regel, die in kolom 3 of die in kolom 4, wordt toegepast. Indien in kolom 4 geen oorsprongsregel wordt gegeven, moet de regel in kolom 3 worden toegepast.

Aantekening 3:

3.1. Artikel 6 betreffende producten die de oorsprong hebben verkregen en die bij de vervaardiging van andere producten worden gebruikt, is van toepassing ongeacht het feit of dit product in dezelfde fabriek werd vervaardigd of in een andere fabriek in Kroatië of de Gemeenschap.

Voorbeeld Een motor van post 8407 waarvoor de regel geldt dat de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen die daarin worden verwerkt niet meer mag bedragen dan 40% van de prijs af fabriek, is vervaardigd van „ander gelegeerd staal, enkel ruw voorgesmeed" van post ex 7224.

Indien dit smeedijzer in Kroatië van niet van oorsprong zijnde ingots is vervaardigd, heeft het reeds de oorsprong verkregen krachtens de regel voor post ex 7224. Bij de waardeberekening van de motor telt het dan als materiaal van oorsprong, of het nu in dezelfde fabriek werd vervaardigd of in een andere fabriek in Kroatië. De waarde van de niet van oorsprong zijnde ingots wordt dus niet meegerekend bij het berekenen van de waarde van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn.

3.2. De regel in de lijst geeft de minimumbewerking of -verwerking aan die vereist is; meer be- of verwerking verleent eveneens de oorsprong; omgekeerd kan minder be- of verwerking geen oorsprong verlenen. Is volgens de regel het gebruik van niet van oorsprong zijnd materiaal in een bepaald productiestadium toegestaan, dan is het gebruik van dit materiaal in een vroeger productiestadium wel, maar in een later productiestadium niet toegestaan.

3.3. In afwijking van aantekening 3.2 mogen, wanneer volgens de regel „materialen van een willekeurige post" gebruikt mogen worden, materialen van dezelfde post als het product worden gebruikt, onder voorbehoud evenwel van eventuele in die regel opgenomen beperkingen. „Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post met inbegrip van andere materialen van post..." houdt evenwel in dat materialen van dezelfde post als het product slechts gebruikt mogen worden als de omschrijving ervan verschilt van die van het product in kolom 2.

3.4. Wanneer volgens een regel in de lijst een product van meer dan een materiaal mag worden vervaardigd, betekent dit dat een of meer van deze materialen kunnen worden gebruikt. Het is niet noodzakelijk dat zij alle worden gebruikt.

Voorbeeld: Volgens de regel voor weefsels van de posten 5208 tot en met 5212 mogen natuurlijke vezels en andere materialen, waaronder chemische stoffen, worden gebruikt. Dit betekent niet dat beide moeten worden gebruikt; het ene of het andere materiaal of beide kunnen worden gebruikt.

3.5. Wanneer volgens een regel in de lijst een product van een bepaald materiaal vervaardigd moet worden, betekent dit evenwel niet dat geen andere materialen mogen worden gebruikt die vanwege hun aard niet aan de regel kunnen voldoen. (Zie ook aantekening 6.2 met betrekking tot textielproducten.).

Voorbeeld: De regel voor post 1904 sluit nadrukkelijk het gebruik van granen en derivaten daarvan uit. Minerale zouten, chemicaliën en andere additieven die niet van granen zijn vervaardigd mogen evenwel worden gebruikt.

Deze regel is evenwel niet van toepassing op producten die niet kunnen worden vervaardigd uit het in de lijst genoemde materiaal, maar die wel kunnen worden vervaardigd uit een materiaal van dezelfde aard in een vroeger productiestadium.

Voorbeeld: Indien voor een kledingstuk van ex hoofdstuk 62, van gebonden textielvlies, het gebruik van uitsluitend garen dat niet van oorsprong is, is toegestaan, is het niet mogelijk uit te gaan van stof van gebonden textielvlies ook al kan gebonden textielvlies normalerwijze niet van garen worden vervaardigd. In een dergelijk geval dient het uitgangsmateriaal zich in het stadium vóór garen te bevinden, dat wil zeggen in het vezelstadium.

3.6. Indien een regel in de lijst twee of meer percentages geeft als maximumwaarde van de niet van oorsprong zijnde materialen die kunnen worden gebruikt, dan mogen deze percentages niet bij elkaar worden opgeteld. De maximumwaarde van alle gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn, mag het hoogste van de opgegeven percentages nooit overschrijden. Bovendien mogen de afzonderlijke percentages met betrekking tot bepaalde materialen niet worden overschreden.

Aantekening 4:

4.1. De term „natuurlijke vezels" in de lijst heeft betrekking op andere dan kunstmatige of synthetische vezels, met inbegrip van afval, in het stadium vóór het spinnen. Tenzij anders vermeld omvat de term „natuurlijke vezels" vezels die zijn gekaard, gekamd of anderszins bewerkt, doch niet gesponnen.

4.2. De term „natuurlijke vezels" omvat paardenhaar van post 0503, zijde van de posten 5002 en 5003, wol, fijn of grof haar van de posten 5101 tot en met 5105, katoen van de posten 5201 tot en met 5203 en ander plantaardige vezels van de posten 5301 tot en met 5305.

4.3. De termen „textielmassa", „chemische stoffen" en „materialen voor het vervaardigen van papier" in de lijst hebben betrekking op materialen die niet onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 vallen, maar die gebruikt kunnen worden bij de vervaardiging van kunstmatige, synthetische of papieren vezels of garens.

4.4. De term „synthetische en kunstmatige stapelvezels" in de lijst heeft betrekking op kabel van synthetische of kunstmatige filamenten, op synthetische of kunstmatige stapelvezels en op synthetisch of kunstmatig afval van de posten 5501 tot en met 5507.

Aantekening 5

5.1. Indien voor een bepaald product in de lijst naar deze aantekening wordt verwezen, zijn de in kolom 3 van de lijst genoemde voorwaarden niet van toepassing op basistextielmaterialen die bij de vervaardiging zijn gebruikt en die, samen genomen, ten hoogste 10% van het totale gewicht van alle gebruikte basistextielmaterialen uitmaken. (Zie ook de aantekeningen 5.3 en 5.4).

5.2. De in punt 5.1 genoemde tolerantie is evenwel slechts van toepassing op gemengde producten die van twee of meer basistextielmaterialen zijn vervaardigd.

Basistextielmaterialen zijn:

– zijde,

– wol,

– grof haar,

– fijn haar,

– paardenhaar (crin),

– katoen,

– papier en materiaal voor het vervaardigen van papier,

– vlas,

– hennep,

– jute en andere bastvezels,

– sisal en andere textielvezels van het geslacht Agave,

– kokosvezels, abaca, ramee en andere plantaardige textielvezels,

– synthetische filamenten,

– kunstmatige filamenten,

– filamenten die elektriciteit geleiden,

– synthetische stapelvezels van polypropyleen,

– synthetische stapelvezels van polyester,

– synthetische stapelvezels van polyamide,

– synthetische stapelvezels van polyacrylonitriel,

– synthetische stapelvezels van polyimide,

– synthetische stapelvezels van polytetrafluorethyleen,

– synthetische stapelvezels van polyfenyleensulfide,

– synthetische stapelvezels van polyvinylchloride,

– andere synthetische stapelvezels,

– kunstmatige stapelvezels van viscose,

– andere kunstmatige stapelvezels,

– garen van polyurethaan met soepele segmenten van polyether, al dan niet omwoeld,

– garen van polyurethaan met soepele segmenten van polyester, al dan niet omwoeld,

– producten van post 5605 (metaalgarens) met strippen bestaande uit een kern van aluminiumfolie of een kern van kunststoffolie, al dan niet bedekt met aluminiumpoeder, met een breedte van niet meer dan 5 mm, welke kern met behulp van een doorzichtig of gekleurd kleefmiddel is bevestigd tussen twee strippen kunststof,

– andere producten van post 5605.

Voorbeeld:

Garen van post 5205, gemaakt van katoenvezels van post 5203 en van synthetische stapelvezels van post 5506, is een gemengd garen. Derhalve mogen niet van oorsprong zijnde synthetische stapelvezels die niet voldoen aan de regels van oorsprong (volgens welke een vervaardiging uit chemische stoffen of textielmassa is vereist) worden gebruikt tot 10% van het gewicht van het garen.

Voorbeeld:

Een weefsel van wol van post 5112, gemaakt van garens van wol van post 5107 en van synthetische garens van stapelvezels van post 5509, is een gemengd weefsel. Derhalve mogen synthetische garens die niet voldoen aan de regels van oorsprong (volgens welke een vervaardiging uit chemische stoffen of textielmassa is vereist) of garens van wol die niet voldoen aan de regels van oorsprong (volgens welke een vervaardiging is vereist uit natuurlijke vezels die niet gekaard zijn of gekamd, noch anderszins met het oog op het spinnen bewerkt) of een combinatie van deze twee soorten garens worden gebruikt, mits het totale gewicht ervan niet hoger is dan 10 % van het gewicht van het weefsel.

Voorbeeld:

Getuft textielweefsel van post 5802, gemaakt van garens van katoen van post 5205 en van weefsels van katoen van post 5210, is slechts een gemengd product wanneer het katoenweefsel zelf een gemengd product is, vervaardigd van onder twee verschillende posten ingedeelde garens, of wanneer de gebruikte katoengarens zelf gemengde garens zijn.

Voorbeeld:

Indien het betrokken getufte textielweefsel was gemaakt van katoengarens van post 5205 en van synthetisch weefsel van post 5407, dan zijn de gebruikte garens gemaakt van twee verschillende soorten basistextielmateriaal en is het getufte textielweefsel bijgevolg een gemengd product.

5.3. Voor producten die garens bevatten „gemaakt van polyurethaan, met soepele segmenten van polyether, ook indien omwoeld", bedraagt de tolerantie voor dit garen ten hoogste 20%.

5.4. Voor producten met „strippen bestaande uit een kern van aluminiumfolie of een kern van kunststoffolie, al dan niet bedekt met aluminiumpoeder, met een breedte van niet meer dan 5 mm, welke kern met behulp van een kleefmiddel is bevestigd tussen twee strippen kunststof" bedraagt de tolerantie voor de strippen ten hoogste 30%.

Aantekening 6:

6.1. Voor textielproducten die in de lijst van een voetnoot zijn voorzien die naar deze aantekening verwijst, mogen textielmaterialen, met uitzondering van voeringen en tussenvoeringen, die niet voldoen aan de regel in kolom 3 van de lijst voor het betrokken geconfectioneerde product, worden gebruikt voor zover deze onder een andere post vallen dan het product en de waarde niet meer bedraagt dan 10% van de prijs af fabriek van het product.

6.2. Onverminderd aantekening 6.3 mogen materialen die niet onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 zijn ingedeeld vrij worden gebruikt, ongeacht of zij textiel bevatten.

Voorbeeld:

Wanneer volgens een regel in de lijst voor een bepaald textielartikel, zoals een broek, garen moet worden gebruikt, dan sluit dit het gebruik van artikelen van metaal, zoals knopen, niet uit, omdat deze niet onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 zijn ingedeeld. Om dezelfde reden is het gebruik van bij voorbeeld ritssluitingen toegelaten, al bevatten deze normalerwijze ook textiel.

6.3. Wanneer een percentageregel van toepassing is, moet met de waarde van materialen die niet onder de hoofdstukken 50 tot en met 63 zijn ingedeeld, rekening worden gehouden bij de berekening van de waarde van de gebruikte materialen die niet van oorsprong zijn.

Aantekening 7:

7.1. Onder „aangewezen behandeling" in de zin van de posten ex 2707, 2713 tot en met 2715, ex 2901, ex 2902 en ex 3403 wordt verstaan:

  • a. vacuümdistillatie,

  • b. herdistillatie volgens een proces van ver doorgevoerde splitsing1

  • c. kraken,

  • d. reforming,

  • e. extractie met behulp van selectieve oplosmiddelen,

  • f. een bewerking bestaande uit alle navolgende behandelingen: behandelen met geconcentreerd zwavelzuur, rokend zwavelzuur of zwavelzuuranhydride, neutraliseren met behulp van alkalische stoffen, ontkleuren en zuiveren met behulp van van nature actieve aarde, van geactiveerde aarde, van actieve koolstof of van bauxiet,

  • g. polymeriseren,

  • h. alkyleren,

  • i. isomeriseren.

7.2. Onder „aangewezen behandeling" in de zin van de posten 2710, 2711 en 2712 wordt verstaan:

  • a. vacuümdistillatie,

  • b. herdistillatie volgens een proces van ver doorgevoerde splitsing1,

  • c. kraken,

  • d. reforming,

  • e. extractie met behulp van selectieve oplosmiddelen,

  • f. een bewerking bestaande uit alle navolgende behandelingen: behandelen met geconcentreerd zwavelzuur, rokend zwavelzuur of zwavelzuuranhydride, neutraliseren met behulp van alkalische stoffen, ontkleuren en zuiveren met behulp van van nature actieve aarde, van geactiveerde aarde, van actieve koolstof of van bauxiet,

  • g. polymeriseren,

  • h. alkyleren,

  • ij. isomeriseren,

  • k. uitsluitend voor de zware oliën van post ex 2710: ontzwavelen met gebruikmaking van waterstof, waardoor het zwavelgehalte van de behandelde producten met ten minste 85% wordt verlaagd (methode ASTM D 1 266-59 T),

  • l. uitsluitend voor de producten van post 2710: ontparaffineren, anders dan door enkel filtreren,

  • m. uitsluitend voor de zware oliën van post ex 2710: behandelen met waterstof, uitgezonderd ontzwavelen, waarbij de waterstof actief deelneemt aan een scheikundige reactie die, met behulp van een katalysator, onder een druk van meer dan 20 bar en bij een temperatuur van meer dan 250 °C wordt teweeggebracht. Eindbehandeling met waterstof van smeeroliën van post ex 2710 die in het bijzonder verbetering van de kleur of de stabiliteit ten doel heeft (bij voorbeeld „hydrofinishing" of ontkleuren), wordt daarentegen niet als een aangewezen behandeling aangemerkt,

  • n. uitsluitend voor stookolie van post ex 2710: atmosferische distillatie, mits deze producten, distillatieverliezen inbegrepen, voor minder dan 30 % van het volume overdistilleren bij 300 °C, bepaald volgens de methode ASTM D 86,

  • o. uitsluitend voor andere zware oliën dan gasolie of stookolie van post ex 2710: behandelen met gebruikmaking van hoogfrequente glimontlading.

7.3. Wat de posten ex 2707, 2713, 2714 en 2715, ex 2901, ex 2902 en ex 3403 betreft wordt geen oorsprong verleend door eenvoudige behandelingen zoals reinigen, decanteren, ontzouten, afsplitsen van water, filtreren, kleuren, merken, het verkrijgen van een bepaald zwavelgehalte door het mengen van producten met uiteenlopende zwavelgehaltes, alle combinaties van die behandelingen of soortgelijke behandelingen.

Bijlage II

Lijst van oorsprongverlenende be- of verwerkingen

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
Hoofdstuk 1Levende dierenAlle dieren van hoofdstuk 1 moeten geheel en al zijn verkregen 
Hoofdstuk 2Vlees en eetbare slachtafvallenVervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van de hoofdstukken 1 en 2 geheel en al verkregen moeten zijn 
Hoofdstuk 3Vis, schaaldieren, weekdieren en andere ongewervelde waterdierenVervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 3 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex Hoofdstuk 4Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhoning; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen, met uitzondering van:Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 4 geheel en al verkregen moeten zijn 
0403Karnemelk, gestremde melk en room, yoghurt, kefir en andere gegiste of aangezuurde melk en room, ook indien ingedikt, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacaoVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen van hoofdstuk 4 geheel en al verkregen moeten zijn; – alle gebruikte vruchtensappen (met uitzondering van vruchtensappen van ananassen, lemmetjes, pompelmoezen of pomelos) bedoeld bij post 2009 geheel en al verkregen moeten zijn; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 5Producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen, met uitzondering van:Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 5 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex 0502Bereid haar van varkens of van wilde zwijnenReinigen, ontsmetten, sorteren en rechtstrijken van haar 
Hoofdstuk 6Levende planten en producten van de bloementeeltVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen van hoofdstuk 6 geheel en al verkregen moeten zijn; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 7Groenten, planten, wortels en knollen voor voedingsdoeleindenVervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 7 geheel en al verkregen moeten zijn 
Hoofdstuk 8Eetbare vruchten; schillen van citrusvruchten of van meloenenVervaardiging waarbij: – alle gebruikte vruchten geheel en al verkregen moeten zijn; – de waarde van de gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 9Koffie, thee, maté en specerijen, met uitzondering van:Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 9 geheel en al verkregen moeten zijn 
0901Koffie, ook indien gebrand of cafeïnevrij; bolsters en schillen van koffie; koffiesurrogaten die koffie bevatten, ongeacht de mengverhoudingVervaardiging uit materialen van een willekeurige post 
0902Thee, ook indien gearomatiseerdVervaardiging uit materialen van een willekeurige post 
ex 0910KruidenmengselsVervaardiging uit materialen van een willekeurige post 
Hoofdstuk 10GranenVervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 10 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex Hoofdstuk 11Producten van de meelindustrie; mout; zetmeel; inuline; tarwegluten, met uitzondering van:Vervaardiging waarbij de groenten, granen, knollen en wortels van post 0714, of de vruchten die hierbij zijn gebruikt, geheel en al verkregen moeten zijn 
ex 1106Meel, gries en poeder van gedroogde zaden van peulgroenten bedoeld bij post 0713Drogen en malen van de bij post 0708 bedoelde peulgroenten 
Hoofdstuk 12Oliehoudende zaden en vruchten; allerlei zaden, zaaigoed en vruchten; planten voor industrieel en geneeskundig gebruik; stro en voeder Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 12 geheel en al verkregen moeten zijn 
1301Gomlak (schellak); gommen, harsen, gomharsen en harsaromas (bijvoorbeeld balsems), van natuurlijke oorsprong Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van post 1301 niet hoger mag zijn dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
1302 Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige producten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd:  
 – plantenslijmen en bindmiddelen, gewijzigd, verkregen uit plantaardige productenVervaardiging uit ongewijzigde plantenslijmen en bindmiddelen 
 – andere Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 14 Stoffen voor het vlechten en andere producten van plantaardige oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 14 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex Hoofdstuk 15 Vetten en oliën (dierlijke en plantaardige) en dissociatieproducten daarvan; bewerkt spijsvet; bewerkt spijsvet; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
1501Varkensvet (reuzel daaronder begrepen) en vet van gevogelte, met uitzondering van vet van de posten 0209 of 1503:  
 – beendervet of afvalvetVervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van materialen van post 0203, 0206 of 0207 of van beenderen bedoeld bij post 0506 
 – andereVervaardiging uit vlees of eetbare slachtafvallen van varkens bedoeld bij post 0203 of 0206 of uit vlees en eetbare slachtafvallen van pluimvee bedoeld bij post 0207 
1502 Rund-, schapen- of geitenvet, andere dan dat bedoeld bij post 1503:  
 – beendervet of afvalvet Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van materialen van post 0201; 0202, 0204 of 0206 of van beenderen bedoeld bij post 0506 
 – andereVervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 2 geheel en al verkregen moeten zijn 
1504 Vetten en oliën, van vis of van zeezoogdieren, alsmede fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd:  
 – vaste fracties Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 1504 
 – andere Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van de hoofdstukken 2 en 3 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex 1505 Geraffineerde lanolineVervaardiging uit ruw wolvet bedoeld bij post 1505 
1506 Andere dierlijke vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, ook indien geraffineerd, doch niet chemisch gewijzigd:  
 – vaste fracties Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 1506 
 – andere Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 2 geheel en al verkregen moeten zijn 
1507 t/m 1515 Plantaardige vette oliën, alsmede fracties daarvan:  
 – sojaolie, grondnotenolie, palmolie, kokosolie (kopraolie), palmpittenolie, babassunotenolie, tungolie, aleuritisolie, oiticicaolie, myricawas, japanwas, fracties van jojobaolie en oliën voor ander technisch of industrieel gebruik dan voor de vervaardiging van producten voor menselijke consumptie Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
 – vaste fracties, met uitzondering van die van jojobaolie Vervaardiging uit andere materialen van de posten 1507 tot en met 1515 
 – andere Vervaardiging waarbij alle gebruikte plantaardige materialen geheel en al verkregen moeten zijn 
1516 Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdinieerd, ook indien geraffineerd, doch niet verder bereid Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen van hoofdstuk 2 geheel en al verkregen moeten zijn; – alle gebruikte plantaardige materialen geheel en al verkregen moeten zijn. Materialen van de posten 1507, 1508, 1511 en 1513 mogen echter wel worden gebruikt. 
1517 Margarine; mengsels en bereidingen, voor menselijke consumptie, van dierlijke of plantaardige vetten of oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, andere dan de vetten of oliën of fracties daarvan, bedoeld bij post 1516 Vervaardiging waarbij: – alle materialen van de hoofdstukken 2 en 4 geheel en al verkregen moeten zijn; – alle gebruikte plantaardige materialen geheel en al verkregen moeten zijn. Materialen van de posten 1507, 1508, 1511 en 1513 mogen echter wel worden gebruikt. 
Hoofdstuk 16Bereidingen van vlees, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren Vervaardiging uit dieren bedoeld bij hoofdstuk 1. Alle gebruikte materialen bedoeld bij hoofdstuk 3 dienen geheel en al verkregen te zijn. 
ex Hoofdstuk 17 Suiker en suikerwerk, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 1701 Rietsuiker en beetwortelsuiker, alsmede chemisch zuivere sacharose, in vaste vorm, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product  
1702 Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthoning, ook indien met natuurhoning vermengd; karamel:  
 – chemisch zuivere maltose en chemisch zuivere fructose Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 1702 
 – andere suiker, in vaste vorm, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffen Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
 – andereVervaardiging uit materialen die reeds van oorsprong zijn 
ex 1703 Melasse verkregen bij de extractie of de raffinage van suiker, gearomatiseerd of met toegevoegde kleurstoffenVervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
1704 Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder begrepen) Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product  
Hoofdstuk 18 Cacao en bereidingen daarvanVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
1901 Moutextract; bereidingen voor menselijke consumptie van meel, gries, griesmeel, zetmeel of moutextract, geen of minder dan 40 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen; bereidingen voor menselijke consumptie van producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404, geen of minder dan 5 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen:  
 – moutextract Vervaardiging uit granen bedoeld bij hoofdstuk 10 
 – andere Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
1902 Deegwaren, ook indien gekookt of gevuld (met vlees of andere zelfstandigheden) dan wel op andere wijze bereid, zoals spaghetti, macaroni, noedels, lasagne, gnocchi, ravioli en cannelloni; koeskoes, ook indien bereid:  
 – met ten hoogste 20 gewichtspercenten vlees, eetbare slachtafvallen, vis, schaal- of weekdieren Vervaardiging waarbij de gebruikte granen en graanderivaten (met uitzondering van harde tarwe en derivaten daarvan) geheel en al verkregen moeten zijn 
 – met meer dan 20 gewichtspercenten vlees, vleesafval, vis, schaal- of weekdieren Vervaardiging waarbij: – de gebruikte granen en graanderivaten (met uitzondering van harde tarwe en derivaten daarvan) geheel en al verkregen moeten zijn, – alle materialen van de hoofdstukken 2 en 3 geheel en al verkregen moeten zijn 
1903 Tapioca en soortgelijke producten bereid uit zetmeel, in de vorm van vlokken, korrels, parels en dergelijkeVervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van aardappelzetmeel bedoeld bij post 1108 
1904 Graanpreparaten verkregen door poffen of door roosteren (bijvoorbeeld cornflakes); granen, andere dan maïs, in de vorm van korrels of in de vorm van vlokken of van andere bewerkte korrels (met uitzondering van meel en gries), voorgekookt of op andere wijze bereid, elders genoemd noch elders onder begrepenVervaardiging: – uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van post 1806, – waarbij het gebruikte graan of meel (met uitzondering van harde tarwe en derivaten daarvan en maïs van de soort Zea indurata) geheel en al verkregen moeten zijn1); – waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
1905 Brood, gebak, biscuits en andere bakkerswaren, ook indien deze producten cacao bevatten; ouwel in bladen, hosties, ouwels voor geneesmiddelen, plakouwels en dergelijke producten van meel of van zetmeelVervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van materialen van hoofdstuk 11 

