Wet van 21 juni 2024, houdende voorstel van wet van de leden Bikker, Westerveld, Krul, Diederik van Dijk, Dobbe, Kostić, Van der Plas en Joseph tot wijziging van de Wet publieke gezondheid ter bevordering en verankering van integrale suïcidepreventie (Wet integrale suïcidepreventie)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat suïcide jaarlijks veel mensenlevens kost, terwijl er effectieve interventies bestaan, dat duurzame, brede (aandacht voor) suïcidepreventie echter moeizaam tot stand komt en blijft en dat het daarom wenselijk is de Wet publieke gezondheid te wijzigen teneinde zowel de rijksoverheid als de gemeenten blijvend op te dragen integraal beleid voor suïcidepreventie op te stellen en uit te voeren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 worden, onder vervanging van de punt aan het slot van het tweede onderdeel ac door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

ad. suïcide:

een handeling waarmee opzettelijk een eind wordt gemaakt aan het eigen leven, niet zijnde een zelfdoding waarbij sprake was van hulp bij zelfdoding als bedoeld in de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding;

ae. suïcidepreventie:

alle acties gericht op het voorkomen van suïcides of pogingen daartoe.

B

Na artikel 12a wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 6. Integrale suïcidepreventie

Artikel 12b
  • 1. Onze Minister stelt, in overleg met Onze Ministers die het mede aangaat, integraal beleid vast ter bevordering van suïcidepreventie en draagt zorg voor de coördinatie en uitvoering hiervan.

  • 2. Het integraal beleid, bedoeld in het eerste lid, wordt elke vier jaar vastgesteld in samenhang met de landelijke nota gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, eerste lid.

  • 3. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld omtrent het bepaalde in het eerste en tweede lid, waaronder in ieder geval regels over de inhoud en de wijze van totstandkoming van het vast te stellen beleid.

  • 4. Onze Minister stuurt jaarlijks een verantwoording over de voortgang van de coördinatie en uitvoering van het integraal beleid, bedoeld in het eerste lid, aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Artikel 12c

Onze Minister draagt er zorg voor dat personen op ieder moment van de dag kosteloos een telefonisch of elektronisch gesprek kunnen voeren, dat niet direct tot hen herleidbaar is, over hun eigen gedachten, voorbereidingshandelingen of pogingen met betrekking tot suïcide, of over die van iemand in hun omgeving, en advies kunnen krijgen gericht op preventie van suïcide.

C

In artikel 13, tweede lid, onderdeel a, wordt voor de komma aan het slot ingevoegd «en het beleid, bedoeld in artikel 12b, eerste lid».

ARTIKEL II

  • 1. De eerste vaststelling van het integraal beleid, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van de Wet publieke gezondheid, vindt zo spoedig mogelijk plaats na inwerkingtreding van deze wet.

  • 2. Indien de eerste vaststelling van het integraal beleid, bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van de Wet publieke gezondheid, plaatsvindt meer dan een jaar voor de vaststelling van de eerstvolgende nota gemeentelijk gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 13, tweede lid, van die wet, geeft de gemeenteraad binnen een jaar aan wat ten aanzien van het integraal beleid de gemeentelijke doelstellingen, de te ondernemen acties en de gewenste resultaten zijn als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van die wet.

ARTIKEL III

Indien het bij koninklijke boodschap van 30 maart 2023 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Wet publieke gezondheid vanwege de invoering van een vergunningplicht en een meldplicht ter zake van het verrichten van handelingen met poliovirus en enkele andere wijzigingen (Kamerstukken 36 334) tot wet is of wordt verheven en artikel I, onderdeel E, van die wet:

a. eerder in werking treedt of is getreden, wordt deze wet als volgt gewijzigd:

1. In artikel I, onderdeel B, wordt «artikel 12a» vervangen door «artikel 12k», wordt de in te voegen paragraaf genummerd 7 en komen de opschriften van de in te voegen artikelen te luiden «Artikel 12l» en «Artikel 12m»;

2. In artikel I, onderdeel C, wordt «artikel 12b, eerste lid» vervangen door «artikel 12l, eerste lid».

3. In artikel II wordt «artikel 12b, eerste lid» telkens vervangen door «artikel 12l, eerste lid».

b. later in werking treedt dan deze wet, wordt die wet als volgt gewijzigd:

1. In artikel I, onderdeel E, komt de aanhef te luiden: «In hoofdstuk II wordt, onder vernummering van paragraaf 6 tot paragraaf 7 en onder vernummering van de artikelen 12b en 12c tot de artikelen 12l en 12m, na artikel 12a een paragraaf ingevoegd, luidende:»;

2. Na artikel I, onderdeel E, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ea

In artikel 13, tweede lid, onderdeel a, wordt «artikel 12b, eerste lid» vervangen door «artikel 12l, eerste lid».

3. Na artikel III wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IIIA

In artikel II van de Wet integrale suïcidepreventie wordt «artikel 12b» telkens vervangen door «artikel 12l».

ARTIKEL IIIA

Indien het bij koninklijke boodschap van 15 mei 2023 ingediende voorstel van wet tot wijziging van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Verzamelwet VWS 2023; Kamerstukken 36 357) tot wet is of wordt verheven en artikel VIIIA van die wet:

a. eerder in werking treedt of is getreden dan artikel I, onderdeel A, van deze wet, wordt in artikel I, onderdeel A, van deze wet «het tweede onderdeel ac» vervangen door «onderdeel ad» en worden de toe voegen onderdelen ad en ae verletterd tot onderdelen ae en af.

b. later in werking treedt dan artikel I, onderdeel A, van deze wet, wordt in artikel VIIIA van die wet aan het slot ingevoegd «, onder verlettering van de onderdelen ad en ae tot onderdelen ae en af.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL V

Deze wet wordt aangehaald als: Wet integrale suïcidepreventie

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 21 juni 2024

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. van Ooijen

Uitgegeven de zesentwintigste juni 2024

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 35 754

Naar boven