Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Veenendaal, 8 oktober 2025
Vrijwel elke week is er wel een verrassend element in ons prachtige werk in de Eerste
Kamer der Staten-Generaal. Zo ook na het plotselinge vertrek van onze gewaardeerde
voorzitter Jan Anthonie Bruijn, toen duidelijk werd dat er niet alleen een nieuwe
voorzitter zou moeten komen, maar dat ook de ondervoorzitters opnieuw gekozen moeten
worden. Verrassend, voor mij in ieder geval!
Misschien was het vervolgens wel verrassend voor u dat ik na ampele overweging heb
besloten me kandidaat te stellen voor de positie van tweede ondervoorzitter. En wel
om de volgende redenen:
Allereerst heel persoonlijk: het werk in de Senaat heeft mijn hart. Het is een verwaardiging
om dit ambt te mogen bekleden, onder aanroeping van de hulp van God bij de eedaflegging.
Voor mij is het daarbij heel belangrijk om dienstbaar te mogen zijn aan de samenleving
en aan de democratie. En ik geniet ook van het werk. Dat wordt nog versterkt door
de wijze waarop wij met elkaar omgaan in de Eerste Kamer, hoffelijk en respectvol.
Ten tweede voel ik heel nadrukkelijk het belang van ervaring en stabiliteit in het
College van Voorzitter en Ondervoorzitters (CVO). Ervaring heb ik opgedaan in allerlei
functies en zeker ook als Kamerlid sinds 2015. Daarmee hoop ik stabiliteit te kunnen
bieden aan de werkwijze van de Senaat.
Een derde reden voor mijn kandidatuur heeft te maken met de omvang van de fracties.
In ons krachtige democratische bestel zijn er heel wat partijen, met zowel (middel)grote
als (middel)kleine fracties. Bij een groeiend aantal kleinere fracties is het van
belang om ook vanuit dat perspectief mee te denken en te werken binnen het CVO.
Deze drie redenen zijn voor mij van wezenlijk belang bij de overwegingen om me, heel
bewust vanuit een kleinere partij, kandidaat te stellen voor de positie van tweede
ondervoorzitter. Om vanuit die positie ondersteunend te zijn aan de voorzitter en
de eerste ondervoorzitter, en om dienstbaar te zijn aan het geheel.
Het is daarbij aan de voorzitter en de beide ondervoorzitters om taken te verdelen.
Welke taken mij ook toebedeeld zouden worden, ik hoop die uit te voeren ten dienste
van u allen en in goede afstemming met de griffie met alle ondersteunende diensten.
Daarbij zal ik ernaar streven te handelen zonder aanziens des persoons en (mede)werkend
aan het behoud van de positie van onze Eerste Kamer binnen het democratisch bestel.
Graag wil ik op 14 oktober mijn motivatie nader toelichten op een manier die extra
inzicht geeft in mij als persoon in een dienende rol ten behoeve van onze Eerste Kamer.
En wie weet, wordt het weer een verrassende dag in de Senaat!
Peter Schalk