Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 november 2010, nr. WJZ/10164530, tot de aanpassing van de Beschikking aanwijzing landen Kernenergiewet, de Regeling administratieve en organisatorische maatregelen stralingsbescherming en de Regeling kwaliteitsborging van kerncentrales aan de Wet van 19 november 2009 tot wijziging van de Kernenergiewet in verband met vereenvoudiging van het bevoegd gezag, invoering van een verplichting tot financiële zekerheidstelling en enkele andere wijzigingen (Stb. 2010, 18)

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 12, eerste lid, en 20f, vierde lid, van het Besluit stralingsbescherming, 20 van het Besluit kerninstallaties, splijtstoffen en ertsen en artikel 3, tweede lid, jo. 3, eerste lid, onder h, onder 1°, 6, eerste lid, onder b, onder 1°, 14, eerste lid, onder c, onder 2°, en 16, eerste lid, onder c, onder 2°, van het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen;

Besluiten:

ARTIKEL I

De aanhef van artikel 1 van de Beschikking aanwijzing landen Kernenergiewet komt te luiden:

Voor de toepassing van de artikelen 3, tweede lid, jo. 3, eerste lid, onder h, onder 1°, 6, eerste lid, onder b, onder 1°, 14, eerste lid, onder c, onder 2°, en 16, eerste lid, onder c, onder 2°, van het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen worden de volgende landen aangewezen:.

ARTIKEL II

De Regeling administratieve en organisatorische maatregelen stralingsbescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel h door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

i. Minister:

Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.

B

In artikel 2, derde lid, onder b, wordt ‘de betrokken ministers’ vervangen door: de Minister.

C

In artikel 4, onder d en f, wordt ‘de ministers, die hebben besloten tot verlening van de vergunning’ vervangen door: de Minister.

D

Artikel 9a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, tweede lid, aanhef, en derde lid, wordt ‘de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer’ vervangen door: de Minister.

2. In het zesde lid wordt ‘de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer of van Sociale Zaken en Werkgelegenheid’ vervangen door: de Minister.

ARTIKEL III

In artikel 1 van de Regeling kwaliteitsborging van kerncentrales wordt ‘waarin kernenergie kan worden vrijgemaakt’ vervangen door: waarin kernenergie kan of kon worden vrijgemaakt.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 22 november 2010

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom.

TOELICHTING

In de wet van 19 november 2009 tot wijziging van de Kernenergiewet in verband met vereenvoudiging van het bevoegd gezag, invoering van een verplichting tot financiële zekerheidstelling en enkele andere wijzigingen (Stb. 2010, 18) (verder: Wijziging van de Kernenergiewet) is een aantal onderwerpen geregeld die aanleiding geven tot wijziging van enkele op de Kernenergiewet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur en de daarop gebaseerde ministeriële regelingen.

De onderdelen van de Wijziging van de Kernenergiewet die betrekking hebben op de vereenvoudiging van het bevoegd gezag treden op 16 november 2010 in werking (Stb. 2010, 722). De wijzigingen van de algemene maatregelen van bestuur zijn opgenomen in het Besluit van 13 september 2010 tot intrekking van het Besluit geluidinformatie huishoudelijke apparaten en herstel van gebreken van wetstechnische en inhoudelijk ondergeschikte aard in enkele besluiten op de beleidsterreinen van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (Stb. 2010, 696). Dat besluit treedt eveneens op 16 november 2010 in werking.

De wijziging van de ministeriële regelingen zijn opgenomen in deze regeling. Het betreft de volgende onderwerpen:

  • 1. De vereenvoudiging van het bevoegd gezag voor de vergunningverlening voor nucleaire inrichtingen en voor handelingen met splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen. Waar hier voorheen drie tot zes ministers het bevoegd gezag waren, is door de vereenvoudiging van het bevoegd gezag nog maar één minister bevoegd. Aanvankelijk was voorzien dat de Minister van VROM de bevoegde minister zou worden. Met ingang van 14 oktober 2010 is deze bevoegdheid evenwel overgegaan op de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (Stcrt. 2010, 16525).

    Dit leidt tot enige kleine aanpassingen in de Regeling administratieve en organisatorische maatregelen stralingsbescherming.

    Verder worden in de Beschikking aanwijzing landen Kernenergiewet enige verwijzingen naar het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen aangepast. Door de genoemde vereenvoudiging van het bevoegd gezag hebben in een aantal artikelen van dat besluit namelijk vernummeringen plaatsgehad. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een aantal niet meer relevante verwijzingen te schrappen.

  • 2. De wijziging in artikel 15, onderdeel b, van de Kernenergiewet (Artikel I, onderdeel B van de Wijziging van de Kernenergiewet) waarmee wordt verduidelijkt dat ook inrichtingen waarin kernenergie kon worden vrijgemaakt onder die bepaling zijn begrepen. Artikel 1 van de Regeling kwaliteitsborging van kerncentrales wordt op eenzelfde wijze aangepast.

De inwerkingtreding van deze regeling wijkt af van het systeem van vaste verandermomenten, er wordt een beroep gedaan op uitzonderingsgrond 1: (hoge c.q. buitensporige) private of publieke voor- of nadelen van vertraging of vervroeging van invoering (Kamerstukken II 2009/10, 29 515, nr. 309, blz. 4). Dit is noodzakelijk omdat de inwerkingtreding van deze regeling is gekoppeld aan de inwerkingtreding van het bovengenoemde reparatiebesluit op 16 november 2010 en de omdat doelgroep gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.

Deze regeling bevat geen wijzigingen van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven of voor burgers.

De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M.J.M. Verhagen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom.

Naar boven