Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2023, 27298 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2023, 27298 | ander besluit van algemene strekking |
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
Gelet op artikel 17, vijfde lid, van de Financiële-verhoudingswet, de artikelen 4 en 5 van de Kaderwet subsidies I en M en artikel 6, tweede lid, aanhef en onderdeel a, en derde lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet Mobiliteitsfonds;
BESLUIT:
In deze regeling wordt verstaan onder:
betaalbare woning als bedoeld in het Besluit Woningbouwimpuls 2020;
infrastructurele voorziening die nodig is voor de ontsluiting en bereikbaarheid van een woningbouwlocatie en tegelijkertijd wordt gebruikt voor de ontsluiting en bereikbaarheid van bestaande wijken of locaties;
bijlage bij deze regeling;
woningbouw binnen een verstedelijkingsgebied met een minimale omvang van 500 woningen per locatie of buiten een verstedelijkingsgebied met een minimale omvang van 200 woningen per locatie;
infrastructurele voorziening die fungeert als begin-, eind- of overstappunt van een reis en waar verschillende vervoersmodaliteiten en hun infrastructuur samenkomen;
Metropoolregio Amsterdam, Zuidelijke Randstad, Stedelijk Brabant, Metropoolregio Utrecht, Regio Arnhem-Nijmegen-Foodvalley, Regio Zwolle of Regio Groningen-Assen.
Deze regeling heeft tot doel om gemeenten in staat te stellen bovenplanse infrastructurele voorzieningen te realiseren zodat op locaties in heel Nederland op korte termijn grootschalige woningbouw kan plaatsvinden.
1. De minister kan op aanvraag van een gemeente, genoemd in de bijlage, een specifieke uitkering verlenen voor de realisatie van bovenplanse infrastructurele voorzieningen, genoemd in de bijlage, bij een grootschalige woningbouwlocatie, genoemd in de bijlage.
2. Het bedrag van de specifieke uitkering is ten hoogste het in de bijlage bij die woningbouwlocatie genoemde maximale bedrag inclusief omzetbelasting en op basis van het prijspeil 1 juli 2022.
3. De aanvraag bevat in ieder geval de volgende gegevens en bescheiden:
a. een kaart met een geografische afbakening van de woningbouwlocatie;
b. een omschrijving van de te realiseren infrastructurele voorziening of voorzieningen bij de woningbouwlocatie en de daarbij behorende vervoersmodaliteit of vervoersmodaliteiten;
c. een gespecificeerde begroting die een overzicht omvat van:
1°. de kosten van de realisatie van de bovenplanse infrastructurele voorziening of voorzieningen bij de woningbouwlocatie;
2°. de ten behoeve van de infrastructurele voorzieningen op basis van het Besluit Woningbouwimpuls 2020 verleende specifieke uitkeringen en eventuele andere ten behoeve van de infrastructurele voorzieningen vanwege het Rijk verleende bijdragen;
3°. indien van toepassing de bij oplevering verwachte netto-opbrengsten van de mobiliteitshub gelet op de voorziene exploitatiekosten en -inkomsten;
4°. het voorziene resterende tekort per woningbouwlocatie;
5°. de bijdrage van decentrale overheden in het voorziene resterende tekort per woningbouwlocatie;
6°. de gevraagde rijksbijdrage per woningbouwlocatie;
7°. het percentage van de gevraagde rijksbijdrage per woningbouwlocatie in het voorziene resterend tekort per woningbouwlocatie;
d. het totaal aantal te realiseren woningen en het aantal te realiseren betaalbare woningen op de woningbouwlocatie;
e. een tijdplanning van de realisatie van de woningen op de woningbouwlocatie en van de realisatie van de daarbij horende bovenplanse infrastructurele voorzieningen; en
f. het bankrekeningnummer waarop het bedrag dient te worden gestort, inclusief een bewijs dat de bankrekening op naam van de aanvrager staat.
4. Een aanvraag kan uiterlijk twee maanden na het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling worden ingediend met gebruikmaking van een daartoe door de minister beschikbaar gesteld digitaal aanvraagformulier.
Het uitkeringsplafond bedraagt € 1.435.983.605 inclusief omzetbelasting en op basis van prijspeil 1 juli 2022.
1. Voor een specifieke uitkering komen in aanmerking de kosten voor de realisatie van infrastructurele voorzieningen, genoemd in de bijlage, bij een woningbouwlocatie, genoemd in de bijlage, voor ten hoogste het maximumbedrag, genoemd in de bijlage, inclusief omzetbelasting en op basis van het prijspeil 1 juli 2022.
2. Voor een specifieke uitkering komen niet in aanmerking:
a. kosten waarvoor reeds een specifieke uitkering of een andere subsidie is verstrekt;
b. omzetbelasting voor zover deze in aanmerking komt voor compensatie op grond van de Wet op het BTW-compensatiefonds of verrekend kan worden. De BTW-componenten die ter compensatie afgedragen dienen te worden aan het BTW-compensatiefonds worden in mindering gebracht op de maximaal uit te keren uitkering;
c. kosten gemaakt voorafgaand aan 1 juli 2022;
d. kosten van beheer en onderhoud van de infrastructurele voorzieningen;
e. andere kosten dan de kosten genoemd in het eerste lid.
3. Indien een infrastructurele voorziening een mobiliteitshub behelst worden de verwachte netto-opbrengsten van een mobiliteitshub gelet op de voorziene exploitatiekosten en -inkomsten in mindering gebracht op de kosten van de mobiliteitshub die voor een specifieke uitkering in aanmerking komen.
1. De minister besluit binnen dertien weken na ontvangst op een aanvraag.
2. Een besluit tot verlening van een specifieke uitkering vermeldt in ieder geval:
a. de infrastructurele voorziening of voorzieningen bij de woningbouwlocatie waarvoor een specifieke uitkering wordt verleend;
b. het bedrag van de specifieke uitkering per infrastructurele voorziening en in totaal;
c. het voorschot en de wijze van uitkering, bedoeld in artikel 10, eerste en tweede lid;
d. het bedrag dat betrekking heeft op de compensabele BTW-component en wordt toegevoegd aan het BTW-compensatiefonds;
e. de wijze waarop het bedrag van de specifieke uitkering is bepaald;
f. het voorziene resterende tekort per woningbouwlocatie;
g. het percentage van het bedrag van de specifieke uitkering in het voorziene resterende tekort per woningbouwlocatie;
h. het totaal aantal te realiseren woningen en het aantal te realiseren betaalbare woningen op de woningbouwlocatie.
3. De bedragen genoemd in het tweede lid, onderdeel b, zijn de bedragen inclusief omzetbelasting en op basis van prijspeil 1 juli 2022.
De minister beslist geheel of gedeeltelijk afwijzend op een aanvraag indien:
a. de aanvraag niet voldoet aan de bij deze regeling gestelde voorschriften;
b. het aantal op de woningbouwlocatie te realiseren woningen lager is dan het bij die woningbouwlocatie in de bijlage genoemde aantal;
c. indien het aantal op de woningbouwlocatie te realiseren betaalbare woningen minder is dan 50% van het totaal, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden als bedoeld in artikel 9, tiende lid;
d. indien naar het oordeel van de minister onvoldoende zekerheid bestaat dat de aanvrager de realisatie van de betreffende infrastructurele voorzieningen kan financieren; of
e. indien naar het oordeel van de minister op het moment van indiening van de aanvraag niet aannemelijk is dat zal worden voldaan aan een van de verplichtingen genoemd in artikel 9, derde tot en met vijfde lid.
1. De in de bijlage genoemde maximumbedragen inclusief omzetbelasting, bedoeld in artikel 5, eerste lid, alsmede het bedrag inclusief omzetbelasting van de verleende specifieke uitkering, bedoeld in artikel 6, tweede lid, onderdeel b, worden jaarlijks op 1 oktober geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen, voor zover die bedragen op die datum nog niet als voorschot zijn uitgekeerd.
2. Indien deze regeling inwerking is getreden na 1 oktober 2023 worden de bedragen, bedoeld in het eerste lid, tevens geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen zoals deze anders op 1 oktober 2023 zou hebben plaatsgehad.
1. De ontvanger realiseert de infrastructurele voorziening of voorzieningen waarvoor de specifieke uitkering is verleend.
2. De ontvanger besteedt de specifieke uitkering uitsluitend aan de infrastructurele voorzieningen waarvoor de specifieke uitkering is verleend.
3. De ontvanger start de realisatie van de woningen op de woningbouwlocatie uiterlijk 31 december 2027.
4. De ontvanger start de realisatie van de laatst te realiseren woning op de woningbouwlocatie uiterlijk 31 december 2030.
5. De ontvanger start de realisatie van de infrastructurele voorzieningen op de woningbouwlocatie uiterlijk 31 december 2027 en rondt deze af uiterlijk 31 december 2035.
6. Op het moment dat de woningen op de woningbouwlocatie zijn gerealiseerd bedraagt het aantal op de woningbouwlocatie gerealiseerde betaalbare woningen ten minste 50% van het totaal van de op de woningbouwlocatie gerealiseerde woningen.
7. De ontvanger doet onverwijld mededeling aan de minister zodra aannemelijk is dat:
a. de realisatie van de infrastructurele voorzieningen op de woningbouwlocatie niet, niet tijdig, of niet geheel zal worden gestart of afgerond;
b. de realisatie van de woningen of van de laatst te realiseren woning op de woningbouwlocatie niet, niet tijdig of niet geheel zal worden gestart;
c. het in het besluit tot verlening van de specifieke uitkering genoemde totaal aantal te realiseren woningen of het genoemde aantal te realiseren betaalbare woningen op de woningbouwlocatie niet of niet geheel zal worden gerealiseerd;
d. niet aan andere bij deze regeling of bij het besluit tot verlening van de specifieke uitkering gestelde verplichtingen wordt voldaan.
8. De ontvanger verstrekt, onverminderd het zevende lid, jaarlijks uiterlijk op 1 juli beleidsinformatie over de beheersing van de risico’s en de voortgang van de voorbereidingen en de realisatie van de infrastructurele voorzieningen waarvoor een specifieke uitkering is verleend alsmede van de realisatie van de woningen op de woningbouwlocatie.
9. De ontvanger verleent op verzoek van de minister alle gevraagde medewerking aan een evaluatieonderzoek als bedoeld in artikel 14.
10. De minister kan nadere voorschriften aan de specifieke uitkering verbinden, waarbij in bijzondere omstandigheden kan worden afgeweken van het zesde lid.
1. De minister verleent bij een besluit tot verlening van een specifieke uitkering een voorschot ter hoogte van het totaalbedrag van de specifieke uitkering, bedoeld in artikel 6, tweede lid, onderdeel b.
2. Een voorschot als bedoeld in het eerste lid wordt uitgekeerd overeenkomstig de in het besluit tot verlening van de specifieke uitkering bepaalde termijnen.
3. Het voorschot, bedoeld in het eerste lid, en de termijnen, bedoeld in het tweede lid, worden voor zover deze nog niet zijn uitgekeerd jaarlijks op 1 oktober geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen. Artikel 8, tweede lid, is van overeenkomstige toepassing.
4. De minister kan de uitkering van het voorschot opschorten indien niet wordt voldaan aan de bij deze regeling of bij het besluit tot verlening van de specifieke uitkering gestelde verplichtingen.
1. Op aanvraag van een gemeente aan wie een specifieke uitkering is verleend, kan de minister het besluit tot verlening van de specifieke uitkering wijzigen.
2. Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid heeft betrekking op:
a. een situatie als bedoeld in artikel 9, zevende lid; of
b. een wijziging van een infrastructurele voorziening waarvoor een specifieke uitkering is verstrekt.
3. In geval van een situatie als bedoeld in artikel 9, zevende lid, kan de minister, mits er sprake is van bijzondere omstandigheden, bij een besluit tot wijziging van het besluit tot verlening van een specifieke uitkering bepalen dat de realisatie van de woningen op de betreffende woningbouwlocatie of de realisatie van de infrastructurele voorzieningen uiterlijk wordt gestart of afgerond op een ander moment dan genoemd in artikel 9, derde tot en met vijfde lid.
4. Een wijziging als bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, kan afwijken van een infrastructurele voorziening, genoemd in de bijlage, mits dezelfde woningbouwlocatie wordt ontsloten en de infrastructurele voorziening ziet op dezelfde vervoersmodaliteit als waarvoor eerder de specifieke uitkering is verleend. De aanvraag, bedoeld in het tweede lid, aanhef en onderdeel b, kan uiterlijk worden ingediend tot de start van de realisatie van de infrastructurele voorziening waarop het oorspronkelijke besluit ziet.
5. Het bedrag van een gewijzigde specifieke uitkering is niet hoger dan het bedrag van de oorspronkelijke specifiek uitkering.
6. Het percentage van het bedrag van de specifieke uitkering in het voorziene resterende tekort per woningbouwlocatie is in het gewijzigde besluit niet hoger dan in het oorspronkelijke besluit.
De verantwoording door de ontvanger over de besteding van de specifieke uitkering vindt plaats op de wijze die is bepaald in artikel 17a van de Financiële-verhoudingswet.
1. De minister stelt de specifieke uitkering ambtshalve vast uiterlijk 31 december van het jaar waarop de laatste verantwoording overeenkomstig artikel 12 heeft plaatsgevonden.
2. De minister kan de specifieke uitkering ambtshalve vaststellen indien uit de verantwoording, bedoeld in artikel 12, blijkt dat de ontvanger niet voldoet aan een verplichting als bedoeld in artikel 9, derde tot en met zesde en tiende lid, of artikel 11, derde lid. Een ambtshalve vaststelling kan zien op het bedrag van de specifieke uitkering per infrastructurele voorziening.
3. Een besluit tot vaststelling vermeldt in ieder geval:
a. het bedrag van de vastgestelde specifieke uitkering;
b. het uitgekeerde voorschot;
c. indien van toepassing het terug te vorderen bedrag.
4. In geval van een ambtshalve vaststelling als bedoeld in het tweede lid, tweede volzin, vermeldt het besluit op welke infrastructurele voorziening de vaststelling ziet.
5. De specifieke uitkering kan lager worden vastgesteld dan het bedrag dat bij verlening is vastgesteld, indien de ontvanger niet heeft voldaan aan de bij of krachtens deze regeling gestelde verplichtingen.
6. Indien uit de verantwoording blijkt dat het resterend tekort per woningbouwlocatie lager is dan het voorziene resterend tekort, bedoeld in artikel 6, tweede lid, onderdeel f, dan wordt het bedrag van de specifieke uitkering niet hoger vastgesteld dan het percentage, bedoeld in artikel 6, tweede lid, onderdeel g, van het resterend tekort.
In afwijking van artikel 4:24 van de Algemene wet bestuursrecht publiceert de minister uiterlijk 30 september 2031 en uiterlijk 30 september 2036 een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk.