1) De uitzondering voor maïs van de soort Zea indurata geldt tot en met 31.12.2002.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex Hoofdstuk 20 Bereidingen van groenten, vruchten en andere plantendelen, met uitzondering van: Vervaardiging waarbij alle gebruikte groenten en vruchten geheel en al verkregen moeten zijn 
ex 2001 Broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke eetbare plantendelen met een zetmeelgehalte van 5 of meer gewichtspercenten, bereid of verduurzaamd in azijn of azijnzuur Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 2004 en ex 2005 Aardappelen in de vorm van meel, gries of vlokken, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
2006 Groenten, vruchten, vruchtenschillen en andere plantendelen, gekonfijt met suiker (uitgedropen, geglaceerd of uitgekristalliseerd) Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
2007 Jam, vruchtengelei, marmelade, vruchtenmoes en vruchtenpasta, door koken of stoven verkregen, met of zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex 2008 – noten, zonder toegevoegde suiker of alcohol Vervaardiging waarbij de waarde van de gebruikte noten en oliehoudende zaden, bedoeld bij de posten 0801, 0802 en 1202 tot en met 1207, die reeds van oorsprong zijn, hoger moet zijn dan 60% van de prijs af fabriek van het product 
 – pindakaas; mengsels op basis van graan; palmharten; maïsVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
 – andere, met uitzondering van vruchten en noten, op andere wijze gekookt dan in water of stoom, zonder toegevoegde suiker, bevroren Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
2009Ongegiste vruchten- of groentesappen (druivenmost daaronder begrepen), zonder toegevoegde alcohol, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 21 Diverse producten voor menselijke consumptie, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
2101 Extracten, essences en concentraten, van koffie, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van koffie, van thee of van maté; gebrande cichorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede extracten, essences en concentraten daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – alle gebruikte cichorei geheel en al verkregen moet zijn 
2103Sauzen en preparaten voor sauzen; samengestelde kruiderijen en dergelijke producten; mosterdmeel en bereide mosterd:  
 – Sauzen en preparaten voor sauzen; samengestelde kruiderijen en dergelijke producten Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Mosterdmeel en bereide mosterd mogen evenwel worden gebruikt 
 – mosterdmeel en bereide mosterd Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post 
ex 2104 Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van groenten, bereid of verduurzaamd, bedoeld bij de posten 2002 tot en met 2005 
2106 Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepenVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 22Dranken, alcoholhoudende vloeistoffen en azijn, met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de gebruikte druiven of van druiven afkomstige materialen geheel en al verkregen moeten zijn 
2202 Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 17 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product, – alle gebruikte vruchtensappen (andere dan vruchtensappen van ananassen, lemmetjes, pompelmoezen of pomelos) reeds van oorsprong moeten zijn  
2207 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80% vol of meer; ethylalcohol en gedistilleerde dranken, gedenatureerd, ongeacht het gehalteVervaardiging: – uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 2207 en 2208; – waarbij de druiven of de van druiven afkomstige materialen geheel en al verkregen moeten zijn of waarbij, indien alle gebruikte materialen reeds van oorsprong zijn, arak gebruikt kan worden tot een volume van ten hoogste 5%  
2208 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80% vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevattenVervaardiging: – uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 2207 en 2208; – waarbij de druiven of de van druiven afkomstige materialen geheel en al verkregen moeten zijn of waarbij, indien alle gebruikte materialen reeds van oorsprong zijn, arak gebruikt kan worden tot een volume van ten hoogste 5% 
ex Hoofdstuk 23 Resten en afval van de voedselindustrie; bereid voedsel voor dieren, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 2301 Walvismeel; meel, poeder en pellets, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van de hoofdstukken 2 en 3 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex 2303 Afvallen van maïszetmeelfabrieken (met uitzondering van ingedikt zwelwater), met een gehalte aan proteïnen, berekend op de droge stof, van meer dan 40 gewichtspercentenVervaardiging waarbij de gebruikte maïs geheel en al verkregen moet zijn 
ex 2306 Perskoeken en andere vaste afvallen, verkregen bij de winning van olijfolie, met een gehalte aan olijfolie van meer dan 3% Vervaardiging waarbij alle gebruikte olijven geheel en al verkregen moeten zijn 
2309Bereidingen van de soort gebruikt voor het voederen van dierenVervaardiging waarbij: – de gebruikte granen, suiker of melasse, vlees of melk reeds van oorsprong moeten zijn; – alle gebruikte materialen van hoofdstuk 3 geheel en al verkregen moeten zijn 
ex Hoofdstuk 24 Tabak en tot verbruik bereide tabaksurrogaten; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij alle gebruikte materialen van hoofdstuk 24 geheel en al verkregen moeten zijn 
2402 Sigaren, cigarillos en sigaretten, van tabak of van tabaksurrogaten Vervaardiging waarbij ten minste 70 gewichtspercenten van de niet-bereide tabak of van de afvallen van tabak van post 2401 reeds van oorsprong moeten zijn 
ex 2403 Rooktabak Vervaardiging waarbij ten minste 70 gewichtspercenten van de niet-bereide tabak of van de afvallen van tabak van post 2401 reeds van oorsprong moeten zijn 
ex Hoofdstuk 25 Zout; zwavel; aarde en steen; gips, kalk en cement; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 2504 Natuurlijk kristallijn grafiet, met koolstof verrijkt, gezuiverd en gemalen Verrijking van het koolstofgehalte, het zuiveren en malen van het ruwe kristallijn grafiet 
ex 2515 Marmer, enkel gesneden door zagen, splijten en dergelijke, in blokken of platen van vierkante of rechthoekige vorm, met een dikte van niet meer dan 25 cm Zagen, splijten en dergelijke van marmer (ook indien reeds gezaagd), met een dikte van meer dan 25 cm 
ex 2516 Graniet, porfier, basalt, zandsteen en andere natuursteen voor de steenhouwerij of voor het bouwbedrijf, in blokken of platen van vierkante of rechthoekige vorm, enkel gesneden door zagen, splijten of op dergelijke wijze, met een dikte van niet meer dan 25 cm Zagen, splijten en dergelijke van natuursteen (ook indien reeds gezaagd), met een dikte van meer dan 25 cm 
ex 2518 Dolomiet, gesinterd of gebrandSinteren of branden van niet gesinterd of gebrand dolomiet 
ex 2519 Natuurlijk magnesiumcarbonaat (magnesiet), fijngemaakt, in hermetisch gesloten recipiënten, en magnesiumoxide, ook indien zuiver, met uitzondering van gesmolten magnesia of doodgebrande magnesia (gesinterd) Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Natuurlijk magnesiumcarbonaat (magnesiet) bedoeld bij post 2519 mag evenwel worden gebruikt 
ex 2520 Tandtechnisch gipsVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 2524 Asbestvezels Vervaardiging uit asbestmineralen (asbestconcentraat) 
ex 2525 Micapoeder Malen van mica of van afval van mica 
ex 2530 Verfaarden, gebrand of fijngemaakt Branden of malen van verfaarden 
Hoofdstuk 26 Ertsen, slakken en assenVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 27 Minerale brandstoffen, aardolie en distillatieproducten daarvan; bitumineuze stoffen; minerale was; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 2707 Oliën waarin het gewicht van de aromatische bestanddelen dat van de niet-aromatische bestanddelen overtreft, zijnde soortgelijke producten als minerale oliën verkregen bij het distilleren van hogetempe- ratuursteen- koolteer, die voor 65% of meer van hun volume over- distilleren bij een tempe- ratuur van 250 °C of minder (mengsels van benzol en van benzine daaronder begrepen), bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof of als andere brandstofRaffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 2709 Ruwe oliën uit bitumineuze mineralenDroge distillatie van bitumineuze mineralen 
2710Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70 of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in aantekeningen 7.2.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
2711 Aardgas en andere gasvormige koolwaterstoffenRaffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 
2712 Vaseline; paraffine, microkristallijne was uit aardolie, slack wax, ozokeriet, montaanwas, turfwas, andere minerale was en soortgelijke door synthese of op andere wijze verkregen producten, ook indien gekleurd Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in aantekeningen 7.2.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
2713 Petroleumcokes, petroleumbitumen en andere residuen van aardolie of van olie uit bitumineuze materialenRaffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 
2714 Natuurlijk bitumen en natuurlijk asfalt; bitumineuze leisteen en bitumineus zand; asfaltiet en asfaltsteen Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
2715 Bitumineuze mengsels van natuurlijk asfalt, van natuurlijk bitumen, van petroleumbitumen, van minerale teer of van minerale teerpek Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 28 Anorganische chemische producten; anorganische of organische verbindingen van edele metalen, van radioactieve elementen, van zeldzame aardmetalen of van isotopen, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 2805 „Mischmetall" Vervaardiging door elektrolytische of thermische behandeling uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 2811 Zwaveltrioxide Vervaardiging uit zwaveldioxide Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 2833 Aluminiumsulfaat Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 2840 NatriumperboraatVervaardiging uit dinatriumtetraboraatpentahydraatVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 29 Organische chemische producten, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 2901 Acyclische koolwaterstoffen bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof of als andere brandstof Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of 
  Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 2902 Cycloalkanen en cycloalkenen (andere dan azulenen), benzeen, tolueen, xyleen, bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof of als andere brandstof Raffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post als het product mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 2905 Metaalalcoholaten van alcoholen bedoeld bij deze post en van ethanol Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 2905 daaronder begrepen. Metaalalcoholaten van deze post mogen evenwel slechts worden gebruikt tot een waarde van ten hoogste 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
2915 Verzadigde eenwaardige acyclische carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvanVervaardiging uit materialen van een willekeurige post. De waarde van alle gebruikte materialen van de posten 2915 en 2916 mag evenwel niet hoger zijn dan 20% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 2932– Inwendige ethers, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post. De waarde van alle gebruikte materialen van post 2909 mag evenwel niet hoger zijn dan 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
 – Cyclische acetalen en inwendige hemiacetalen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvanVervaardiging uit materialen van een willekeurige postVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
2933 Heterocyclische verbindingen met uitsluitend één of meer stikstofatomen als heteroatoom Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post. De waarde van de gebruikte materialen van de posten 2932 en 2933 mag evenwel niet hoger zijn dan 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
2934 Nucleïnezuren en zouten daarvan; andere heterocyclische verbindingen Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post. De waarde van de gebruikte materialen van de posten 2932, 2933 en 2934 mag evenwel niet hoger zijn dan 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 30Farmaceutische producten; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
3002 Menselijk bloed; dierlijk bloed bereid voor therapeutisch of profylactisch gebruik of voor het stellen van diagnosen; antisera, andere bloedfracties, andere gewijzigde immunologische producten, ook indien op biotechnologische wijze verkregen; vaccins, toxinen, culturen van micro-organismen (andere dan gist) en dergelijke producten:  
 – producten bestaande uit twee of meer bestanddelen die voor therapeutisch of profylactisch gebruik zijn vermengd, of ongemengde producten voor dit gebruik, aangeboden in afgemeten hoeveelheden of gereed voor de verkoop in het klein Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere  
 – – menselijk bloed Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – – dierlijk bloed, bereid voor therapeutisch of profylactisch gebruik Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – – bloedfracties, andere dan antisera, hemoglobine, bloedglobuline en serumglobuline Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – – hemoglobine, bloedglobuline en serumglobuline Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – – andere Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, andere materialen van post 3002 daaronder begrepen. De hiernaast omschreven materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
3003 en 3004 Geneesmiddelen (andere dan de producten bedoeld bij de posten 3002, 3005 en 3006)  
 – uit amikacine bedoeld bij post 2941 verkregen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van post 3003 of 3004 mogen evenwel worden gebruikt, tot een totale waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product. Materialen van post 3003 of 3004 mogen evenwel slechts worden gebruikt tot een waarde van ten hoogste 20% van de prijs af fabriek van het product, – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 31 Meststoffen; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3105 Minerale of chemische meststoffen die twee of drie van de vruchtbaarmakende elementen stikstof, fosfor en kalium bevatten; andere meststoffen; producten bedoeld bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een brutogewicht van niet meer dan 10 kg, met uitzondering van: – natriumnitraat – calciumcyaanamide – kaliumsulfaat – magnesiumkaliumsulfaat Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 32 Looi- en verfextracten; looizuur (tannine) en derivaten daarvan; pigmenten en andere kleur- en verfstoffen; verf en vernis; mastiek; inkt, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3201 Tannine (looizuur), alsmede zouten, ethers, esters en andere derivaten daarvan Vervaardiging uit looiextracten van plantaardige oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3205 Verflakken; preparaten op basis van verflakken, bedoeld bij aantekening 3 bij dit hoofdstuk1)Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 3203, 3204 en 3205. Materialen van post 3205 mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 33 Etherische oliën en harsaromas; parfumerieën, toiletartikelen en cosmetische producten, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product

1) Volgens aantekening 3 bij hoofdstuk 32 behoren tot deze post preparaten op basis van kleurstoffen van de soort gebruikt voor het kleuren van stoffen of als bestanddeel bij het vervaardigen van kleurpreparaten, mits zij niet onder een andere post van hoofdstuk 32 zijn ingedeeld.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
3301Etherische oliën (ook indien daaruit de terpenen zijn afgesplitst), vast of vloeibaar; harsaromas; door extractie verkregen oleoharsen; geconcentreerde oplossingen van etherische oliën in vet, in vette oliën, in was of in dergelijke stoffen, verkregen door enfleurage of door maceratie; terpeenhoudende bijproducten, afgesplitst uit etherische oliën; gedistilleerd aromatisch water en waterige oplossingen van etherische oliënVervaardiging uit materialen van een willekeurige post, materialen van een andere groep1) van deze post daaronder begrepen. Materialen van dezelfde groep mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product

1) Als groep wordt beschouwd: ieder deel van de omschrijving van de post die van de rest door een puntkomma is gescheiden.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex Hoofdstuk 34 Zeep, organische tensioactieve producten; wasmiddelen, smeermiddelen, kunstwas, bereide was, poets- en onderhoudsmiddelen, kaarsen en dergelijke artikelen, modelleerpastas, tandtechnische waspreparaten en tandtechnische preparaten op basis van gebrande gips; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3403 Smeermiddelen bevattende minder dan 70 gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralenRaffinage en/of een of meer specifieke behandelingen1) of Andere behandelingen, waarbij alle gebruikte materialen onder een andere post dan het product zijn ingedeeld. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Bijzondere voorwaarden inzake specifieke behandelingen zijn opgenomen in de aantekeningen 7.1 en 7.3.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
3404 Kunstwas en bereide was:  
 – op basis van paraffine, van was uit aardolie of uit bitumineuze mineralen, uit „slack wax" of uit „scale wax" Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van: – gehydrogeneerde oliën die het karakter hebben van was bedoeld bij post 1516Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
  – chemisch niet gedefinieerde vetzuren of industriële vetalcoholen met het karakter van was bedoeld bij post 3823; 
  – materialen van post 3404 
  Deze materialen mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 35 Eiwitstoffen; gewijzigd zetmeel; lijm; enzymen; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3505 Dextrine en ander gewijzigd zetmeel (bijvoorbeeld voorgegelatineerd of veresterd zetmeel); lijm op basis van zetmeel, van dextrine of van ander gewijzigd zetmeel:  
 – door ethervorming of door verestering gewijzigd zetmeel Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 3505Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
 – andere Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van post 1108 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3507 Bereidingen van enzymen, elders genoemd noch elders onder begrepen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 36Kruit en springstoffen; pyrotechnische artikelen; lucifers; vonkende legeringen; ontvlambare stoffen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 37 Producten voor fotografie en cinematografie, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3701 Fotografische platen en vlakfilm, lichtgevoelig, onbelicht, van andere stoffen dan papier, karton of textiel; vlakfilm voor „direct klaar"-fotografie, lichtgevoelig, onbelicht, ook indien in cassette  
 – filmpakken voor „direct klaar"-fotografie in kleur Vervaardiging uit materialen van een andere post dan post 3701 of 3702. Materialen van post 3702 mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 30% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
 – andere Vervaardiging uit materialen van een andere post dan post 3701 of 3702. Materialen van de posten 3701 en 3702 mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3702 Fotografische film, lichtgevoelig, onbelicht, op rollen, van andere stoffen dan papier, karton of textiel; film voor „direct klaar"-fotografie, op rollen, lichtgevoelig, onbelichtVervaardiging uit materialen van een andere post dan post 3701 of 3702 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3704 Fotografische platen, film, papier, karton en textiel, belicht doch niet ontwikkeld Vervaardiging uit materialen van een andere post dan de posten 3701 t/m 3704 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 38 Diverse producten van de chemische industrie, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3801– colloïdaal grafiet, gedispergeerd in olie, en semicolloïdaal grafiet; koolstofpastas voor elektroden Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
 – grafiet in de vorm van pastas, bestaande uit een mengsel van meer dan 30 gewichtspercenten grafiet en minerale olieVervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van post 3403 niet hoger is dan 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3803 Geraffineerde tallolie Raffineren van ruwe tallolieVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3805Sulfaatterpentijnolie, gezuiverd Zuivering, inhoudende het distilleren of het raffineren van ruwe sulfaatterpentijnolieVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3806Gomesters Vervaardiging uit harszuren Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 3807 HoutteerpekDistillatie van houtteer Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
3808 Insectendodende middelen, rattenbestrijdingsmiddelen, schimmelwerende middelen, onkruidbestrijdingsmiddelen, middelen om het kiemen tegen te gaan, middelen om de plantengroei te regelen, ontsmettingsmiddelen en dergelijke producten, opgemaakt in vormen of verpakkingen voor de verkoop in het klein, dan wel voorkomend als bereidingen of in de vorm van artikelen zoals zwavelbanden, zwavellonten, zwavelkaarsen en vliegenvangers Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van de producten 
3809 Appreteermiddelen, middelen voor het versnellen van het verfproces of van het fixeren van kleurstoffen, alsmede andere producten en preparaten (bij voorbeeld preparaten voor het beitsen), van de soort gebruikt in de textielindustrie, de papierindustrie, de lederindustrie of dergelijke industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van de producten 
3810 Preparaten voor het beitsen van metalen; vloeimiddelen en andere hulpmiddelen voor het solderen en het lassen van metalen; soldeer- en laspoeder en soldeer- en laspasta's, samengesteld uit metaal en andere stoffen; preparaten van de soort gebruikt voor het bekleden of het vullen van elektroden en van soldeer- en lasstaafjes Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van de producten 
3811 Dopes (antiklopmiddelen, oxidatievertragers, peptisatiemiddelen, middelen ter verbetering van de viscositeit, corrosievertragers en dergelijke preparaten), voor minerale olie (benzine daaronder begrepen) of voor andere vloeistoffen die voor dezelfde doeleinden worden gebruikt als minerale olie:  
 – bereide additieven voor smeerolie, aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevattende Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van post 3811 niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3812 Bereide rubbervulcanisatieversnellers; weekmakers van gemengde samenstelling voor rubber of voor kunststof, elders genoemd, noch elders onder begrepen; bereide antioxidanten en andere stabilisatiemiddelen van gemengde samenstelling, voor rubber of voor kunststof Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3813 Preparaten en ladingen, voor brandblusapparaten; brandblusbommen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3814 Organische oplosmiddelen en verdunners, van gemengde samenstelling, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het verwijderen van verf en vernisVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3818 Chemische elementen, gedoopt met het oog op hun gebruik voor elektronische doeleinden, in de vorm van schijven, plaatjes of dergelijke vormen; chemische verbindingen, gedoopt met het oog op hun gebruik voor elektronische doeleinden Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3819 Remvloeistoffen en andere vloeibare preparaten voor hydraulische krachtoverbrenging, die geen of minder dan 70 gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3820 Antivriespreparaten en vloeibare ontdooiingspreparaten Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3822 Reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik, op een drager, alsmede bereide reageermiddelen voor diagnose of voor laboratoriumgebruik, al dan niet op een drager, andere dan die bedoeld bij post 3002 of 3006 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
3823 Industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils; industriële vetalcoholen:  
 – industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
 – industriële vetalcoholen Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 3823 
3824 Bereide bindmiddelen voor gietvormen of voor gietkernen; chemische producten en preparaten van de chemische of van aanverwante industrieën (mengsels van natuurlijke producten daaronder begrepen), elders genoemd noch elders onder begrepen; residuen van de chemische of van aanverwante industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:  
 – de volgende producten van deze post: – – bereide bindmiddelen voor gietvormen of voor gietkernen, op basis van natuurlijke harshoudende producten – – nafteenzuren en niet in water oplosbare zouten daarvan; esters van nafteenzuren – – sorbitol, andere dan die bedoeld bij post 2905 Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 20% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
 – – petroleumsulfonaten, met uitzondering van petroleumsulfonaten van alkalimetalen, ammonium of ethanolaminen; thiofeenhoudende sulfonzuren van oliën uit bitumineuze mineralen, alsmede zouten daarvan – – ionenwisselaars – – gasbinders (getters) voor elektrische lampen en vacuümbuizen  
 – – gealkaliseerde ijzeroxiden voor het zuiveren van gas – – ammoniakwaters en gaszuiveringsmassa, verkregen bij het zuiveren van lichtgas – – sulfonafteenzuren en niet in water oplosbare zouten daarvan; esters van sulfonafteenzuren – – foezelolie en dippelolie – – mengsels van zouten met verschillende anionen – – kopieerpastas op basis van gelatine, ook indien op een onderlaag van papier of textiel  
 – andereVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 3901 t/m 3915 Kunststof in primaire vor- men, resten en afval van kunst- stof, met uitzon- dering van de producten van de posten ex 3907 en 3912 waarvoor de re- gels hierna worden uiteengezet:  
 – toegevoegde homopolymerisatieproducten waarin een enkel monomeer voor meer dan 99 gewichtspercenten van het totale polymeergehalte aanwezig isVervaardiging waarbij: – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 20% van de prijsaf fabriek van het product1) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
 – andere Vervaardiging waarbij de waarde van de gebruikte mate- rialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 20% van de prijsaf fabriek van het product1)Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product

1) In het geval van producten samengesteld uit materialen die zijn ingedeeld onder zowel de posten 3901 tot en met 3906 enerzijds als de posten 3907 tot en met 3911 anderzijds, geldt deze beperking alleen voor de groep materialen met het hoogste gewichtspercentage in het product.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 3907 – copolymeren vervaardigd uit polycarbonaat en acrylonitril-butadieen-styreencopolymeer (ABS) Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Materialen van dezelfde post als het product mogen evenwel worden gebruikt tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product1) 
 – polyesterVervaardiging waarbij de waarde van de gebruikte materialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 20% van de prijs af fabriek van het product, en/of vervaardiging uit tetrabroom-(bisfenol A)-polycarbonaat 
3912 Cellulose en chemische derivaten daarvan, elders genoemd noch elders onder begrepen, in primaire vormen: Vervaardiging waarbij de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 20% van de prijs af fabriek van het product 

1) In het geval van producten samengesteld uit materialen die zijn ingedeeld onder zowel de posten 3901 tot en met 3906 enerzijds als de posten 3907 tot en met 3911 anderzijds, geldt deze beperking alleen voor de groep materialen met het hoogste gewichtspercentage in het product.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
3916 t/m 3921 Halffabrikaten en artikelen van kunststof, met uitzondering van de producten van de posten ex 3916, ex 3917, ex 3920 en ex 3921, waarvoor de regels hierna zijn uiteengezet:  
 – platte producten, verder bewerkt dan alleen aan de oppervlakte of in andere dan rechthoekige of vierkante vorm gesneden; andere producten, verder bewerkt dan alleen aan de oppervlakte Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
 – andere:  
 – – toegevoegde homopolymerisatieproducten waarin een enkel monomeer voor meer dan 99 gewichtspercenten van het totale polymeergehalte aanwezig is Vervaardiging waarbij: – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van alle gebruikte materialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 20% van de prijsaf fabriek van het product1) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
 – – andere Vervaardiging waarbij de waarde van de gebruikte materialen van hoofdstuk 39 niet hoger is dan 20% van de prijsaf fabriek van het product1) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product

1) In het geval van producten samengesteld uit materialen die zijn ingedeeld onder zowel de posten 3901 tot en met 3906 enerzijds als de posten 3907 tot en met 3911 anderzijds, geldt deze beperking alleen voor de groep materialen met het hoogste gewichtspercentage in het product.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 3916 en ex 3917 Profielen en buizenVervaardiging waarbij: – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 20% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
ex 3920– ionomeervellen of -foliën Vervaardiging uit een thermoplastisch partieel zout, een copolymeer van ethyleen en metacrylzuur, gedeeltelijk geneutraliseerd met metaalionen, voornamelijk zink en natrium Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
 – vellen van geregenereerd cellulose, van polyamide of van polyethyleen Vervaardiging waarbij de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 20% van de prijs af fabriek van het product 
ex 3921 Kunststoffolie, gemetalliseerdVervaardiging uit zeer transparante polyesterfolie met een dikte van minder dan 23 micron1) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
3922 t/m 3926 Artikelen van kunststofVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 40 Rubber en werken daarvan, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 4001 Gelamineerde platen van crêperubber voor zolen Lamineren van vellen natuurlijke crêperubber 
4005 Bereide rubber, niet gevulkaniseerd, in primaire vormen of in platen, vellen of strippenVervaardiging uit materialen, met uitzondering van natuurrubber, met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Als zeer transparant wordt beschouwd: folie waarvan het doorzichtigheidsverlies, gemeten met een nefolometer van Gardner volgens ASTM-D 1003-16 (troebelingsfactor), minder dan 2% bedraagt.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
4012 Gebruikte of van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden van rubber; massieve of halfmassieve banden, verwisselbare loopvlakken voor banden en velglinten, van rubber:  
 – van een nieuw loopvlak voorziene luchtbanden, massieve of halfmassieve banden van rubber Van een nieuw loopvlak voorzien van gebruikte banden 
 – andere Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 4011 en 4012 
ex 4017Werken van geharde rubber Vervaardiging uit geharde rubber 
ex Hoofdstuk 41 Huiden en vellen (andere dan pelterijen), alsmede leder, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 4102 Onthaarde huiden en vellen van schapenSchapenhuiden en -vellen ontdoen van hun wol 
4104 t/m 4107 Leder, alsmede voorgelooide onthaarde vellen en huiden, ander dan leder bedoeld bij post 4108 of 4109 Herlooien van voorgelooid leder of Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
4109 Lakleder, gelamineerd lakleder daaronder begrepen; gemetalliseerd leder Vervaardiging uit leder van de posten 4104 tot en met 4107, tot een waarde van 50% van de prijs af fabriek van het product  
Hoofdstuk 42Lederwaren; zadel- en tuigmakerswerk; reisartikelen, handtassen en dergelijke bergingsmiddelen; werken van darmen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 43 Pelterijen en bontwerk; namaakbont; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 4302 Pelterijen, gelooid of anderszins bereid, samengevoegd:  
 – banen, zakken, vierkanten, kruisen en dergelijke vormen Bleken of verven, naast snijden en samenvoegen van niet-samengevoegde, gelooide of anderszins bereide pelterijen 
 – andere Vervaardiging uit niet-samengevoegde, gelooide of anderszins bereide pelterijen 
4303 Kleding, kledingtoebehoren en andere artikelen, van bont Vervaardiging uit nietsamengevoegde, gelooide of anderszins bereide pelterijen bedoeld bij post 4302 
ex Hoofdstuk 44 Hout, houtskool en houtwaren, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 4403 Hout, enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd Vervaardiging uit hout, onbewerkt, ook indien ontschorst of ruw behakt of ontdaan van het spint 
ex 4407 Hout, overlangs gezaagd of afgestoken, dan wel gesneden of geschild, geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding, met een dikte van meer dan 6 mm Schaven, schuren of aaneenvoegen door middel van een vingerlasverbinding 
ex 4408Fineer en hout in platen voor de vervaardiging van triplex- en multiplexhout, met een dikte van niet meer dan 6 mm, waarin een verbinding is gemaakt, alsmede ander hout, overlangs gezaagd of gesneden of geschild, met een dikte van niet meer dan 6 mm, geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding Aanbrengen van een verbinding, schaven, schuren of aaneenvoegen door middel van een vingerlasverbinding 
ex 4409 Hout waarvan ten minste één zijde over de gehele lengte is geprofileerd, ook indien geschaafd, geschuurd of met vingerlasverbinding:  
 – geschuurd of met vingerlasverbinding Schuren of aaneenvoegen door middel van een vingerlasverbinding 
 – staaflijsthout In profiel frezen of vormen 
ex 4410 t/m ex 4413Staaflijst van hout, voor meubelen, voor lijsten, voor binnenhuisversiering, voor het wegwerken van elektrische leidingen (groeflatjes en afdekprofielen) en voor dergelijke doeleinden In profiel frezen of vormen 
ex 4415 Pakkisten, kratten, trommels en dergelijke verpakkingsmiddelen, van houtVervaardiging uit niet op maat gezaagde planken 
ex 4416 Vaten, kuipen, tobben en ander kuiperswerk, alsmede delen daarvan, van hout Vervaardiging uit duighout, ook indien gezaagd op beide hoofdvlakken, doch niet verder bewerkt 
ex 4418 – Schrijn- en timmerwerk voor bouwwerken, van hout: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Panelen met cellenstructuur en dakspanen (shingles en shakes) mogen evenwel worden gebruikt 
 – staaflijsthoutIn profiel frezen of vormen 
ex 4421 Hout geschikt gemaakt voor de vervaardiging van lucifers; houten schoenpinnen Vervaardiging uit hout van een willekeurige post, met uitzondering van houtdraad bedoeld bij post 4409 
ex Hoofdstuk 45 Kurk en kurkwaren, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
4503 Werken van natuurkurkVervaardiging uit natuurkurk bedoeld bij post 4501 
Hoofdstuk 46 Vlechtwerk en mandenmakerswerkVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
Hoofdstuk 47 Houtpulp en pulp van andere cellulosehoudende vezelstoffen; papier en karton voor het terugwinnen (resten en afval) Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 48 Papier en karton; cellulose-, papier- en kartonwaren, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 4811 Papier en karton, enkel gelijnd, gelinieerd of geruit Vervaardiging uit materialen voor het vervaardigen van papier bedoeld bij hoofdstuk 47 
4816Carbonpapier, zelfkopiërend papier en ander papier voor het maken van doorslagen en overdrukken (ander dan dat van post 4809), complete stencils en offsetplaten, van papier, ook indien verpakt in dozenVervaardiging uit materialen voor het vervaardigen van papier bedoeld bij hoofdstuk 47 
4817 Enveloppen, postbladen, briefkaarten (andere dan prentbriefkaarten) en correspondentiekaarten, van papier of van karton; assortimenten van papierwaren voor correspondentie in dozen, in omslagen en in dergelijke verpakkingen, van papier of van kartonVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product  
ex 4818 ClosetpapierVervaardiging uit materialen voor het vervaardigen van papier bedoeld bij hoofdstuk 47 
ex 4819 Dozen, zakken, hoezen en andere verpakkingsmiddelen van papier, van karton, van cellulosewatten of van vliezen van cellulosevezels Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product  
ex 4820 Blocnotes Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 4823 Ander papier en karton, alsmede andere cellulosewatten en vliezen van cellulosevezels, op maat gesneden Vervaardiging uit materialen voor het vervaardigen van papier bedoeld bij hoofdstuk 47 
ex Hoofdstuk 49Artikelen van de uitgeverij, van de pers of van een andere grafische industrie; geschreven of getypte teksten en plannen, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
4909 Prentbriefkaarten en andere gedrukte briefkaarten; gedrukte kaarten met persoonlijke wensen of mededelingen, ook indien geïllustreerd of met garneringen, al dan niet met enveloppe Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 4909 en 4911 
4910 Kalenders van alle soorten, gedrukt, kalenderblokken daaronder begrepen:  
 – zogeheten eeuwigdurende kalenders en kalenders met een verwisselbaar blok op voetstuk van andere stoffen dan papier of kartonVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
 – andereVervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van de posten 4909 en 4911 
ex Hoofdstuk 50 Zijde, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 5003 Afval van zijde (cocons ongeschikt om te worden afgehaspeld, afval van garen en rafelingen daaronder begrepen), gekaard of gekamd Kaarden of kammen van afval van zijde 
5004 t/m ex 5006 Garens van zijde en garens van afval van zijde Vervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – andere natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5007Weefsels van zijde of van afval van zijde:  

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraadVervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): 
  – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product  
ex Hoofdstuk 51Wol, fijn haar en grof haar; garens en weefsels van paardenhaar (crin), met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
5106 t/m 5110 Garens van wol, van fijn haar of grof haar, of van paardenhaar (crin) Vervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5111 t/m 5113 Weefsels van wol, van fijn haar of grof haar, of van paardenhaar (crin):  
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraad Vervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of 
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 52 Katoen, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
5204 t/m 5207 Garens van katoenVervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5208 t/m 5212 Weefsels van katoen:  
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraad Vervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of 
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 53 Andere plantaardige textielvezels; papiergarens en weefsels daarvan, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
5306 t/m 5308 Garens van andere plantaardige textielvezels; papiergarens Vervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5309 t/m 5311 Weefsels van andere plantaardige textielvezels; weefsels van papiergarens:  

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraadVervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): – kokosgaren, – garens van jute, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5401 t/m 5406 Garens en monofilamenten van synthetische of kunstmatige filamenten Vervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5407 en 5408 Weefsels van synthetische of kunstmatige filamentgarens:  
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraad Vervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of 
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5501 t/m 5507 Synthetische of kunstmatige stapelvezelsVervaardiging uit chemische materialen of textielmassa 
5508 t/m 5511 Garens en naaigarens van synthetische of kunstmatige stapelvezels Vervaardiging uit1): – ruwe zijde of afval van zijde, gekaard of gekamd of op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5512 t/m 5516 Weefsels van synthetische of kunstmatige stapelvezels:  
 – elastische weefsels voorzien van rubberdraad Vervaardiging uit eendraadsgaren1) 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – andere Vervaardiging uit1): – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – papier, of  

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 56 Watten, vilt en gebonden textielvlies; speciale garens; bindgaren, touw en kabel, alsmede werken daarvan; met uitzondering van: Vervaardiging uit1: – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
5602 Vilt, ook indien geïmpregneerd, bekleed, bedekt of met inlagen:  
 – naaldgetouwviltVervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – chemische materialen of textielmassa Echter: 
  – filamentgarens van polypropyleen, bedoeld bij post 5402, – stapelvezels van polypropyleen, bedoeld bij post 5503 of 5506, of – kabels van polypropyleenfilamenten, bedoeld bij post 5501, waarvan de titer van elk filament of elke vezel minder dan 9 decitex bedraagt, mogen worden gebruikt tot een waarde van 40% van de prijs af fabriek van het product 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4) een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.
 – andere Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – uit caseïnevezels vervaardigde kunstmatige stapelvezels of – chemische materialen of textielmassa 
 Draad en koord van rubber, omwoeld of omvlochten met textiel; textielgarens, alsmede strippen en artikelen van dergelijke vorm bedoeld bij post 5404 of 5405, geïmpregneerd, bekleed, bedekt of ommanteld met rubber of met kunststof:  
 – draad en koord van rubber, omwoeld of omvlochten met textiel Vervaardiging uit draad en koord, van rubber, niet omwoeld en niet omvlochten met textiel 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uiteen mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – andere Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
5605Metaalgarens, ook indien omwoeld, bestaande uit textielgarens of uit strippen en artikelen van dergelijke vorm bedoeld bij post 5404 of 5405, verbonden met metaaldraad, -strippen of -poeder, dan wel bedekt met metaal Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4) een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.
5606Omwoeld garen, alsmede strippen en artikelen van dergelijke vorm bedoeld bij post 5404 of 5405, omwoeld, andere dan die bedoeld bij post 5605 en andere dan omwoeld paardenhaar (crin); chenillegaren; kettingsteekgaren (zogeheten chainettegaren) Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, – chemische materialen of textielmassa, of – materialen voor het vervaardigen van papier 
Hoofdstuk 57Tapijten:  
 – van naaldgetouwviltVervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, of – chemische materialen of textielmassa Echter: 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uiteen mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – filamentgarens van polypropyleen, bedoeld bij post 5402, – stapelvezels van polypropyleen, bedoeld bij post 5503 of 5506, of of – kabels van polypropyleenfilamenten, bedoeld bij post 5501, waarvan de titer van elk filament of elke vezel minder dan 9 decitex bedraagt, mogen worden gebruikt tot een waarde van 40% van de prijs af fabriek van het product Juteweefsel mag als rug worden gebruikt. 
 – van ander viltVervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – andere Vervaardiging uit1): – kokos- of jutegaren, – synthetisch of kunstmatig filamentgaren, – natuurlijke vezels, of – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen. Juteweefsel mag als rug worden gebruikt. 
ex Hoofdstuk 58 Speciale weefsels; getufte textielstoffen; kant; tapisserieën; passementwerk; borduurwerk; met uitzondering van:  
 – elastische weefsels (met rubberdraad verbonden) Vervaardiging uit eendraadsgaren1) 
 – andereVervaardiging uit1): 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa, of 
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5805 Tapisserieën, met de hand geweven (zoals gobelins, Vlaamse tapisserieën, beauvais en dergelijke) of met de naald vervaardigd (bij voorbeeld halve kruissteek, kruissteek), ook indien geconfectioneerd Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
5810 Borduurwerk, aan het stuk, in banden of in de vorm van motieven Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
5901 Weefsels bedekt met lijm of met zetmeelachtige stoffen, van de soort gebruikt voor het boekbinden, voor het kartonneren, voor foedraalwerk of voor dergelijk gebruik; calqueerlinnen en tekenlinnen; schilderdoek; stijflinnen (buckram) en dergelijke weefsels voor steunvormen van hoeden Vervaardiging uit garen 
5902 Bandenkoordweefsel (tyre cord fabric) van garens met een hoge sterktegraad, van nylon of van andere polyamiden, van polyesters of van viscoserayon:  
 – met niet meer dan 90 gewichtspercenten textielstoffen Vervaardiging uit garen 
 – andere Vervaardiging uit chemische materialen of textielmassa 
5903 Weefsels, geïmpregneerd, bekleed of bedekt met, dan wel met inlagen van kunststof, andere dan die bedoeld bij post 5902Vervaardiging uit garen of Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalan- deren, krimpvrij maken, perma- nent finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5904 Linoleum, ook indien in bepaalde vorm gesneden; vloerbedekking, bestaande uit een deklaag of een bekleding op een drager van textiel, ook indien in bepaalde vorm gesnedenVervaardiging uit garen1) 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
5905 Wandbekleding van textielstof:  
 – geïmpregneerd, bekleed of bedekt met, dan wel met inlagen van rubber, kunststoffen of andere materialen Vervaardiging uit garen 
 – andereVervaardiging uit1): 
  – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa, of 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanente finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5906 Gegummeerde weefsels, andere dan die bedoeld bij post 5902:  
 – Brei- en haakwerk aan het stuk Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 
 – andere weefsels, vervaardigd van synthetische filamentgarens, bevattende meer dan 90 gewichtspercenten textielstoffen Vervaardiging uit chemische materialen 
 – andere Vervaardiging uit garen 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
5907 Weefsels, anderszins geïmpregneerd, bekleed of bedekt; beschilderd doek voor theatercoulissen, voor achtergronden van studios of voor dergelijk gebruik Vervaardiging uit garen of Bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanent finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte niet-bedrukte weefsels niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
5908 Kousen, pitten en wieken, voor lampen, voor komforen, voor aanstekers, voor kaarsen en dergelijke, geweven, gevlochten of gebreid; gloeikousjes en rondgebreide buisjes voor het vervaardigen van gloeikousjes, ook indien geïmpregneerd:  
 – gloeikousjes, geïmpregneerd Vervaardiging uit rond gebreide buisjes 
 – andere Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
5909 t/m 5911Artikelen voor technisch gebruik, van textielstoffen:  
 – polijstschijven, andere dan die van vilt bedoeld bij post 5911 Vervaardiging uit garen, uit afval van weefsels of uit lompen en vodden van post 6310 
 – al dan niet vervilte weefsels van de soort gebruikt voor papiermachines of voor ander technisch gebruik, ook indien geïmpregneerd of bedekt, buisvormig of eindloos, met enkelvoudige of meervoudige ketting of inslag, of plat geweven, met meervoudige ketting of inslag, bedoeld bij post 5911 Vervaardiging uit1): – kokosgaren, – de volgende materialen: – – polytetrafluorethyleengaren2) – – polyamidegaren, getwijnd en bedekt, geïmpregneerd of met fenolhars bedekt, – – aromatische polyamidegaren verkregen door polycondensatie van m-fenyleendiamine en isoftaalzuur, 
  – – monofilament van polytetrafluorethyleen2), – – – garen van synthetische textielvezels van poly-p-fenyleentereftalamide, – – garens van glasvezel, met fenoplasthars bedekt en met acrylvezels omwoeld2), 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

