Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 september 2022, nr. 2022-0000193208, tot het aanwijzen van groepen volledig en duurzaam arbeidsongeschikten waarop de artikelen 52, tweede lid, van de Wet WIA en 2:46a, eerste lid, van de Wajong tijdelijk niet van toepassing zijn

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen;

Gelet op artikel 52, derde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en artikel 2:46a, tweede lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten;

Besluit:

Artikel 1

Artikel 52, tweede lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen is niet van toepassing op de volledig en duurzaam arbeidsongeschikte die in de periode die is gelegen tussen 1 oktober 2022 en 1 oktober 2026 een inkomen verwerft dat meer bedraagt dan 20% van het maatmaninkomen per maand.

Artikel 2

Artikel 2:46a, eerste lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten is niet van toepassing op de volledig en duurzaam arbeidsongeschikte die in de periode die is gelegen tussen 1 oktober 2022 en 1 oktober 2026 een inkomen verwerft dat meer bedraagt dan 20% van het maatmaninkomen.

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2022 en vervalt met ingang van 1 oktober 2027.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 23 september 2022

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

TOELICHTING

Aanleiding

In de Kamerbrief van 26 augustus 2022 heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een aantal maatregelen aangekondigd in verband met de problematiek rondom de mismatch in de vraag naar en het aanbod van sociaal-medische beoordelingen.1 Eén van de maatregelen betreft het niet ambtshalve herbeoordelen van mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn en die er ondanks hun beperkingen in slagen om betaald werk te krijgen. Om deze maatregel te realiseren wordt gebruik gemaakt van de wettelijke mogelijkheid om bij ministeriële regeling groepen mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn uit te zonderen van de verplichte oproep tot een onderzoek naar het voortbestaan van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid.

Schrappen van de verplichte oproep tot een onderzoek

Huidige situatie

In zowel de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) als in hoofdstuk 2 van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong2010) is geregeld dat UWV een persoon die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, moet oproepen voor een onderzoek naar het voortbestaan van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid (hierna kort aangeduid als ‘onderzoek’), als die persoon gedurende een aaneengesloten periode van twaalf kalendermaanden per kalendermaand (WIA) of per dag (Wajong2010) meer dan 20% van diens maatmaninkomen verdient.2 Het gaat in de WIA om personen die een inkomensverzekering voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA) ontvangen en in de Wajong2010 om personen die een uitkering voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (DGA) ontvangen.

Maatregel

Deze ministeriële regeling regelt dat UWV tijdelijk niet meer verplicht is om personen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn op te roepen voor een onderzoek op basis van inkomsten. UWV kan uiteraard nog wel een onderzoek verrichten aan de hand van een andere aanleiding, bijvoorbeeld een signaal van UWV Werkbedrijf of afdeling Handhaving of een verzoek van de werknemer of werkgever.

Deze ministeriële regeling regelt dat UWV personen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn en in de periode van 1 oktober 2022 tot en met 1 oktober 2026 20% van diens maatmaninkomen verdienen, tot 1 oktober 2027 niet opgeroepen hoeven te worden voor een onderzoek.

In de regeling is deze doelgroep afgebakend op personen die in de periode van 1 oktober 2022 tot 1 oktober 2026 inkomen verwerven. Aangezien voor een oproep voor een onderzoek het inkomen ten minste twaalf maanden verworven moet zijn, zullen deze personen dus niet worden opgeroepen voor een onderzoek in de periode van 1 oktober 2022 tot 1 oktober 2027. De personen die reeds op 1 oktober 2022 gedurende twaalf maanden een inkomen hebben verworven van 20% van hun maatmaninkomen, maar nog niet zijn opgeroepen voor een onderzoek, hoeven vanaf 1 oktober 2022 ook niet meer te worden opgeroepen.