1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 oktober 2036, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op specifieke uitkeringen die voor die datum zijn verstrekt.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers
Gemeente: Woningbouwlocatie |
Rijksbijdrage (incl. btw en prijspeil 1 juli 2022) |
Woningen |
Infrastructurele voorziening |
Modaliteit |
---|---|---|---|---|
Alkmaar: Station-binnenstad |
€ 13.102.005 |
2.068 |
||
Herinrichting Ringersplein en aansluitende openbare ruimte Ringerskwartier |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleg interwijkverbindingen over het spoor – Verbinding over de Bergerweg (tussen grofweg Van de Kaaijstraat en Van Teylingenstraat) – Westelijke interwijkverbinding over het spoor (Rond Van Teylingenstraat) – Oostelijke interwijkverbinding over het spoor (Rond de Stationstraat) |
– fiets en voetganger |
|||
Rode loper historische binnenstad-station Alkmaar-Overstad |
– fiets en voetganger |
|||
Capaciteitsvergroting kruispunt N9-Kogendijk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Almelo: Spoorzone Westerdok |
€ 4.500.000 |
280 |
||
Realiseren gebouwde parkeeroplossing nabij het Station Almelo |
– mobiliteitshub |
|||
Almere: Centrum |
€ 10.551.808 |
3.853 |
||
Herinrichting Landdrostdreef tot stadsstraat; van Randstaddreef tot Station Almere Centrum, het toevoegen van langzaamverkeerroute en voetpaden |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Landdorstdreef tot stadsstraat; Van station Almere Centrum tot Cinemadreef, toevoegen van langzaamverkeer en voetpaden |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting PJ Oudstraat; aanpassen naar 1-richtingsverkeer en snelheidsbeperking |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Amersfoort: Spoorzone Amersfoort C.S.+ |
€ 30.372.300 |
4.830 |
||
Aanpak rotonde 'De Nieuwe Poort' |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsvoorziening station Amersfoort Centraal Noordzijde: Bij Mondriaanplein |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Amsterdam: Amstelkwartier |
€ 12.342.000 |
3.600 |
||
Realisatie fietsenstalling Amstelstation West |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Realisatie stationsentree aan de westzijde van het Amstelstation |
– OV |
|||
Amsterdam: Hamerkwartier |
€ 4.719.000 |
3.600 |
||
Capaciteitsvergroting rotonde Meeuwenlaan (Hamerkwartier) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Amsterdam: NDSM-terrein |
€ 2.117.500 |
2.000 |
||
Nieuwe aanlandvoorzieningen NDSM veer ter hoogte van adres: Mt. Ondinaweg 17 Amsterdam |
– OV |
|||
Amsterdam: Oost: IJburg fase 2 |
€ 10.587.500 |
2.800 |
||
HOV IJburg – Bijlmer (IJburg en Zuidoost): startpunt op Strandeiland via de Pampuslaan, de Diemerknoop, Langbroekdreef via metrostation Gaasperplas naar het eindpunt op station Amsterdam Bijlmer Arena. Het betreft een herinrichting. |
– OV |
|||
HOV IJburg – Weesp (IJburg en Weespersluis): De bus rijdt vanaf het startpunt op Strandeiland via de Pampuslaan, Diemerknoop, P&R Muiden naar het eindpunt op station Weesp. Het betreft een herinrichting. |
– OV |
|||
Arnhem: Centrum Zuid |
€ 10.400.000 |
1.730 |
||
Aanleg OV hub winkelcentrum Kronenburg inclusief loop- en fietsvoorzieningen |
– fiets en voetganger – mobiliteitshub |
|||
Herinrichting Kronenburgsingel naar erftoegangsweg (30 km/uur) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Opwaarderen P+R hub (gebouwde parkeervoorziening) Gelredome met autoparkeerplaatsen, busstation, fietsenstalling en deelfietsen |
– mobiliteitshub |
|||
Opwaarderen snelfietsroute Rijnwaalpad vanaf Kruisstraat tot en met het Airborneplen en het Willemsplein |
– fiets en voetganger |
|||
Opwaardering fietspad burgemeester Matsersingel Optimalisatie fietsverbinding Kronenburgsingel – Rijnwaalpad Optimalisatie fietspad Groningensingel Aanleg hoogwaardige fietsroute Kronenburg – Huissen |
– fiets en voetganger |
|||
Arnhem: Spoorzone Arnhem-Oost |
€ 7.300.000 |
500 |
||
Aanleg HOV voorzieningen Westervoortsedijk tussen Zevenaarseweg en Nijmeegseweg |
– OV |
|||
Aanleg snelfietspad tussen Laan van Presikhaaf en Rozenhagelaan |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg snelfietspad Johan de Wittlaan tussen Pieter Calandweg en Voetiuslaan |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Velperweg (voetganger, fiets OV en auto) tussen A12 en Raapopseweg |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Aanleg busbaan IJssellaan tussen Johan de Wittlaan en Laan van Presikhaaf |
– OV |
|||
Opwaarderen station Presikhaaf (toegankelijkheid station, stationsplein, fietsenstalling, deelfietsen en kruising spoors) |
– fiets en voetganger – OV – mobiliteitshub |
|||
Assen: Kloosterveen |
€ 5.710.000 |
991 |
||
De aanleg van de derde hoofdontsluiting inclusief brug (dit betreft de aanleg van een nieuwe hoofdontsluiting voor auto, langzaam verkeer en openbaar vervoer, aangeduid met 'Hoofdontsluiting' [gele stippellijn] en in aansluiting hierop de 'Brug' [oranje ster] ter plaatse van de Drentse Hoofdvaart, zoals weergeven in bijlage 2) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Aansluiting op het provinciale wegennet (dit betreft een nieuwe verbindingsweg voor de (deel-)auto, langzaam verkeer en openbaar vervoer (o.a. HUB) ter plaatse van de aanduiding 'Zoekgebied verknoping N371/N373' [paarse arcering] en de aanduiding 'Zoekgebied aansluiting op N371' [paarse arcering] zoals weergeven in bijlage 2) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Het nemen van verkeersmaatregelen in bestaande wijken (dit betreft ingrepen, zoals herprofileren, aanbrengen verkeersdrempels en aanpassen parkeerprincipe, aan de toeleidende wegen met de aanduiding '30 km verbinding met bestaande wijk' (zwarte pijl) zoals weergeven in bijlage 2, te weten de Aletta Jacobsweg, Rosa Spierweg, Kloosterweg, Professor Prakkeweg, rotonde Balkenweg, Hildegard van Bingenweg en Maria Montessoriweg) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Het nemen van geluidsreducerende maatregelen in bestaande wijken (dit betreft ingrepen, zoals 'stiller' asfalt, het autoluw maken en snelheidsbeperkende maatregelen op de toeleidende wegen met de aanduiding '30 km verbinding met bestaande wijk' [zwarte pijl] zoals weergegeven in bijlage 2, te weten de Aletta Jacobsweg, Rosa Spierweg, Kloosterweg, Professor Prakkeweg, rotonde Balkenweg, Hildegard van Bingenweg en Maria Montessoriweg) |
– auto |
|||
Externe verbindingen voor langzaam verkeer (dit betreft de aanleg van routes voor langzaam verkeer (bijv. fietspad, voetpad) en veilige oversteek ter plaatse van de aanduiding 'langzame verbinding extern' [gele pijlen] zoals weergegeven in bijlage 2; lopend vanuit de woningbouwlocatie naar de bestaande Koelenweg en naar het bestaande recreatie gebied 'Baggelhuizerplas') |
– fiets en voetganger |
|||
Barendrecht: Stationstuinen |
€ 20.523.000 |
3.500 |
||
Realiseren parkeerhub in gebied van Stationstuinen voor wonen |
– mobiliteitshub |
|||
ORT Parkeerhub | 500 extra parkeerplaatsen vergeleken met WBi-aanvraag |
– mobiliteitshub |
|||
verwerving Gebroken Meeldijk ten behoeve van ontsluiting Stationstuinen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
vergroten capaciteit en veiliger maken kruispunt Verenambachtseweg-Spoorlijn en Donk-Dierenstein |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Verbreden van de toerit en weefvak naar A15 vanaf de IJsselmonde knoop van 1 naar 2 rijstroken |
– auto |
|||
Realisatie verbindingsweg plus rotonde van Ziederij naar Boezemweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Bergen op Zoom: Spaensche Scharen |
€ 3.932.500 |
600 |
||
Aanpassing hoofdontsluitingsas Spaensche Scharen | Markiezaatsweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aansluiting Markiezaatsweg met een rotonde. Aanhechting voor verbinding met de weg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing kruising met de Havendijk richting randweg zeeland | Havendijk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Borger-Odoorn: Borger-Odoorn |
€ 1.800.000 |
280 |
||
Uitbreiden parkeergelegenheid |
– mobiliteitshub |
|||
Toegang P+R verplaatst |
– mobiliteitshub |
|||
Bewaakte fietsenstalling |
– mobiliteitshub |
|||
Uitbreiden voorzieningen voor OV (gezamenlijke wachtruimte, pakketkluizen, restauratie, openbaar toilet) |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Breda: Chassékwartier |
€ 16.250.000 |
1.500 |
||
Mobiliteitshub/parkeerkeergarage onder Chasseveld Breda |
– mobiliteitshub |
|||
Capelle aan den IJssel: Rivium |
€ 30.752.150 |
5.000 |
||
Realiseren van het innovatieve Vervoersknooppunt: bestaande uit OV zoals Parkshuttle, P&R en de waterbushalte, nabij huidige veerbootterminal Capelle a/d IJssel, Rivium |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Aanleggen van fietsmobiliteitsvoorzieningen, zoals openbare fietsenstallingen en bijbehorende infrastructurele aanpassingen zoals de aansluitingen op de (vrij liggende) fietsroutes. |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg van een fietstunnel onder de A16 in verlengde van Rivium 1e Straat (enkel Capelse deel vd kosten) |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg van een Zuidelijke snelfietsroute over de Riviumpromenade/Ijsseldijk, vanaf A16 richting Algerabrug |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleggen fietsroute van Rivium naar Kralingse Zoom inclusief een fietsbrug langs de Parkshuttlebrug over de N210 |
– fiets en voetganger |
|||
Culemborg: Stationsomgeving |
€ 23.599.875 |
1.938 |
||
Rotonde Beesdeweg/N320 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Ontsluiting P+R en nieuw woongebied richting rotonde Beesdeweg/N320 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Gebouwde P+R westzijde station Culemborg |
– mobiliteitshub |
|||
Oost-west LV-verbinding onder spoor Utrecht – 's-Hertogenbosch |
– fiets en voetganger |
|||
Delft: Delft Campus |
€ 15.787.850 |
1.100 |
||
Aanleg mobiliteitshub aan Motorenweg t.b.v. trein, deelauto, deelfiets en met (mobiliteits)voorzieningen |
– mobiliteitshub |
|||
Aanleg mobiliteitshubs voor (deel)fietsparkeren ter hoogte van Noordkavel, Festo en Stedin Campus) |
– mobiliteitshub |
|||
Versmallen, herinrichten en opwaarderen Tanthofdreef vanaf aansluiting met Kruithuisweg/N470 tot grens plangebied in het zuidoosten. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Inrichten van stationsplein Delft Campus en aansluiten van het stationsplein op Motorenweg en Vulcanusweg, beide ten behoeve van fietsers en voetgangers. |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Aanleg van geluidsschermen langs het spoor ter hoogte van Tanthof en zuidzijde Kruithuisweg |
– OV |
|||
Aanleggen van voetgangersopeningen en -trappen in Campustunnel naar Noordkavel en kavel Festo |
– fiets en voetganger |
|||
Aanpassen kruising en VRI Tanthofdreef-Kruithuisweg/N470-Voorhofdreef |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Opwaarderen en herinrichten volledige Motorenweg tbv ontsluiting van de woningbouw en de mobiliteitshub |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Delft: Kop van de Buitenhof (Noord) |
€ 11.100.000 |
800 |
||
Mobility hub met HOV-bus, deelauto en deelfiets (locatie Reinier de Graafweg, west naast Rabobank) |
– mobiliteitshub |
|||
verbeteren fietsverbindingen binnen het plangebied en aansluiting op stedelijk fietsnet |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichting en afwaardering Buitenhofdreef (versmallen) wegvak Reinier de Graafweg tot Pierre van Hauwelaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
versmallen Beatrixlaan, inclusief fietsoversteek. Wegvak Westlandseweg tot viaduct Pierre van Hauwelaan. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing viaduct Martinus Nijhofflaan door het realiseren van vrijliggende fietspaden |
– fiets en voetganger |
|||
Delft: Schieoevers, eerste fase |
€ 59.685.470 |
3.842 |
||
Aanleg en reconstructie fiets/voetgangersverbindingen: – van Beatrixlaan naar Voorhofdreef – van Voorhofdreef naar Vulcanusweg – Rotterdamseweg Zuid van Gelatinebrug tot Heertjeslaan – Rotterdamseweg Noord van Gelatinebrug tot Jaffalaan – Van Gelatinebrug naar Gelatinetunnel – Schieweg Noord van Gelatinebrug tot Zuideinde – Schieweg Zuid van Kruithuis tot aan Campustunnel |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg Gelatinetunnel voor fietsers/voetgangers |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg Gelatinebrug voor fietsers/voetgangers |
– fiets en voetganger |
|||
Bijdrage aan Kabeldistrict C.V. voor: – omklappen Schieweg van ligging langs de Schie naar ligging langs het spoor, binnen het plangebied Kabeldistrict – aanleg geluidsscherm langs het spoor, binnen het plangebied Kabeldistrict – aanleg van doorgaande fietsverbindingen langs de Schie inclusief groene inpassing (park), binnen het plangebied Kabeldistrict – aanleg van fiets/voetgangersverbindingen van noord naar zuid, binnen het plangebied Kabeldistrict |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Aansluiten plangebied Kabeldistrict voor fietser, voetgangers en gemotoriseerd verkeer op bestaande stad door onder meer: – het maken van een voetgangers/fietsverbinding van de zuidwestelijke plangrens naar de Campustunnel – het aanpassen van de afrit van de Kruithuisweg/N470 naar de Schieweg in combinatie met verleggen van het aanwezige fietspad – het aanpassen van de Schieweg ter hoogte van de Kruithuisweg tot aan het plangebied Kabeldistrict – het aanhechten van nieuwe nog te detailleren auto/fiets/voetgangersroutes in plangebied Kabeldistrict op bestaande routes buiten het plangebied – het realiseren van tijdelijke bypasses voor fiets/voetgangers |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Bijdrage aan provincie Zuid-Holland voor: – verbreding vaarweg de Schie – aanleg laad-/loswal – herinrichting oever, ten zuiden van de Kruithuisweg tussen Energieweg en Marconiweg |
– vaarweg |
|||
Verzwaring Marconiweg t.b.v. vrachtverkeer. |
– auto |
|||
Plaatsen geluidsschermen: – langs het spoor (ten noorden van Station Delft Campus) – langs de Kruithuisweg (noordzijde aan weerszijden van Station Delft Campus) |
– auto – OV |
|||
Deventer: Centrumschil |
€ 15.823.718 |
1.650 |
||
Realisatie gebouwde mobiliteitshub de Kien op locatie huidige P&R station Deventer: OV, (elektrische) (deel)auto en fiets |
– mobiliteitshub |
|||
Realisatie 2 bruggen over de Singel: Handelskade-Verzetslaan en Bergsingel- H.F. de Boerlaan |
– fiets en voetganger |
|||
Gebouwde fietsvoorziening binnenstad Deventer |
– fiets en voetganger |
|||
Reconstructie Handelskade |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Reconstructie Brinkgreverweg: van kruising Veenweg tot aan spoor, inclusief kruising Rielerweg/ Veenweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Maatregelen speed pedelec: Brinkgreverweg en Snipperlingsdijk |
– fiets en voetganger |
|||
Versterken fiets- en voetgangersverbinding Verzetslaan |
– fiets en voetganger |
|||
Bijdrage aan realisatie mobiliteitshub Rotokwartier |
– mobiliteitshub |
|||
Realisatie voetgangerstunnel onder spoor Voorstad: Ongeveer vanaf Smyrnastraat naar Stationssstraat |
– fiets en voetganger |
|||
Deventer: Deventer Keizerslanden |
€ 14.901.558 |
1.646 |
||
Capaciteitsverruiming van Oldenielstraat: Van Oldenielstraat en aanpassingen Henri Dunantlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fiets- en voetgangerstunnel bij WC Keizerslanden onder N337 |
– fiets en voetganger |
|||
Reconstructie fietspad Laan van Borgele: Tussen N337 en rotonde met Keizer Karellaan |
– fiets en voetganger |
|||
Dordrecht: Ontwikkelingen rondom station Dordrecht (Maasterras en Spuiboulevard) |
€ 28.600.000 |
3.500 |
||
Het inpakken van het spoor en het vormen van een buffer tussen het spoor en de woningen door een omhooglopend Maaspark (M1), tbv geluid en de externe veiligheid. |
– OV |
|||
Het realiseren van een mobiliteitshub/parkeergarage onder het Maaspark, op de locatie van het huidige parkeer- en rangeerterrein |
– mobiliteitshub |
|||
Het realiseren van een snelfietsroute (F16) vanaf de groene woon/fietsbrug met Zwijndrecht richting het station Dordrecht centrum en de binnenstad. |
– fiets en voetganger |
|||
Het creëren van een nieuwe fiets- en voetgangerstunnel onder het spoor, zodat het Maasterras goed verbonden wordt met de Spuiboulevard en de binnenstad. |
– fiets en voetganger |
|||
Duiven: Uitbreidingslocaties Duiven |
€ 1.697.250 |
600 |
||
Oplossing capaciteitsknelpunt kruispunt Vergertlaan – Schapenweide (rotonde of VRI) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Oplossen capaciteitsknelpunt kruispunt Vergertlaan – Rijksweg op maaiveld (bypass bij huidige rotonde, turborotonde of VRI) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van nieuwe aansluiting Ploen Noord op de Westsingel (VRI) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Eindhoven: Fellenoord |
€ 75.000.000 |
3.160 |
||
Herprofilering Fellenoord boven bustunnels en aansluiting op de vier tunnelmonden van Multimodale Knoop (nieuw busstation) incl. stamriool (op kaart bijlage 2: gebied 6+stamriool) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Herprofileren Kennedylaan vanaf Fellenoord t/m Rachelsmolen, incl herprofilering Vincent vd Heuvellaan (op kaart bijlage 2: gebieden 3+4+5) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Herprofilering Professor Doctor Dorgololaan (op kaart bijlage 2: gebied 1) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Herprofilering Fellenoord vanaf kruising Boschdijktunnel t/m Elisabethtunnel, incl Boschdijk t/m Roosje Vosstraat, incl. herprofilering Pastoor Peterstraat, incl fietspad tussen Fellenoord en Kruisstraat (op kaart bijlage 2: gebieden 7+8) |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Enschede: Cromhoff |
€ 4.719.000 |
500 |
||
Verbeteren bovenplanse fietsverbindingen tussen de Haaksbergerstraat / Zuiderval en de Broekheurnerrondweg / Geessinkweg |
– fiets en voetganger |
|||
Verbeteren van de doorstroming door herinrichting omliggende wegen: Zuiderval (invalsweg vanaf A35) incl Industriestraat, Wethouder Beversstraat, burgemeester Van Veenlaan, Getfertsingel |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Enschede: SHE deelgebied Centrumkwadraat Enschede |
€ 20.570.000 |
1.750 |
||
Realiseren van een mobiliteitshub en parkeergebouw nabij het station Enschede |
– mobiliteitshub |
|||
Realiseren van een nieuw compacter busstation bij station Enschede |
– OV |
|||
Realisatie van de fietssnelweg F35 tussen de Lambertus Buddestraat en de Tubantiasingel, als ontbrekende schakel tussen Hengelo / Kennispark en station Enschede CS. |
– fiets en voetganger |
|||
Goes: Goese Schans |
€ 2.763.000 |
200 |
||
Vergroten capaciteit kruispunt Ronda Gosaplein op rondweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Vergroten (opstel)capaciteit Ringbrug op rondweg |
– auto |
|||
Realisatie HUB deelauto's, deelfietsen, (buurt)bus en flextaxi in de nabijheid van de VO-scholen Scalda en Cios |
– mobiliteitshub |
|||
Realisatie vrijliggend fietspad tussen woningbouw gebied en centrum, voor het oostelijk deel langs de Houtkade, t.b.v. de bereikbaarheid van de woningbouwlocatie |
– fiets en voetganger |
|||
Verbeteren fietspad en realisatie voetpad tussen woningbouw gebied en centrum, voor het westelijk deel langs de Westhavendijk, t.b.v. de bereikbaarheid van de woningbouwlocatie |
– fiets en voetganger |
|||
Goes: Stationsomgeving |
€ 3.869.250 |
300 |
||
Herinrichting van het Stationsplein voor een toekomstbestendig openbaar vervoersknooppunt, waarbij voldoende ruimte wordt gecreerd voor een heldere aantrekkelijke ruimtelijke opzet en passend in de regionale mobiliteit strategie. |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Kwaliteitsimpuls bestaande looproute tussen station en centrum, naar een deel van de te bouwen woningen, door herinrichting Frans den Hollanderlaan. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Verhogen capaciteit (deel) autoparkeerplaatsen van het onbetaalde P&R aan de zuidzijde van het spoor. |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Gorinchem: Arkelsdijk, Vleugels van de stad |
€ 8.000.000 |
600 |
||
Aanleg nieuwe brug over de Linge voor autoverkeer, fietsers en voetgangers |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Het verbeteren van de verkeersveiligheid op de Arkelsedijk tussen nieuwe brug en Concordiaweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Het realiseren van een verbinding voor fietsers en voetgangers tussen de bestaande Lingewijk en de nieuwe ontwikkeling |
– fiets en voetganger |
|||
Gouda: Spoorzone |
€ 5.072.320 |
1.570 |
||
Herinrichting 8 kruisingen/kruispunten: 1. Herinrichting kruising Goudse Poort – tot Burg van Reenensingel 2. Herinrichting kruispunt Goudse Poort – Burg Jamessingel 3. Herinrichting kruispunt burg Jamessingel – Rijsselseweg 4. Herinrichting kruising Burg Jamessingel – Burg Mijssingel 5. Nieuwe verkeersbrug voor autoverkeer en fietsers kruising Burg Mijssingel – Jan van Riebeeklaan 6. Herinrichting kruispunt Burg van Reenensingel – Heuvellaan/Gentseweg 7. Herinrichting kruising Burg van Reenensingel – Harderwijkweg 8. Herinrichting kruispunt Burg Jamessingel – Dreef (Driestar) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting fietsroute Burg van Reenensingel – Hoogvliet/Winterdijk |
– fiets en voetganger |
|||
Realiseren in- en uitrit 2 parkeerterreinen Driestar/Rabobank |
– auto |
|||
Aanleg fietspad Ronsseweg (tussen Burg. Jamessingel en Bluelandweg |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichting straat naar fietsstraat Antwerpseweg (oost-westzijde) vanaf de Gentseweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleg voetpad door spoorpark |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg volledig dubbelzijdig fietspad Jamessingel (incl. begeleiding met bomen) |
– fiets en voetganger |
|||
Groningen: Eemskanaalzone StadshavensII/ EKZ4/ Meerstad |
€ 14.860.000 |
2.250 |
||
Aanpassing bestaande rotonde bij op- en afritten naar de Beneluxweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing P+R Meerstad |
– mobiliteitshub |
|||
Aanleg noordelijke ontsluitingsweg, inclusief parallelstructuur en aansluitingen voor auto, fiets en OV en fietsbrug Borgsloot bij entree Meerstad |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Reconstructie en aanpassen aansluitingen Driebondsweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing kruising Driebondsweg/Middelberterweg incl. reconstructie Middelberterweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Reconstructie kruispunt Ruischerbrug Borgweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Kruising noordelijke ontsluitingsweg met Middelberter Lint |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Groningen: Stadshavens I |
€ 10.400.000 |
3.400 |
||
Herinrichting van de Sontweg (vanaf het kruispunt Europaweg tot aan Sontbrug) en de daarbij behorende aansluitingen met het Sontplein en de nieuwbouwontwikkeling Stadshavens Zuid. Aanpassen ondergrondse infra en verleggen van fietspaden van Stadshavens naar Meerstad en binnenstad Groningen. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting van de Bornholmstraat (vanaf ring zuid tot aan kruispunt Sontbrug) en aanpassingen van het kruispunt Bornholmstraat – Kotkastraat (aanleggen verkeersplein om de doorstroming te bevordering en de verkeersveiligheid te borgen). Tevens aanpassen ondergrondse infrastructuur en aanleggen fietspad aan de oostzijde van de Bornholmstraat ten behoeve van een veilige en snelle afwikkeling van Stadshavens. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsbrug Eemskanaalzone Stadshavens. Deze faciliteert een veilige fietsroute voor Stadshavens en verbindt Meerstad met de binnenstad Groningen. |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsbrug Oosterkade Winschoterkade. Deze faciliteert een veilige fietsroute voor Stadshavens en verbindt Meerstad en Stadshavens met de binnenstad en het Hoofdstation Groningen. |
– fiets en voetganger |
|||
Groningen: Suikerzijde |
€ 24.850.000 |
4.300 |
||
Energiebrug over Hoendiep (auto, fiets) inclusief aanlanding oost en westzijde Hoendiep en oever |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Diamantbrug (auto, ov en fietsbrug) over Hoendiep inclusief aanlanding en oever |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Randweg Suikerzijde noord: Hoendiep reconstructie Energieweg, Hoendiep en kruising Westelijke Ringweg |
– auto |
|||
Randweg Suikerzijde west: Reconstructie en verbreding Johan van Zwedenlaan vanaf kruising Hoendiep t/m kruising Siersteenlaan |
– auto |
|||
Diverse verkeersaanpassingen in Hoogkerk (langzaam verkeer tunnel Johan van Zwedenlaan en aanpassingen aan de direct aanliggende infrastructuur om bij de tunnel te komen) |
– fiets en voetganger |
|||
Twee fietsbruggen: over het Hoendiep (betreft langzaam verkeer bruggen over Hoendiep) |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsverbinding Hoogkerk-Suikerzijde-Binnenstad (route Westelijke Ringweg, aanleg tunnel spoor Leeuwarden- Groningen, fietsroute Suikerzijde Noord, brug over Hoendiep, fietsroute spoorlaan richting Johan van Zwedenlaan) en aantakking |
– fiets en voetganger |
|||
Groningen: Spoorkwartier Groningen |
€ 8.591.000 |
600 |
||
Ombouw kunstwerk Emmaviaduct, tussen Parkweg en Stationsweg. |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Bodemsanering ten behoeve van ontsluiting Emmaviaduct. |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Haarlem: Binnenstedelijke ontwikkeling Haarlem: Stationsgebied Centrum |
€ 15.712.146 |
2.656 |
||
Uitbreiding fietsparkeren ondergronds onder stationsplein met 1.700 plaatsen |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Verplaatsen busstation nabij huidig NS-station (voorheen: vernieuwen busstation) |
– OV |
|||
Haarlem: Haarlem: WBI Europaweg + Nieuw Zuid buiten WBI |
€ 61.983.378 |
6.167 |
||
Ontwikkelen regionaal busstation aan de Schipholweg |
– OV |
|||
Afwaarderen Europaweg tot 2x1 rijstrook (stadsstraat) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Haarlemmermeer: Hoofddorp centrum |
€ 13.523.494 |
1.499 |
||
Hoofdvaart oostzijde herinrichten tussen Burgm. v. Stamplein en Beursrotonde |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Kruisweg herprofileren tussen Nieuweweg en Planetenpad en Gemaalhof en v. Heuven Goedhartlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herprofilering Beursrotonde (Kruising Hoofdweg Oostzijde-Kruisweg-Marktplein) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Burgemeester van Willigenlaan herprofileren tussen Nieuweweg/burgemeester van Stamplein en Kruisweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Parkeergarages Stadscentrum Hoofddorp |
– mobiliteitshub |
|||
Herinrichten kruispunt Planetenweg-Kruisweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herprofileren Nieuweweg tussen Graan voor Visch en Burgm. v. Stamplein |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Harlingen: Harlingen Spaansen |
€ 1.607.000 |
240 |
||
Realiseren 1 beweegbare brug in de Kanaalweg over een te realiseren vaart die het plangebied gaat ontsluiten of 2 vaste bruggen in de Kanaalweg en in de nieuwe ontsluitingsweg vanaf de Almenumerweg. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Heerlen: Centrum |
€ 6.102.328 |
887 |
||
Herinrichten As Parallelweg-Geerstraat-Schakelweg, reconstructie, vergroening en autoluwer |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsveiligheid oversteken rotondes Looierstraat-Homerusstraat en Looierstraat-Schakelweg |
– fiets en voetganger |
|||
Verbeteren/realiseren fietsoversteek Willemstraat-Stationsstraat |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichten Akerstraat, Centrum tot St. Franciscusweg, reconstructie naar GOW |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichten Putgraaf, reconstructie naar GOW en vergroening |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichten Willemstraat-Klompstraat, reconstructie naar GOW en afsluitknip |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichten Gasthuisstraat, reconstructie naar GOW en afsluitknip |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleggen fietsenstallingen Van Grunsvenplein en Bongerd |
– fiets en voetganger |
|||
Helmond: Houtsdonk |
€ 16.123.250 |
1.749 |
||
Kanaaldijk ZW – van auto – naar fiets- en wandelroute |
– fiets en voetganger |
|||
Houtsdonktracé – aanleg nieuwe hoofdrijbaan, fietspaden, recreaduct over hoofdrijbaan, aanleg rotondes, aanpassen kruisingen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aansluiting Heeklaan – aanpassen Heeklaan op nieuw Houtsdonktrace |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Overige Fietsverbindingen: fietspaden en fiets-/voetbrug richting Cacaokade en Suytkadebrug |
– fiets en voetganger |
|||
Suytkadebrug en verlengde Suytkade: aanbrengen fiets-voetpad Verlengde Suytkade, herinrichting wegdek Suytkadebrug en bestaande rijbaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Grondverwerving (uitsluitend ten behoeve van infrastructuur) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Hengelo (O): Binnenstad |