2) Dit product kan slechts worden gebruikt bij de vervaardiging van weefsels van de soort gebruikt voor papiermachines.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  – – monofilament van copolyester van een polyester, een tereftaalzuurhars, van 1,4-cyclohexaandiëthanol en isoftaalzuur, – – natuurlijke vezels, – – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – – chemische materialen of textielmassa 
 – andereVervaardiging uit1): – kokosgaren, – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
Hoofdstuk 60 Brei- en haakwerk aan het stukVervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 
Hoofdstuk 61Kleding en kledingtoebehoren, van brei- of haakwerk:  
 – verkregen door het aaneennaaien of op andere wijze samenvoegen van twee of meer stukken breiof haakwerk die in vorm zijn gesneden of rechtstreeks in vorm zijn gebrachtVervaardiging uit garen1, 2) 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

2) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – andere Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 
ex Hoofdstuk 62 Kleding en kledingtoebehoren, andere dan van brei- of haakwerk, met uitzondering van: Vervaardiging uit garen1, 2) 
ex 6202, ex 6204, ex 6206, ex 6209 en ex 6211 Dames-, meisjes- en babykleding, alsmede ander geconfectioneerd kledingtoebehoren voor babys, geborduurd Vervaardiging uit garen2) of Vervaardiging uit niet-geborduurd weefsel met een waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product2) 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

2) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex 6210 en ex 6216 Vuurbestendige uitrustingen van weefsel bedekt met een folie van met aluminium verbonden polyesterVervaardiging uit garen1) of Vervaardiging uit weefsel zonder deklaag met een waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product1) 
6213 en 6214 Zakdoeken, sjaals, sjerpen, hoofddoeken en halsdoeken, mantilles, sluiers, voiles en dergelijke artikelen:  
 – geborduurd Vervaardiging uit ongebleekt eendraads- garen1, 2) of Vervaardiging uit niet-geborduurd weefsel met een waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product1) 
 – andere Vervaardiging uit ongebleekt eendraads- garen1, 2) of 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

2) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
  Vervaardiging gevolgd door bedrukken tezamen met ten minste twee voorbereidings- of afwerkingsbehandelingen (zoals wassen, bleken, merceriseren, thermofixeren, ruwen, kalanderen, krimpvrij maken, permanent finish, decatiseren, impregneren, herstellen en noppen), mits de waarde van de gebruikte, niet-bedrukte weefsels van de posten 6213 en 6214 niet hoger is dan 47,5% van de prijs af fabriek van het product 
6217 Ander geconfectioneerde kledingtoebehoren; delen (andere dan die bedoeld bij post 6212) van kleding of van kledingtoebehoren:  
 – geborduurd Vervaardiging uit garen1) of Vervaardiging uit niet-gebor- duurd weefsel met een waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product1) 
 – Vuurbestendige uitrustingen van weefsel bedekt met een folie van met aluminium verbonden polyester Vervaardiging uit garen1) of Vervaardiging uit weefsel zon- der deklaag met een waarde van niet meer dan 40%van de prijs af fabriek van het product1) 
 – tussenvoeringen voor kragen en omslagen, uitgesneden Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging uit garen1) 

1) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
ex Hoofdstuk 63 Andere geconfectioneerde artikelen van textiel; stellen of assortimenten; oude kleren en dergelijke; lompen en vodden; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
6301 t/m 6304 Dekens, beddenlinnen en dergelijke; gordijnen en dergelijke; andere artikelen voor stoffering:  
 – van vilt of gebonden textielvlies Vervaardiging uit1): – natuurlijke vezels, of – chemische materialen of textielmassa 
 – andere:  

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
 – -geborduurd Vervaardiging uit ongebleekt eendraads- garen1, 2) of Vervaardiging uit niet-gebor- duurd weefsel (ander dan van brei- of haak- werk) met een waarde van ten hoogste 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – -andere Vervaardiging uit ongebleekt eendraadsgaren1, 2) 
6305 Zakken voor verpakkingsdoeleinden Vervaardiging uit3): – natuurlijke vezels, – synthetische of kunstmatige stapelvezels, niet gekaard, niet gekamd, noch op andere wijze bewerkt met het oog op het spinnen, of – chemische materialen of textielmassa 

1) Zie aantekening 6.

2) Zie aantekening 6 voor artikelen van brei- of haakwerk, niet elastisch of gegummeerd, verkregen door het aaneennaaien of op andere wijze samenvoegen van stukken brei- of haakwerk die in vorm zijn gesneden of rechtstreeks in vorm zijn gebracht.

3) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
6306 Dekkleden en zonneschermen voor winkelpuien en dergelijke; tenten; zeilen voor schepen, voor zeilplanken, voor zeilwagens en voor zeilsleden kampeerartikelen:  
 – van gebonden textielvliesVervaardiging uit1, 2): – natuurlijke vezels, of – chemische materialen of textielmassa 
 – andere Vervaardiging uit ongebleekt eendraads- garen1, 2) 
6307Andere geconfectioneerde artikelen, patronen voor kleding daaronder begrepen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 

1) Zie aantekening 5 voor de bijzondere voorwaarden voor producten die uit een mengsel van textielstoffen zijn vervaardigd.

2) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
6308 Stellen of assortimenten, bestaande uit weefsel en garen, ook indien met toebehoren, voor de vervaardiging van tapijten, van tapisserieën, van geborduurde tafelkleden en servetten of van dergelijke artikelen van textiel, opgemaakt voor de verkoop in het klein Elk onderdeel van het stel of assortiment moet voldoen aan de regel die ervoor zou gelden indien het niet in het stel of assortiment was opgenomen. Niet van oorsprong zijnde artikelen mogen evenwel gebruikt worden tot een totale waarde van niet meer dan 15% van de prijs af fabriek van het stel of assortiment 
ex Hoofdstuk 64 Schoeisel, beenkappen en dergelijke artikelen, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van samenvoegingen van bovendelen met een binnenzool of met andere binnendelen bedoeld bij post 6406 
6406 Delen van schoeisel (daaronder begrepen bovendelen, al dan niet voorzien van zolen, andere dan buitenzolen); inlegzolen, hielkussens en dergelijke artikelen; slobkousen, beenkappen en dergelijke artikelen, alsmede delen daarvan Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 65 Hoofddeksels en delen daarvan, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
6503 Hoeden en andere hoofddeksels, van vilt, vervaardigd van hoedvormen (cloches) of van schijfvormige „plateaux" bedoeld bij post 6501, ook indien gegarneerdVervaardiging uit garen of textielvezels1) 

1) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
6505 Hoeden en andere hoofddeksels, van brei- of haakwerk of vervaardigd van kant, van vilt of van andere textielproducten (aan het stuk, maar niet in stroken), ook indien gegarneerd; haarnetjes, ongeacht van welke stof, ook indien gegarneerdVervaardiging uit garen of textielvezels1) 
ex Hoofdstuk 66Paraplus, parasols, wandelstokken, zitstokken, zwepen, rijzwepen en delen daarvan, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
6601 Paraplus en parasols (wandelstokparaplus, tuinparasols en dergelijke artikelen daaronder begrepen) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 

1) Zie aantekening 6.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
Hoofdstuk 67 Geprepareerde veren en geprepareerd dons en artikelen van veren of van dons; kunstbloemen; werken van mensenhaarVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 68 Werken van steen, van gips, van cement, van asbest, van mica en van dergelijke stoffen, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 6803 Werken van leisteen of van samengekit leigruis Vervaardiging uit bewerkte leisteen 
ex 6812 Werken van asbest; werken van mengsels samengesteld met asbest of met asbest en magnesiumcarbonaatVervaardiging uit materialen van een willekeurige post 
ex 6814 Bewerkt mica en werken van mica, geagglomereerd of gereconstitueerd mica daaronder begrepen, op een drager van papier, van karton of van andere stoffen Vervaardiging uit bewerkt mica (met inbegrip van geagglomereerd of gereconstitueerd mica) 
Hoofdstuk 69 Keramische productenVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 70 Glas en glaswerk, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 7003, ex 7004 en ex 7005 Glas met niet-reflecterende lagen Vervaardiging uit materialen van post 7001 
7006 Glas bedoeld bij post 7003, 7004 of 7005, gebogen, met schuin geslepen randen, gegraveerd, van gaten voorzien, geëmailleerd of op andere wijze bewerkt, doch niet omlijst noch met andere stoffen verbonden:  
 – platen van glas (substraten), bekleed met een diëlektrische dunne film, halfgeleidend volgens de normen van SEMII1) Vervaardiging uit niet-beklede platen van glas (substraten) van post 7006 
 – andereVervaardiging uit materialen van post 7001 
7007Veiligheidsglas, bestaande uit geharde glasplaten (hardglas) of uit opeengekitte glasplaten Vervaardiging uit materialen van post 7001 
7008 Meerwandig glas voor isoleringsdoeleinden Vervaardiging uit materialen van post 7001 
7009 Spiegels van glas, ook indien omlijst, achteruitkijkspiegels daaronder begrepen Vervaardiging uit materialen van post 7001 

1) SEMII Semiconductor Equipment and Materials Institute Incorporated.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
7010 Flessen, flacons, bokalen, potten, buisjes, ampullen en andere bergingsmiddelen, van glas, voor vervoer of voor verpakking; weckglazen; stoppen, deksels en andere sluitingen, van glasVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product of Slijpen van glaswerk, mits de waarde van het ongeslepen glaswerk niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7013 Glaswerk voor tafel-, keuken-, toilet- of kantoorgebruik, voor binnenhuisversiering of voor dergelijk gebruik, ander dan bedoeld bij post 7010 of 7018 Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product of Slijpen van glaswerk, mits de waarde van het ongeslepen glaswerk niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product of Versieren met de hand (met uitzondering van zijdezeefdruk) van met de hand geblazen glaswerk waarvan de waarde niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 7019 Werken (andere dan garen) van glasvezelsVervaardiging uit: – ongekleurde lonten, rovings en garens of – glaswol 
ex Hoofdstuk 71 Echte en gekweekte parels, edelstenen en halfedelstenen, edele metalen en metalen geplateerd met edele metalen, alsmede werken daarvan; fancybijouterieën; munten; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 7101 Echte of gekweekte parels, in stellen, tijdelijk aaneengeregen met het oog op het vervoer Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 7102, ex 7103 en ex 7104 Bewerkte natuurlijke, synthetische of gereconstrueerde edelstenen of halfedelstenen Vervaardiging uit onbewerkte edelstenen of halfedelstenen 
7106, 7108 en 7110 Edele metalen:  
 – onbewerkt Vervaardiging uit materialen die niet zijn ingedeeld onder post 7106, 7108 of 7110, of elektrolytische, thermische of chemische scheiding van de bij post 7106, 7108 of 7110 bedoelde edele metalen of legering van de bij post 7106, 7108 of 7110 bedoelde edele metalen onderling of met onedele metalen 
 – halfbewerkt of in poedervormVervaardiging uit onbewerkte edele metalen 
ex 7107, ex 7109 en ex 7111 Metalen geplateerd met edele metalen, halfbewerkt Vervaardiging uit metalen geplateerd met edele metalen, onbewerkt 
7116 Werken van echte of gekweekte parels, van natuurlijke, synthetische of gereconstrueerde edelstenen of halfedelstenen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7117 Fancybijouterieën Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product of 
  Vervaardiging uit delen van onedel metaal, niet geplateerd of bedekt met edele metalen, waarvan de totale waarde niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 72 Gietijzer, ijzer en staal, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
7207 Halffabrikaten van ijzer of van niet-gelegeerd staal Vervaardiging uit materialen van post 7201, 7202, 7203, 7204 of 7205 
7208 t/m 7216Gewalste platte producten, walsdraad, staven en profielen, van ijzer of van niet-gelegeerd staal Vervaardiging uit ingots of andere primaire vormen, bedoeld bij post 7206 
7217Draad van ijzer of van niet-gelegeerd staal Vervaardiging uit halffabrikaten bedoeld bij post 7207 
ex 7218 en 7219 t/m 7222 Halffabrikaten, gewalste platte producten, walsdraad, staven en profielen, van roestvrij staalVervaardiging uit ingots of andere primaire vormen, bedoeld bij post 7218 
7223 Draad van roestvrij staalVervaardiging uit halffabrikaten bedoeld bij post 7218 
ex 7224 en 7225 t/m 7228 Halffabrikaten, gewalste platte producten, walsdraad, staven en profielen, van ander gelegeerd staal; profielen van ander gelegeerd staal; holle staven voor boringen, van gelegeerd of niet-gelegeerd staal Vervaardiging uit ingots of andere primaire vormen, bedoeld bij post 7206, 7218 of 7224 
7229 Draad van ander gelegeerd staalVervaardiging uit halffabrikaten bedoeld bij post 7224 
ex Hoofdstuk 73 Werken van gietijzer, van ijzer en van staal, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 7301Damwandprofielen van ijzer of van staal Vervaardiging uit materialen van post 7206 
7302 Bestanddelen van spoorbanen, van gietijzer, van ijzer of van staal: spoorstaven (rails), contrarails en heugels voor tandradbanen, wisseltongen, puntstukken, wisselstangen en andere bestanddelen van kruisingen en wissels, dwarsliggers, lasplaten, spoorstoelen, wiggen, onderlegplaten, klemplaten, dwarsplaten en dwarsstangen en andere bestanddelen, voor het leggen, het verbinden of het bevestigen van rails Vervaardiging uit materialen van post 7206 
7304, 7305 en 7306 Buizen, pijpen en holle profielen, van ijzer (ander dan gietijzer) of van staalVervaardiging uit materialen van post 7206, 7207, 7218 of 7224 
ex 7307 Hulpstukken (fittings) voor buisleidingen, van roestvrij staal (ISO nr. X5CrNiMo 1712), bestaande uit verschillende delen Draaien, boren, ruimen, draadsnijden, afbramen en zandstralen van gesmede onbewerkte stukken met een totale waarde van niet meer dan 35% van de prijs af fabriek van het product 
7308 Constructiewerken en delen van constructiewerken (bij voorbeeld bruggen, brugdelen, sluisdeuren, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapconstructies, deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustrades), van gietijzer, van ijzer of van staal, andere dan de geprefabriceerde bouwwerken bedoeld bij post 9406; platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, van gietijzer, van ijzer of van staal, gereedgemaakt voor gebruik in constructiewerken Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Gelaste profielen bedoeld bij post 7301 mogen evenwel niet worden gebruikt 
ex 7315 Sneeuwkettingen Vervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van post 7315 niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 74 Koper en werken van koper, met uitzondering van:Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7401 Kopersteen of ruwsteen; cementkoper (neergeslagen koper) Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
7402Niet-geraffineerd koper; anoden van koper voor het elektrolytisch raffineren Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
7403 Geraffineerd koper en koperlegeringen, ruw:  
 – geraffineerd koper Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
 – koperlegeringen Vervaardiging uit geraffineerd koper, ruw, of resten en afval van koper 
7404 Resten en afval, van koper Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
7405 Toeslaglegeringen van koperVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 75 Nikkel en werken van nikkel; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7501 t/m 7503 Nikkelmatte, nikkeloxidesinters en andere tussenproducten van de nikkelmetallurgie; ruw nikkel; resten en afval, van nikkel Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 76 Aluminium en werken van aluminium, met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7601 Ruw aluminium Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; en – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product of Vervaardiging door thermische of elektrolytische behandeling van niet-gelegeerd aluminium of van resten en afval van aluminium 
7602Resten en afval, van aluminium Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 7616 Werken van aluminium, andere dan metaaldoek (metaaldoek zonder eind daaronder begrepen), metaalgaas en traliewerk, van aluminiumdraad, uit plaatgaas, verkregen door het uitrekken van plaat- of bandaluminium Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product. Metaaldoek (metaaldoek zonder eind daaronder begrepen), metaalgaas en traliewerk, van aluminiumdraad, uit plaatgaas, verkregen door het uitrekken van plaat- of bandaluminium mogen echter worden gebruikt, – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 77Gereserveerd voor een eventueel toekomstig gebruik in het geharmoniseerd systeem  
ex Hoofdstuk 78 Lood en werken van lood; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7801 Ruw lood:  
 – geraffineerd lood Vervaardiging uit werklood 
 – andere Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Resten en afval bedoeld bij post 7802 mogen evenwel niet worden gebruikt 
7802Resten en afval, van lood Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 79 Zink en werken van zink, met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
7901 Ruw zinkVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Resten en afval bedoeld bij post 7902 mogen evenwel niet worden gebruikt 
7902 Resten en afval, van zinkVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 80 Tin en werken van tin; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product  
8001 Ruw tin Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Resten en afval bedoeld bij post 8002 mogen evenwel niet worden gebruikt 
8002 en 8007Resten en afval, van tin; andere werken van tin Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
Hoofdstuk 81 Andere onedele metalen; cermets; werken van deze stoffen:  
 – andere onedele metalen, bewerkt; werken van deze stoffen Vervaardiging waarbij de totale waarde van de gebruikte materialen van dezelfde post als het product niet meer mag zijn dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex Hoofdstuk 82 Gereedschap; messenmakerswerk, lepels en vorken, van onedel metaal; delen van deze artikelen van onedel metaal; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
8206 Stellen, bestaande uit gereedschap van twee of meer van de posten 8202 tot en met 8205, opgemaakt voor de verkoop in het klein Vervaardiging uit materialen van een andere post dan de posten 8202 tot en met 8205. Gereedschap bedoeld bij de posten 8202 tot en met 8205 kan evenwel in het stel worden opgenomen, tot een waarde van ten hoogste 15% van de prijs af fabriek van het stel 
8207 Verwisselbaar gereedschap voor al dan niet mechanisch handgereedschap of voor gereedschapswerktuigen (bij voorbeeld voor het stampen, stansen, draadtappen, draadsnijden, boren, ruimen, kotteren, frezen, draaien, vastschroeven), daaronder begrepen trekstenen of trekmatrijzen en pers- of extrusiematrijzen voor het bewerken van metalen, alsmede grond- en gesteenteborenVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8208 Messen en snijbladen, voor machines en voor mechanische toestellen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex 8211 Messen (andere dan die bedoeld bij post 8208), ook indien getand, zaksnoeimessen daaronder begrepen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Lemmeten en handvatten van onedel metaal mogen evenwel worden gebruikt 
8214 Ander messenmakerswerk (bij voorbeeld tondeuses, hakmessen en dergelijke slagers- en keukenmessen, briefopeners); gereedschap (nagelvijltjes daaronder begrepen) voor manicure of voor pedicure, ook indien in stellen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Handvatten van onedel metaal mogen evenwel worden gebruikt 
8215 Lepels, vorken, pollepels, schuimspanen, taartscheppen, vismessen en botermesjes, suikertangen en dergelijke artikelen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Handvatten van onedel metaal mogen evenwel worden gebruikt 
ex Hoofdstuk 83Allerlei werken van onedele metalen; met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 8302 Andere garnituren, beslag en dergelijke artikelen, voor gebouwen, en automatische deursluitersVervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Andere materialen van post 8302 mogen evenwel worden gebruikt, tot een waarde van ten hoogste 20% van de prijs af fabriek van het product 
ex 8306 Beeldjes en andere versieringsvoorwerpen van onedel metaal Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Andere materialen van post 8306 mogen evenwel worden gebruikt, tot een waarde van ten hoogste 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 84 Kernreactoren, stoomketels, machines, toestellen en mechanische werktuigen, alsmede delen daarvan; met uitzondering van:Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 8401 Kernsplijtstofelementen Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product1)Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8402Stoomketels (stoomgeneratoren), andere dan ketels voor centrale verwarming die zowel heet water als lagedrukstoom kunnen produceren; ketels voor oververhit water Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
ex 8403 en ex 2005 Ketels voor centrale verwarming, andere dan die bedoeld bij post 8402 en hulptoestellen voor deze ketels voor centrale verwarmingVervaardiging uit materialen van een andere post dan post 8403 of 8404 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
8406 Stoomturbines en andere dampturbinesVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 

1) Deze regel is van toepassing tot en met 31.12.2005.

