Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het in verband met de totstandkoming van het Statuut van de leden van het Europees
Parlement wenselijk is de werkingssfeer van de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan,
gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement wordt als volgt gewijzigd:
Na artikel 1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 1a
1. Deze wet is niet van toepassing op de leden van het Europees Parlement die volledig vallen onder de werking van het Statuut
van de leden van het Europees Parlement (besluit nr. 2005/684/EG van het Europees Parlement van 28 september 2005, PbEU L 262).
2. Het eerste lid geldt niet zover het betreft de door die leden op grond van deze wet opgebouwde pensioenaanspraken.
ARTIKEL II
Indien deze wet in werking treedt op of na het tijdstip waarop het bij koninklijke boodschap van 3 januari 2006 ingediende
voorstel van wet tot wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, de
Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement, de Provinciewet en de Gemeentewet in verband met de
openbaarmaking van nevenfuncties en inkomsten uit nevenfuncties (Kamerstukken 30 425), nadat het tot wet is verheven, in werking
treedt, wordt deze wet als volgt gewijzigd:
a. In artikel I wordt het tekstgedeelte in dat artikel dat volgt op het zinsdeel «als volgt gewijzigd:» aangeduid met: A.
b. In artikel I wordt na onderdeel A een onderdeel toegevoegd, luidende:
c. Na artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL IA
De Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer wordt als volgt gewijzigd:
1. In artikel 1, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma een begripsbepaling toegevoegd,
luidende:
2. In artikel 5 wordt na het tweede lid een lid toegevoegd, luidende:
ARTIKEL III
Indien deze wet in werking treedt voor het tijdstip waarop het bij koninklijke boodschap van 3 januari 2006 ingediende voorstel
van wet tot wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de vergoedingen leden Eerste Kamer, de Wet schadeloosstelling,
uitkering en pensioen leden Europees Parlement, de Provinciewet en de Gemeentewet in verband met de openbaarmaking van nevenfuncties
en inkomsten uit nevenfuncties (Kamerstukken 30 425) nadat het tot wet is verheven, in werking treedt, wordt het tot wet verheven
voorstel als volgt gewijzigd:
a. In artikel I wordt, onder vernummering van de onderdelen A, B en C tot B, C en D een onderdeel ingevoegd, luidende:
A
In artikel 1, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma een begripsbepaling toegevoegd,
luidende:
b. In artikel I, onderdeel B (nieuw), wordt aan artikel 5 een lid toegevoegd, luidende:
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte in het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Gegeven te
’s-Gravenhage, 18 december 2008
Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
G. ter Horst
Uitgegeven de vijfde
februari 2009
De Minister van
Justitie,
E.
M. H. Hirsch
Ballin