Wet van 22 december 2005 tot wijziging van enige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek omtrent de overeenkomst inzake geneeskundige behandeling en van artikel IV van de wet van 17 november 1994, Stb. 837

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voorzieningen te treffen die bewerkstelligen dat een weloverwogen besluitvorming mogelijk is omtrent adviezen die strekken tot verruiming van de wettelijke termijnen die gelden voor het bewaren van bescheiden omtrent de patiënt, en voorts om blijvend van de werking van artikel 464 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek uit te zonderen handelingen als bedoeld in artikel 446, vijfde lid, van dat Boek, die worden verricht in verband met een tot stand gekomen arbeidsverhouding of burgerrechtelijke verzekering dan wel een opleiding waartoe de keurling reeds is toegelaten;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 454, derde lid, wordt «tien jaren» vervangen door: vijftien jaren.

B

In artikel 464, tweede lid, komt het bepaalde onder b te luiden:

b. wordt de persoon op wie het onderzoek betrekking heeft in de gelegenheid gesteld mee te delen of hij de uitslag en de gevolgtrekking van het onderzoek wenst te vernemen. Indien die wens is geuit en de handelingen niet worden verricht in verband met een tot stand gekomen arbeidsverhouding of burgerrechtelijke verzekering dan wel een opleiding waartoe de betrokkene reeds is toegelaten, wordt bedoelde persoon tevens in de gelegenheid gesteld mee te delen of hij van de uitslag en de gevolgtrekking als eerste kennis wenst te nemen teneinde te kunnen beslissen of daarvan mededeling aan anderen wordt gedaan.

ARTIKEL II

In artikel IV van de wet van 17 november 1994, Stb. 837, tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de opneming van bepalingen omtrent de overeenkomst tot het verrichten van handelingen op het gebied van de geneeskunst, wordt «tien jaren» vervangen door: vijftien jaren.

ARTIKEL III

  • 1. Artikel I, onderdeel A, en artikel II treden in werking met ingang van 1 april 2005. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 maart 2005, treden artikel I, onderdeel A, en artikel II in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, en werken deze artikelen terug tot en met 1 april 2005.

  • 2. Artikel I, onderdeel B, treedt in werking met ingang van de eerste dag van de tweede kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 22 december 2005

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst

Uitgegeven de eenendertigste januari 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner


XHistnoot

Kamerstuk 30 049

Naar boven