€ 6.137.480 |
900 |
||
Bouw mobiliteitshub (bij kruising Bornsestraat-Deldenerstraat-Oldenzaalsestraat) ten behoeve van ontsluiting (deel)auto, fiets en OV, inclusief bouwrijpmaken van het betreffende terrein |
– mobiliteitshub |
|||
Hengelo (O): Hart van Zuid |
€ 8.910.000 |
1.500 |
||
Centraal gebouwde mobiliteitshub (tussen Laan Hart van Zuid en Industriestraat, ongeveer ten noorden van Esrein) ten behoeve van ontsluiting (deel)auto, fiets en OV) |
– mobiliteitshub |
|||
Hoeksche Waard: Stougjesdijk-Oost |
€ 5.626.507 |
1.491 |
||
Aanleg vrijliggende busbaan met centrale halte in de wijk Stougjesdijk-Oost voor openbaar vervoerverbinding met HOV-kwaliteit. |
– OV |
|||
Verwerving grond R-net tracé |
– OV |
|||
Herstellen van de 'oversteek' bij de Papenweg dmv realisatie van een fietstunnel |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg van een vrijliggend, veilig fietspad voor woon-, werk- en schoolverkeer |
– fiets en voetganger |
|||
Verwerving grond fietspad |
– fiets en voetganger |
|||
Aanpassing bestaande rotonde De Bosschen; aanpassen bochtstralen, aanpassen voor oversteek van openbaar vervoer en langzaam verkeer |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Aanleg nieuwe rotonde ter plaatse van de Greupskerk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Hoogeveen: Stationsgebied/stadscentrum |
€ 14.700.000 |
2.200 |
||
Verkeersknooppunt.1 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassingen verbindingsweg.1 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Parkeeroplossing en omliggende infrastructuur.1 |
– auto – fiets en voetganger – mobiliteitshub |
|||
Hoorn: Stadshart (Poort van Hoorn en omgeving) |
€ 40.316.522 |
5.974 |
||
Nieuwe toegangsweg naar binnenstad onder spoor door voor gemotoriseerd verkeer incl. aansluiting op Provincialeweg en verlengde ondertunneling |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Ophogen Provincialeweg |
– auto |
|||
Onderdoorgang voor langzaam verkeer Keern/Provincialeweg |
– fiets en voetganger |
|||
Aanpassen krusing De Weel/Keern |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassen kruising Dampten/Keern |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Houten: Centrum, Molenzoom, Koppeling |
€ 7.500.000 |
4.750 |
||
Ontwikkeling knooppunt Houten; doorontwikkelen van de stationsomgeving van Houten tot knooppunt, uitbreiden van het fietstransferium, herinrichten van busstation |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Herinrichting de Koppeling |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Molenzoom: Betreft de straat de Molen vanaf kruising met De Koppeling tot kruising met De Slinger |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleggen van een nieuwe fietsverbinding langs het Spoor van Smalspoor naar de Slinger |
– fiets en voetganger |
|||
Verbreden van een bestaande fietsverbinding Odijkseweg-Vlierweg |
– fiets en voetganger |
|||
aanpassen kruispunten de Koppeling |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleggen van een nieuwe fietsverbinding Houten- USP van Kruisboog naar Binnenweg (gemeentegrens) |
– fiets en voetganger |
|||
Hulst: Grote Kreek |
€ 1.140.425 |
250 |
||
Reconstructie weg voor verbinding van het nieuwbouwproject Groote Kreek II naar de bestaande stad voor auto en langzaam verkeer |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting van kruisingen en rotonde voor verbinding van het nieuwbouwproject Groote Kreek II naar de bestaande stad voor auto en langzaam verkeer |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Kampen: Reevedelta Kampen |
€ 13.600.000 |
2.600 |
||
Mobiliteitshub bij station Kampen Zuid voor OV, (deel)auto en fiets, inclusief uitbreiding van het P+R terrein |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Geluidswerendevoorzieningen spoor- en N50 bij Venekwartier (oostkant N50) en Reeve 2 (westkant N50) |
– OV |
|||
Twee ongelijkvloerse oversteken voor de fiets: Venekwartier-Stationsgebied (onder N764) en Venedijk-verlengde Willem Hendrik Zwartallee (onder Europallee) |
– fiets en voetganger |
|||
Snelfietsfietspaden: Station Kampen-Zuid tot aan de N307 (Flevoweg), tunnel bij Cellesbroeksweg |
– fiets en voetganger |
|||
Kerkrade: Div. centrumlocaties |
€ 7.562.500 |
290 |
||
Rotonde Hamstraat / Voorterstraat – omvorming naar een turborotonde incl. diagonaal fiets-/voetgangersbrug |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing kruising Domaniale Mijnstraat / Kruisstraat door aanleg van meerdere rijbanen / voorsorteerstroken |
– auto |
|||
Ongelijkvloerse kruising Roderlandbaan / St. Pieterstraat - omvorming naar een rotonde St. Pieterstraat / Roderlandbaan (sloop viaduct) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Kruising Koningsweg / Niersprinkstraat – aanpassing kruising door wijziging voorrangssituatie voor een betere doorstroming |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Voetgangersbrug over spoor (vanaf omgeving Kosterbeemden) |
– fiets en voetganger |
|||
Opwaarderen fietsverbindingen Kerkrade-Herzogenrath |
– fiets en voetganger |
|||
Leeuwarden: Zuidlanden/ Middelsee |
€ 13.300.000 |
1.550 |
||
Geluidsscherm Unia langs N31 ter hoogte van nieuwbouwdeelgebied Unia |
– auto |
|||
Bruggen binnen deelgebied Unia |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Rotonde De Hem: Kruispunt Sudertrimdielsdyk en Wergeasterdyk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Geluidsscherm Middelsee langs spoor: Van Harinxmakanaal tot ong. onderdoorgang Bredyk |
– OV |
|||
Fietstunnel Redbadwei Zuid: parallel aan Overijsselseaan aan de westkant |
– fiets en voetganger |
|||
Mobiliteitshub voorzieningenzone, Middelsee fase 1 en De Fellingen |
– mobiliteitshub |
|||
Bruggen binnen deelgebied Middelsee |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Leeuwarden: Spoordok |
€ 8.098.770 |
530 |
||
Realisatie van het eerste deel van de mobiliteitshub voor 530 woningen in Spoordok gelegen aan zuidzijde van het plangebied tegen het spoor. |
– mobiliteitshub |
|||
Leiden: Willem de Zwijgerlaan / De Zwijger |
€ 5.450.000 |
920 |
||
Herinrichting Willem de Zwijgerlaan en aanleg Verlengde Kooilaan incl. reconstructie kruising Kooilaan/Verlengde Kooilaan, kruising IJsselmeerlaan/Verlengde Kooilaan en kruising Willem de Zwijgerlaan/IJsselmeerlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Lelystad: Stationsgebied West / Theaterkwartier |
€ 6.002.568 |
1.007 |
||
Verleggen entree parkeergarage Theaterkwartier 1 + aanpassen rotonde Rigastraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Stationslaan, Visarenddreef, Bremenstraat, Koningsbergenstraat en 2 doorgaande fietsverbindingen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Maassluis: Hoekse Lijn |
€ 5.112.250 |
2.450 |
||
Aanpassing kruising: Laan 1940 – 1945 – Julianalaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassing kruising: Laan 1940 – 1945 – P.C. Hooftlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Maastricht: Geusselt eo |
€ 8.258.250 |
972 |
||
Herprofilering openbare ruimte t.b.v. langzaam verkeer |
– fiets en voetganger |
|||
Mobiliteitshub bij de Geusselt (Stadionplein) |
– mobiliteitshub |
|||
Groene Loper, ontbrekend stuk nabij Stadionplein |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsvoorzieningen aanhakend op de Groene Loper |
– fiets en voetganger |
|||
Maastricht: Trega Zinkwit |
€ 7.471.750 |
950 |
||
Herprofilering Borgharenweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsroute vanaf Trega/Zinkwit naar Station Maastricht via: Franciscus Romanusweg, Wilhelminasingel, Sint Maartenslaan |
– fiets en voetganger |
|||
Meppel: Meppel – Noordpoort/ Nieuwveenselanden |
€ 28.400.000 |
2.550 |
||
Nieuwe stadsentree aanleggen (weg en beweegbare brug over de Drentse Hoofdvaart) in het noorden Meppel tussen de N375 (ten hoogte aansluiting met N371) en de Ceintuurbaan (ten hoogte kruising met Hugo de Groot straat) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Ombouwen oude stadsentree (Steenwijkerstraatweg tussen de Watertoren en het Noordeinde) tot langzame verkeersverbinding |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleggen fietstunnel onder de N375 ten hoogte van de Watertoren. |
– fiets en voetganger |
|||
Midden-Groningen: Hoogezand |
€ 4.658.500 |
920 |
||
Geluidsscherm langs de A7 vanaf oprit A7-N387 circa 500 meter oostwaards |
– auto |
|||
Circa 10 verkeersremmende drempels binnen projectgebied |
– auto |
|||
Diverse verkeersmaatregelen (afbuigingen, versperringen, drempels) op Beukemastraat-Kalkwijk |
– auto |
|||
Diverse verkeersmaatregelen (afbuigingen, versperringen, drempels) op Borgercompagiestraat |
– auto |
|||
Diverse verkeersmaatregelen (afbuigingen, versperringen, drempels) op Noordbroeksterstraat |
– auto |
|||
4 rotondes plaatsen: 1. kruising Kielsterachterweg-Vosholen; 2. kruising Croonhoven-Vosholen; 3. Vosholen op hoogte van NAM locatie; 4. kruising Noorderstraat-Noordbroeksterstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Moerdijk: Zevenbergen Oost |
€ 12.100.000 |
1.000 |
||
Aanleg nieuwe fiets en voetgangerstunnel Partoor van Kessellaan – Gebied de Hil nabij NS station Zevenbergen |
– fiets en voetganger |
|||
Nieuwegein: Nieuwegein City + Rijnhuizen |
€ 4.680.000 |
4.500 |
||
Fietspad langs trambaan in City, incl. aanpassing Kolfstedetunnel, aansluitend op de fietsroutes Utrecht, IJsselstein en Houten. |
– fiets en voetganger |
|||
Nieuwe fietsbrug aan de zuidoostzijde van City over de Doorslag |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsstraat Mendes da Costalaan en vervolgroute tot aan Sweelincklaan, i.c.m. verbetering oversteekbaarheid Richterslaan-Mendes da Costalaan |
– fiets en voetganger |
|||
Verminderen barrièrewerking en verbeteren oversteekbaarheid voor fietsers Noordstedeweg |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsbrug over het Merwedekanaal (betreft meerkosten) aansluitend op rode loper / fietsstraat als cruciale schakel in het fietsnetwerk: Ongeveer ten hoogte van Langelaan |
– fiets en voetganger |
|||
Verlagen barrièrewerking kruising Plettenburgerlaan-Martinbaan-Perkinsbaan |
– fiets en voetganger |
|||
OV versnelling in relatie met Utrecht, door bussen te laten halteren op de rijbaan. |
– OV |
|||
Nijmegen: Kanaalzone-Zuid: Dukenburg |
€ 8.000.000 |
1.200 |
||
Ontsluitingswegen, bereikbaarheid en verkeersregelinstallaties tbv woningbouwontwikkelingen in Zwanenveld en de ontsluiting, bereikbaarheid en infrastructuur inclusief landschappelijke inpassing ROC locatie. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren fietsverbindingen en langzaamverkeersverbindingen inclusief onderdoorgangen spoor. Vanaf Wijchenseweg tot aan kruising Van Schuylenburgweg- Zwanenveld en het verbeteren onderdoorgang spoor Viaductweg bij station Dukenburg. |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Aanpassing OV plein/hub station Dukenburg en overstapfunctie tussen spoor en woningbouwontwikkelingen Zwanenveld. |
– fiets en voetganger – OV – mobiliteitshub |
|||
Nijmegen: Kanaalzone-Zuid: Winkelsteeg |
€ 40.000.000 |
2.200 |
||
Verplaatsen, aanpassen en herinrichten gebiedsontsluitingsweg Graafsweg (S100), Neerbosscheweg (N326) en aansluitende wegen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleg tweetal tunnels langzaam verkeer Jonkerbosplein |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg stationspleinen (Noord en Zuid), OV-plein/hub, busbaanaansluiting en gebouwd fietsparkeren Station Goffert |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Herinrichting gebiedsontsluitingsweg en kruisingen Nieuwe Dukenburgseweg en aansluitende wegen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleg fietsopgangen bruggen Maaswaalkanaal (fietsopgang Graafseweg / fietsopgang Nieuwe Dukenburgseweg) en integratie met nabije omgeving |
– fiets en voetganger |
|||
Nijmegen: Stationsgebied (incl. Waalfront) |
€ 34.000.000 |
2.500 |
||
Westentree: aanleg nieuw stationsgebouw, plein, gebouwde fietsenstalling, faseringsmaatregelen ombouwperiode |
– OV – mobiliteitshub |
|||
Fietsroute Krayenhofflaan-Koninginnelaan-Nieuwe Nonnendaalseweg en aansluiting vijfknoop |
– fiets en voetganger |
|||
Ontsluiting knooppunt Hezelpoort en Joris Ivesplein (Fietsopgang en voetgangerspassage Hezelpoort., herinrichting voorstadselaan en Joris Ivesplein) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Verblijfsvriendelijke mobiliteitstransitie binnenstad; door herinrichting en/of realisatie fietsparkeervoorziening op of rondom het Joris Ivensplein en mogelijk ook andere locaties aan fietsroutes in de binnenstad. Daarnaast autoluw maken van de binnenstad door het afgesloten gebied te vergroten, autoparkeerplaatsen op het maaiveld te verwijderen en her in te richten. |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Keizer Karelplein |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Nissewaard: Haven Noord Spijkenisse |
€ 8.880.102 |
1.340 |
||
Realiseren van een langzaamverkeersverbinding tussen Haven Noord en het stadscentrum van Spijkenisse over de Schenkelweg |
– fiets en voetganger |
|||
Verbeteren van de langzaamverkeersroute tussen Haven Noord en Metrobusstation (Schenkelweg, Den Uyllaan, Raadhuislaan, Centrumpark) |
– fiets en voetganger |
|||
Realiseren van een ontsluiting voor autoverkeer van Haven Noord op de bestaande hoofdinfrastructuur (Groene Kruisweg/Schenkelweg) |
– auto |
|||
Nissewaard: Spijkenisse Centrum |
€ 5.626.500 |
600 |
||
Aanpassen van de Ruwaard van Puttenweg tussen Hekelingseweg en de Centrumlaan |
– auto |
|||
Realiseren van een fietsenstalling nabij het metrobusstation |
– fiets en voetganger |
|||
Aanpassen van de Bliekstraat naar fietsweg vanaf het Centrumpark tot de Schoutstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van parkeervoorzieningen rondom het HOV knooppunt zodat woningbouw kan worden ontwikkeld |
– mobiliteitshub |
|||
Noordenveld: Peize en Roden Noordenveld |
€ 2.750.000 |
500 |
||
Realiseren van fietstunnel Borchsingel te hoogte van de rotonde bij de hub Hoogkerk. |
– fiets en voetganger |
|||
Herinricht van de hub Peize en het naastgelegen knelpunt zodat een vrije baan richting de haltres ontstaat en de fietser beter gefaciliteerd worde bij het oversteken van de N372 |
– auto – fiets en voetganger – mobiliteitshub |
|||
Verbeteren doorfietsroute Roden – Groningen zodat het hele traject voldoet aan de kwaliteitseisen van een doorfietsroute |
– fiets en voetganger |
|||
Oldambt: Binnenstad van Winschoten |
€ 2.271.014 |
245 |
||
Parkeerterrein bovengronds 150-200 plaatsen St Lucasterrein |