GS-postOmschrijvingOorsprongverlenende be- of verwerkingen
(1)(2)(3) of (4)
8407 Zuigermotoren met vonkontsteking, wankelmotoren daaronder begrepen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8408 Zuigermotoren met zelfontsteking (dieselen semidieselmotoren) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product  
8409 Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor motoren bedoeld bij post 8407 of 8408 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8411 Turbinestraalmotoren; schroefturbines en andere gasturbines Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8412 Andere motoren en andere krachtmachinesVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex 8413 Roterende verdringerpompen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
ex 8414 Ventilatoren voor industriële of dergelijke doeleinden Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8415 Machines en apparaten voor de regeling van het klimaat in besloten ruimten, bestaande uit een door een motor aangedreven ventilator en elementen voor het wijzigen van de temperatuur en de vochtigheid van de lucht, die waarmee de vochtigheid van de lucht niet afzonderlijk kan worden geregeld daaronder begrepenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8418 Koelkasten, vrieskasten en andere machines, apparaten en toestellen voor de koeltechniek, al dan niet elektrisch werkend; warmtepompen, andere dan klimaatregelings- toestellen bedoeld bij post 8415 Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
ex 8419 Machines voor de hout-, papierstof- en kartonindustrieën Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 25% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8420 Kalanders en walsmachines, andere dan voor metalen of voor glas, alsmede cilinders daarvoor Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 25% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8423 Weegtoestellen en weeginrichtingen, tel- en controletoestellen waarvan de werking op weging berust daaronder begrepen, doch met uitzondering van precisiebalansen met een gevoeligheid van 5 cg of beter; gewichten voor weegtoestellen van alle soorten Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8425 t/m 8428 Hef-, hijs-, laad- en losmachines en -toestellen, alsmede toestellen voor het hanteren van goederenVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8431 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8429 Bulldozers, angledozers, egaliseermachines, schrapers, mechanische schoppen, excavateurs (emmergravers), laadschoppen, wegwalsen, schapenpootwalsen en andere bodemverdichtingsmachines, met eigen beweegkracht:  
 – wegwalsen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8431 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8430 Andere machines en toestellen voor het afgraven, egaliseren, schrapen, delven, aanstampen of boren van of in grond, mineralen of ertsen; heimachines en machines voor het uittrekken van heipalen; sneeuwruimers Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8431 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 8431 Delen van wegwalsenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8439 Machines en toestellen voor het vervaardigen van pulp van cellulosehoudende vezelstoffen of voor het vervaardigen of afwerken van papier of van karton Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 25% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8441Andere machines en toestellen voor de bewerking van papierstof, van papier of van karton, snijmachines van alle soorten daaronder begrepenVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van dezelfde post als het product niet hoger is dan 25% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8444 t/m 8447 Machines van deze posten, bestemd om te worden gebruikt in de textielindustrie Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex 8448 Hulpmachines en hulptoestellen voor de machines bedoeld bij de posten 8444 en 8445Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8452Naaimachines, andere dan de naaimachines voor het boekbindersbedrijf bedoeld bij post 8440; meubelen, onderstellen en kappen, speciaal ontworpen voor naaimachines; naalden voor naaimachines:   
 – naaimachines die uitsluitend stiksteken kunnen vormen, waarvan de kop zonder de motor niet meer dan 16 kg of met de motor niet meer dan 17 kg weegt Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van alle niet van oorsprong zijnde materialen die bij het monteren van de kop (zonder motor) zijn gebruikt, niet hoger is dan de waarde van de gebruikte materialen van oorsprong, en – waarbij het draadspannings-, haak- en zigzagmechanisme reeds van oorsprong zijn 
 – andere Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8456 t/m 8466 Gereedschapswerktuigen en machines en hun delen en toebehoren, bedoeld bij de posten 8456 tot en met 8466Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8469 t/m 8472 Kantoormachines en -toestellen (bijvoorbeeld schrijfmachines, rekenmachines, automatische gegevensverwerkende machines, duplicators, hechtmachines) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8480 Vormkasten voor gieterijen; modelplaten voor gietvormen; modellen voor gietvormen; gietvormen en andere vormen voor metalen (andere dan gietvormen voor ingots), voor metaalcarbiden, voor glas, voor minerale stoffen, voor rubber of voor kunststof Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
8482 Kogellagers, rollagers, naaldlagers en dergelijke lagers Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8484 Metalloplastische pakking; stellen of assortimenten van pakkingringen en andere pakkingstukken, van verschillende samenstelling, in zakjes, in enveloppen of in dergelijke bergingsmiddelen; mechanische afdichtingen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8485 Delen van machines of van toestellen, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk en niet voorzien van elektrische verbindingsstukken, van elektrisch geïsoleerde delen, van spoelen, van contacten of van andere elektrotechnische delen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 85 Elektrische machines, apparaten, uitrustingsstukken, alsmede delen daarvan; toestellen voor het opnemen of het weergeven van geluid, toestellen voor het opnemen of het weergeven van beelden en geluid voor televisie, alsmede delen en toebehoren van deze toestellen; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8501 Elektromotoren en elektrische generatoren, andere dan generatoraggregaten Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8503 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8502 Elektrische generatoraggregaten en roterende omvormers Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de gebruikte materialen van post 8501 en 8503 tezamen niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 8504 Voedingseenheden voor automatische gegevensverwerkende machines Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex 8518 Microfoons en statieven daarvoor; luidsprekers, ook indien gemonteerd in een klankkast; elektrische audiofrequentieversterkers; elektrische geluidsversterkersVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8519 Platenspelers, elektrogrammofoons, cassettespelers en andere toestellen voor het weergeven van geluid, niet uitgerust voor het opnemen van geluidVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8520 Toestellen voor het opnemen van geluid op magneetbanden en andere toestellen voor het opnemen van geluid, ook indien uitgerust voor het weergeven van geluid Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8521 Video-opname- en videoweergaveapparaten, ook indien met ingebouwde videotuner Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8522 Delen en toebehoren waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk zijn bestemd voor de toestellen en apparaten bedoeld bij de posten 8519 tot en met 8521 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8523 Dragers, geprepareerd voor het opnemen van geluid of voor dergelijke doeleinden, doch waarop niet is opgenomen, andere dan de goederen bedoeld bij hoofdstuk 37 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8524 Grammofoonplaten, banden en andere dragers voor het opnemen van geluid of voor dergelijke doeleinden, waarop is opgenomen, galvanische vormen en matrijzen voor het maken van platen daaronder begrepen, andere dan de goederen bedoeld bij hoofdstuk 37:  
 – galvanische vormen en matrijzen voor het maken van platen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8523 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8525 Zendtoestellen voor radiotelefonie, radiotelegrafie, radio-omroep of televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid; televisiecameras; videocameras voor stilstaand beeld (zogeheten still image videocameras) en andere videocameraopnametoestellenVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8526 Radartoestellen, toestellen voor radionavigatie en toestellen voor radioafstandsbediening Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8527 Ontvangtoestellen voor radiotelefonie, radiotelegrafie of radio-omroep, ook indien in dezelfde kast gecombineerd met een toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of met een uurwerk Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8528 Ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor radio-omroep of een toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of van beelden; videomonitors en videoprojectietoestellen Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8529Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor de toestellen bedoeld bij de posten 8525 tot en met 8528:  
 – uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd voor video-opname- en videoweergaveapparatenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8535 en 8536 Toestellen voor het inschakelen, uitschakelen, omschakelen, aansluiten of verdelen van of voor het beveiligen tegen elektrische stroom Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8538 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8537 Borden, panelen, kasten en dergelijke, voorzien van twee of meer toestellen bedoeld bij post 8535 of 8536, voor elektrische bediening of voor het verdelen van elektrische stroom, ook indien voorzien van instrumenten of toestellen bedoeld bij hoofdstuk 90, alsmede toestellen voor numerieke besturing, andere dan de schakelapparaten bedoeld bij post 8517 Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 8538 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 8541 Dioden, transistors en dergelijke halfgeleiderelementen, met uitzondering van nog niet tot chips gesneden wafers Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8542 Elektronische geïntegreerde schakelingen en microassemblages Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de gebruikte materialen van post 8541 en 8542 tezamen niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
8544 Draad, kabels (coaxiale kabels daaronder begrepen) en andere geleiders van elektriciteit, geïsoleerd (ook indien gevernist of gelakt zogeheten emaildraad of anodisch geoxideerd), ook indien voorzien van verbindingsstukken; optischevezelkabel bestaande uit individueel omhulde vezels, ook indien elektrische geleiders bevattend of voorzien van verbindingsstukkenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8545Koolelektroden, koolborstels, koolspitsen voor lampen, koolstaven voor elementen of batterijen en andere artikelen van grafiet of andere koolstof, ook indien verbonden met metaal, voor elektrisch gebruikVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8546 Isolatoren voor elektriciteit, ongeacht de stof waarvan zij zijn vervaardigd Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8547 Isolerende werkstukken, geheel van isolerend materiaal dan wel voorzien van daarin bij het gieten, persen enzovoort aangebrachte eenvoudige metalen verbindingsstukken (bij voorbeeld nippels met schroefdraad), voor elektrische machines, toestellen of installaties, andere dan de isolatoren bedoeld bij post 8546; isolatiebuizen en verbindingsstukken daarvoor, van onedel metaal, inwendig geïsoleerd Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8548 Resten en afval van elektrische elementen, van elektrische batterijen en van elektrische accumulatoren; gebruikte elektrische elementen, gebruikte elektrische batterijen en gebruikte elektrische accumulatoren; elektrische delen van machines, van apparaten of van toestellen, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 86 Rollend en ander materieel voor spoor- en tramwegen, alsmede delen daarvan; mechanische (elektromechanische daaronder begrepen) signaal- en waarschuwingstoestellen voor het verkeer, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8608 Vast materieel voor spoor- en tramwegen; mechanische (elektromechanische daaronder begrepen) signaal-, veiligheids-, controle- en bedieningstoestellen voor spoor- en tramwegen, voor verkeers- en waterwegen, voor parkeerterreinen, voor havens en voor vliegvelden; delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 87Automobielen, tractors, rijwielen, motorrijwielen en andere voertuigen voor vervoer over land, alsmede delen en toebehoren daarvan, met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
8709 Transportwagens met eigen beweegkracht, niet voorzien van een hefsysteem, van de soort gebruikt in fabrieken, in opslagplaatsen, op haventerreinen of op vliegvelden, voor het vervoer van goederen over korte afstanden; trekkers van de soort gebruikt voor het trekken van perronwagentjes; delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8710Gevechtswagens en pantserautos, ook indien met bewapening; delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8711 Motorrijwielen en rijwielen met hulpmotor, ook indien met zijspan; zijspanwagens:  
 – met een motor met op- en neergaande zuigers, met een cilinderinhoud:  
 – – van niet meer dan 50 cm3Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 20% van de prijs af fabriek van het product
 – – van meer dan 50 cm3Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
 – andere Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 8712Tweewielige fietsen zonder kogellagers Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met uitzondering van post 8714Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8715Kinderwagens en delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
8716 Aanhangwagens en opleggers; andere voertuigen zonder eigen beweegkracht; delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 88Luchtvaartuigen, ruimtevaartuigen en delen daarvan; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 8804 Rotochutes Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 8804 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
8805 Lanceertoestellen voor luchtvaartuigen; deklandingstoestellen en dergelijke; toestellen voor vliegoefeningen op de grond; delen daarvan Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
Hoofdstuk 89 Scheepvaart Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Scheepsrompen bedoeld bij post 8906 mogen evenwel niet worden gebruikt Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex Hoofdstuk 90 Optische instrumenten, apparaten en toestellen; instrumenten, apparaten en toestellen, voor de fotografie en de cinematografie; meet-, verificatie-, controle- en precisie-instrumenten, apparaten en -toestellen; medische en chirurgische instrumenten, apparaten en toestellen; delen en toebehoren van deze instrumenten, apparaten en toestellen; met uitzondering van: Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9001 Optische vezels en optischevezelbundels; optischevezelkabels, andere dan die bedoeld bij post 8544; platen of bladen van polariserende stoffen; lenzen (contactlenzen daaronder begrepen), prisma's, spiegels en andere optische elementen, ongeacht de stof waarvan zij zijn vervaardigd, niet gemonteerd, andere dan die van niet-optisch bewerkt glas Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product  
9002 Lenzen, prismas, spiegels en andere optische elementen, ongeacht de stof waarvan zij zijn vervaardigd, gemonteerd, voor instrumenten, apparaten en toestellen, andere dan die van niet-optisch bewerkt glas Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9004 Brillen (voor de verbetering van de gezichtsscherpte, voor het beschermen van de ogen en andere) en dergelijke artikelen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex 9005 Binocles, verrekijkers, astronomische kijkers, optische telescopen, alsmede onderstellen daarvoor, met uitzondering van astronomische refractietelescopen en onderstellen daarvoor Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 9006 Fototoestellen; flitstoestellen en flitslampen en buizen, voor de fotografie, andere dan flitslampen met elektrische ontsteking Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9007 Filmcameras en filmprojectietoestellen, ook indien met ingebouwde geluidsopname- en weergavetoestellenVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9011 Optische microscopen, toestellen voor fotomicrografie, cinefotomicrografie en microprojectie daaronder begrepen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
ex 9014 Andere instrumenten, apparaten en toestellen voor de navigatie Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9015 Instrumenten, apparaten en toestellen voor de geodesie, voor de topografie, voor het landmeten, voor de fotogrammetrie, voor de hydrografie, voor de oceanografie, voor de hydrologie, voor de meteorologie of voor de geofysica, andere dan kompassen; afstandmeters Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9016 Precisiebalansen met een gewichtsgevoeligheid van 5 centigram of beter, ook indien met gewichtenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9017 Tekeninstrumenten, aftekeninstrumenten en rekeninstrumenten (bij voorbeeld tekenmachines, pantografen, gradenbogen, passerdozen, rekenlinialen, rekenschijven); handinstrumenten voor lengtemeting (bij voorbeeld maatstokken, micrometers, schuifmaten, kalibers), niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9018 Instrumenten, apparaten en toestellen voor de geneeskunde, voor de chirurgie, voor de tandheelkunde of voor de veeartsenijkunde, daaronder begrepen scintigrafische en andere elektromedische apparaten en toestellen, alsmede apparaten en toestellen voor onderzoek van het gezichtsvermogen:  
 – tandartsstoelen met ingebouwde tandheelkundige apparatuur, alsmede spuwbakken voor behandelkamers van tandartsen Vervaardiging uit materialen van een willekeurige post, met inbegrip van andere materialen van post 9018Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
 – andere Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
9019 Toestellen voor mechanische therapie; toestellen voor massage; toestellen voor psychotechniek; toestellen voor ozontherapie, voor oxygeentherapie, voor aërosoltherapie; toestellen voor kunstmatige ademhaling en andere therapeutische ademhalingstoestellen Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
9020 Andere ademhalingstoestellen en gasmaskers, andere dan beschermingsmaskers zonder mechanische delen of vervangbare filters Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 25% van de prijs af fabriek van het product
9024 Machines, apparaten en toestellen voor onderzoek van de hardheid, de trekvastheid, de samendrukbaarheid, de rekbaarheid of andere mechanische eigenschappen van materialen (bij voorbeeld metaal, hout, textiel, papier, kunststof) Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9025 Densimeters, areometers, vochtwegers en dergelijke drijvende instrumenten, thermometers, pyrometers, barometers, hygrometers en psychrometers, ook indien zelfregistrerend; combinaties van deze instrumenten Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9026 Instrumenten, apparaten en toestellen voor het meten of het verifiëren van de doorstroming, het peil, de druk of andere variabele karakteristieken van vloeistoffen of van gassen (bij voorbeeld doorstromingsmeters, peiltoestellen, manometers, warmteverbruiksmeters), andere dan instrumenten, apparaten en toestellen, bedoeld bij de posten 9014, 9015, 9028 en 9032Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product  
9027 Instrumenten, apparaten en toestellen voor natuurkundige of scheikundige analyse (bij voorbeeld polarimeters, refractometers, spectrometers, analysetoestellen voor gassen of voor rook); instrumenten, apparaten en toestellen voor het meten of het verifiëren van de viscositeit, de poreusheid, de uitzetting, de oppervlaktespanning en dergelijke; instrumenten, apparaten en toestellen voor het meten of het verifiëren van hoeveelheden warmte, geluid of licht (belichtingsmeters daaronder begrepen); microtomenVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9028Verbruiksmeters en productiemeters voor gassen, voor vloeistoffen of voor elektriciteit, standaardmeters daaronder begrepen  
 – delen en toebehoren Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andereVervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9029 Toerentellers, productietellers, taximeters, kilometertellers, schredentellers en dergelijke; snelheidsmeters en tachometers, andere dan die bedoeld bij de posten 9014 en 9015; stroboscopen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9030 Oscilloscopen, spectrumanalysetoestellen en andere instrumenten, apparaten en toestellen voor het meten of het verifiëren van elektrische grootheden; meet- en detectietoestellen en -instrumenten voor alfa-, bèta- en gammastraling, röntgenstraling, kosmische straling en andere ioniserende straling Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9031 Meet- of verificatie-instrumenten, -apparaten, -toestellen en -machines, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk; profielprojectietoestellen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9032 Automatische regelaars Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9033 Delen en toebehoren (niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk) van machines, apparaten, toestellen, instrumenten of artikelen bedoeld bij hoofdstuk 90 Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 91 Uurwerken; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
9105 Wekkers, pendules, klokken en dergelijke artikelen met ander uurwerk dan horloge-uurwerk Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprong Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9109 Uurwerken, compleet en gemonteerd, andere dan horloge-uurwerken Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij de waarde van de niet van oorsprong zijnde materialen niet hoger is dan de waarde van de materialen van oorsprongVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9110 Complete uurwerken, niet gemonteerd of gedeeltelijk gemonteerd (stellen onderdelen); niet-complete uurwerken, gemonteerd; onvolledige, onafgewerkte uurwerken („ébauches")Vervaardiging: – uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product; – waarbij, binnen de hierboven gestelde beperking, de waarde van de materialen van post 9114 niet hoger is dan 10% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9111 Kasten voor horloges, alsmede delen daarvanVervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9112 Kasten voor klokken, voor pendules, enzovoort, alsmede delen daarvan Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 40% van de prijs af fabriek van het product Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 30% van de prijs af fabriek van het product
9113 Horlogebanden en delen daarvan:  
 – van onedel metaal, ook indien verguld of verzilverd, of geplateerd of gedoubleerd met edel metaalVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
 – andere Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 92 Muziekinstrumenten; delen en toebehoren van muziekinstrumenten Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product 
Hoofdstuk 93 Wapens en munitie; delen en toebehoren daarvan Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 94 Meubelen (ook voor medisch of voor chirurgisch gebruik); artikelen voor bedden en dergelijke artikelen; verlichtingstoestellen, elders genoemd noch elders onder begrepen; lichtreclames, verlichte aanwijzingsborden en dergelijke artikelen; geprefabriceerde bouwwerken, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het productVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
ex 9401 en ex 9403 Meubelen van onedele metalen met delen van niet-opgevulde katoenstof met een gewicht van niet meer dan 300 gram per m2) Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product of Vervaardiging uit reeds in een gebruiksklare vorm geconfectioneerde katoenstof bedoeld bij post 9401 of 9403, mits: Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 40% van de prijs af fabriek van het product
  – de waarde ervan niet hoger is dan 25% van de prijs af fabriek van het product, en – alle andere gebruikte materialen reeds van oorsprong zijn en onder een andere post dan post 9401 of 9403 zijn ingedeeld 
9405 Verlichtingstoestellen (zoeklichten en schijnwerpers daaronder begrepen) en delen daarvan, elders genoemd noch elders onder begrepen; lichtreclames, verlichte aanwijzingsborden en dergelijke artikelen, voorzien van een vast aangebrachte lichtbron, alsmede elders genoemde noch elders onder begrepen delen daarvanVervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
9406Geprefabriceerde bouwwerken Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex Hoofdstuk 95 Speelgoed, spellen, artikelen voor ontspanning en sportartikelen; delen en toebehoren daarvan; met uitzondering van: Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
9503 Ander speelgoed; modellen op schaal en dergelijke modellen voor ontspanning, ook indien bewegend; puzzels van alle soorten Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 9506 Golfstokken en ander materieel voor het golfspel Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Ruw gevormde blokken voor het maken van golfclubs mogen evenwel worden gebruikt 
ex Hoofdstuk 96 Diverse werken, met uitzondering van:Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 
ex 9601 en ex 9602 Werken van dierlijke, plantaardige of minerale stoffen, geschikt om te worden gesnedenVervaardiging uit bewerkte materialen van dezelfde post 
ex 9603 Bezems en borstels (met uitzondering van bezems, heiboenders en dergelijk borstelwerk bestaande uit samengebonden materialen, ook indien met steel, alsmede borstels vervaardigd van marter- of eekhoornhaar), met de hand bediende mechanische vegers zonder motor, penselen, kwasten en plumeaus, verfkussens en verfrollen, wissers van rubber of van andere soepele stoffen Vervaardiging uit materialen met een totale waarde van niet meer dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
9605 Reisassortimenten voor de lichaamsverzorging van personen, voor het schoonmaken van schoeisel of van kleding en reisnaaigarnituren Elk artikel in het assortiment moet voldoen aan de regel die van toepassing zou zijn indien het geen deel uitmaakte van het assortiment. Niet van oorsprong zijnde artikelen mogen evenwel in het assortiment worden opgenomen tot een totale waarde van ten hoogste 15% van de prijs af fabriek van het assortiment 
9606Knopen en drukknopen; knoopvormen en andere delen van knopen of van drukknopen; knopen in voorwerpsvorm Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
9608 Kogelpennen, vilt- en merkstiften, alsmede andere pennen met poreuze punt; vulpennen; doorschrijfpennen; vulpotloden; penhouders, potloodhouders en dergelijke artikelen; delen (puntbeschermers en klemmen daaronder begrepen) van deze artikelen, andere dan die bedoeld bij post 9609 Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product. Pennen en penpunten van dezelfde post mogen evenwel worden gebruikt. 
9612Inktlinten voor schrijfmachines en dergelijke inktlinten, geïnkt of op andere wijze geprepareerd voor het maken van afdrukken, ook indien op spoelen of in cassettes; stempelkussens, ook indien geïnkt, met of zonder doos Vervaardiging waarbij: – alle gebruikte materialen zijn ingedeeld onder een andere post dan het product; – de waarde van alle gebruikte materialen niet hoger is dan 50% van de prijs af fabriek van het product 
ex 9613 Aanstekers met piëzo-ontstekingsmechanismeVervaardiging waarbij de waarde van alle gebruikte materialen van post 9613 niet hoger is dan 30% van de prijs af fabriek van het product 
ex 9614 Tabakspijpen, pijpenkoppen daaronder begrepen Vervaardiging uit ébauchons 
Hoofdstuk 97 Kunstvoorwerpen, voorwerpen voor verzamelingen en antiquiteiten Vervaardiging uit materialen van een andere post dan het product 

Bijlage III

CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER EUR.1 EN AANVRAAG VAN EEN CERTIFICAAT INZAKE GOEDERENVERKEER EUR.1

1. De afmetingen van deze formulieren zijn 210 297 mm, waarbij in de lengte een afwijking van 5 mm minder of 8 mm meer is toegestaan. Het te gebruiken papier is wit, zodanig gelijmd dat het goed beschrijfbaar is en houtvrij, met een gewicht van ten minste 25 g/m2). Het is voorzien van een groene geguillocheerde onderdruk die vervalsingen met behulp van mechanische of chemische middelen zichtbaar maakt.

