2019D22346

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 mei 2019

Graag bied ik u hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 11-04-2019 inzake Brief van organisaties over snellere behandeling brief over facultatieve protocollen bij het IVESCR.

Het vaststellen van de agenda van de vaste commissie is een aangelegenheid voor de commissie zelf. Uiteraard ben ik graag bereid eerder dan het Nota overleg Mensenrechtenbeleid op 1 juli a.s. met u van gedachten te wisselen over dit onderwerp, mocht u dit wensen.

Ten aanzien van de opmerking van de ondertekenende organisaties over de VN-evaluatie over het systeem van toezichthoudende organen wijs ik erop dat deze evaluatie onder meer ingaat op institutionele aspecten, de werkwijzen van comités, de kwaliteit van hun leden en de kwaliteit van hun zienswijzen en aanbevelingen. Het kabinet verwacht dat de evaluatie beter inzicht zal bieden in het functioneren van de verschillende comités en in de veranderingen die nodig zijn om de kwaliteit en effectiviteit ervan te verbeteren. Dit kan mogelijk gevolgen hebben voor het functioneren van de comités die toezichthouden op het IVESCR, het VN-Verdrag Handicap en het VN-Kinderrechtenverdrag.

Meer informatie over de evaluatie, die plaatsvindt naar aanleiding en op basis van AVVN-resolutie 68/268 is te vinden op de website van de OHCHR, via deze link: https://www.ohchr.org/EN/HRBodies/HRTD/Pages/TBStrengthening.aspx.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

Naar boven