– mobiliteitshub |
|||
Mobiliteitshub in stationsgebied |
– mobiliteitshub |
|||
Herstraten Gaslaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Bouw parkeerkelder 100-150 plaatsen St. Lucasterrein |
– mobiliteitshub |
|||
Herstraten/herinrichten rijbaan Poststraat, Liefkensstraat, Liefkendwarstraat, Torenstraat en Blijhamsterstraat en inpassing in omgeving |
– auto – fiets en voetganger |
|||
herstraten / herinrichten rijbaan tussen Liefkensstraat en De Venne |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herstraten rijbaan Poort van Winschoten |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herstraten rijbaan Brugstraat Winschoten |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Oosterhout: Amphia Pasteurlaan e.a. |
€ 6.050.000 |
508 |
||
Realiseren OV-hub Amphia waardoor bereikbaarheid woningbouwontwikkeling in en rond centrum verbeteren |
– mobiliteitshub |
|||
Realisatie van inpandige fietsenstalling bij de OV hub Amphia ten behoeve van 700 (brom)fietsen en deelmobiliteit. |
– mobiliteitshub |
|||
Reconstructie kruispunt Pasteurlaan – Strijenstraat – Abdis van Thornstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Oss: stationskwartier Ravenstein |
€ 4.000.000 |
300 |
||
Nieuwe stationstunnel Ravenstein aanleggen, incl. interwijkverbinding fietsers en voetgangers |
– fiets en voetganger – OV |
|||
Purmerend: Ontwikkeling stationsgebied/binnenstad= Stadshart Purmerend |
€ 16.882.672 |
4.171 |
||
Aanpassen kruispunten Waterlandlaan-Gorslaan, Gorslaan-Jaagweg, Gorslaan-Weteringstraat en Verzetslaan-N235 t.b.v. doorstroming HOV (R-net) |
– OV |
|||
Herinrichten Waterlandlaan / Purmersteenweg / Gedempte Where naar stadsboulevard |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Nieuwbouw mobiliteitshub Waterlandkwartier op Beatrixplein |
– mobiliteitshub |
|||
Roermond: Melickerveld |
€ 668.525 |
468 |
||
Realisatie aansluiting Melickerveld op Heinsbergerweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
verleggen van de fietsstructuur; aanleg van een nieuwe verbinding tussen de Ratommerweg, Heinsburgerweg en de fietsbrug over de N293 |
– fiets en voetganger |
|||
Verbreden van de Eindstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Roosendaal: Rondje Roosendaal |
€ 2.133.250 |
2.000 |
||
Herprofilering Laan van Brabant met meer aandacht voor langzaam verkeer [kruispunt LvB met B. Freijterslaan tot kruispunt LvB met Laan van Limburg] + volledige herinrichting hiervoor genoemde kruispunten incl. benodigde aanpassingen aantakkingen |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Reconstructie Hendrik Gerard Dirkx straat-stationsstraat met meer aandacht voor langzaam verkeer [kruispunt LvB met B. Freijterslaan tot kruispunt Stationsstraat met Ludwigstraat) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Opwaarderen verbinding Stadsoevers/Vlietpark met centrum: herprofilering met aandacht voor langzaam verkeer [kruising Kade met Kadeplein en kruising Markt met Stationsstraat] |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Opwaarderen langzaamverkeersverbinding Stadsoevers/Vlietpark met centrum: verbeteren toegankelijkheid en leefbaarheid/aantrekkelijkheid Passarelle, inclusief reconstructies directe omgeving Passarelle [verbinding van Industriestraat tot Stationsstraat] |
– fiets en voetganger |
|||
Rotterdam: Alexanderknoop |
€ 7.800.000 |
2.000 |
||
Ontwikkelen en realiseren van een 24/7 toegankelijke mobiliteitshub, bestaande uit parkeerplaatsen voor auto’s en ander vormen van (deel-)mobiliteit plus de hiervoor benodigde infrastructurele aanpassing, te realiseren aan de rand van het centrumdeel van het plangebied. |
– mobiliteitshub |
|||
Rotterdam: Brainpark I |
€ 12.098.406 |
2.998 |
||
Realiseren van geluidwerende (tussen)schermen aan de oostzijde van Brainpark I, om het geluid van de A16 te reduceren en een prettige en verantwoorde (nieuwe) woonomgeving te creëren. |
– auto |
|||
Rotterdam: M4H |
€ 9.278.000 |
2.500 |
||
Aanleg gebiedsontsluitingswegen: het realiseren van nieuwe aansluitingen van de Makerstraat op de omgeving, namelijk de Galileistraat op de Schiedamseweg en de Keilestraat op de Vierhavenstraat. Hiermee ontstaat ruimte voor de noodzakelijke scheiding van woon-/werkverkeer en maakverkeer op Havenallee en Makersstraat (1A, B, C op de kaart) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren nieuwe verbindingen en aansluitingen op Marconiplein vanuit M4H. Dit betreft de investering in de aanleg van een t-splitsing op de aansluiting Galvanistraat-Vierhavenstraat en het upgraden en gedeeltelijk autoluw maken van de Marconistraat. (2A en B op de kaart) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Last mile voorzieningen: het resterend tekort van de exploitatie in het kader van het realiseren last mile voorziening van het metrostation naar de mobiliteitshubs en de woningen, mogelijk in de vorm van een shuttle). (ongenummerd) |
– OV |
|||
Realiseren van een voetgangersbrug vanaf het Dakpark over de Vierhavenstraat. Op deze manier worden bestaande stadswijken verbonden met het M4H-gebied (nummer 5 op de kaart) |
– fiets en voetganger |
|||
Schiedam: Nieuw Mathenesse |
€ 7.962.526 |
1.200 |
||
Ontsluiting van het gebied naar Nieuwe Mathenessestraat/Rotterdamsedijk en aanpassing Buitenhavenweg/Rotterdamsedijk/Broersvest |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van een parkeerhub Hoek Nieuwe Sticht tbv centrumparkeren |
– mobiliteitshub |
|||
Aanleg van een brug Makkersstraat – Bakkershaven voor afwikkeling van fiets- en voetgangersverkeer |
– fiets en voetganger |
|||
Herinrichting Buitenhavenweg, inclusief entrée van de Koemarkt, ter verbetering van de aansluiting met de Schiedamse binnenstad en de route richting treinstation Schiedam Centraal |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van een hoogwaardige fietsverbinding tussen Van Deventerstraat en Boerhaavelaan |
– fiets en voetganger |
|||
Schouwen-Duiveland: Zierikzee (Noorderpolder, Binnenstad, instapproducten) |
€ 6.825.000 |
510 |
||
Aanpassen rotonde N59/N654: Turborotonde met fietstunnel(s) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
's-Gravenhage: De Binckhorst |
€ 5.012.150 |
1.100 |
||
Zonweg/Melkwegstraat – Opwaarderen van de kruising Zonweg/Melkwegstraat voor de fiets en 8 dwars parkeren naar langsparkeren |
– auto – fiets en voetganger |
|||
St. Barbaraweg/Binckhorstlaan – Opwaarderen van de aansluiting van de St. Barbaraweg op de Binckhorstlaan voor de fiets en K&R strook St. Barbaraweg voor auto en voetganger + drempel (transformatiefase) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Vestaweg – Herinrichting van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Vestaweg tussen Zonweg richting Wegastraat en aansluitend op de Binckhorstlaan fase 1 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Siriusstraat – Herinrichting van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Siriusstraat tussen Wegastraat en Mercuriusweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Komeetweg – Herinrichting van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Komeetweg parrallel aan de MercuriuswegKomeetweg parrallel aan de Mercuriusweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Callistoweg BCP – Nieuwe aanleg van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Callistoweg tussen Sally Ridesstraat en Uranusstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Callistoweg Junoblok – Nieuwe aanleg van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Callistoweg tussen Junostraat en Binckhorstlaan (nabij roeivereniging De Laak) |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Meteoorstraat – Herinrichting van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Meteoorstraat tussen Poolsterstraat en Plutostraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Poolsterstraat – Herinrichting van een gebiedsontsluitingweg voor auto, fiets en voetganger ter plaatse van de Poolsterstraat tussen Binckhorstlaan en Trekvliet. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
's-Gravenhage: Laakhaven Centraal |
€ 46.875.400 |
5.500 |
||
Aanleg tunnel langzaam verkeer onder spoor: Koningstraat-Waldorpstraat |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg voetgangersbrug over het Laakkanaal: Verheeskade – Neherkade |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg mobiliteitshub tussen Van der Kunstraat en Lulofstraat |
– mobiliteitshub |
|||
's-Gravenhage: Zuidwest |
€ 18.715.825 |
3.341 |
||
Mobiliteitshub MeLeCo: In buurt van Coervordenstraat |
– mobiliteitshub |
|||
Mobiliteitshub Denekamp: In buurt van Fluitenbergstraat |
– mobiliteitshub |
|||
Herinrichting Beresteinlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
's-Hertogenbosch: Station Oost |
€ 13.400.000 |
1.000 |
||
Realiseren gebouwde transferium/mobility-hub | dubbelgebruik en deelmobiliteit, invulling voor lokale en bovenwijkse functie, fase 1 |
– mobiliteitshub |
|||
Realiseren fiets-onderdoorgang spoor om de wijk/voorzieningen bereikbaar te maken voor langzaam verkeer. |
– fiets en voetganger |
|||
Sittard-Geleen: Middengebied C/Nieuw Absbroek |
€ 1.587.523 |
274 |
||
Aanpassing kruispunt Rijksweg Zuid met Westelijke Randweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsoversteek Rijksweg Zuid |
– fiets en voetganger |
|||
Realisatie kruispunt wijk Nieuw-Absbroek met Rijksweg Noord en aansluitingen Zuyderland Medisch centrum |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsoversteek Rijksweg Noord |
– fiets en voetganger |
|||
Aanpassing kruispunt Rijksweg Noord met Geleenbeeklaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Sliedrecht: Merwedelingelijn Sliedrecht |
€ 20.995.000 |
1.880 |
||
Aanleg Noord-Zuid-Verbinding: Nieuwe ontsluiting voor auto, fietsers en voetgangers over de A15, de Betuwelijn en de Merwedelingelijn vanaf de Thorbeckelaan naar de nieuwe wijk. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Soest: Soesterberg |
€ 1.989.845 |
920 |
||
Extra ontsluitingsweg vanuit Soesterberg Kom naar de Novalaan/Kerklaan in Zeist, inclusief aanpassing van de aansluiting Novalaan-Rademakerstraat. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Betere ontsluiting van Soesterberg-Noord en vliegbasis Soesterberg op de N237 door de aanpak van het kruispunt Amersfoortsestraat (N237) met aan de noordzijde de Laan Sortie 16 en parallelweg Amersfoortsestraat en aan de zuidzijde de Kerklaan en Rademakerstraat. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Stukje fietsstraat op de Kampweg / ’t Zwarte wegje op de hoofdfietsroute richting voorzieningen in Zeist |
– fiets en voetganger |
|||
Busbaan tussen de nieuwbouwwijken Oude Tempel en Kontakt der Kontinenten, |
– OV |
|||
Stichtse Vecht: Planetenbaan/Het Kwadrant en Bisonspoor |
€ 3.930.543 |
3.152 |
||
Aanpassen bestaande fietsbrug over Ruimteweg |
– fiets en voetganger |
|||
Nieuwe fietspad thv Planetenbaan |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsbrug over Ruimteweg |
– fiets en voetganger |
|||
Nieuwe fietspad thv Kwadrant |
– fiets en voetganger |
|||
Onderdoorgang fietspad onder op-afrit N230 |
– fiets en voetganger |
|||
Kruising Waverijnweg/Maarssenbroeksedijk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herprofileren Maarssenbroeksedijk |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Terneuzen: Laan van Othene |
€ 6.296.840 |
569 |
||
Aanlegkosten ontsluitingsweg Laan van Othene |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Grondaankopen ten behoeve van ontsluitingsweg Laan van Othene |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Bijdrage aansluiting aan Rotonde Provincie Zeeland N290 |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Herinrichting – reconstructie afvoerkanalen voor ontsluitingsweg LvO |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van fietsverbinding Rondje Kreek 2e fase |
– fiets en voetganger |
|||
Grondaankopen tbv aanleg fietsverbinding Rondje Kreek 2e fase |
– fiets en voetganger |
|||
Realiseren van fietsverbinding Rondje Kreek 3e fase |
– fiets en voetganger |
|||
Tiel: Spoorzone / Lingehoven |
€ 7.767.500 |
570 |
||
Rotonde Spoorstraat/Papesteeg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietstunnel onder het spoor (Spoorstraat- met aansluiting op bestaande fietspaden) |
– fiets en voetganger |
|||
Parkeergarage en ontsluiting Lingehoven |
– auto – mobiliteitshub |
|||
Fietspad Beroepscollege-Mavo Teisterbantlaan |
– fiets en voetganger |
|||
Tilburg: Kenniskwartier |
€ 12.112.100 |
1.000 |
||
Reconstructie Hasseltrotonde – by-pass noordzijde Smarius – Ringbaan Noord |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realisatie fiets- en voetgangersdoorsteek Reitse Campus < > Spoorpark – Ringbaan West |
– fiets en voetganger |
|||
Realisatie eerste deel Esplanade Reitse Campus < > Universiteit – zijde Ringbaan West |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren en organiseren aanbod deelmobiliteit – P&R locatie en Reitse Campus |
– mobiliteitshub |
|||
Afdekken onrendabele top gebiedsparkeren – P&R locatie en Reitse Campus |
– mobiliteitshub |
|||
Realiseren fietsmaatregelen – aantakking SFR Breda < > Waalwijk – P&R locatie |
– fiets en voetganger |
|||
Tilburg: Binnenstad |
€ 8.353.020 |
2.700 |
||
afdekken onrendabele top parkeren & deelmobiliteit voor de 3 ontwikkelingen |
– mobiliteitshub |
|||
reconstructie aansluiting Louis Bouwmeesterplein op de Zomerstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
realisatie tijdelijke parkeergarage bij de Brandweerkazerne aan de Noordhoekring |
– mobiliteitshub |
|||
realisatie mobiliteitshub/fietsenstalling onder Stadswinkel Stadhuisplein |
– mobiliteitshub |
|||
Utrecht: 2e Daalsedijk (incl. Wisselspoor), Cartesiusdriehoek, Sportpark Zuilense Overvecht |
€ 16.516.500 |
1.544 |
||
Aanleg fietstunnel onder spoor Spijkerstraat/Boorstraat naar Wisselspoor/2e Daalsedijk |
– fiets en voetganger |
|||
Utrecht: Zuidwest |
€ 86.770.000 |
6.200 |
||
Mobiliteitshub Papendorp incl. inpassing |
– mobiliteitshub |
|||
Oostwest fietsverbindingen Kanaleneiland: 1. Van Heuven Goedhartlaan, 2. Vasco da Gamalaan, 3. Fietsontsluiting tussen het midden van Kanaleneiland, Transwijk en de Merwedekanaalzone via Afrikalaan en Lanslaan |
– fiets en voetganger |
|||
Fietsverbinding Papendorp met Leidsche Rijn Centrum |
– fiets en voetganger |
|||
Gebouwde fietsvoorziening Jaarbeurspleingebouw |
– fiets en voetganger |
|||
Dynamisch verkeersmanagement in Utrecht zuidwest om de verkeersstromen in de wijken Kanaleneiland, Transwijk, Merwede en Welgelegen te beheersen. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Veenendaal: Groenpoort |