2. De bevoegde autoriteiten van de partijen kunnen zich het recht voorbehouden de formulieren zelf te drukken, of ze door erkende drukkers laten drukken. In het laatste geval wordt op ieder formulier van deze erkenning melding gemaakt. Elk formulier wordt voorzien van de naam en het adres van de drukker of van een merkteken aan de hand waarvan deze geïdentificeerd kan worden. De certificaten worden tevens van een al dan niet gedrukt volgnummer voorzien.

trb-2002-23-1.gif

1) Voor niet verpakte goederen het aantal artikelen vermelden, respectievelijk „bulk".

2) Alleen in te vullen wanneer dat in het land of gebied van uitvoer wettelijk verplicht is.

trb-2002-23-2.gif

AANTEKENINGEN

1. In het certificaat mogen geen raderingen of overschrijvingen voorkomen. Eventuele wijzigingen dienen te worden aangebracht door doorhaling van de onjuiste vermelding en indien nodig door toevoeging van de juiste vermelding. Elke aldus aangebrachte wijziging dient te worden goedgekeurd door degene die het certificaat heeft opgesteld en te worden geviseerd door de douaneautoriteiten of de bevoegde instantie van het land of gebied van afgifte.

2. Tussen de in het certificaat vermelde artikelen mag geen tussenruimte gelaten worden. Deze artikelen dienen doorlopend genummerd te worden. Onmiddellijk onder het laatste artikel dient een horizontale lijn getrokken te worden. Onbeschreven gedeelten dienen te worden doorgehaald, zodat latere toevoegingen onmogelijk worden.

3. De goederen worden met hun gebruikelijke handelsbenaming aangeduid onder opgaaf van de bijzonderheden, nodig voor de vaststelling van hun identiteit.

trb-2002-23-3.gif

1) Voor niet verpakte goederen het aantal artikelen vermelden, respectievelijk „bulk".

VERKLARING VAN DE EXPORTEUR

Ondergetekende, exporteur van de op voorzijde omschreven goederen,

Verklaart dat deze goederen aan de voor het verkrijgen van het hierbij gevoegde certificaat gestelde voorwaarden voldoen.

Geeft de onderstaande toelichting inzake de omstandigheden waardoor deze goederen aan deze voorwaarden voldoen:

........................................................................................................................

........................................................................................................................

........................................................................................................................

Legt de volgende bewijsstukken over1:

Verplicht zich ertoe op verzoek van de bevoegde autoriteiten alle verdere bewijsstukken over te leggen die deze voor de afgifte van het certificaat nodig achten, en toe te staan dat deze autoriteiten in voorkomend geval zijn boekhouding aan een onderzoek onderwerpen en de omstandigheden nagaan waaronder bovenbedoelde goederen zijn vervaardigd;

Verzoekt voor deze goederen om afgifte van het hierbij gevoegde certificaat.

........................................................................................................................

(plaats en datum)

........................................................................................................................

(handtekening)

Bijlage IV

Factuurverklaring

Bij het opstellen van de factuurverklaring, waarvan de tekst hieronder is weergegeven, dient rekening te worden gehouden met de voetnoten. Deze voetnoten behoeven echter niet in de verklaring te worden overgenomen.

Nederlandse versie

De exporteur van de goederen waarop dit document van toepassing is (douanevergunning nr. ...1)), verklaart dat, behoudens uitdrukkelijke andersluidende vermelding, deze goederen van preferentiële ... oorsprong zijn2).

Spaanse versie

El exportador de los productos incluidos en el presente documento (autorización aduanera n° ...1)) declara que, salvo indicación en sentido contrario, estos productos gozan de un origen preferencial ...2).

Deense versie

Eksptøren af varer, der er omfattet af nærværende dokument, (toldmyndighedernes tilladelse nr. ...1)), erklærer, at varerne, medmindre andet tydeligt er angivet, har præferenceoprindelse i ...2).

Duitse versie

Der Ausführer (Ermächtigter Ausführer; Bewilligungs-Nr. ...1)) der Waren, auf die sich dieses Handelspapier bezieht, erklärt, dass diese Waren, soweit nicht anderes angegeben, präferenzbegünstigte ...2) Ursprungswaren sind.

Griekse versie

O ∊υαγωγ∊ας Tων ΠροιονTων Που KαλúΠTονTαι αΠο Tο Παρον ∊γγραο (Aδ∊ια T∊λων∊ιοu uΠ'αριθ. ...1) δηλων∊ι οτι,∊κτος ∊αν δηλων∊ται σασωςαλλως, τα Προιοντα αυτα∊ιναι Προτιμησιακηςκαταγωγης...2).

Engelse versie

The exporter of the products covered by this document (customs authorization No ...1)) declares that, except where otherwise clearly indicated, these products are of ...2) preferential origin.

Franse versie

L'exportateur des produits couverts par le présent document (autorisation douanière n° ...1)) déclare que, sauf indication claire du contraire, ces produits ont l'origine préférentielle ...2).

Italiaanse versie

L'esportatore delle merci contemplate nel presente documento (autorizzazione doganale n. ...1)) dichiara che, salvo indicazione contraria, le merci sono di origine preferenziale ...2).

Portugese versie

O abaixo assinado, exportador dos produtos cobertos pelo presente documento (autorização aduaneira n°. ...1)), declara que, salvo expressamente indicado em contrário, estes produtos são de origem preferencial...2).

Finse versie

Tässä asiakirjassa mainittujen tuotteiden viejä (tullin lupa n:o ...1)) ilmoittaa, että nämä tuotteet ovat, ellei toisin ole selvästi merkitty, etuuskohteluun oikeutettuja alkuperätuotteita ...2).

Zweedse versie

Exportören av de varor som omfattas av detta dokument (tullmyndighetens tillstånd nr. ...1)) försäkrar att dessa varor, om inte annat tydligt markerats, har förmånsberättigande ursprung ...2).

Kroatische versie

Izvoznik proizvoda obuhvacenih ovom ispravom (carinsko ovlastenje br. ...1)) izjavljuje da su, osim ako je to drukcije izricito navedeno, ovi proizvodi ...2) preferencijalnog podrijetla.

.........................................................3

(plaats en datum)

...............................................................................................................................4

(Handtekening van de exporteur, gevolgd door de naam van de ondertekenaar in blokletters)

1) Indien de factuurverklaring door een toegelaten exporteur wordt opgesteld, moet het nummer van de vergunning van die exporteur hier worden ingevuld. Indien de factuurverklaring niet door een toegelaten exporteur wordt opgesteld, wordt het gedeelte tussen haakjes weggelaten of wordt niets ingevuld.

2) Aanduiding van de oorsprong van de producten. Indien de factuurverklaring geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op producten van oorsprong uit Ceuta en Melilla, moet de exporteur dit door middel van de letters „CM" duidelijk aangeven op het document waarop de verklaring wordt opgesteld.

3) Deze vermeldingen kunnen achterwege blijven indien de gegevens op het document zelf zijn aangegeven.

4) Indien de exporteur niet behoeft te ondertekenen, behoeft ook diens naam niet te worden vermeld.


Protocol nr. 5

inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken

Artikel 1 Definities

Voor de toepassing van dit protocol wordt verstaan onder:

  • a. „douanewetgeving": de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die op het grondgebied van de partijen van toepassing zijn op de invoer, de uitvoer en de doorvoer van goederen en de plaatsing daarvan onder andere douaneregelingen of -procedures, met inbegrip van verbods-, beperkings- en controlemaatregelen;

  • b. „verzoekende autoriteit": een bevoegde administratieve autoriteit die hiertoe door een overeenkomstsluitende partij is aangewezen en die op grond van dit protocol een verzoek om bijstand indient;

  • c. „aangezochte autoriteit": een bevoegde administratieve autoriteit die hiertoe door een overeenkomstsluitende partij is aangewezen en die op grond van dit protocol een verzoek om bijstand ontvangt;

  • d. „persoonsgegevens": alle informatie betreffende een natuurlijke persoon wiens identiteit bekend is of kan worden vastgesteld;

  • e. „met de douanewetgeving strijdige handeling": elke overtreding of poging tot overtreding van de douanewetgeving.

Artikel 2 Toepassingsgebied

1. De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar bijstand, op de onder hun bevoegdheid vallende gebieden, en op de wijze en op de voorwaarden als bij dit protocol vastgesteld, om ervoor te zorgen dat de douanewetgeving correct wordt toegepast, in het bijzonder bij de preventie, de opsporing en het onderzoek van handelingen in strijd met deze wetgeving.

2. De bijstand in douanezaken waarin dit protocol voorziet, geldt voor elke administratieve autoriteit van de overeenkomstsluitende partijen die bevoegd is voor de toepassing van dit protocol. Deze bijstand doet geen afbreuk aan de regels betreffende de wederzijdse bijstand in strafzaken en geldt niet voor informatie die is verkregen krachtens bevoegdheden die op verzoek van de rechterlijke autoriteiten worden uitgeoefend, tenzij deze autoriteiten hiermee instemmen.

3. Bijstand bij de invordering van rechten, heffingen en boetes valt niet onder dit protocol.

Artikel 3 Bijstand op verzoek

1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake dienende informatie die deze nodig heeft om erop toe te zien dat de douanewetgeving correct wordt toegepast, met inbegrip van informatie betreffende voorgenomen of vastgestelde handelingen die met deze wetgeving in strijd zijn of zouden kunnen zijn.

2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede:

  • a. of goederen die uit het gebied van een overeenkomstsluitende partij zijn uitgevoerd op regelmatige wijze in de andere overeenkomstsluitende partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst.

  • b. of goederen die in het gebied van een overeenkomstsluitende partij zijn ingevoerd op regelmatige wijze uit de andere overeenkomstsluitende partij zijn uitgevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst.

3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit neemt de aangezochte autoriteit, overeenkomstig haar wet- en regelgeving, de nodige maatregelen met het oog op bijzonder toezicht op:

  • a. natuurlijke personen of rechtspersonen van wie redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving in strijd zijn;

  • b. plaatsen waar goederen op zodanige wijze worden opgeslagen dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bedoeld zijn om bij handelingen in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt;

  • c. goederen die op zodanige wijze worden of kunnen worden vervoerd dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bestemd zijn om in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt;

  • d. vervoermiddelen die op zodanige wijze worden of zouden kunnen worden gebruikt dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bestemd zijn om in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt.

Artikel 4 Ongevraagde bijstand

De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar ongevraagd bijstand overeenkomstig hun wetten, voorschriften en andere rechtsinstrumenten indien zij dit noodzakelijk achten voor de juiste toepassing van de douanewetgeving, in het bijzonder indien zij informatie hebben verkregen over:

– handelingen die met deze wetgeving in strijd zijn of lijken te zijn en die van belang kunnen zijn voor de andere overeenkomstsluitende partij;

– nieuwe middelen of methoden die bij overtredingen van de douanewetgeving worden gebruikt;

– goederen die het voorwerp vormen van handelingen in strijd met de douanewetgeving;

– natuurlijke personen of rechtspersonen van wie redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving in strijd zijn;

– middelen van vervoer waarvan redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij gebruikt zijn of kunnen worden om handelingen te verrichten die met de douanewetgeving in strijd zijn.

Artikel 5 Afgifte van documenten en kennisgeving van besluiten

Op aanvraag van de verzoekende autoriteit neemt de aangezochte autoriteit overeenkomstig haar wet- en regelgeving alle maatregelen die nodig zijn voor:

– de afgifte van documenten

– de kennisgeving van besluiten

die van de verzoekende autoriteit uitgaan en verband houden met de toepassing van dit protocol, aan een geadresseerde die op het grondgebied van de aangezochte autoriteit verblijft of gevestigd is.

Verzoeken om verstrekking van documenten of kennisgeving van besluiten worden schriftelijk aan de aangezochte autoriteit gericht in een officiële taal van die autoriteit of in een voor die autoriteit aanvaardbare taal.

Artikel 6 Vorm en inhoud van verzoeken om bijstand

1. Verzoeken op grond van dit protocol worden schriftelijk gedaan en gaan vergezeld van de bescheiden die voor de behandeling ervan noodzakelijk zijn. In spoedeisende gevallen kunnen mondelinge verzoeken worden aanvaard, mits zij onmiddellijk schriftelijk worden bevestigd.

2. Overeenkomstig lid 1 ingediende verzoeken moeten de volgende gegevens bevatten:

  • a. de naam van de verzoekende autoriteit;

  • b. de gevraagde maatregel;

  • c. het voorwerp en de reden van het verzoek;

  • d. de toepasselijke wet- en regelgeving en andere rechtselementen;

  • e. zo nauwkeurige en volledig mogelijke gegevens betreffende de natuurlijke personen of rechtspersonen op wie het onderzoek betrekking heeft;

  • f. een overzicht van de relevante feiten en van het onderzoek dat reeds is uitgevoerd.

3. De verzoeken worden ingediend in een officiële taal van de aangezochte autoriteit of in een voor deze autoriteit aanvaardbare taal. Deze eis is niet van toepassing op documenten die bij het in lid 1 bedoelde verzoek zijn gevoegd.

4. Indien een verzoek niet in de juiste vorm wordt gedaan, kan om correctie of aanvulling worden verzocht. Er kunnen echter reeds voorzorgsmaatregelen worden genomen.

Artikel 7 Behandeling van verzoeken

1. Om aan een verzoek om bijstand te voldoen, handelt de aangezochte autoriteit, binnen de grenzen van haar bevoegdheden en met de middelen waarover zij beschikt, alsof zij voor eigen rekening of in opdracht van een andere autoriteit van dezelfde overeenkomstsluitende partij handelt, door reeds beschikbare informatie te verstrekken en het nodige onderzoek te verrichten of te laten verrichten. Deze bepaling is tevens van toepassing op instanties aan welke de aangezochte autoriteit het verzoek doorzendt, indien deze autoriteit niet zelfstandig kan handelen.

2. Verzoeken om bijstand worden behandeld overeenkomstig de wetten, regels, bepalingen en andere rechtsinstrumenten van de aangezochte overeenkomstsluitende partij.

3. Daartoe gemachtigde ambtenaren van een overeenkomstsluitende partij kunnen met instemming van de andere overeenkomstsluitende partij en op de door deze gestelde voorwaarden, in de kantoren van de aangezochte autoriteit of van een andere betrokken instantie als bedoeld in lid 1, gegevens verzamelen over handelingen die met de douanewetgeving in strijd zijn of kunnen zijn en die de verzoekende autoriteit voor de toepassing van dit protocol nodig heeft.

4. Ambtenaren van een overeenkomstsluitende partij kunnen, met instemming van de andere overeenkomstsluitende partij en op de door deze gestelde voorwaarden, aanwezig zijn bij onderzoek dat op het grondgebied van laatstgenoemde wordt verricht.

Artikel 8 Vorm waarin de informatie dient te worden verstrekt

1. De aangezochte autoriteit deelt de uitslag van het ingestelde onderzoek aan de verzoekende autoriteit mede in de vorm van documenten, gewaarmerkte kopieën van documenten, rapporten en dergelijke.

2. Deze informatie kan met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking worden verstrekt.

3. De originelen van dossiers en documenten worden uitsluitend op verzoek toegezonden wanneer gewaarmerkte afschriften ontoereikend zijn. Deze originelen worden ten spoedigste geretourneerd.

Artikel 9 Gevallen waarin geen bijstand behoeft te worden verleend

1. Bijstand kan worden geweigerd of van voorwaarden of eisen afhankelijk worden gesteld wanneer een partij van oordeel is dat bijstand op grond van dit protocol:

  • a. de soevereiniteit van Kroatië of van de lidstaat die om bijstand is verzocht, zou kunnen aantasten; of

  • b. de openbare orde, de veiligheid of andere wezenlijke belangen in gevaar zou kunnen brengen, in het bijzonder in de in artikel 10, lid 2, bedoelde gevallen; of

  • c. tot schending van een industrieel geheim, een handelsgeheim of een beroepsgeheim zou leiden.

2. De aangezochte autoriteit kan de bijstand uitstellen indien deze een lopend onderzoek, een lopende strafvervolging of procedure zou verstoren. In dat geval pleegt de aangezochte autoriteit overleg met de verzoekende autoriteit om na te gaan of de bijstand kan worden verleend op door de aangezochte autoriteit te stellen voorwaarden.

3. Wanneer de verzoekende autoriteit om een vorm van bijstand verzoekt die zij desgevraagd zelf niet zou kunnen verlenen, vermeldt zij dit in haar verzoek. De aangezochte autoriteit is vrij te bepalen hoe zij op een dergelijk verzoek reageert.

4. Indien bijstand wordt geweigerd, dient het besluit daartoe en de redenen daarvoor terstond aan de verzoekende autoriteit te worden medegedeeld.

Artikel 10 Uitwisseling van informatie en geheimhouding

1. Alle informatie die ter uitvoering van dit protocol in welke vorm dan ook wordt verstrekt, heeft een vertrouwelijk karakter. Zij valt onder de geheimhoudingsplicht en geniet de bescherming van de wetgeving ter zake van de overeenkomstsluitende partij die ze heeft ontvangen en van de desbetreffende bepalingen die op de instellingen van de Gemeenschap van toepassing zijn.

2. Persoonsgegevens mogen uitsluitend worden doorgegeven indien de overeenkomstsluitende partij die deze ontvangt zich ertoe verbindt deze op een wijze te beschermen die ten minste gelijkwaardig is aan de wijze waarop de overeenkomstsluitende partij die deze gegevens verstrekt deze beschermt. Te dien einde stellen de overeenkomstsluitende partijen elkaar in kennis van hun terzake geldende voorschriften, met inbegrip van, in voorkomend geval, de rechtsvoorschriften van de lidstaten van de Gemeenschap.

3. Het gebruik van op grond van dit protocol verkregen informatie in gerechtelijke en administratieve procedures in verband met overtredingen van de douanewetgeving wordt geacht voor de doeleinden van dit protocol te geschieden. De overeenkomstsluitende partijen kunnen derhalve in hun bewijsvoeringen, verslagen en getuigenissen en bij procedures die bij rechtbanken aanhangig worden gemaakt, gebruik maken van krachtens dit protocol verkregen informatie en geraadpleegde documenten. De bevoegde autoriteit die de informatie heeft verstrekt of inzage heeft gegeven in deze documenten, wordt van dergelijk gebruik in kennis gesteld.

4. De verkregen informatie wordt uitsluitend voor de toepassing van dit protocol gebruikt. Indien een van de overeenkomstsluitende partijen dergelijke informatie voor andere doeleinden wenst te gebruiken, dient zij vooraf om de schriftelijke toestemming te verzoeken van de autoriteit die de informatie heeft verstrekt. Dergelijke informatie mag uitsluitend op de door deze autoriteit vastgestelde voorwaarden worden gebruikt.

Artikel 11 Deskundigen en getuigen

Een onder een aangezochte autoriteit ressorterende ambtenaar kan worden gemachtigd, binnen de perken van de hem verleende machtiging, als getuige of deskundige op te treden in gerechtelijke of administratieve procedures die betrekking hebben op aangelegenheden waarop dit protocol van toepassing is, en daarbij de voor deze procedures noodzakelijke voorwerpen, bescheiden of gewaarmerkte kopieën over te leggen. In de convocatie dient uitdrukkelijk te worden vermeld over welke aangelegenheid en in welke functie of hoedanigheid de betrokken ambtenaar zal worden ondervraagd.

Artikel 12 Kosten van de bijstand

De overeenkomstsluitende partijen brengen elkaar geen kosten in rekening voor uitgaven die ter uitvoering van dit protocol zijn gemaakt, met uitzondering, in voorkomend geval, van de uitgaven voor deskundigen, getuigen, tolken en vertalers die niet in overheidsdienst zijn.

Artikel 13 Tenuitvoerlegging

1. Met de tenuitvoerlegging van dit protocol zijn enerzijds de douaneautoriteiten van Kroatië en anderzijds de bevoegde diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en, in voorkomend geval, de douaneautoriteiten van de lidstaten belast. Zij stellen alle praktische maatregelen en regelingen voor de toepassing van dit protocol vast, daarbij de voorschriften op het gebied van de gegevensbescherming in aanmerking nemend. Zij kunnen de bevoegde autoriteiten aanbevelingen doen over wijzigingen die naar hun oordeel in dit protocol moeten worden aangebracht.

2. De overeenkomstsluitende partijen raadplegen elkaar en stellen elkaar in kennis van alle uitvoeringsbepalingen die op grond van dit protocol worden vastgesteld.