Na afloop van de periode van vijf jaar moet UWV personen die langer dan twaalf kalendermaanden per kalendermaand een inkomen verwerven van meer dan 20% van diens maatmaninkomen, weer op gaan roepen voor een onderzoek. UWV hoeft alleen de personen op te roepen voor een onderzoek die op of na het moment van beëindiging van deze regeling (1 oktober 2027) gedurende een aaneengesloten periode van twaalf kalendermaanden of meer per kalendermaand (WIA) of per dag (Wajong) een inkomen hebben van meer dan 20% van hun maatmaninkomen. UWV hoeft dus niet alle gevallen die ergens in de periode van vijf jaar inkomsten hebben gehad en dat inkomen op 1 oktober 2027 niet meer hebben, op te roepen voor een onderzoek.

Gevolgen voor werknemers en werkgevers

De maatregel zorgt er mogelijk voor dat meer personen langer in een IVA- of DGA-uitkering blijven, terwijl zij daar geen recht meer op hebben. De inkomsten worden wel met de uitkering verrekend. De maatregel heeft geen financiële consequenties voor individuele werkgevers, aangezien IVA- en DGA-uitkeringen niet worden doorbelast aan individuele werkgevers.

Gevolgen voor de artsencapaciteit

De prognose voor dit type onderzoek voor 2022 betreft circa 280. UWV hoeft deze onderzoeken door deze maatregel nu niet meer te doen. Hoewel het dus om kleine aantallen gaat vermindert de druk op UWV en kan UWV meer capaciteit inzetten op WIA-claimbeoordelingen volgens de afgesproken prioritering.3 Dit geeft UWV lucht om de reeds ingezette maatregelen en de in de Kamerbrief van 26 augustus 2022 aangekondigde aanvullende verbeteringen in de uitvoering voortvarend te kunnen implementeren.

Inwerkingtreding en beëindiging

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2022 en vervalt op 1 oktober 2027.

Financiering en regeldruk

Financiering

De maatregel om de komende vijf jaar geen oproep te doen voor een onderzoek bij mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn en die er ondanks hun beperkingen in slagen om betaald werk te krijgen, heeft beperkte financiële gevolgen. Door deze maatregel behouden personen die het werk hervatten langer een IVA- of DGA-uitkering, terwijl deze personen na een tussentijds onderzoek mogelijk in een lager uitkeringsregime terecht zouden zijn gekomen. De prognose is dat UWV in 2022 ongeveer 280 personen uit de IVA of DGA heeft opgeroepen voor een onderzoek op basis van hun verdiensten. Deze maatregel leidt tot een meerjarige toename van in totaal € 1,6 miljoen op de uitkeringslasten WIA en Wajong. Dit is als volgt verdeeld over de komende jaren:

Uitgaven x € mln.

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Geen onderzoek voor IVA en DGA die toch gaan werken.

0,1

0,6

0,6

0,2

   

Deze extra uitgaven worden gedekt vanuit het uitvoeringsbudget (artikel 11) van de begroting van SZW.

Regeldruk

Deze maatregel brengt zeer beperkte eenmalige kennisnemingskosten voor burgers en bedrijven met zich mee.

Uitvoerbaarheid Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Deze regeling is voor UWV uitvoerbaar per 1 oktober 2022. Een formele uitvoeringstoets heeft niet plaatsgevonden, omdat de uitvoerbaarheid getoetst kon worden op basis van de ambtelijke afstemming.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip


X Noot
1

Kamerstukken II 2021/22, 26 448, 685, blz. 12.

X Noot
2

Zie artikel 52, tweede lid, van de WIA en artikel 2:46a, eerste lid, van de Wajong.

X Noot
3

In 2017 is tussen UWV en SZW de afspraak gemaakt dat UWV, wanneer er meer werk is dan met de beschikbare capaciteit verricht kan worden, eerste prioriteit geeft aan het afhandelen van WIA-claimbeoordelingen en aangevraagde herbeoordelingen, vervolgens aan de arbodienstverlening in de Ziektewet en eerstejaars ziektewetbeoordelingen, en tot slot aan professionele (door UWV zelf geïnitieerde) herbeoordelingen.

Naar boven