€ 1.442.284 |
968 |
||
Aanleg T-splitsing met VRI op provinciale weg N233 ter hoogte van de nieuwe wijk Groenpoort |
– auto |
|||
Aanvullende kosten gefaseerde verbreding N233: maken tijdelijke overgang van de verbrede rondweg (2x2) naar het huidige wegprofiel (2x1). In een later stadium wordt ook het resterende deel verbreed. |
– auto |
|||
Vlaardingen: Rivierzone |
€ 25.778.529 |
2.587 |
||
Marathonweg: volledig 2x2-baans, aanpassen kruispunten, aansluiting op A20, en fietsbrug |
auto – fiets en voetganger |
|||
Hoogwateraanpak: kademuren en waterkering |
– vaarweg |
|||
Hoogwateraanpak: ophogen wegen, grondwerk en verharding |
– auto – fiets en voetganger – vaarweg |
|||
2 bruggen bij Koningin Wilhelminahaven voor langzaam verkeer: Naast metrobrug en in verlengde van Waterleidingstraat. |
– fiets en voetganger |
|||
KW-haven: Sluisplein en doorsteek Vulcaanweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanpassen afritten A4 (Vijfsluizen) en A20 (Holysingel) |
– auto |
|||
Aanpassing kruising Abel Tasmanlaan – Deltaweg, en kruisingVan Beethovensingel – Deltaweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Opnieuw aanleggen gedeelte Deltaweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Nieuwe straat Verlengde Beethovensingel |
– auto – fiets en voetganger |
|||
(Deels) herinrichten overige straten plangebied: Parallelweg, Vetteoordskade, Westhavenkade, Waterleidingstraat, Abeltasmanlaan, Bartholomeus van Buerenweg, Olivier van Noortlaan. |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Wageningen: De Dreijen |
€ 3.303.300 |
572 |
||
Realiseren van doorstromingsmaatregelen op Diedenweg/Mansholtlaan tussen de Ritzema Bosweg en Nijenoord Allee |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Geluidsmaatregelen langs de Diedenweg/Mansholtlaan tussen de Ritzema Bosweg en Nijenoord Allee |
– auto |
|||
Weert: Gebiedsvisie Keent & Moesel |
€ 2.235.000 |
238 |
||
Verbeteren verkeersveiligheid straten: Sint Jozefslaan, Maaseikerweg, Kruisstraat, Nassaulaan, Beatrixlaan, Johan Willem Frisolaan, Dillenburg, Victor de Stuersstraat en Kerkstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsoversteek Ringbaan-Zuid bij Johan Willem Frisolaan |
– fiets en voetganger |
|||
Westland: Waelpark (het Nieuwe Westland) |
€ 5.720.000 |
720 |
||
Reconstructie Rijnvaartweg, tnn behoeve van de deelgebieden Waelplas, Waelpolder en Rijnvaart |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Een ongelijkvloerse fietsonderdoorgang op de Secretaris Verhoeffweg/Zuidweg |
– fiets en voetganger |
|||
Verbreding rotonde Galgeweg, Vierschaar en Kruisbroekweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Ontsluiting deelgebied Naaldwijkse weg op Naaldwijkse weg |
– auto |
|||
Aanleg hoofdontsluitingsweg (Fluwijn) deelgebied Waelpolder |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Wijchen: Wijchen-West |
€ 4.525.400 |
928 |
||
LV-tunnel onder Westerdreef: Stationslaan naar Wijchen-West |
– fiets en voetganger |
|||
LV-tunnel onder spoor nabij basisschool: Parallel aan Westerdreef in Wijchen-West |
– fiets en voetganger |
|||
LV-tunnel onder spoor (parallel aan N845) |
– fiets en voetganger |
|||
Woerden: Middelland, Stationsgebied, Snellenpoort |
€ 10.000.000 |
1.989 |
||
Aanleg fietsverbinding van Noord Middelland naar de binnenstad |
– fiets en voetganger |
|||
Ombouwen kruispunt Amsterdamlaan- Steinhagenseweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Fietsverbinding vanaf station naar het centrum: langs de Oostdam en Stationsweg |
– fiets en voetganger |
|||
Aanleg 5 mobiliteitshubs binnen woningbouwgebied: (deel)auto's,(deel)fiets en OV |
– mobiliteitshub |
|||
Zaanstad: Kogerveldwijk |
€ 4.226.403 |
775 |
||
Afwaarderen A7/A8 Prins Bernhardweg en opwaarderen naar een stadstraat |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Maatregelen voor doorstroming op Prins Bernhardplein |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Zoetermeer: Entree Zoetermeer |
€ 13.285.929 |
4.500 |
||
Fietsroute noord-zuid over de A12 en het spoor |
– fiets en voetganger |
|||
Hellingbaan aan de Zuidzijde A12 |
– fiets en voetganger |
|||
Zoetermeer: binnenstad |
€ 25.300.000 |
2.100 |
||
Reconstructie Denemarkenlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Openbare parkeergarage Denemarkenlaan |
– mobiliteitshub |
|||
Reconstructie Luxemburglaan / Duitslandlaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Omleggen infrastructuur reconstructie Nederlandlaan, Opheffen verkeerslus JL van Rijweg-Nederlandlaan tbv aanpassing verkeerssysteem Binnenstad |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Realiseren van een nieuwe parkbrug voor voet/fiets over Randstadrail t.h.v. Nederlandlaan tussen Engelandlaan en Promenadeplein om zo de verschillende woongebieden aan elkaar te verbinden. |
– fiets en voetganger |
|||
Reconstructie Engelandlaan / Frankrijklaan |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Aanleg fiets- en voetgangersverbindingen incl. groen tussen deelgebieden door het Centraal Park rondom de grote Dobbe, inclusief upgrade straat ‘Zuidwaarts’ |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Openbare parkeervoorziening en fietsparkeervoorziening ‘Markt’ |
– mobiliteitshub |
|||
Reconstructie straat ‘Onderlangs’ |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Bijdrage aan bovenplanse kosten Entree (reconstructie kruising Afrikaweg-Van Leeuwenhoeklaan en Afrikaweg-Meerzichtlaan) toerekenbaar aan Binnenstad |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Zwijndrecht: Stationskwartier |
€ 4.060.000 |
570 |
||
Verplaatsen en verlengen Brugweg Maasterras: Van brug over Maas tot burgemeester Doumaweg |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Reconstructie Karel Doormanlaan Noord: Vanaf kruising nieuwe Brugweg tot aan Stationsweg |
– auto – fiets en voetganger – OV |
|||
Zwolle: Spoorzone |
€ 26.620.000 |
1.640 |
||
Aanleg Langzaamverkeersverbinding onder spoor: Kamperweg-Spoorzone |
– fiets en voetganger |
|||
Verbreding bestaande Koggetunnel ontsluiting oostzijde Koggepad |
– fiets en voetganger |
|||
Herprofilering kruisingen IJsselallee-Hanzelaan |
– auto |
|||
Herprofilering Veerallee tussen IJsselallee en entree |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Zwolle: Stadshart |
€ 25.011.350 |
1.610 |
||
Herinrichting Singel: Wegen aan buitenkant grachten historische binnenstad |
– auto – fiets en voetganger |
|||
Ontwikkeling mobiliteitshub met ca 500 parkeerplaatsen Oost-zijde (Luttenbergstraat) inclusief inprikkers Wevelinkhovenstraat, wethouder Alferinkweg inclusief inrit naar hub (stukje Luttenbergstraat) |
– auto – fiets en voetganger – mobiliteitshub |
Het kabinet wil dat iedereen in Nederland prettig kan wonen. Dat kan nu niet door een tekort aan (betaalbare) woningen. Vanuit die doelstelling staan we in Nederland voor een grote maatschappelijke opgave om tot en met 2030 900.000 extra woningen te bouwen.1 In het coalitieakkoord is het streven opgenomen dat ten minste twee derde van deze woningen een betaalbare woning moet zijn.2 Dit vergt een maximale inspanning van alle partijen om op kleine, middelgrote en grootschalige locaties woningen te bouwen en deze locaties te ontsluiten en bereikbaar te maken.
Extra investeringen in infrastructurele voorzieningen zijn nodig voor het ontsluiten en bereikbaar maken van de nieuwe woningbouwlocaties en dragen dus bij aan hun realisatie. In het coalitieakkoord is daarom voor de komende tien jaar € 7,5 miljard beschikbaar gesteld in het Mobiliteitsfonds voor een goede bereikbaarheid en ontsluiting van nieuwe woningen in de 17 grootschalige NOVEX-woningbouwlocaties en daarbuiten. In lijn met het coalitieakkoord komen deze middelen in overleg tussen de Minister van Infrastructuur en Waterstaat (hierna: de minister), de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (hierna: de Minister van BZK) en de regionale overheden tot besteding.
Van deze € 7,5 miljard is er € 1,5 miljard gereserveerd voor bovenplanse infrastructuur bij grootschalige woningbouwlocaties in heel Nederland waar op korte termijn (binnen drie tot vijf jaar) kan worden gestart met de bouw van woningen.
Deze ministeriële regeling heeft tot doel om gemeenten in staat te stellen bovenplanse infrastructurele voorzieningen te realiseren om op korte termijn grootschalige woningbouwlocaties te verwezenlijken door heel Nederland zowel binnen als buiten de 17 grootschalige NOVEX-woningbouwlocaties. Door de financiële bijdrage van het Rijk kunnen de ontsluiting en bereikbaarheid van deze locaties mogelijk worden gemaakt. Het gaat om een breed scala aan maatregelen zoals aanpassingen van wegen, (fiets)tunnels, mobiliteitshubs3, aanpassingen rond (bus)stations en aanleg van fietsroutes.
De rijksbijdrage is nodig omdat de bovenplanse infrastructuur niet bekostigd kan worden uit de grondexploitatie en kostenverhaal op een woningbouwlocatie. Bovenplanse infrastructuur zorgt niet alleen voor de ontsluiting en bereikbaarheid van de woningbouwlocatie zelf, maar heeft ook een positief effect op de ontsluiting en bereikbaarheid van bestaande woningen en voorzieningen. De kosten van de bovenplanse infrastructuur zijn echter hoog en niet evenredig aan het profijt dat het plangebied ervan heeft.
Deze regeling is aanvullend op de reeds bestaande Woningbouwimpuls (hierna: WBI) van de Minister van BZK. Ook gemeenten die geen WBI hebben ontvangen, hebben in aanmerking kunnen komen voor een specifieke uitkering op grond van deze regeling. De WBI richt zich specifiek op het financieel tekort op een publieke grondexploitatie en heeft een breder bereik dan de onderhavige regeling: naast de kosten van de binnenplanse infrastructuur komen ook de toerekenbare kosten voor het verlagen van stikstofdepositie, saneren van de bodem, verplaatsen van activiteiten die hinder veroorzaken voor woningbouw en het inrichten van de openbare ruimte in aanmerking voor een bijdrage uit de WBI. De WBI bekostigt alleen het deel van de maatregelen dat proportioneel toerekenbaar is aan de nieuwbouw.4
Met de ontwikkeling van deze grootschalige woningbouwlocaties kunnen verschillende ruimtelijk-fysieke opgaven gecombineerd worden. Door op deze locaties te bouwen zorgen we dat er voldoende voorzieningen in de buurt zijn, mensen veel verschillende mogelijkheden hebben om zich te verplaatsen en wonen en werken goed gecombineerd worden. Voor een goede volkshuisvesting is het kunnen wonen in een passende woning die staat in een leefbare en goed bereikbare wijk belangrijk.
Artikel 6, tweede lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet Mobiliteitsfonds maakt verstrekking van middelen uit het Mobiliteitsfonds aan gemeenten mogelijk ten behoeve van aanleg, verbetering, beheer en onderhoud en bediening van infrastructuur die door hen wordt beheerd. Ook kunnen maatregelen en voorzieningen waarmee wordt beoogd de doelmatigheid van het gebruik van infrastructuur te vergroten ten laste van het Mobiliteitsfonds worden gebracht. Tot infrastructuur worden ook gerekend de daarbij behorende voorzieningen ten behoeve van de verkeersveiligheid, verkeersmanagement en bescherming van het milieu. Op de verstrekking van deze specifieke uitkeringen zijn de bepalingen van hoofdstuk 3 van de Financiële-verhoudingswet van toepassing. De wettelijke grondslag voor deze regeling is de Kaderwet subsidies I en M. Gelet op artikel 2 van de Kaderwet subsidies I en M is op de verstrekking van specifieke uitkeringen ook titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht (bepalingen over subsidies) van toepassing.
In het programma Woningbouw5 van de Minister van BZK is opgenomen dat in aanloop naar de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving van 2022 alle gemeenten in Nederland voorstellen mochten indienen voor woningbouwplannen op grootschalige woningbouwlocaties waar met infrastructuurmaatregelen binnen drie tot vijf jaar gestart kan worden met het bouwen van woningen.
Om gemeenten te ondersteunen bij het opstellen van deze voorstellen zijn werksessies in het land gehouden. Tijdens deze sessies is een nadere toelichting gegeven op de gehanteerde spelregels en criteria. Ook zijn gemeenten in de gelegenheid gesteld om de eerste contouren van de voorstellen te presenteren.
Uiteindelijk zijn er voor de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving in totaal 253 voorstellen door gemeenten ingediend die door experts beoordeeld zijn op de uitgangspunten en criteria uit het programma Woningbouw en de Kamerbrief over het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (hierna: MIRT).6 Na beoordeling van deze voorstellen bleven 70 plannen over die voldoende waren uitgewerkt. Deze zijn besproken in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022. Daar is geconstateerd dat er 32 plannen direct voldeden aan de criteria én dusdanig waren uitgewerkt dat hierover concrete bestuurlijke afspraken konden worden gemaakt. Daarnaast werden resterende 38 plannen positief beoordeeld, maar daarvan was de cofinanciering vanuit de gemeenten nog niet geregeld. Van de 183 voorstellen die (nog) niet aan één of meer criteria voldeden is afgesproken dat die gemeenten die voorstellen mochten verbeteren en opnieuw konden indienen voor besluitvorming in de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022. Voor de voorstellen die werden ingediend voor de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022 zijn de criteria voor de maximale bijdrage per woning en de cofinanciering aangescherpt, omdat het resterende budget beperkt was. Uiteindelijk hebben gemeenten 73 voorstellen ingediend voor de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022, waarvan er 36 voorstellen zijn gehonoreerd.
Criteria en beoordeling van de voorstellen
Alle door de gemeenten ingediende voorstellen zijn getoetst aan de volgende uitgangspunten:
• Er is een bovenplans bereikbaarheids- of ontsluitingsvraagstuk (op rijks-, provinciale of gemeentelijke infrastructuur);
• Binnen de verstedelijkingsgebieden7 omvat het plan meer dan 500 woningen in de periode tot en met 2030; buiten de verstedelijkingsgebieden moet er sprake zijn van meer dan 200 woningen in de periode tot en met 2030;
• Minimaal 50% van de woningen valt in de categorie betaalbaar.
• Plannen kunnen aannemelijk (op termijn) voldoen aan wettelijke eisen op gebied van luchtkwaliteit, stikstof, natuur, externe veiligheid, gezondheid en geluid.
Plannen die niet voldeden aan bovenstaande uitgangspunten zijn afgevallen.
