Tractatenblad 1997, 201

A. TITEL

Verdrag betreffende de minimumleeftijd voor toelating tot het arbeidsproces (Verdrag Nr. 138 aangenomen door de Internationale Arbeidsconferentie in haar achtenvijftigste zitting);

Genève, 26 juni 1973

B. TEKST

De tekst van het Verdrag is geplaatst in Trb. 1974, 71.

C. VERTALING

Zie Trb. 1974, 71 en Trb. 1987, 9.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1977, 53 en Trb. 1987, 9.

E. BEKRACHTIGING

Zie Trb. 1977, 53 en Trb. 1987, 9.

Behalve de aldaar genoemde hebben nog de volgende Staten in overeenstemming met artikel 11 van het Verdrag hun bekrachtiging doen registreren door de Directeur-Generaal van het Internationaal Arbeidsbureau te Genève:

Venezuela[1]	15 juli 1987
België[2]	19 april 1988
Malta[3]	9 juni 1988
Zweden[2]	23 april 1990
Guatemala[1]	27 april 1990
Frankrijk[3]	13 juli 1990
Mauritius[2]	30 juli 1990
Kroatië[2]*	8 oktober 1991
Kirgizië[3]*	31 maart 1992
Azerbeidzjan[3]*	19 mei 1992
Slovenië[2]*	29 mei 1992
Bosnië-Herzegowina[2]*	2 juni 1993
Tadzjikistan[3]*	26 november 1993
San Marino[3]	1 februari 1995
Tunesië[3]	19 oktober 1995
El Salvador[1]	23 januari 1996

* Voortgezette gebondenheid te rekenen vanaf de datum van onafhankelijkheid.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1977, 53 en Trb. 1987, 9.

H. TOEPASSELIJKVERKLARING

Zie Trb. 1987, 9.

Op 24 maart 1987 heeft het Koninkrijk der Nederlanden een gewijzigde verklaring van toepasselijkheid inzake Aruba afgelegd onder mededeling met betrekking tot artikel 2, eerste lid, van het Verdrag dat de minimumleeftijd voor toelating tot arbeid in en buiten dienstverband 14 jaar is.

J. GEGEVENS

Zie Trb. 1974, 71, Trb. 1977, 53 en Trb. 1987, 9.

Voor het op 28 juni 1919 te Versailles tot stand gekomen Statuut van de Internationale Arbeidsorganisatie zie ook, laatstelijk, Trb. 1997, 140.

Voor het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Handvest der Verenigde Naties zie ook, laatstelijk, Trb. 1994, 277.

Uitgegeven de vierde juli 1997

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. VAN MIERLO

---

1 Onder mededeling met betrekking tot artikel 2, eerste lid, van het Verdrag dat de minimumleeftijd voor toelating tot arbeid in en buiten dienstverband 14 jaar is.

2 Onder mededeling met betrekking tot artikel 2, eerste lid, van het Verdrag dat de minimumleeftijd voor toelating tot arbeid in en buiten dienstverband 15 jaar is.

3 Onder mededeling met betrekking tot artikel 2, eerste lid, van het Verdrag dat de minimumleeftijd voor toelating tot arbeid in en buiten dienstverband 16 jaar is.