Artikel 14 Andere overeenkomsten

1. Rekening houdend met de respectieve bevoegdheden van de Europese Gemeenschap en van haar lidstaten, geldt voor de bepalingen van dit protocol het volgende:

– zij hebben geen gevolgen voor de verplichtingen van de overeenkomstsluitende partijen op grond van andere internationale overeenkomsten of verdragen;

– zij worden geacht een aanvulling te vormen op overeenkomsten betreffende wederzijdse bijstand die zijn gesloten of kunnen worden gesloten tussen afzonderlijke lidstaten en Kroatië;

– zij hebben geen gevolgen voor de communautaire bepalingen betreffende de uitwisseling tussen de bevoegde diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de douaneautoriteiten van de lidstaten van gegevens die op grond van dit protocol zijn verkregen en die van belang kunnen zijn voor de Gemeenschap.

2. Onverminderd het bepaalde in lid 1 hebben de bepalingen van dit protocol voorrang op de bepalingen van bilaterale overeenkomsten betreffende wederzijdse bijstand die tussen afzonderlijke lidstaten en Kroatië zijn of kunnen worden gesloten, indien de bepalingen van laatstgenoemde overeenkomsten met die van dit protocol strijdig zijn.

3. Ten aanzien van vraagstukken in verband met de toepassing van dit protocol plegen de overeenkomstsluitende partijen onderling overleg om deze op te lossen in het kader van het bij artikel 114 van de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst ingestelde Stabilisatie- en Associatiecomité.


Protocol nr. 6

inzake het vervoer over land

Artikel l Doel

Het doel van dit protocol is de samenwerking tussen de partijen inzake het vervoer over land, in het bijzonder het transitoverkeer, te bevorderen en in dat verband toe te zien op gecoördineerde ontwikkeling van het vervoer door en via de grondgebieden van de partijen, door middel van de volledige en coherente toepassing van alle bepalingen van dit protocol.

Artikel 2 Toepassingsgebied

1. De samenwerking heeft betrekking op het vervoer over land, met name het wegvervoer, het spoorvervoer en het gecombineerde vervoer, alsmede de desbetreffende infrastructuur.

2. In dit verband omvat het toepassingsgebied van dit protocol in het bijzonder:

– de vervoersinfrastructuur op het grondgebied van elk der beide partijen, voor zover dit noodzakelijk is om de doelstellingen van het protocol te verwezenlijken;

– de toegang, op basis van wederkerigheid, tot de markt voor het wegvervoer;

– wezenlijke juridische en administratieve ondersteunende maatregelen, waaronder maatregelen van commerciële, fiscale, sociale en technische aard;

– samenwerking bij het ontwikkelen van een vervoerssysteem dat aan milieueisen voldoet;

– regelmatige uitwisseling van informatie over de ontwikkeling van het vervoersbeleid van de partijen, met bijzondere aandacht voor de vervoersinfrastructuur.

3. Op het vervoer over de binnenwateren zijn de bijzondere bepalingen van de verklaring in bijlage II van toepassing.

Artikel 3 Definities

Voor de toepassing van dit protocol wordt verstaan onder:

  • a. „communautair transitoverkeer": de doorvoer van goederen over het grondgebied van Kroatië door een in de Gemeenschap gevestigde transporteur vanuit of naar een lidstaat van de Gemeenschap;

  • b. „Kroatisch transitoverkeer": de doorvoer van goederen over het grondgebied van de Gemeenschap door een in Kroatië gevestigde transporteur, van Kroatië naar een derde land of van een derde land naar Kroatië;

  • c. „gecombineerd vervoer": het goederenvervoer waarbij de vrachtwagen, de aanhangwagen, de oplegger met of zonder trekker, de wissellaadbak of de container van 20 voet en meer gebruik maken van de weg voor het eerste of het laatste gedeelte in het traject, en voor het andere gedeelte van het spoor of de binnenwateren, of van een zeetraject wanneer dat traject meer bedraagt dan 100 km hemelsbreed gemeten, en het begin- of het eindvervoer over de weg verrichten:

– hetzij tussen de laadplaats van de goederen en het dichtstbij gelegen geschikte station van inlading, voor wat het beginvervoer betreft, en tussen het dichtstbij gelegen geschikte station van uitlading en de losplaats van de goederen, voor wat het eindvervoer betreft;

– hetzij binnen een afstand van ten hoogste 150 km hemelsbreed gemeten, vanaf de rivier- of zeehaven van in- of van uitlading.

INFRASTRUCTUUR

Artikel 4 Algemeen

De partijen komen overeen maatregelen voor de ontwikkeling van de vervoersinfrastructuur te nemen en op elkaar af te stemmen, als een wezenlijk middel om de problemen op te lossen die zich voordoen in het goederenvervoer door Kroatië, met name op de pan-Europese corridors V, VII en X en het Adriatisch/Ionisch pan-Europees vervoersgebied met aansluiting op corridor VIII.

Artikel 5 Planning

De ontwikkeling van een multimodaal regionaal vervoersnetwerk op het grondgebied van Kroatië dat aan de behoeften van Kroatië en van Zuidoost-Europa voldoet en de belangrijkste weg- en spoorwegverbindingen, binnenwateren, binnenhavens, havens, luchthavens en andere relevante knooppunten van het netwerk omvat, is voor de Gemeenschap en voor Kroatië van bijzonder belang. Dit netwerk moet worden gekoppeld aan de regionale, trans-Europese of pan-Europese netwerken van de buurlanden, en verenigbaar zijn met het Trans-Europese vervoersnetwerk van de Gemeenschap. De projecten en prioriteiten in dit verband zullen worden beoordeeld aan de hand van de methoden van de beoordeling van de behoeften inzake de vervoersinfrastructuur (TINA), met inachtneming van de TINA-resultaten van de buurlanden. Deze beoordeling moet ertoe leiden dat de vervoersprioriteiten kunnen worden vastgesteld bij de toewijzing van de eigen middelen van Kroatië en eventuele financiering door de Gemeenschap van projecten in dit netwerk.

Artikel 6 Financiële aspecten

1. De Gemeenschap draagt, in het kader van artikel 107 van de overeenkomst, financieel bij tot de uitvoering van de noodzakelijke in artikel 5 bedoelde infrastructuurwerken. Zij zal deze bijdrage verstrekken in de vorm van kredieten van de Europese Investeringsbank, en op elke andere wijze waarop zij nog meer middelen kan vrijmaken.

2. Om de werkzaamheden te bespoedigen zal de Commissie in de mate van het mogelijke trachten het gebruik van andere aanvullende middelen te bevorderen, zoals investeringen door lidstaten van de Gemeenschap op bilaterale basis of met behulp van openbare of particuliere gelden.

VERVOER PER SPOOR EN GECOMBINEERD VERVOER

Artikel 7 Algemeen

De partijen nemen de nodige maatregelen voor de ontwikkeling en de bevordering van het vervoer per spoor en van het gecombineerde vervoer en stemmen deze op elkaar af, met het doel een groot deel van het bilaterale verkeer met en het transitoverkeer door Kroatië in de toekomst op milieuvriendelijker wijze te doen plaatsvinden.

Artikel 8 Bijzondere aspecten met betrekking tot de infrastructuur

In het kader van de modernisering van de Kroatische spoorwegen zal het nodige worden gedaan om deze aan het gecombineerde vervoer aan te passen, met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling of aanleg van terminals, de afmetingen van de tunnels en de capaciteit, waarvoor aanzienlijke investeringen vereist zijn.

Artikel 9 Begeleidende maatregelen

De partijen nemen alle nodige maatregelen ter bevordering van het gecombineerde vervoer.

Deze maatregelen hebben ten doel:

– gebruikers en expediteurs aan te moedigen van het gecombineerde vervoer gebruik te maken;

– het gecombineerde vervoer concurrerend te maken ten opzichte van het wegvervoer, met name door middel van financiële steun van de Gemeenschap of Kroatië in het kader van hun respectieve wetgevingen;

– het gebruik van het gecombineerde vervoer over lange afstanden te bevorderen en met name het gebruik van wissellaadbakken, containers en vervoer zonder begeleiding in het algemeen te bevorderen;

– de snelheid en betrouwbaarheid van het gecombineerde vervoer te verbeteren, in het bijzonder door:

– de frequentie van konvooien te verhogen en aan de behoeften van de expediteurs en gebruikers aan te passen;

– de wachttijden bij terminals te bekorten en de productiviteit ervan op te voeren;

– het gecombineerde vervoer toegankelijker te maken door belemmeringen op toegangswegen op gepaste wijze weg te nemen;

– de gewichten, maten en technische kenmerken van het gespecialiseerde materiaal indien nodig te harmoniseren, en met name te zorgen voor de nodige compatibiliteit van de afmetingen, en overleg te plegen bij de bestelling en het in bedrijf nemen van het als gevolg van de ontwikkeling van het verkeer vereiste materieel;

– en in het algemeen alle andere passende maatregelen te nemen.

Artikel 10 Rol van de spoorwegen

In het licht van de verdeling van de bevoegdheden tussen de staat en de spoorwegen doen de partijen hun spoorwegmaatschappijen de aanbeveling om zowel voor het personen- als het goederenvervoer:

– de bilaterale en multilaterale samenwerking en de samenwerking in het kader van internationale spoorwegorganisaties op alle gebieden te versterken, in het bijzonder ten aanzien van de verbetering van de kwaliteit en de veiligheid van de vervoersdiensten;

– gezamenlijk te streven naar een organisatie van de spoorwegen die expediteurs ertoe aanmoedigt hun goederen per spoor in plaats van over de weg te vervoeren, met name voor transitodoeleinden, op basis van eerlijke concurrentie en met behoud van de vrije keuze van de gebruiker;

– de deelname van Kroatië aan het Trans-Europese netwerk voor vrachtvervoer voor te bereiden, zoals dit is gedefinieerd in het acquis van de Gemeenschap inzake de ontwikkeling van de spoorwegen.

VERVOER OVER DE WEG

Artikel 11 Algemene bepalingen

1. Wat de toegang tot elkaars vervoersmarkt betreft, komen de partijen overeen in het beginstadium en onverminderd lid 2 de regeling te handhaven die voortvloeit uit bilaterale overeenkomsten of andere internationale bilaterale verdragen die tussen de lidstaten van de Gemeenschap en Kroatië zijn gesloten of, bij het ontbreken van dergelijke overeenkomsten of verdragen, uit de feitelijke situatie in 1991.

In afwachting van de sluiting van een overeenkomst tussen de Gemeenschap en Kroatië over de toegang tot de markt van het wegvervoer, zoals in artikel 12 bepaald, en over wegenbelasting, zoals in artikel 13, lid 2, bepaald, werkt Kroatië samen met de lidstaten van de Gemeenschap om deze bilaterale overeenkomsten aan te passen aan dit protocol.

2. De partijen komen overeen met ingang van de datum waarop de overeenkomst in werking treedt, het communautaire transitoverkeer onbeperkt toegang te verlenen tot Kroatië en het Kroatische transitoverkeer onbeperkt toegang te verlenen tot de Gemeenschap.

3. In afwijking van het bepaalde in lid 2 gelden voor het Kroatische transitoverkeer door Oostenrijk de volgende bepalingen:

  • a. een regeling voor het Kroatische transitoverkeer die overeenstemt met die welke wordt toegepast op grond van de bilaterale overeenkomst tussen Oostenrijk en Kroatië, wordt gehandhaafd tot en met 31 december 2002. Uiterlijk op 30 juni 2002 evalueren de partijen het functioneren van de regeling die tussen Oostenrijk en Kroatië wordt toegepast, in het licht van het beginsel van non-discriminatie dat ten aanzien van het transitoverkeer door Oostenrijk dient te gelden voor vrachtwagens uit de Europese Gemeenschap en vrachtwagens uit Kroatië. Passende maatregelen zullen worden genomen om waar nodig discriminatie tegen te gaan;

  • b. van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003 geldt een ecopuntensysteem, vergelijkbaar met het systeem dat is ingesteld bij artikel 11 van Protocol nr. 9 bij de Akte van Toetreding van de Republiek Oostenrijk tot de Europese Unie. De wijze van berekening en de gedetailleerde voorschriften en procedures voor beheer en controle van de ecopunten worden te zijner tijd vastgesteld bij een overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de partijen, en komen overeen met de bepalingen van de artikelen 11 en 14 van genoemd Protocol nr. 9.

4. Indien als gevolg van de krachtens lid 2 verleende rechten het communautaire transitoverkeer over de weg in zodanige mate toeneemt dat aan de wegeninfrastructuur en/of de doorstroming van het verkeer op de in artikel 5 bedoelde verbindingen daardoor ernstige schade wordt toegebracht of dreigt te worden toegebracht, en zich onder deze zelfde omstandigheden problemen voordoen op het grondgebied van de Gemeenschap in de nabijheid van de grenzen met Kroatië, wordt de kwestie voorgelegd aan de Stabilisatie- en Associatieraad overeenkomstig artikel 113 van de overeenkomst. De partijen kunnen voorstellen doen voor uitzonderlijke tijdelijke, niet-discriminerende maatregelen die noodzakelijk zijn om deze schade te verminderen of te beperken.

5. Indien de Europese Gemeenschap voorschriften vaststelt om de verontreiniging door in de Europese Unie geregistreerde vrachtwagens te verminderen, zijn gelijkwaardige voorschriften van toepassing op in Kroatië geregistreerde vrachtwagens die op het grondgebied van de Gemeenschap aan het verkeer wensen deel te nemen. De Stabilisatie- en Associatieraad beslist over de noodzakelijke modaliteiten.

6. De partijen onthouden zich van alle eenzijdige maatregelen of handelwijzen die tot discriminatie tussen vervoerders of voertuigen van de Gemeenschap en van Kroatië zouden kunnen leiden. Iedere partij neemt alle dienstige maatregelen om het wegvervoer naar of in transito over het grondgebied van de andere partij te vergemakkelijken.

Artikel 12 Toegang tot de markt

De partijen verbinden zich bij voorrang ertoe samen te werken om, afhankelijk van hun interne voorschriften, te zoeken naar:

– regelingen ter bevordering van een vervoersstelsel dat beantwoordt aan de behoeften van beide partijen en dat enerzijds verenigbaar is met de voltooiing van de interne markt van de Gemeenschap en het gemeenschappelijke vervoersbeleid, en anderzijds met de economische politiek en het vervoersbeleid van Kroatië;

– een definitieve regeling voor de toegang tot elkaars markt voor vervoer over de weg op basis van wederkerigheid.

Artikel 13 Belastingen, tol en andere heffingen

1. De partijen erkennen dat belastingen, tol en andere heffingen ten laste van de wegvoertuigen van beide partijen vrij moeten zijn van discriminatie.

2. De partijen openen zo snel mogelijk onderhandelingen over een overeenkomst inzake wegenbelasting, op basis van de regels die de Gemeenschap op dit gebied heeft vastgesteld. Deze overeenkomst is met name gericht op vrije doorstroming van het grensoverschrijdende verkeer, geleidelijke opheffing van de verschillen tussen de wegenbelastingstelsels van de partijen en het voorkomen van concurrentievervalsing ten gevolge van deze verschillen.

3. In afwachting van de resultaten van de in lid 2 bedoelde onderhandelingen nemen de partijen de discriminatie weg tussen vrachtvervoerders uit de Gemeenschap en uit Kroatië bij de toepassing van belastingen en heffingen op het verkeer en/of het bezit van vrachtwagens en van alle speciale belastingen en heffingen op het vervoer over het grondgebied van de partijen. Kroatië verbindt zich ertoe de Commissie van de Europese Gemeenschappen op verzoek het bedrag aan belastingen, tol en andere heffingen die het toepast mede te delen, alsmede de methode die voor de berekening daarvan wordt toegepast.

4. Tot de in lid 2 en artikel 12 bedoelde overeenkomsten zijn gesloten, kunnen na de inwerkingtreding van de overeenkomst voorgestelde wijzigingen van fiscale heffingen, tolheffing en andere heffingen op het communautaire transitoverkeer door Kroatië, alsmede van de systemen voor de inning ervan, niet eerder worden ingevoerd dan na overleg.

Artikel 14 Afmetingen en gewichten

1. Kroatië aanvaardt dat wegvoertuigen die beantwoorden aan de communautaire normen voor afmetingen en gewichten vrij en zonder beperking terzake aan het verkeer op de in artikel 5 bedoelde wegen mogen deelnemen. Tot zes maanden na de inwerkingtreding van de overeenkomst wordt op wegvoertuigen die niet aan de bestaande normen van Kroatië voldoen een speciale niet-discriminerende heffing toegepast, die evenredig is met de schade die door de hogere asdruk wordt veroorzaakt.

2. Kroatië streeft ernaar haar huidige regelgeving en normen voor wegenaanleg uiterlijk vijf jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst te harmoniseren met de wetgeving die in de Gemeenschap geldt, en neemt vergaande maatregelen ter verbetering van de in artikel 5 bedoelde wegen, zodat deze binnen de voorgestelde termijn voldoen aan deze nieuwe regelgeving en normen, een en ander in overeenstemming met zijn financiële mogelijkheden.

Artikel 15 Milieu

1. Met het oog op de bescherming van het milieu streven de partijen ernaar normen voor de uitstoot van gassen en deeltjes en voor het geluidsniveau van vrachtwagens in te voeren die een hoog niveau van bescherming bieden.

2. Teneinde de industrie duidelijke aanwijzingen te verschaffen en ter bevordering van coördinatie bij onderzoek, planning en productie, dienen afwijkende nationale normen op dit gebied te worden vermeden.

Voertuigen die voldoen aan de normen die zijn vastgesteld bij internationale overeenkomsten die tevens betrekking hebben op het milieu, mogen zonder verdere beperkingen aan het verkeer op het grondgebied van de partijen deelnemen.

3. Bij de invoering van nieuwe normen plegen de partijen overleg teneinde bovengenoemde doelstellingen te bereiken.

Artikel 16 Sociale aspecten

1. Kroatië harmoniseert zijn wetgeving inzake de scholing van vrachtwagenbestuurders, met name wat het vervoer van gevaarlijke stoffen betreft, met de normen van de Europese Gemeenschap.

2. Kroatië, dat partij is bij de Europese overeenkomst nopens de arbeidsvoorwaarden voor de bemanning van motorrijtuigen in het internationale vervoer over de weg (ERTA), en de Gemeenschap coördineren zo nauw mogelijk hun beleid inzake rijtijden, onderbrekingen en rustperioden van de bestuurders en de samenstelling van de bemanning, in overeenstemming met de toekomstige ontwikkeling van de sociale wetgeving op dit gebied.

3. De partijen werken samen bij de tenuitvoerlegging en handhaving van de sociale wetgeving op het gebied van het wegvervoer.

4. De overeenkomstsluitende partijen zien toe op de gelijkwaardigheid van hun respectieve voorschriften met betrekking tot de toegang tot het beroep van wegvervoerder met het oog op wederzijdse erkenning.

Artikel 17 Bepalingen betreffende het verkeer

1. De overeenkomstsluitende partijen wisselen hun ervaringen uit en streven ernaar hun wetgeving te harmoniseren teneinde een betere doorstroming van het verkeer te bewerkstelligen tijdens de spitsperioden (weekeinden, feestdagen en het vakantieseizoen).

2. In het algemeen bevorderen de partijen de invoering, ontwikkeling en coördinatie van een informatiesysteem voor het wegverkeer.

3. Zij streven naar harmonisatie van hun wetgeving betreffende het vervoer van aan bederf onderhevige goederen, levende dieren en gevaarlijke stoffen.

4. De partijen streven tevens naar harmonisatie van de technische hulpverlening aan bestuurders, de verspreiding van belangrijke verkeersinformatie en andere voor het toerisme nuttige gegevens, en eerste hulp bij ongelukken, inclusief ambulancediensten.

VEREENVOUDIGING VAN FORMALITEITEN

Artikel 18 Vereenvoudiging van formaliteiten

1. De partijen komen overeen het goederenvervoer per spoor en over de weg, zowel bilateraal als in transito, te vereenvoudigen.

2. De overeenkomstsluitende partijen komen overeen onderhandelingen te openen met het oog op sluiting van een overeenkomst betreffende vereenvoudiging van de controles en formaliteiten in het goederenvervoer.

3. De partijen komen overeen waar nodig gezamenlijk actie te ondernemen om de formaliteiten verder te vereenvoudigen en de invoering van verdere vereenvoudigingsmaatregelen te bevorderen.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 19 Verruiming van het toepassingsgebied

Indien één van de partijen bij de toepassing van dit protocol tot de conclusie komt dat andere maatregelen, die niet onder het toepassingsgebied van dit protocol vallen, in het belang van een gecoördineerd Europees vervoersbeleid zijn en met name het probleem van het transitoverkeer kunnen helpen oplossen, dan legt zij de andere partij voorstellen voor zulke maatregelen voor.

Artikel 20 Tenuitvoerlegging

1. De samenwerking tussen de partijen vindt plaats in het kader van een speciaal subcomité, dat overeenkomstig artikel 115 van de overeenkomst zal worden opgericht.

2. De taken van dit subcomité zijn in het bijzonder:

  • a. het formuleren van plannen voor samenwerking op het gebied van het vervoer per spoor, het gecombineerde vervoer, onderzoek op vervoersgebied en het milieu;

  • b. het analyseren van de toepassing van de bepalingen van dit protocol en het doen van aanbevelingen aan het Stabilisatie- en Associatiecomité voor passende oplossingen voor problemen die zich mochten voordoen;

  • c. het evalueren, twee jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst, van de stand van zaken wat de verbetering van de infrastructuur en de gevolgen van het vrije transitoverkeer betreft;

  • d. het coördineren van de activiteiten op het gebied van controle, prognoses en ander statistisch werk op het gebied van het internationale vervoer, met name het transitoverkeer.

Artikel 21 Bijlagen

De bijlagen vormen een integrerend onderdeel van dit protocol.