Vervolgens zijn de voorstellen getoetst op zeven beoordelingscriteria, zodat de kwalitatief beste voorstellen overbleven. In onderstaande tabel zijn de beoordelingscriteria weergegeven.
Beoordelingscriteria |
1ste ronde voor Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 |
2de ronde voor Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022 |
Toelichting scoring |
---|---|---|---|
Mate van koppeling tussen infrastructuurinvesteringen en woningbouw |
Bij score 1 of 2 afgevallen |
Bij score 1 of 2 afgevallen |
De voorstellen zijn als volgt gescoord: 1. Voorgestelde ingrepen hebben een zeer indirecte (‘infra zoekt woningen’) of geen aannemelijke 1-op-1 relatie (mogelijk wel breder/ in regionaal verband) met woningbouwplan. 2. Maatregelen bieden licht profijt voor woningbouwplan, maar het is aannemelijk dat het woningbouwplan ook (grotendeels) zonder kan. 3. Maatregelen zijn belangrijk voor woningbouw, maar niet 1-op-1 fysiek of functioneel verbonden. 4. Er is een fysieke of functionele noodzakelijkheid van de maatregelen voor woningbouw. |
Kosteneffectiviteit |
> € 30.000 per woning afgevallen |
> € 15.535 per woning afgevallen |
Maximumbedragen verschilden per ronde. Na de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 is het criterium aangescherpt vanwege het beperkte resterende budget. |
Impact op IMA1 – knelpunt |
Bij score 1 afgevallen |
Bij score 1 afgevallen |
De voorstellen zijn als volgt gescoord: 1. Gelet op ligging locatie, verdeling vervoerswijzen en verplaatsingspatroon raakt de locatie substantieel aan IMA-opgaven. 2. Gelet op ligging locatie, verdeling vervoerswijzen en verplaatsingspatroon raakt locatie beperkt aan IMA-opgaven. 3. Gelet op ligging locatie, verdeling vervoerswijzen en verplaatsingspatroon raakt locatie niet aan IMA-opgaven. |
Beperkte impact op IMA-knelpunt in combinatie met beperkt flankerend beleid |
Score 2 IMA (zie hierboven) in combinatie met score 1 flankerend beleid dan afgevallen. |
Score 2 IMA (zie hierboven) in combinatie met score 1 flankerend beleid dan afgevallen. |
De voorstellen zijn als volgt gescoord: 1. Geen (bekend) flankerend beleid of geen mobiliteitsaanpak die aansluit bij dichtheid, stedelijke nabijheid en/of OV-ligging locatie. 2. Gelet op verwachte verdeling over vervoerswijzen een logische mobiliteitsaanpak. 3. Gelet op verwachte verdeling over vervoerswijzen een logische mobiliteitsaanpak. Bovendien substantiële inzet op duurzame mobiliteit. Alleen toegekend als er restrictief parkeerbeleid is en stedelijke nabijheid, dichtheid en OV-ligging ook haalbaar zijn. |
Start bouw binnen 3 tot 5 jaar |
Score 1 of 2 dan afgevallen |
Score 1 of 2 dan afgevallen |
De voorstellen zijn gescoord, op basis van informatie over onder andere bestemmingsplannen, afspraken met markt en mogelijk te verwachten problemen als uitplaatsing hinderfuncties, milieucontouren, etc.: 1. Tijdige start bouw zeer twijfelachtig. 2. Tijdige start bouw twijfelachtig. 3. Tijdige start bouw waarschijnlijk. 4. Tijdige start bouw zeer waarschijnlijk. |
Cofinanciering (bijdrage van de gemeente) |
Voorstellen met minimaal 25% cofinanciering zijn gehonoreerd. |
Voorstellen met minimaal 35% cofinanciering zijn gehonoreerd. |
In de tweede ronde is een hoger percentage gehanteerd, vanwege het beperkte resterende budget. |
In totaal voldeden 105 voorstellen aan de gestelde uitgangspunten en criteria.8 Met de uitvoering van deze plannen kunnen in totaal 207.000 woningen worden gerealiseerd. In de bijlage bij deze regeling is een overzicht opgenomen van de gehonoreerde voorstellen. Slechts gemeenten genoemd in de bijlage kunnen een specifieke uitkering aanvragen voor maximaal het bedrag voor de woningbouwlocatie, genoemd in de bijlage.9
Voor het indienen van deze aanvraag zal een digitaal aanvraagformulier beschikbaar worden gesteld. Dit formulier is opgesteld om ervoor te zorgen dat de informatieprofielen van de aanvragen gelijk zijn. De minister vult het aanvraagformulier zoveel mogelijk in op basis van de al beschikbare informatie en ondersteunt gemeenten bij het verder invullen van de aanvraag. In de aanvraag beschrijven de gemeenten welke bovenplanse infrastructurele voorzieningen nodig zijn voor de realisatie van de woningbouwaantallen op de betreffende woningbouwlocatie en waarover afspraken zijn gemaakt in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 of de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022. Onderdeel van de aanvraag is een kaart met een geografische afbakening van de woningbouwlocatie. Ook zal de aanvraag vergezeld moeten gaan van een gespecificeerde begroting waarin onder andere een overzicht van de kosten is opgenomen, inzicht wordt gegeven in de overige bijdragen die zijn ontvangen en indien van toepassing de verwachte netto-opbrengsten (opbrengsten uit exploitatie minus exploitatiekosten) van een mobiliteitshub. Deze verwachte netto-opbrengsten zullen eenmalig voorafgaand aan de verlening van de beschikking worden vastgesteld.
In de regeling is bepaald dat de middelen kunnen worden ingezet voor de realisatie van de bovenplanse infrastructurele voorzieningen die zijn afgesproken in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 of de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022. Omdat de middelen beschikbaar worden gesteld vanuit het Mobiliteitsfonds moeten de bestede middelen bijdragen aan de bovenplanse mobiliteits- en bereikbaarheidsopgaven die nodig zijn voor de realisatie van de woningbouwplannen. Voorbeelden hiervan zijn: het realiseren van een fietspad, het aanpassen van een bestaande kruising, rotondes, geluidschermen, het realiseren van een mobiliteitshub of bijvoorbeeld de aanleg van extra OV-voorzieningen. In aanmerking komen ook kosten die direct samenhangen met de voorbereiding en uitvoering van de gehonoreerde maatregelen, de zogeheten VTU-kosten (Voorbereiding, Toezicht en Uitvoering) voor zover deze passen binnen de middelen met een maximum als aangegeven in de bijlage.
Voor een deel van de maatregelen worden werken in opdracht van gemeenten aan ProRail verstrekt, bijvoorbeeld voor het aanleggen van een fietstunnel onder het spoor. Voor deze maatregelen wordt de ‘Procedure derdenwerk ProRail 2022’ in acht genomen. Bij de uitwerking van maatregelen in of rondom het spoor en stations is het van belang rekening te houden met het Spoorbeeld10; de Stationsagenda11; de Actie-agenda OV-knooppunten12 en het Bestuursakkoord toegankelijkheid Openbaar Vervoer 2022–203213.
Bij het ontwikkelen en exploiteren van mobiliteitshubs wordt gebruikt gemaakt van de leidraden en handreikingen van het CROW, met name KD10514, KD12815, KD12916.
De middelen worden bij voorschot uitgekeerd aan de gemeenten. Het aantal termijnen waarin het voorschot wordt uitgekeerd, hangt samen met de hoogte van de specifieke uitkering. Nog niet uitgekeerde termijnen worden jaarlijks op 1 oktober geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen.
Gemeenten leggen verantwoording af over de besteding van de specifieke uitkering op de wijze bepaald in de Financiële-verhoudingswet via de SiSa-systematiek (single information, single audit). Gemeenten dienen daarnaast één keer per jaar, vóór 1 juli, beleidsmatige informatie te verstrekken over de voortgang van de voorbereiding en uitvoering van de realisatie van de infrastructurele voorzieningen en de voortgang van de voorbereiding en uitvoering van de realisatie van de woningbouw (onder meer de aantallen woningen en de betaalbaarheid). De minister zal voor de verstrekking van deze informatie een invulformulier opstellen en delen met gemeenten. Dit om ervoor te zorgen dat de informatie-uitvraag voor iedere gemeente dezelfde is.
Als een gemeente uiteindelijk niet voldoet aan de voorwaarden van deze regeling kan de minister de specifieke uitkering lager vaststellen dan in het besluit tot verlening van de specifieke uitkering is vermeld, waarbij te veel uitgekeerde middelen kunnen worden teruggevorderd. Indien een besluit tot terugvordering is genomen, dient ingevolge artikel 4:87 Awb terugbetaling te geschieden binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit, tenzij de beschikking een later tijdstip vermeldt. Als deze termijn is verstreken en de gemeente heeft nog niet heeft terugbetaald, dient ingevolge artikel 4:98 Awb ook de wettelijke rente te worden betaald.
Als een door een gemeente betaalde omzetbelasting in aanmerking komt voor compensatie uit het BTW-compensatiefonds, dient het Rijk deze compensabele omzetbelasting bij verstrekking van de uitkering over te boeken naar het BTW-compensatiefonds. Dit doet het Rijk op basis van een bij de aanvraag meegestuurde onderbouwing van de compensabele omzetbelasting. Het bedrag van de compensabele omzetbelasting telt mee bij het bepalen of het maximumbedrag, zoals opgenomen in de bijlage bij de regeling, is bereikt.
De rijksbijdrage betreft een taakstellend maximumbedrag. Kostenverhogende scopewijzigingen en verdere risico’s zijn voor rekening van de gemeente (danwel in samenwerking met mede-bekostigende partners zoals provincies, vervoerregio’s en marktpartijen). Voor deze regeling liggen de financiële risico’s bij de decentrale overheden. Om de scope en taakstellend budget bij alle projecten in evenwicht te houden, moeten de gemeenten de risico’s actief beheersen. Afspraken over risicobeheersing zijn door het Rijk nader uitgewerkt in het plan voor de programmabeheersing. Gemeenten zullen worden gevraagd naar de wijze waarop ze risico’s beheersen als onderdeel van de jaarlijkse uitvraag van beleidsinformatie. De programmabeheersing is van toepassing op alle afspraken over woningbouw en mobiliteit die zijn gemaakt in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 en de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022.
Deze regeling leidt niet tot een toename van administratieve lasten of regeldruk voor burgers of bedrijven. Omdat de regeling is gericht op een financiële relatie tussen de overheden is deze regeling niet voorgelegd aan het Adviescollege toetsing regeldruk in overeenstemming met de richtlijn van dit college; de regeling heeft geen rechtstreekse werking naar burgers en bedrijven en daarmee ook geen gevolgen voor de regeldruk.
Een concept van deze regeling is via internet ter consultatie aangeboden. In totaal zijn er 22 reacties ontvangen op de internetconsultatie, waarvan 16 openbaar. Er is een reactie ontvangen van de Metropool Regio Amsterdam (MRA) en Bereikbare Steden, 8 gemeenten, 6 bewoners(organisaties) en stichting Wandelnet. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft in het kader van de Code interbestuurlijke verhoudingen gereageerd op de regeling. De reacties richten zich op diverse onderwerpen die hieronder van een reactie zijn voorzien.
Meerdere reacties richten zich op het gebruik van de specifieke uitkering als instrument om rijksmiddelen uit te keren. Er wordt gewezen op de administratieve last die het instrument met zich meebrengt en dat het gebruik ervan de indruk wekt dat het Rijk geen vertrouwen heeft in een doelmatige uitvoering van afspraken door medeoverheden. Daarnaast roept een aantal gemeenten op om de verantwoording eenvoudig te houden en het aantal SiSa-indicatoren te beperken.
Tot medio 2019 was het mogelijk om de gelden, die in het kader van onder andere de Bestuurlijke Overleggen MIRT waren toegezegd aan gemeenten en provincies, via een decentralisatie-uitkering (DU) aan hen over te maken. De Algemene Rekenkamer heeft echter in 2019 geconstateerd dat het Rijk soms voorwaarden verbond aan de toekenning van DU’s, waardoor de beleids- en bestedingsvrijheid van decentrale overheden werd beperkt. Dit werd in strijd geacht met de Financiële-verhoudingswet. Daarom heeft het Ministerie van BZK de regels voor het gebruik van DU’s aangescherpt. De middelen waarover in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving en Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022 afspraken zijn gemaakt met gemeenten hebben, mede gelet op het feit dat ze afkomstig zijn uit het Mobiliteitsfonds, een specifiek doel en zijn daarmee niet bestedingsvrij. Om deze middelen uit te kunnen uitkeren is een specifieke uitkering het aangewezen middel. De besteding van middelen die worden verleend via een specifieke uitkering wordt verantwoord overeenkomstig artikel 17a van de Financiële verhoudingswet. Het streven is om de verantwoording eenvoudig en behapbaar te houden voor gemeenten en de administratieve last te beperken. De oproep van de gemeenten zal worden meegenomen bij het opstellen van de beschikkingen en bij het ophalen van beleidsinformatie.
Een aantal reacties heeft betrekking op de definitie van een betaalbare (koop)woning die wordt gehanteerd en op welke wijze deze wordt geïndexeerd. Voor de begripsbepaling van ‘betaalbare woning’ sluit de regeling aan het Besluit Woningbouwimpuls 2020.17 Hiermee is automatisch verankerd dat de grens voor betaalbare koop niet meer gekoppeld is aan de NHG-grens, maar is vastgesteld op € 355.000. Vanaf 2024 zal deze grens worden geïndexeerd met de CPI index en een nog nader te bepalen herijking op basis van de ontwikkeling van bouw- en loonkosten.
In enkele reacties worden twijfels uitgesproken over de haalbaarheid van de realisatietermijnen voor de woningbouw en de infrastructurele voorzieningen. De gemeenten stellen voor de termijn te verlengen.
Het kabinet heeft de doelstelling om tot en met 2030 in te zetten op de realisatie van een groot aantal woningen en de bijbehorende infrastructuur. Voor dit doel zijn financiële middelen ter beschikking gesteld en in 2022 tussen het Rijk en gemeenten bestuurlijke afspraken gemaakt. Het doel van de regeling is bij te dragen aan het realiseren van een groot aantal woningen op korte termijn door middel van bovenplanse infrastructuur. Het oprekken van termijnen past niet bij dit doel en de gemaakte bestuurlijke afspraken. De termijn waarop de infrastructurele voorzieningen moeten zijn gerealiseerd, is later dan de termijn voor de realisatie van woningen. Sommige infrastructurele voorzieningen kunnen immers pas worden gerealiseerd nadat alle woningen zijn gebouwd. Slechts als er sprake is van bijzondere omstandigheden kan de minister overeenkomstig artikel 11, derde lid, besluiten dat de realisatie van de woningen of de infrastructurele voorzieningen wordt gestart of afgerond op een ander moment dan genoemd in artikel 9.
Er zijn diverse vragen gesteld over de wijze waarop er wordt omgegaan met wijzigingsverzoeken indien een gemeente niet meer aan één of meer voorwaarden kan voldoen en wat voor terugvorderingsbeleid wordt gehanteerd. Eén van de reacties gaat in op de vraag waarom financiële meevallers worden teruggevorderd.
