Besluit van de Minister van Economische Zaken van 26 september 2014, nr. B&I/14153205, tot instelling van het team bevordering ICT-innovatie (Instellingsbesluit bevorderen ICT-innovatie)

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 2, eerste lid, van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de Minister:

de Minister van Economische Zaken;

b. commissie:

het team bevordering ICT-innovatie.

Artikel 2

  • 1. Er is een commissie, die de ICT-innovatie bevordert.

  • 2. De commissie heeft tot taak:

    • a. het versterken van samenwerking tussen private instellingen en kennisinstellingen op het gebied van ICT in het kader van Topsectorprogramma’s en maatschappelijke opgaven;

    • b. het aanjagen van het gebruik van veelbelovende ICT-toepassingen door synergie aan te brengen tussen ICT-Doorbraakprojecten, Topsectoren en maatschappelijke opgaven;

    • c. het bevorderen van de aansluiting op ICT gebied tussen onderwijs en arbeidsmarkt via een Human Capital Agenda;

    • d. het profileren van de ICT-bedrijfstak in Nederland, om daarmee de bewustwording van ICT als groeimotor voor de Nederlandse economie te vergroten bij het bedrijfsleven en de samenleving;

    • e. het internationaal profileren van de ICT-bedrijfstak, daarbij aansluitend bij buitenlandse missies en strategische acquisitie initiatieven;

    • f. het ondersteunen van de regionale innovatiekracht op ICT-gebied;

    • g. het bijdragen aan de strategische visie op ICT voor het groeivermogen van (over)morgen;

    • h. het leveren van input met betrekking tot de voortgang van het ICT-gerelateerde beleid.

Artikel 3

  • 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste drie en ten hoogste vijf andere leden.

  • 2. De voorzitter en de andere leden worden door de Minister benoemd voor een termijn van twee jaar. De voorzitter en de andere leden zijn herbenoembaar.

  • 3. De voorzitter en de andere leden kunnen door de Minister worden geschorst en ontslagen.

  • 4. De leden zijn afkomstig uit het bedrijfsleven, het Midden – en Klein Bedrijf, de wetenschap en van het Ministerie van Economische Zaken.

  • 5. De leden brengen op persoonlijke titel hun kennis en ervaring in en treden niet op als vertegenwoordiger van een specifieke belangengroep.

Artikel 4

  • 1. De commissie stelt haar eigen werkwijze schriftelijk vast.

  • 2. De Minister voorziet in een ambtelijk secretaris voor de commissie.

  • 3. Het beheer van de bescheiden betreffende de werkzaamheden van de commissie geschiedt op overeenkomstige wijze als bij het Ministerie van Economische Zaken. De bescheiden worden na beëindiging van de werkzaamheden van de commissie bewaard in het archief van dat ministerie.

  • 4. De commissie verstrekt desgevraagd aan de Minister de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. De Minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel 5

  • 1. Aan de voorzitter van de commissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984 en de arbeidsduurfactor op 0,333 fte.

  • 2. Aan de leden afkomstig uit het Midden- en Klein Bedrijf van de commissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend, waarbij de salarisschaal wordt vastgesteld op schaal 16 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984 en de arbeidsduurfactor op 0,222 fte.

Artikel 6

Ter gelegenheid van de instelling van de commissie worden voor de periode van 1 oktober 2014 tot en met 30 september 2016 tot lid van de commissie benoemd:

  • a. de heer dr. R. Penning de Vries, te Nijmegen, tevens voorzitter;

  • b. mevrouw mr. I. Dezentjé Hamming-Bluemink, te Numansdorp;

  • c. de heer. G. Edelijn Msc, te Zwolle;

  • d. de heer prof. dr. R.L. Lagendijk, te Voorhout;

  • e. de heer B. Woldring, te Groningen.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2014.

Artikel 8

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit bevorderen ICT-innovatie.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

TOELICHTING

Achtergrond

ICT zit overal, thuis, onderweg en op het werk. ICT zorgt, als enabling technology, voor snelle innovatie in apparaten en communicatienetwerken. De kracht van ICT, met name de data, zit in het ontwikkelen en benutten van innovatieve toepassingen voor werk- en productieprocessen, nieuwe diensten, nieuwe verdienmodellen en bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, zoals de gezondheidszorg.

Het vermogen om ICT-innovaties te ontwikkelen én die snel en adequaat te kunnen benutten zijn bepalend voor het concurrentievermogen van bedrijven en (top)sectoren en de kwaliteit van leven van mensen. Publiek-private samenwerking is daarbij cruciaal, maar komt niet vanzelf tot stand.

Huidige positionering ICT

Het belang van ICT voor de (top)sectoren binnen het bedrijvenbeleid wordt onder meer verwoord in de kamerbrief Bedrijvenbeleid in Uitvoering (Kamerstuk 2012, 32 637, nr. 32). Daarin wordt ook ingegaan op de start van het Topsectorenbeleid met ICT als sectordoorsnijdend thema met een eigen Roadmap (Roadmap ICT voor Topsectoren). Het belang van ICT-innovatie is ook onderdeel van de Digitale (Implementatie) Agenda (Kamerstuk 2011-2012, 26 643, nr. 217) en de Beleidsbrief Doorbraken met ICT (Kamerstuk 2012-2013, 32 637, nr. 70).

Versterken van de regie op ICT-innovatie

De economie en maatschappij worden steeds meer ICT- en data gedreven. Op ICT-gebied behoort Nederland internationaal gezien nog bij de koplopers. Maar het vasthouden van die positie gaat niet vanzelf. Er is brede consensus dat de regie versterkt moet worden door een integrale werkagenda en een PPS-aanpak over de hele waardeketen van ICT, wat betreft de toepassing van ICT, onderzoek, menselijk kapitaal, regionalisering en internationalisering. De aansturing van de Roadmap ICT voor Topsectoren (ICT-onderzoek) maakt onderdeel uit van de werkagenda. Daarvoor is een compact en slagvaardig team (bedrijfsleven, wetenschap, overheid) met een gezaghebbend boegbeeld. Deze aanpak voor ICT-innovatie is geïnspireerd op de aanpak in de topsectoren.

Het instellingsbesluit

Dit besluit voorziet in de instelling van een team dat onder leiding van een boegbeeld als doel heeft de ICT-innovatie te bevorderen. Het boegbeeld heeft tot taak om samen met het team een werkagenda ICT-innovatie tot uitvoering te brengen, zoals beschreven in de taakomschrijving in het instellingsbesluit.

Dit instellingsbesluit regelt de benoeming van de leden van het team en de vergoeding van het boegbeeld en de leden van het Midden- en Klein Bedrijf (hierna:MKB). Het team bestaat in ieder geval uit een boegbeeld (voorzitter) uit het bedrijfsleven en leden uit de wetenschap, het bedrijfsleven, het MKB en een hoog ambtelijke vertegenwoordiger van de overheid.

Met de benoeming van het boegbeeld ICT-innovatie vervalt de functie van het boegbeeld Topteam High Tech Systemen en Materialen als ambassadeur ICT.

Bij de uitvoering van de werkagenda betrekken de leden alle partijen uit de gouden driehoek (bedrijfsleven, MKB, kennisinstellingen en overheid). Het boegbeeld kan zelf de (overleg)structuur organiseren die past bij de sector, waarbij alle noodzakelijke partijen aangesloten zijn, waaronder de Topteams van andere Topsectoren en nodigt bij de behandeling van bepaalde onderwerpen zo nodig deskundigen uit.

Het team wordt ondersteund door een secretariaat waarvoor de Minister een ambtelijk secretaris ter beschikking stelt.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven