A. TITEL
Verdrag betreffende de bescherming van het vakverenigingsrecht en procedures
voor het vaststellen van arbeidsvoorwaarden in de openbare dienst (Verdrag
Nr. 151 aangenomen door de Internationale Arbeidsconferentie in haar vierenzestigste
zitting);
Genève, 27 juni 1978
B. TEKST
De tekst van het Verdrag is geplaatst in Trb. 1979, 50.
C. VERTALING
Zie Trb. 1979, 50.
D. PARLEMENT
Zie Trb. 1989, 16.
E. BEKRACHTIGING
Zie Trb. 1989, 16.
Behalve de aldaar genoemde hebben nog de volgende Staten in overeenstemming
met artikel 10 van het Verdrag hun bekrachtiging doen registreren door de
Directeur-Generaal van het Internationaal Arbeidsbureau te Genève:
Uruguay | 19 juni 1989 |
België | 21 mei 1991 |
Letland | 27 januari 1992 |
Azerbeidzjan | 11 maart 1993 |
Turkije | 12 juli 1993 |
Hongarije | 4 januari 1994 |
Armenië | 29 juli 1994 |
Mali | 12 juni 1995 |
G. INWERKINGTREDING
Zie Trb. 1989, 16.
H. TOEPASSELIJKVERKLARING
Zie Trb. 1989, 16.
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1979, 50 en Trb. 1989, 16.
Voor het op 28 juni 1919 te Versailles tot stand gekomen Statuut van de
Internationale Arbeidsorganisatie zie ook, laatstelijk, Trb. 1997, 140.
Voor het op 9 juli 1948 te San Francisco tot stand gekomen Verdrag betreffende
de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het
vakverenigingsrecht, 1948 (Arbeidsverdrag Nr. 87) zie ook Trb. 1997, 170.
Voor het op 1 juli 1949 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende
de toepassing van de beginselen van het recht zich te organiseren en collectief
te onderhandelen (Arbeidsverdrag Nr. 98) zie ook, laatstelijk, Trb. 1997,
178.
Voor het op 23 juni 1971 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende
de bescherming van de vertegenwoordigers van de werknemers in de onderneming
en de hun te verlenen faciliteiten (Arbeidsverdrag Nr. 135) zie ook Trb. 1997,
200.
Uitgegeven de vierde juli 1997
De Minister van Buitenlandse Zaken,
H. A. F. M. O. VAN
MIERLO