De wijze waarop de minister de hoogte van de specifieke uitkering zal vaststellen indien niet wordt voldaan aan verplichtingen gesteld bij of krachtens deze regeling, is vastgelegd in het plan van aanpak voor de programmabeheersing van het programma Woningbouw en Mobiliteit. In dat plan is ook het beleid met betrekking tot wijzigingen van de gemaakte afspraken nader uitgewerkt. Het is in ieders belang dat uiteindelijk de woningen gerealiseerd worden. Financiële meevallers worden bij vaststelling verdeeld naar Rijk en Regio. Deze kunnen dus naar rato op basis van het aandeel van de rijksbijdrage in het eerder voorziene resterend tekort worden teruggevorderd.
Een aantal gemeenten vraagt op welke datum het prijspeil van 2022 is gebaseerd. Daarnaast is de suggestie gedaan om de afgesproken rijksbijdrage langer te indexeren. Verder is de vraag gesteld hoe de eerste termijn van de voorschotten wordt geïndexeerd.
Het genoemde prijspeil is gebaseerd op peildatum 1 juli 2022. Deze verduidelijking is in de regeling en in deze toelichting opgenomen. In de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving en de Bestuurlijke Overleggen MIRT van 2022 is afgesproken dat de rijksbijdrage jaarlijks worden geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen. In deze regeling worden deze afspraken bevestigd. De suggestie om langer te indexeren is niet overgenomen. Een verduidelijking met betrekking tot de indexering van het eerste voorschot is opgenomen in deze toelichting.
Door een aantal gemeenten is de suggestie gedaan om het moment vanaf wanneer de gemaakte kosten voor de realisatie van infrastructurele voorzieningen in aanmerking komen voor de specifieke uitkering, te vervroegen. In de consultatieversie van de regeling was opgenomen dat kosten gemaakt voorafgaand aan 1 januari 2023 niet in aanmerking komen.
De datum is naar aanleiding van de reacties veranderd in 1 juli 2022. De regeling is erop gericht om door een financiële bijdrage aan bovenplanse infrastructuur woningbouw op korte termijn te faciliteren. Het mogelijk maken van de (voorbereiding van de) uitvoering van de gemaakte afspraken in de tweede helft van 2022 sluit daarbij aan. Bovendien hebben gemeenten aangegeven dat zij vanaf het moment dat er bestuurlijke afspraken over rijksbijdragen zijn gemaakt kosten hebben gemaakt voor de te realiseren infrastructurele voorzieningen. Ook is in het indienings- en beoordelingsproces en de nadere toelichting op de spelregels en criteria de datum van 1 januari 2023 niet genoemd.
Een van de reacties bevat de suggestie om bij de vaststelling minder te sturen op de realisatie van de woningen en meer op de realisatie van de infrastructurele voorzieningen.
Het doel van de regeling is om bij te dragen aan het realiseren van een groot aantal woningen op korte termijn door middel van bovenplanse infrastructuur. De aanleg van nieuwe infrastructuur en het aanpassen van bestaande infrastructuur dient bij te dragen aan de realisatie van woningbouw op korte termijn. Om deze reden worden eisen gesteld aan de realisatie van zowel de woningbouw als de infrastructurele voorzieningen.
In enkele reacties wordt aandacht gevraagd voor de toegankelijkheid van de openbare ruimte voor doelgroepen zoals senioren en wordt aandacht gevraagd voor de wandelinfrastructuur. Verder zijn er reacties gekomen op de uitwerking van specifieke infrastructurele voorzieningen in gemeentelijke plannen.
De verantwoordelijkheid voor de uitwerking van de plannen voor de infrastructurele voorzieningen en de openbare ruimte ligt bij gemeenten. Belanghebbenden kunnen hun ideeën en bezwaren bij de betreffende gemeenten neerleggen. Openbare reacties die betrekking hebben op een specifieke gemeente zijn onder de aandacht gebracht van die gemeente. Wel onderschrijft het Rijk het belang van een toegankelijke openbare ruimte voor wandelaars, onder andere in het kader van het stimuleren van de mobiliteitstransitie. Gemeenten kunnen de uitkomsten van het onderzoek ‘Mobiliteitsvernieuwing en Slimme Duurzame Verstedelijking’, dat in opdracht van Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is uitgevoerd, benutten.18 Daarin staan handvatten voor het ontwerpen van woningbouwlocaties zodat de benodigde wandel-, fiets, OV- en auto-ontsluiting tegelijk het grotere mobiliteitssysteem versterkt.
Deze regeling wordt tussentijds en na afloop geëvalueerd. Het eerste evaluatiemoment is gekoppeld aan het uiterlijke startmoment van de realisatie van de woningbouwplannen en de infrastructurele voorzieningen bij de woningbouwlocatie. De tweede evaluatie vindt plaats na afloop van de uiterste datum dat de realisatie van de infrastructurele voorzieningen moeten zijn afgerond. Beide evaluaties zien op de doeltreffendheid en doelmatigheid van de regeling. Een evaluatie van deze regeling brengt in beeld of de financiële ondersteuning vanuit de rijksoverheid gemeenten in staat heeft gesteld de infrastructurele voorzieningen te realiseren bij de woningbouwlocaties waar het afgesproken aantal woningen, waarvan 50% betaalbare woningen, is gerealiseerd. Het onderzoeken van de doelmatigheid houdt in dat de verhouding tussen de ingezette financiële middelen en de te realiseren prestaties en/of effecten in beeld wordt gebracht.
De regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Er wordt afgeweken van de systematiek van vaste verandermomenten en vaste invoeringstermijnen. Doelstelling van deze regeling is de bouw op woningbouwlocaties op korte termijn mogelijk te maken. Daarvoor is snelle inwerkingtreding wenselijk. Enkel gemeenten waarmee in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving 2022 en de Bestuurlijke Overleggen MIRT 2022 afspraken zijn gemaakt komen voor een specifieke uitkering in aanmerking. Gemeenten zijn op de hoogte van de totstandkoming van deze regeling en worden ook gewezen op het moment van inwerkingtreding.
Dit artikel bevat een aantal begripsomschrijvingen.
Infrastructurele voorzieningen zijn voorzieningen die vallen onder het begrip infrastructuur zoals omschreven in de Wet Mobiliteitsfonds: onroerende zaken ten behoeve van verkeer of vervoer van personen of goederen met daarbij behorende voorzieningen ten behoeve van de verkeersveiligheid, verkeersmanagement en bescherming van het milieu.
De specifieke uitkering wordt op aanvraag van een gemeente verstrekt. Een gemeente zal per woningbouwlocatie een aanvraag moeten indienen.
Een specifieke uitkering wordt per woningbouwlocatie verstrekt met een maximum van het bedrag genoemd in de bijlage. De bedragen zijn tot stand gekomen op basis van afspraken die in 2022 bij de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving en de Bestuurlijke Overleggen MIRT zijn gemaakt. Het bedrag van de specifieke uitkering is het bedrag inclusief omzetbelasting (btw) en op basis van het prijspeil 1 juli 2022.
De aanvraag geeft aan voor welke infrastructurele voorzieningen bij de woningbouwlocatie de specifieke uitkering wordt aangevraagd. De woningbouwlocatie wordt bij de aanvraag gespecificeerd, door een bijgevoegde kaart met een geografische afbakening daarvan.
Een aanvraag kan tot uiterlijk twee maanden na inwerkingtreding van de regeling bij de minister worden ingediend met gebruikmaking van een daartoe door de minister beschikbaar gesteld digitaal formulier.
Voor een specifieke uitkering komen in aanmerking de kosten voor de realisatie van infrastructurele voorzieningen bij een woningbouwlocatie genoemd in de bijlage. Het gaat hier om de nettokosten: bij mobiliteitshubs is rekening gehouden met het bij oplevering van de mobiliteitshubs en/of parkeergarages geschatte nettobedrag, op basis van een business case, zijnde de investerings- en beheers- en exploitatiekosten minus de te verwachten exploitatieopbrengsten.
De in de bijlage genoemde bedragen zijn inclusief omzetbelasting (btw) en op basis van prijspeil 1 juli 2022.
De kosten die gemaakt zijn voor 1 juli 2022 komen niet in aanmerking voor een specifieke uitkering. Deze datum is gekozen omdat in 2022 in de Bestuurlijke Overleggen Leefomgeving afspraken zijn gemaakt over de bekostiging. De regeling is erop gericht om woningbouw op korte termijn te faciliteren. Het mogelijk maken van de (voorbereiding van de) uitvoering van de gemaakte afspraken in de tweede helft van 2022 sluit daarbij aan.
De bestuurlijke afspraken hebben betrekking op de hoogte van de rijksbijdrage, op basis van het prijspeil 1 juli 2022. De rijksbijdragen worden jaarlijks op 1 oktober geïndexeerd overeenkomstig de door de Minister van Financiën uitgekeerde Index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI), voor zover die bedragen op die datum nog niet als voorschot zijn uitgekeerd. De eerste indexatie van de in de bijlage genoemde bedragen vindt plaats op 1 oktober 2023. De eerste termijn wordt naar verwachting in het vierde kwartaal van 2023 uitgekeerd. Het eerste voorschot wordt dus uitgekeerd naar prijspeil 1 oktober 2023. In de termijnen die in december 2024, december 2025 of december 2026 worden uitgekeerd, wordt de indexering die op 1 oktober van die jaren plaatsvindt verdisconteerd.
Dit artikel beschrijft de verplichtingen van de ontvanger van de specifieke uitkering. De start van de realisatie van de woningen, bedoeld in het derde en het vierde lid, is het moment waarop werkzaamheden aan de fundering van de eerste woningen per woningbouwlocatie wordt begonnen. De start van de realisatie van de infrastructurele voorzieningen is het moment waarop werkzaamheden aan een van de infrastructurele voorzieningen bij een woningbouwlocatie van start gaan. Uiterlijk 31 december 2035 dient de realisatie van alle infrastructurele voorzieningen te zijn afgerond. De woningbouwlocatie is genoemd in de bijlage en wordt in de aanvraag geografisch afgebakend. Het aantal op de woningbouwlocatie gerealiseerde betaalbare woningen is dus het totaal aantal binnen die geografische afbakening gerealiseerde betaalbare woningen. De beleidsinhoudelijke informatie, bedoeld in het achtste lid, wordt jaarlijks bij de betrokken gemeenten uitgevraagd. De minister kan ingevolge het tiende lid nadere voorschriften aan de specifieke uitkering verbinden, waarbij in bijzondere omstandigheden kan worden afgeweken van het percentage van 50% betaalbare woningen. Reden is dat een aantal gemeenten reeds voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling overeenkomsten heeft afgesloten met ontwikkelaars waarin, in afwijking van de omschrijving van betaalbare woningen in deze regeling, de NHG-grens als grens voor betaalbare koopwoningen is aangehouden. Om dezelfde reden is in artikel 7, aanhef en onderdeel c, een uitzondering mogelijk gemaakt op het voorschrift dat de minister afwijzend op een aanvraag beslist indien het aantal op de woningbouwlocatie te realiseren betaalbare woningen minder is dan 50% van het totaal.
Dit artikel stelt regels over de bevoorschotting. Het voorschot is gelijk aan de volledige specifieke uitkering. In het besluit tot verlening van de specifieke uitkering wordt bepaald in welke termijnen het voorschot wordt uitbetaald. De uitkering van het voorschot geschiedt exclusief (compensabele) btw-component. De compensabele btw wordt immers aan het BTW-compensatiefonds afgedragen.
Op aanvraag van een gemeente kan een besluit tot verlening van een specifieke uitkering worden gewijzigd. Een zodanige aanvraag kan betrekking hebben op het feit dat de gemeente niet (langer) aan de verplichtingen kan voldoen of op het feit dat de gemeente bij de woningbouwlocatie een andere infrastructurele voorziening wil realiseren dan eerder beoogd. In dat laatste geval moet de gewijzigde infrastructurele voorziening wel tegemoetkomen aan de vervoersmodaliteit (fiets en voetganger, auto, OV, mobiliteitshub en vaarweg) als eerder voorzien. Een aanvraag kan er niet toe leiden dat het bedrag van de specifieke uitkering per woningbouwlocatie hoger wordt dan eerder vastgesteld.
Dit artikel stelt regels over de wijze van vaststelling van de specifieke uitkering. De vaststelling geschiedt ambtshalve op basis van de informatie die op basis van de SISA-systematiek wordt verstrekt. Overeenkomstig het vijfde lid kan de specifieke uitkering lager worden vastgesteld dan het bedrag dat bij verlening is vastgesteld indien de ontvanger niet heeft voldaan aan de bij of krachtens deze regeling gestelde verplichtingen. De minister zal een beleidsregel vaststellen over de wijze van vaststelling van de hoogte van de specifieke uitkering, indien niet wordt voldaan aan verplichtingen gesteld bij of krachtens deze regeling. Hierbij zal maatwerk worden betracht. Het Rijk en de medeoverheden dragen ieder een bepaald deel van het resterend tekort op de bovenplanse infrastructuur per woningbouwlocatie. Als de totale investering lager uitvalt en dus ook het resterend tekort lager is dan voorzien, zal de bijdrage vanuit het Rijk ook evenredig naar beneden worden bijgesteld.
Deze regeling wordt tweemaal geëvalueerd. Omdat evaluatie binnen vijf jaar na inwerkingtreding met het oog op het doel van de regeling nog niet zinvol is, wordt van artikel 4:24 Awb afgeweken.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers
Een mobiliteitshub fungeert als begin-, eind- of overstappunt in de reis. Het is een knooppunt waar verschillende vervoerswijzen en hun infrastructuur samenkomen.
Meer informatie over de WBI staat op: https://www.rvo.nl/subsidies-financiering/woningbouwimpuls.
Voor de afbakening van deze gebieden zie: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/12/12/beschrijving-van-de-opgaven-in-de-novex-gebieden.
Per abuis zijn de bedragen voor 's-Gravenhage De Binckhorst en Schiedam Nieuw Mathenesse omgewisseld in de Afsprakenlijst BOs MIRT 2022. In de bijlage is dat hersteld. Het bedrag voor Culemborg Stationsomgeving is per abuis onjuist vermeld in de Afsprakenlijst BOs MIRT 2022. In de bijlage is dat hersteld.
Spoorbeeld: het landelijk ontwerp en vormgevingsbeleid van de spoorsector: www.spoorbeeld.nl/beleid.
Stationsagenda; visie en ambities voor stations: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2023/02/09/bijlage-2-stationsagenda.
Actie-agenda OV-knooppunten: afspraken tussen Rijk, regio en OV-sector over hoe samen te werken rondom stations en andere soorten OV-knooppunten: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/06/24/bijlage-actie-agenda-ov-knooppunten.
Bestuursakkoord toegankelijkheid Openbaar Vervoer 2022–2032: afspraken over de integrale toegankelijkheid van de omgeving van OV-knooppunten: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2022/11/07/bijlage-bestuursakkoord-toegankelijkheid.
Leidraad parkeren bij knooppunten en mobiliteitshubs: Leidraad-parkeren-bij-knooppunten-en-mobiliteitshubs.pdf.aspx (crow.nl).
Handreiking Naar een samenhangend netwerk van mobiliteitshubs en knooppunten: handreiking-netwerk-mobiliteitshubs-en-knooppunten.aspx (crow.nl).
Handreiking Energie en mobiliteitshubs: handreiking-energie-en-mobiliteitshubs.aspx (crow.nl).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2023-27298.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.