Besluit van 18 juli 2009 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de artikelen I, onderdelen A en D tot en met F, II, IV, V en VA van de Wet tot wijziging van de Leerplichtwet 1969, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met onder meer het vereenvoudigen van de procedure voor verzuimmelding

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 9 juli 2009, nr. WJZ/137771 (6254), directie Wetgeving en Juridische Zaken, gedaan mede namens Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Gelet op artikel VI van de Wet tot wijziging van de Leerplichtwet 1969, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met onder meer het vereenvoudigen van de procedure voor verzuimmelding;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen I, onderdelen A en D tot en met F, II, IV, V en VA van de Wet tot wijziging van de Leerplichtwet 1969, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met onder meer het vereenvoudigen van de procedure voor verzuimmelding treden in werking met ingang van 1 augustus 2009.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Tavarnelle, 18 juli 2009

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Uitgegeven de dertigste juli 2009

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

De inwerkingtredingsdatum van 1 augustus 2009 geldt in beginsel niet voor het primair onderwijs (po) en het (voortgezet) speciaal onderwijs, (v)so. Voor deze sectoren zal inwerkingtreding pas plaatsvinden nadat de registratie in het basisregister onderwijs van de betrokken leerlingen is voltooid, naar verwachting niet vóór 2011. Om deze latere inwerkingtreding voor het po en (v)so te kunnen bewerkstelligen, zijn in de Leerplichtwet 1969 (Lpw 1969) twee overgangsbepalingen voorzien, de artikelen 18a en 21b (zie artikel I, onderdelen C en E, van de wet). Deze overgangsbepalingen zorgen ervoor dat de artikelen 18 en 21 van de Lpw 1969 (gegevensstroom over verzuim rechtstreeks van school/instelling naar gemeente) vooralsnog van toepassing blijven voor het po en (v)so, tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Verder zal inwerkingtreding van artikel III, dat ziet op wijziging van de Wet op de expertisecentra, worden uitgesteld tot de eerdergenoemde registratie in het basisregister onderwijs in het po en (v)so is voltooid. Het ligt in de lijn dat het tijdstip waarop de overgangsbepalingen in de Lpw 1969 buiten werking worden gesteld hetzelfde is als dat waarop artikel III in werking treedt.

Daarnaast is besloten artikel II, onderdeel B, vooralsnog niet in werking te laten treden. Bij deze bepaling vervalt de verplichting voor scholen en instellingen van het bekostigd onderwijs om gegevens over in- en afschrijvingen van leerlingen en deelnemers aan de gemeente te verstrekken. Omdat, anders dan verwacht, niet alle gemeenten per 1 augustus 2009 in staat zijn deze gegevens via de Informatie Beheer Groep te ontvangen, wordt het schrappen van de genoemde verplichting uitgesteld tot het moment waarop dit wel het geval zal zijn, naar thans wordt verwacht begin 2010. Wanneer artikel I, onderdeel B, in werking treedt, zal ook de daarop betrekking hebbende overgangsbepaling van artikel I, onderdeel C, in werking treden.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Naar boven