Bijlage I

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING

1. De Gemeenschap en Kroatië nemen er nota van dat met ingang van 1 januari 20011 in de Gemeenschap voor de typegoedkeuring van vrachtwagens de volgende normen voor uitlaatgassen en geluid worden aangehouden:

Grenswaarden gemeten met de ESC-test (Europese statischetoestandcyclus) en de ELR-test (Europese belastingresponsiecyclus)

  Massa koolmonoxideMassa koolwaterstoffenMassa stikstofoxidenMassa deeltjesRook
  (CO) g/kWh(HC) g/kWh(NOx) g/kWh(PT) g/kWhm-1)
Rij AEuro III2,10,665,00,10 0,13(a)0,8
  • a) Bij motoren met een slagvolume van minder dan 0,75 dm3 per cilinder en een nominaal toerental van meer dan 3 000 min-1).

Grenswaarden gemeten met de ETC-test (Europese transiënte cyclus)

  Massa koolmonoxideMassa non-methaan- koolwaterstoffenMassa methaanMassa stikstofoxidenMassa deeltjes
  (CO) g/kWh(NMHC) g/kWh(CH4)(b) g/kWh(NOx) g/kWh(PT)(c) g/kWh
Rij AEuro III5,450,781,65,00,16 0,21(a)
  • a. Bij motoren met een slagvolume van minder dan 0,75 dm3 per cilinder en een nominaal toerental van meer dan 3 000 min-1).

  • b. Alleen bij aardgasmotoren.

  • c. Niet van toepassing op gasmotoren.

2. De Gemeenschap en Kroatië zullen in de toekomst streven naar terugdringing van de uitstoot van motorvoertuigen door gebruikmaking van geavanceerde technologie voor emissiebeheersing, in combinatie met verbetering van de kwaliteit van de motorbrandstof.

Bijlage II

VERKLARING BETREFFENDE ARTIKEL 2

Kroatië heeft de wens te kennen gegeven zo spoedig mogelijk onderhandelingen te openen over toekomstige samenwerking op het gebied van het vervoer over de binnenwateren.

De Gemeenschap heeft zorgvuldig nota genomen van de wens van Kroatië.


D. PARLEMENT

De Overeenkomst behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan de Overeenkomst kan worden gebonden.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van Overeenkomst, protocollen en bijlagen zullen ingevolge artikel 129, tweede paragraaf, juncto artikel 123 van de Overeenkomst in werking treden op de eerste dag van de tweede maand na de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis hebben gesteld dat de Overeenkomst volgens hun eigen procedures is goedgekeurd.

J. GEGEVENS

Bij gelegenheid van de ondertekening van de onderhavige Overeenkomst op 29 oktober 2001 te Luxemburg werd eveneens een Slotakte ondertekend. De tekst van die Slotakte luidt als volgt:

De gevolmachtigden van:

het Koninkrijk België,

het Koninkrijk Denemarken,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Helleense Republiek,

het Koninkrijk Spanje,

de Franse Republiek,

Ierland,

de Italiaanse Republiek,

het Groothertogdom Luxemburg,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Republiek Oostenrijk,

de Portugese Republiek,

de Republiek Finland,

het Koninkrijk Zweden,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en het Verdrag betreffende de Europese Unie,

hierna „de lidstaten" genoemd, en van

de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de Gemeenschap" genoemd,

enerzijds, en

de gevolmachtigde van de Republiek Kroatië,

anderzijds,

bijeengekomen te Luxemburg op 29/10/2001 voor de ondertekening van de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Kroatië, anderzijds, hierna de „overeenkomst" genoemd,

hebben bij de ondertekening de volgende teksten goedgekeurd:

de overeenkomst, de bijlagen I tot en met VIII:

Bijlage I (artikel 18, lid 2):Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap
  
Bijlage II (artikel 18, lid 3):Tariefconcessies van Kroatië voor industrieproducten van de Gemeenschap
  
Bijlage III (artikel 27, lid 2):EG-definitie van „baby beef"
  
Bijlage IV a) (artikel 27, lid 3, onder a), i):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst)
  
Bijlage IV b) (artikel 27, lid 3, onder b), ii):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht binnen een contingent vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst)
  
Bijlage IV c) (artikel 27, lid 3, onder b), i):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (met nulrecht voor onbeperkte hoeveelheden vanaf één jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst)
  
Bijlage IV d) (artikel 27, lid 3, onder c), i):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke afschaffing van meestbegunstigingsrechten binnen tariefcontingenten)
  
Bijlage IV e) (artikel 27, lid 3, onder e), ii):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten voor onbeperkte hoeveelheden)
  
Bijlage IV f) (artikel 27, lid 3, onder c), ii):Tariefconcessies van Kroatië voor landbouwproducten (geleidelijke verlaging van meestbegunstigingsrechten binnen tariefcontingenten)
  
Bijlage V a):Producten bedoeld in artikel 28, lid 1
  
Bijlage V b):Producten bedoeld in artikel 28, lid 2
  
Bijlage VI (artikel 50):Vestiging: Financiële diensten
  
Bijlage VII (artikel 60, lid 2):Verwerving van onroerend goed door onderdanen van de EU – Lijst van uitzonderingen
  
Bijlage VIII (artikel 71):Intellectuele-, industriële- en commerciële-eigendomsrechten: Lijst van verdragen
  
en de volgende protocollen:
  
Protocol nr. 1inzake textiel- en kledingproducten
  
Protocol nr. 2inzake staalproducten
  
Protocol nr. 3inzake de handel tussen Kroatië en de Gemeenschap in bewerkte landbouwproducten
  
Protocol nr. 4inzake de definitie van het begrip „producten van oorsprong" en regelingen voor administratieve samenwerking
  
Protocol nr. 5inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken
  
Protocol nr. 6inzake het vervoer over land

De gevolmachtigden van de lidstaten en van de Gemeenschap en de gevolmachtigde van de Republiek Kroatië hebben de volgende gemeenschappelijke verklaringen aangenomen, die aan deze slotakte zijn gehecht:

Gemeenschappelijke verklaring betreffende de artikelen 21 en 29 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 41 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 45 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 46 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 58 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 60 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 71 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 120 van de overeenkomst

Gemeenschappelijke verklaring betreffende het Vorstendom Andorra

Gemeenschappelijke verklaring betreffende de Republiek San Marino

De gevolmachtigde van de lidstaten van de Gemeenschap heeft kennis genomen van de eenzijdige verklaring van de Gemeenschap en haar lidstaten, die aan deze slotakte is gehecht.

Gemeenschappelijke verklaringen

Gemeenschappelijke verklaring betreffende de artikelen 21 en 29

De partijen verklaren dat zij bij de tenuitvoerlegging van de artikelen 21 en 29 in de Stabilisatie- en Associatieraad de effecten van eventuele door Kroatië met derde landen gesloten preferentiële overeenkomsten zullen onderzoeken (dit is niet van toepassing op de landen waarvoor het stabilisatie- en associatieproces van de EU is ingesteld of op andere aangrenzende landen die geen lidstaat van de EU zijn). Dit onderzoek kan leiden tot aanpassing van de concessies die Kroatië aan de Europese Gemeenschap verleent, indien Kroatië deze landen aanmerkelijk gunstiger concessies aanbiedt.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 41

1. De Gemeenschap verklaart zich bereid tot onderzoek in de Stabilisatie- en Associatieraad naar de deelname van Kroatië aan de diagonale cumulatie van de oorsprongsregels zodra aan de economische en commerciële en andere relevante voorwaarden voor diagonale cumulatie is voldaan.

2. Dit in aanmerking genomen, verklaart Kroatië zich bereid zo spoedig mogelijk onderhandelingen over economische en commerciële samenwerking te openen, teneinde vrijhandelsgebieden tot stand te brengen met in het bijzonder de andere landen waarop het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie van toepassing is.

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 45

Er is overeengekomen dat het begrip „kinderen" wordt gedefinieerd in overeenstemming met de nationale wetgeving van het betrokken gastland.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 46

Er is overeengekomen dat het begrip „gezinsleden" wordt gedefinieerd in overeenstemming met de nationale wetgeving van het betrokken gastland.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 58

De partijen verklaren zo spoedig mogelijk besprekingen te willen aangaan over toekomstige samenwerking op het gebied van het luchtvervoer.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 60

De partijen komen overeen dat de bepalingen van artikel 60 niet mogen worden geïnterpreteerd als een beletsel voor de vaststelling van evenredige, niet discriminerende beperkingen op de verwerving van onroerend goed op basis van het algemeen belang, en niet anderszins van invloed zijn op de voorschriften van de partijen inzake de eigendom van onroerend goed, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald.

Overeengekomen wordt dat de verwerving van onroerend goed door Kroatische onderdanen in de lidstaten van de Europese Unie is toegestaan overeenkomstig de toepasselijke communautaire wetgeving, met inachtneming van de specifieke uitzonderingsbepalingen waarin deze voorziet, en toegepast in overeenstemming met de toepasselijke nationale wetgeving van de lidstaten van de Europese Unie.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 71

De partijen komen overeen dat voor de toepassing van de overeenkomst intellectuele, industriële en commerciële eigendom inzonderheid het volgende omvat: auteursrechten, met inbegrip van de auteursrechten op computerprogramma's, en naburige rechten, de rechten voor databanken, octrooien, industriële ontwerpen, handelsmerken en dienstmerken, topografieën van geïntegreerde schakelingen, geografische aanduidingen, met inbegrip van benamingen van oorsprong, alsmede bescherming tegen oneerlijke mededinging als bedoeld in artikel 10 bis van het Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom en van niet-openbaargemaakte informatie over knowhow.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 120

  • a. De partijen komen met het oog op de uitlegging en de praktische toepassing van de overeenkomst overeen dat onder de in artikel 120 van de overeenkomst bedoelde bijzonder dringende gevallen wordt verstaan: gevallen van wezenlijke inbreuk op de overeenkomst door één van de partijen. Wezenlijke inbreuk op de overeenkomst houdt in:

– afwijzing van de overeenkomst die niet in overeenstemming is met de algemene regels van het internationaal recht;

– schending van de in artikel 2 genoemde essentiële elementen van de overeenkomst.

  • b. De partijen komen overeen dat onder de in artikel 120 genoemde „passende maatregelen" wordt verstaan: maatregelen die in overeenstemming zijn met het internationaal recht. Indien een partij in een bijzonder dringend geval op grond van artikel 120 een maatregel neemt, kan de andere partij een beroep doen op de regeling inzake geschillenbeslechting.


Verklaringen betreffende Protocol nr. 4

Gemeenschappelijke verklaring betreffende het Vorstendom Andorra

1. Producten van oorsprong uit het Vorstendom Andorra die vallen onder de hoofdstukken 25 tot en met 97 van het geharmoniseerd systeem, worden door Kroatië aanvaard als producten van oorsprong uit de Gemeenschap in de zin van deze overeenkomst.

2. Protocol nr. 4 is van overeenkomstige toepassing op de definitie van de oorsprong van deze producten.


Gemeenschappelijke verklaring betreffende de Republiek San Marino

1. Producten van oorsprong uit de Republiek San Marino worden door Kroatië aanvaard als producten van oorsprong uit de Gemeenschap in de zin van deze overeenkomst.

2. Protocol nr. 4 is van overeenkomstige toepassing op de definitie van de oorsprong van deze producten.

Eenzijdige verklaring

Verklaring van de Gemeenschap en haar lidstaten

Overwegende dat de Europese Gemeenschap uitzonderlijke handelsmaatregelen toekent ten behoeve van de landen die deelnemen aan of verbonden zijn met het stabilisatie- en associatieproces van de Europese Unie, met inbegrip van Kroatië, op basis van Verordening (EG) nr. 2007/2000, verklaren de Europese Gemeenschap en haar lidstaten:

– dat bij de toepassing van artikel 30 van deze overeenkomst, de meest gunstige van de eenzijdige autonome handelsmaatregelen van toepassing zijn, in aanvulling op de contractuele handelsconcessies die de Gemeenschap bij deze overeenkomst aanbiedt, zolang Verordening (EG) nr. 2007/2000 van toepassing is;

– dat in het bijzonder voor de producten die vallen onder hoofdstukken 7 en 8 van de gecombineerde nomenclatuur, voor welke het gemeenschappelijk douanetarief voorziet in een douanerecht ad valorem en in een specifiek douanerecht, de afschaffing ook van toepassing is op het specifieke douanerecht, in afwijking van de desbetreffende bepaling van artikel 27, lid 1.


De Slotakte is op 29 oktober 2001 ondertekend voor:

België1

Denemarken

Duitsland

de Europese Gemeenschap

de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie

de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal

Finland

Frankrijk

Griekenland

Ierland

Italië

Luxemburg

het Koninkrijk der Nederlanden

Oostenrijk

Portugal

Spanje

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord Ierland

Zweden

en

Kroatië

Verwijzingen

Overeenkomst

Van het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Handvest van de Verenigde Naties, naar welk Handvest in de preambule tot de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de gewijzigde Engelse en Franse tekst geplaatst in Trb. 1979, 37 en is de herziene vertaling geplaatst in Trb. 1987, 113. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1998, 145.

Het internationaal Monetair Fonds, naar welk Fonds in artikel 59 van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is opgericht bij een op 27 december 1945 te Washington tot stand gekomen overeenkomst. Van deze Overeenkomst zijn de tekst en de vertaling, zoals deze luiden sinds 1 april 1978 geplaatst in Trb. 1977, 40. Zie ook Trb. 1998, 72.

Van de op 10 december 1948 door de Derde Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in haar derde zitting aangenomen Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, naar welke Verklaring in artikel 2 van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de Engelse tekst en de vertaling geplaatst in rubriek J van Trb. 1969, 99.

Van het op 18 april 1951 te Parijs tot stand gekomen Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, naar welk Verdrag onder meer in de preambule tot de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de Franse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1951, 82. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 77.

Van het op 28 juli 1951 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende de status van vluchtelingen, naar welk Verdrag in artikel 76, derde lid, van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst geplaatst in Trb. 1951, 131 en de vertaling in Trb. 1954, 88. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 136.

Van het op 25 maart 1957 te Rome tot stand gekomen Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, naar welk Verdrag onder meer in de preambule tot de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is de Franse tekst geplaatst in Trb. 1957, 75 en de Nederlandse tekst in Trb. 1957, 92. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 78.

Van het op 25 maart 1957 te Rome tot stand gekomen Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, naar welk Verdrag onder meer in de preambule tot de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is de Franse tekst geplaatst in Trb. 1957, 74 en de Nederlandse tekst in Trb. 1957, 91. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 76.

De drie Oprichtingsverdragen van de Europese Gemeenschappen zijn gewijzigd bij de volgende verdragen:

– het op 8 april 1965 te Brussel tot stand gekomen Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben, met Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, waarvan de Nederlandse en Franse tekst zijn geplaatst in Trb. 1965, 130. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1994, 206.

– de op 17/28 februari 1986 te Luxemburg/'s-Gravenhage tot stand gekomen Europese Akte, waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Trb. 1986, 63. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1995, 79.

– het op 2 juli 1992 te Maastricht tot stand gekomen Verdrag betreffende de Europese Unie, waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Trb. 1992, 74. Zie voor de geconsolideerde versie van de tekst Trb. 1998, 12.

– het op 2 oktober 1997 tot stand gekomen Verdrag van Amsterdam houdende wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschappen en sommige bijbehorende Akten waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Trb. 1998, 11.

– het op 26 februari 2001 tot stand gekomen Verdrag van Nice houdende wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie, de verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschappen en sommige bijbehorende akten, waarvan de Nederlandse tekst is geplaatst in Trb. 2001, 47 en de correcties op die tekst in Trb. 2001, 74.

Van het op 22 maart 1989 tot stand gekomen Verdrag van Bazel inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan, naar welk Verdrag in artikel 103, tweede lid, van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst, alsmede de vertaling, geplaatst in Trb. 1990, 12. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1999, 105.

Van de op 15 april 1994 te Marrakesh tot stand gekomen Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), naar welke Overeenkomst onder meer in de preambule tot de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is de Engelse tekst geplaatst in Trb. 1994, 235 en de vertaling in Trb. 1995, 130. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 325.

Van de op 15 april 1994 te Marrakesh tot stand gekomen Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel (GATT), zoals gewijzigd bij de Uruguay-ronde, naar welke Overeenkomst onder meer in artikel 6 van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is de Engelse tekst geplaatst in Trb. 1994, 235 (blz. 16 e.v.) en de vertaling in Trb. 1995, 130 (blz. 19 e.v.). Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 325.

Van de op 15 april 1994 te Marrakesh tot stand gekomen Algemene Overeenkomst inzake de Handel in Diensten (GATS), naar welke Overeenkomst onder meer in artikel 6 van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, is de Engelse tekst geplaatst in Trb. 1994, 235 (blz. 304 e.v.) en de vertaling in Trb. 1995, 130 (blz. 331 e.v.). Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 325.

Van het op 17 december 1994 te Lissabon tot stand gekomen Verdrag inzake het Energiehandvest, naar welk Handvest in artikel 101, eerste lid, van de onderhavige Overeenkomst wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst geplaatst in Trb. 1995, 108 en de vertaling in Trb. 1995, 250. Zie ook Trb. 1998, 78.

Bijlage VIII

Van het op 26 oktober 1961 te Rome tot stand gekomen Internationaal Verdrag inzake de bescherming van uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties, naar welk Verdrag in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1986, 182. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 16.

Van de op 14 juli 1967 te Stockholm tot stand gekomen herziening van het Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom, zoals geamendeerd in 1979, naar welke herziene versie van het Verdrag in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, is de Franse tekst geplaatst in Trb. 1969, 144 en de vertaling in Trb. 1970, 187. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 308.

Van de op 14 juli 1967 te Stockholm tot stand gekomen herziening van de Schikking van Madrid betreffende de internationale inschrijving van merken, zoals geamendeerd in 1979, naar welke herziene versie van de Schikking in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, is de Franse tekst geplaatst in Trb. 1969, 143 en de vertaling in Trb. 1970, 186. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 126.

Van het op 19 juni 1970 te Washington tot stand gekomen Verdrag tot samenwerking inzake octrooien, naar welk Verdrag in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1973, 20. Zie ook, laatstelijk, Trb. 2001, 76.

Van de op 24 juli 1971 te Parijs tot stand gekomen herziening van de Berner Conventie voor de bescherming van letterkunde en kunst, naar welke herziene versie van de Conventie in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Franse en Engelse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1972, 157. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 312.

Van de op 29 oktober 1971 te Genève tot stand gekomen Overeenkomst ter bescherming van producenten van fonogrammen tegen het ongeoorloofd kopiëren van hun fonogrammen, naar welke Overeenkomst in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1986, 183. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 17.

Van de op 13 mei 1977 te Genève tot stand gekomen herziening van de Overeenkomst van Nice betreffende de internationale classificatie van de waren en diensten ten behoeve van de inschrijving van merken, naar welke herziene versie van de Overeenkomst in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Franse en Engelse tekst en de vertaling geplaatst in Trb. 1978, 60. Zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 313.

Van het op 20 december 1996 te Genève tot stand gekomen Verdrag van de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom inzake auteursrecht, naar welk Verdrag in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst geplaatst in Trb. 1997, 318 en de vertaling in Trb. 1998, 247.

Van het op 20 december 1996 te Genève tot stand gekomen Verdrag van de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom inzake uitvoeringen en fonogrammen, naar welk Verdrag in artikel 1 van Bijlage VIII wordt verwezen, zijn de Engelse en Franse tekst geplaatst in Trb. 1997, 319 en de vertaling in Trb. 1998, 248.

Het voor eensluidend gewaarmerkt afschrift van de overeenkomst is nog niet ontvangen. In de hierna volgende tekst kunnen derhalve onjuistheden voorkomen, die in een volgend Tractatenblad zullen worden gecorrigeerd.

Uitgegeven de eenendertigste januari 2002

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN

INHOUD

INHOUD
  blz.
A.TITEL1
   
B.TEKST 
 Stabilisatie- en Associatieovereenkomst2
  Ondertekeningen59
  Lijst van Bijlagen60
  Bijlagen61
  Bijlage I61
  Bijlage II98
  Bijlage III123
  Bijlage IVa125
  Bijlage IVb129
  Bijlage IVc130
  Bijlage IVd132
  Bijlage IVe134
  Bijlage IVf137
  Bijlage Va139
  Bijlage Vb142
  Bijlage VI145
  Bijlage VII146
  Bijlage VIII147
  Lijst van Protocollen148
  Protocol 1149
  Protocol 2160
  Protocol 3 163
  Protocol 4185
  Protocol 5 429
  Protocol 6436
   
D.PARLEMENT448
   
G.INWERKINGTREDING448
   
J.GEGEVENS448
 Slotakte448
  Gemeenschappelijke verklaringen451
  Ondertekeningen455
 Verwijzingen456


XNoot
1

Deze handtekening verbindt eveneens de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Vlaamse Geweest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

XNoot
1

De Deense, de Duitse, de Engelse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Italiaanse, de Kroatische, de Portugese, de Spaanse en de Zweedse tekst zijn niet afgedrukt.

XNoot
1

Zie aanvullende aantekening 4 b) bij hoofdstuk 27 van de gecombineerde nomenclatuur.

XNoot
1

Bijvoorbeeld invoerdocumenten, certificaten inzake goederenverkeer, facturen, producentenverklaringen en dergelijke.

XNoot
1

Richtlijn 1999/96/EG van 13 december 1999 (PB L 44 van 16.2.2000, blz. 1).

XNoot
1

Zie aanvullende aantekening 4 b) bij hoofdstuk 27 van de gecombineerde nomenclatuur.

Naar boven